Uit de Pers. Erna von Harneck. Tweede Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van Woensdag 26 April. De nieuwe Arbeidswet. In de „N i eu w e V en 1 o s ch e Cou rant" schrijft dr. W. H. Nolens eene na betrachting over de nieuwe arbeidswet, Waarvan hij de aanneming zonder twijfel een succes voor den Minister v. Land bouw acht. Een succes, waaraan niets ontnomen wordt door de omstandigheid, dat amen dementen, door hem bestreden, werden aangenomen. Immers, dat vindt zijn verklaring in het standpunt, door de Minister inge nomen. Bij een ontwerp als dit, waarbij van! het aangeven van absoluut juiste gren zen, bijv. van leeftijd, van' arbeidsduur, enz. geen sprake kan zijn, kan1 de voor steller zeggen: nu de schriftelijke be handeling is afgeloopen, houd ik mij aan mijn voorstel. Bii: deze gelegenheid ga ik niet verde.r Er is gewikt en gewo gen, gemeten en gepast: het gewijzigde ontwerp is er het resultaat van. ,De be sprekingen in de Kamer kunnen er toe leiden, dat 11a korter of langer tijd door mij of een volgenden Minister nieuwe voorstellen gedaan zullen worden. Maar thans ga ik niet verder dan het voorge stelde. - Klaarblijkelijk nam de Minister dat standpunt niet in. AAaar dan kon er in het aannemen van amendementen, die in de ljjn van het voorgestelde lagen, en mits ze op goe de gronden steunden, voor hem niets on aangenaams gelegen zijn. Het'zal dan kunnen gebeuren', dat een Minister een amendement bestrijdt, dat hij als Kamerlid misschien mee zou heb ben 'ingediend. Hoe dat zij door de aanneming van het ontwerp heeft de regeering en de Tweede Kamer het hare gedaan om eene arbeidswet tot stand te brengen, die de vergelijking met de beste doorstaan kan'. De Friesche concentratie. Naar aanleiding van het Concentratie- program der Friesche vrijzinnigen zegt de (Oud-lib.) „Nieuwe Courant": Tot algeineene- samenwerking der vrijzinnige partijen in Friesland bij de verkiezingen is alzoo besloten. Daarbij zijn aan de Vrije-Iiberalen eeni- ge concessies gedaan, welke het aanvan kelijk gegronde vermoeden, dat het er om te doen was hen buiten de „concen tratie" te sluiten, hebben weggenomen. Het valt niet te ontkennen, dat de formuleering van het beginselprogram er niet fraaier op is geworden. „De be vordering van de wegneming der maat schappelijke oorzaken" is een onbehol pen uitdrukking en de taalfouten in de rest van de zinsnede schijnen niet ver beterd te zijn. Maar de aangebrachte wijziging bewijst, dat men erin geslaagd is .de \ergadering te overtuigen, dat 'iet w egnemen zelf van maatschappelij ke oorzaken door wetgever en overheid een illusie is, die tot gevaarlijke en veelal aan het algemeen belang schadelijke proefnemingen van den Staat op de maatschappij verleidt. De leelijke uit drukking „bevordering van de wegne ming" is dus een verbetering, wijl daar aan de beteekenis te hechten va it. dat indien c-enige de volksontwikkeling belemmerende maatschappelijke oor zaak zonder schade voor het geheel blijkt te kunnen worden weggenomen'; het liberale beginsel gebiedt daartoe me de te werken. Uit het program van acïfe voor het volgendevierjarig tijdperk is liet al- gemeen kiesrecht verdwenen. Wel blijft daarin de Grondwetsherziening gemoti veerd door den wensc'n tot wijziging van het kiesrechtartikel („t e n e i 11 d e aan| den gewonen wetgever over te laten de regeling van het kiesrecht") maar de jonderteekenaars van het program b'in- FEUILLETON. Naar het Duitseh. 6) Nu, nu, wees maar bedaard, sprak Steinfels-. Veriaden wordt gij in ieder geval niet. Ik kwam om naar de bestelde planken te vragen. Waar vind ik d*e knechts'en waarom staat de molen' stil? H e r r von Glockner heeft het hout drin gend noodig. Ach ja, de molen zeide het meisje vol 'bekommering. Wil mijnheer de ba ron een piaats nemen onder de linde ik zal er dadelijk naar gaan vragen. Kan ik u met een verfrissching dienen, gnadiger Herr? Volijverig liep zij hem vooruit en wischte met haar helder voorsahoot de bank af, die onder den boom stonde Dienstvaardig iiezij daarop naar het huis, nadat Hans Otto een glas -melk ver zocht had. Intusschen was het wat levendiger ge worden op de plaats, maar wat hij zag beviel Steinfels niet bijzonder. In de geopende staldeur rekte zich een jongen knaap uit, in wiens haar nog een.ige hal den zich niet om tot invoering van het algemeen kiesrecht zonder meer mede te werken, veelmin dit in' de Grondwet zelve neer te schrijven. De gekozen formule is die van het blanco-artikel, o.a. nog kort gele den door een van de leiders der Lib. Unie den heer Rink, aanbevolen. Voor de quaestie der Grondwetsherziening staat men thans geheel anders dan in 1905, daar zij vóór 1913 aan de orde gesteld zal zijn door de officieele Grondwets commissie, waarin alle politieke partijen zijn vertegenwoordigd. .Tenzij deze staats commissie tot de conclusie mocht ko men, dat er geen reden is om de Grond wet te herzien (wat zeker niet het ge- zal zal zijn) kan men erop rekenen, dat haar voorstellen vóór 1913, vermoedelijk reeds in 1912, bekend zullen zijn ge maakt, :a het is zeer wel mogelijk, dat vóór het verkiezingsjaar reeds regee- rings-voorstellen tot herziening der Grondwet ter tafel zullen liggen. In die omstandigheden heeft de opne ming van punt 3 onder de andere pun ten van het program van actie der Frie sche liberalen niet de beteekenis, dat de strijd tegen de rechtsche coalitie in die provincie onder de leuze van het al gemeen kiesrecht zal worden gevoerd en daarmede is aan den wensch, in de on langs onuitgegeven protest-nota van het bestuur der afdeeling Friesland van den Vrij-Liberalen bond uitgesproken, vol daan. Runt 4 van het program van actie is in denzelfden zin als het beginselpro gram gewijzigd: verbetering der voor waarden voor de zedelijke, verstandelijke en economische ontwikkeling van liet volk is een echt liberale eisch. Onder de maatregelen, die men in het program opgenoemd vindt om dezen eisch te verwezenlijken, treffen die tot le niging van de geldelijke zorgen als ge volgen van ziekte, invaliditeit en ouder dom, waarbij tusschen dwangverzekering vrijwillige verzekering met medewerking van den Staat, en staatspensionneering geen pariij wordt gekozen. „Maatrege len wettelijke tot beperking van den arbeidsduur voor volwassen mannen is, een beginselquaestie; dat op dit punt de samenwerking der Friesche vrijzinni gen bij de volgende stembus had moeten afstuiten, zouden wij echter niet gaarne beweren. Aan het bestuur der afdeeling Fries land van den Vrij-liberalen Bond komt de eer toe door zijn energiek en krachtig optreden dit aanvankelijk resultaat te hebben bewerkt. Dat het bij de andere vrijzinnigen in dat gewest een verblijden de tegemoetkoming heeft gevonden be wijst vóór ailes hoe levendig bij hen al len de overtuiging is, dat zonder algemee- ne samenwerking van de vrijzinnigen bij dc vojgende stembus de rechtsche coalitie en de soc-democraten de Friesche Ka merzetels eenvoudig tusschen elkaar zou den te verdeelen hebben. Dit is inder daad de afdoende beweegreden tot een politieke samenwerking, die overigens haar eigenaardige bezwaren heeft en be houdt. Het is nu maar te hopen, dat de be toonde tegemoetkoming en de bereidwil ligheid tot samenwerking zich niet zui len bepalen tot de vaststelling van het program, maar evenzeer zullen doorwer ken, wanneer het op het stellen van can didate» in de verschillende Friesche dis tricten aankomt. Dan stoch alleen kan het gestelde doel door deze „concentra tie" worden bereikt. De „Tijd" teekent hierbij aan: De wijze, waarop de „Friesche Con centratie" tot stand kwam, herinnert levendig aan het vroeger blanco-geknut- sel, waarvan de heer Borgesiuszoo weinig succes beleefde. De Vrij-Liberalen mogen den schijn al aannemen van bij de onderhandelingen eene aanzienlijke concessie verkregen te hebben, feitelijk worden zij door dc meer vooruitstrevende vrijzinnigen pp sleeptouw genomen. Wan neer dezen eenmaal een blanco-artikel in de Grondwet ingelascht krijgen, zijn- ze ver genoeg en is de invoering van algemeen kiesrecht, welke van vrij-libe- men van het koeienvoeder hlngeni, waar op hij klaarblijkelijk geslapen had. De jongen gaapte een paar maal, schopte met Zijn plompe klompen naar Spits, die hem aarzelend genaderd was en week slechts met tegenzin ter zijde, toen een bejaarde dienstbode hem met een gevul de melkemmer voorbij moest. Daarna slenterde hij weder in den stai. Stein fels hoorde daar vloeken en schimpten'. Uit het huis kwam na eenige minuten de molenaarsdochter terug; zij droeg voorzichtig een hoog, geslepen glas melk en plaatste het met een lichte te- weging op de steenen tafel. Daarna bleef zij ter zijde staan, de banden van haar voorschoot gedachten loos door haar vin gers strijkend. Bruin als rijpe kastanjes b'ikten de in een frisch gezicht schit terende oogen Han's Otto tegen, purper rood waren har lippen en een eveneens gianzend bruiftc vlecht slingerde zich om haar hoofd. Kloek en rechtop stond zij daarhet toonbeeld van een krachiig, gezond boerenmeisje. Dit scheen ook de half als een dorpe ling, half als een stadsbewoner gekleed© jonge man te denken, die de plaats be trad, toen Steinfels zich in lange teugen aan den verfrisschenden drank te goed deed. Annemarie werd door een bewon- dei enden blik uit de heldere oogen van den, iu e u waangeko/n en e getroffen.; daar- rale zijde nog altijd bestrijding vindt, slechts een quaestie van tijd. Door tot die invoering mede te werken, kapitu- leeren de Vrij-Liberalen stilzwijgend voor het radicalisme. jHunne verdwijning als partij uit het staatkundig parlementair leven, weike van het algemeen kies recht het schier onvermijdelijk gevolg zal zijn, hebben zij zich zelf te wijten; zij hebben hun eigen graf gegraven. Een oogenblikkelijke opfleuring van politiek leven komt hun finaal te staan op den dood. De inschikkelijkheid, waarmede de Vrij-Liberalen zich plooien naar de eischen van het radicalisme, voorspelt wat ons jn 1913 te wachten staat. De gemeenschappelijke zucht om de christelijke Regeering omver te werpen, zal alle vrijzinnige partijen samendrijven, met opoffering van de beginselen en de idealen, welke elk harer afzonderlijk dier baar zijn. ]Wat na deze omverwerping gebeuren zal, men bekommert er zich niet om. Men wil en zal weer heerschen. De Vrij-Liberalen zullen, slaagt de toe leg, het te laat betreuren, dat zij, door toe te geven aan de anti-christelijke partij- driften, heerschers aan het bewind brach ten, die, eenmaal tot macht gekomen, de radicaal-socialistische denkbeelden in de wetgeving zullen verwezenlijken, zon der verder rekening te houden inet hunne vroegere bondgenooten. .Wie met open oogen evenwel politieleen zelfmoord pleegt, verdient geen beter lot. Het (V. D.) „Land en Volk" schrijft over het Nieuwe Concentratie-program onder het opschrift „Scheurpapier" Schreef men eerst althans nog: grond wetsherziening ten einde te kunnen ge raken tot invoering van algemeen kies recht: nu is het doel van de herzie ning geworden „teneinde aan den ge wonen wetgever over te laten de rege ling van het kiesrecht". Daar heeft men het blanco-artikel in zijn zielloos, zijn onoprecht, zijn onhoud baar karakter. Het blanco-artikel, zooals het steeds js bestreden, niet alleen door ons, maar ook door de vrije liberalen. En nu wordt het door „De Nieuwe Courant" met gejuich begroet! „Aan het Bestuur der afdeeling Friesland van den Vrij-überalen .Bond komt de eer toe door zijn energiek en krachtig optreden dit aanvankelijke resultaat te hebben bewerkt" Inzet van den stembusstrijd in 1913 is het algemeen kiesrecht, bfiet voor de onzen .alleen. ,Het orgaan van de Libe rale Unie schreef nog verleden week, dat ook de Unie onder geen beding daarvan afgaat. Het Friesche program met zijn neu trale blanco-artikel js dus scheurpapier. Liberale Unie en Vrijz.-Dem. Bond steunen slechts candidaten, die zich ver klaren voor algemeen kiesrecht. Doet een vrijzinnig candidaat dit niet, dan zal hem boven een sociaal-democraat niet de voorkeur kunnen worden gegeven. Of er zal een vrijzinnig voorstander van algemeen kiesrecht naast hem moeten worden gesteld. Kan men niet anders coaliseeren dan zóó, men moest het liever laten. Hun oude politiek trouw. Van vrijzinnige zijide zijn bij het af- deelingsonderzoek tal van bedenkimigem geopperd tegen het wetsontwerp tot ver hooging van de rijkssubsidie in de bouw kosten van de bijzondere scholen. De liberalen blijven hun' oude school politiek trouw, meent dan ook het „H u i s g e z i n" terecht. Tegen het simpelste voorstel tot iets verdere gelijkstelling van het bijzonder met het openbaar onderwijs komen' met hun principieele bezwaren. Die principieele bezwaren kunnen vrij vertaald worden door deze korte formu le: we willen niet. Het bescheiden voorstel tot verhoo ging der bouwkosten van de Ijjijzondere scholen is bij het afdeelingsonderzoek der Kamer op heftig verzet van Jinks ge stuit. Onder de serie argumenten1, waarmee men liet ontwerp bestrijdt, is er één bij zonder merkwaardig. na keek deze verdrietig naar den heer on der de linde; hij vertraagde zijn tred. Amrike wendde vluchtig het hoofd af toen hij ten groet aan zijn muts trok en[ zeide gemelijk: Vader is niet thuis. Gij komt ver geefs, Groszhofer. Met uw verlof, juffrouw Annema rie. Ik zou graag op hem wachten, ik heb met uw vader te spreken, antwoordde de jonkman trots. Het meisje een verbitterden blik toe werpend, liep hij naar het huis, dat hij spoedig binnentrad. Was dat Anerbe Van den! Grosz- hof? vroeg Steinfels, wien dit geval vermaakte. Helaas ja, antwoordde Amrike ge- ergerd. Hij is werkelijk in staat hier te blijven tot vader komt. Men is geen dag voor hem zeker.... Ik ben maar blij, dat hij het niet was, die mij s traks in den1 tuin vond, voegde zij er trouwhartig bij. Daarna gaf zij hem bericht omtrent de planken Vader heeft een van de gezeilen weggejaagd en of wij nu spoedig een ^nderen zullen vinden, weet ik niet. Be stellingen hebben we nog genoeg en aan hout ontbreekt het evenmin. Vader is echter tegenwoordig zoo dikwijls een halve#, dag >veg. Al§ hij thjusj&int zal iki .Heeft aldus wordt gevraagd de minister aan de consequentie gedacht, dat eerlang ook de anarchistische en' so ciaal-democratische groepen tot de stich ting van eigen scholen zullen overgaan? Lieve Hemel ja, daar heeft de minister niét aan gedacht Voor een paar centen' meer die thans zullen worden gegeven, zullen die bra-, ve anarchisten en sociaal-democraten in1- wendig reeds lang blakende van ijver 0111 eigen scholen te stichten, haastig aan den slag gaan en het land met scholen van hun maaksel bedekken. Is de vraag inderdaad ernst geweest? Weten de vragers niet, dat de anarchis ten en socialisten geen cent voor eigen onderwijs over hebben de liberalen trouwens ook niet veel en niet op bij zondere scholen, maar op de neutrale staatsschool aansturen De overigens lofwaardige bekomme ring, die uit de vraag spreekt, is dus, ge lukkig, volkomen overbodig. Op dien grond behoeven ze derhalve niet tegen het ontwerp te stemmen. Uit de vrijzinnige pers. De (A. ,R.) „Rotterdammer1' ves- tLgcie dezer dagen de aandacht op een weerzinwekkende beschouwing van den Engelschen briefschrijver der ^Nieuwe Rott. Courant", die sch.en te be treuren, dat de Engclsche Koning de „gescheiden en hertrouwde vrouwen, ook inwEngeland piet juist de leelijkste",zeide de schrijver, den toegang tot het Hof had verboden. Dat de schrijver voor het mo tief: bevordering der reinheid van zeden, ook maar jets voelde, blijkt niet. De (C. .H) „Nederlander" vond eveneens een paar uitingen, die bevesti gen, wat door haar steeds wordt gevoeld: dat de vrijzinnige pers, zij moge zich zoo gematigd en vroom soms voordoen als zij wil, toch inderdaad overwegingen van zedelijk-godsdienstigen aard niet zeer hoog aanslaat Zoo spotte de „N. Rott. Ct.": „De maharadja .Scindia van Gwalior is een groot leeuwenjager voor den Heer, maar de leeuwen waren uitge- delgd uit zijn wouden." Hetzelfde blad geeft een feuilleton, waarin men de smakeloosheid heeft te spreken van „een hoedenmaker, die lich telijk van God verlaten is". En ware het alleen nog maar smakeloos! Deze dingen zijn echter ook uitingen van een anti- Christelijke levensbeschouwing. Zoo schreef de „N i e u w e C t." over den veroordeelden Deenschen Minister Alberti en diens eigenschappen, wélke hem, had hij ze, door een wie wee t-h o e-k l e i n e, andere samen stelling van zijn hersenstof, in andere richting, dus ten goede, aange wend een even eervolle, hooge plaats in de harten van zijn volk hadden kunnen geven", enz. Ziehier hoe het begrip van schuld, van zedelijk kwaad, wordt teruggebracht tot „een andere samenstelling van de hersenstof". Wat kan men dan nog van misdadiger spreken? Dergelijke uitingen jntusschen leveren de bewijzen voor het bestaansrecht der christelijke pers. Dut men dit maar meer en meer leere inzien! Koloniën, Uitkomsten van den' Post- en Telegraafdienstover 1910. De Javasche Courant bevat een opgaaf van de opbrengst van de gouvernements- telegraaf, de gouvernementstelefoon en de brieven- en pakketpost over 1910. Gedurende het jaar was de opbrengst van den telegraafdienst f 1,169,732,86 tegen f 1,065.138,24i/2 in 1909. Een voordeelig verschil dus van f253.712,04. De telefoon bracht op f740,893,25, tegen f 666.682,511/0, d. i. f 133,620,53 meer. De inkomsten uit den postdienst bedroegen f 2,144,179,681/2, tegen f 1.953.193,15 het vorige jaar; dus f203,835,86 meer. De geheel e dienst bracht dus in 1910 in het geheel bijna zes ton meer op dan in 1909. Zeventien procent; een' mooie uitkomst. hem dadelijk zeggen, dat de heer van Amalië.nhof ontevreden is. Daarna geleidde de molenaarsdochter Steinfels naar den uitgang. Toen zij te rugkeerde leunde Christiaan van Grosz- hoff met beide armen over de onderdeur en zag haar vol verwachting aan. Zij let te er evenwel niet op en ging den tuin- in. Steinfels was al ver van den inolen verwijderd, toen hem in een vlotten draf een dier mandenwagentjes nadeide, zoo als men ze hier onder de rijke boeren vaak vindt. Op den bok, welks smalle plank in stevige riemen hing, zat de mo lenaar. Zijn reusachtig groote en sterke gestalte zat ineengedoken voorover ge bogen schudde het lichaam heen en weer, zoo vaak de wielen over een steen rol den, waarmede de weg gehard was. De grauwe oogen blikten bedeesd en star naar het paard, dat, den stal ruikend, flink over den weg holde. Lang grauw haar hing den man verward 0111 het hoofd en viel vanonder den gedeukten hoed uit op zijn gerimpeld voorhoofd. Het knippen der oogleden verried Steinfels, dat de molenaar hem zag, en als zijn denkvermogen niet al te zeer beneveld was ook herkend had. Maar geen groet viel hem ten deel. Die man De heer Van ,Ko 1. Een telegram uit Medan aan het Sb, Hbl. d.d. 23 Maart meldt, dat de ^eet} Van Kol te Kotaradja is aangekomen, l Mr. C. H. N i e u w e n h u ij s. De Java Bode weet met zekerheid t© melden, dat Mr. C .H. Nieuw en huijlsi lid in den Raad van Ned.-lndië 's land* dienst gaat verlaten, na 7 jaar zitting im( dien raad te hebben gehad. Terugtrekken van troepen; I der Buitenbezittingen'. 1 Het Soer. Hbl. verneemt, dat bij dd regeering het voornemen bestaat zooh veel mogelijk op de Buitenbezittingen gewapende politiedienaren in stede val* troepen te plaatsen. T r a c t e m e n t s w ij z i g i n g. Naar de Java Bode verneemt, zijn voorW stellen aanhangig tot wijziging, in detf vorm an verhooging, van de trakteinein ten van de ingenieurs en adspirant-inge- nieurs, zoomede van de adjuiictafdeen lingschefs en adsp.-adjunct-afdeelings- chefs bij den dienst der staatsspoorwe gen. Z*e e r o 0 f. l Men schrijft aan het Soer. Nieuwsblad uit Sidoardjo, dat eenige nachten ge leden de stranddesa Kcpitingan door een roofprauw bezocht werd. De zeeschuim rners plunderden liet heele dorp leeg) en gingen er tegen het aanbreken van! den dag weer van door, zee kiezende ii{ een der beste prauwen, welke ze aan hel strand vonden. Hun eigen, vrij wrakkd schuit lieten ze welwillend in de plaats! van de gestolene achter. Dienzelfden dag kwam te Kepitinlgaul een visschersprauw binnen, waarvan al le opvarenden min of meer ernstig gc-« wond waren. Ze waren, zoo vertelden ze^ gedurende den voormiddag door een vrij goed uitziende rooversprauw overvallen^ welke volgens de door hun daarvan geger ven beschrijving dezelfde bleek te zijn'J als waarmede de zeeroovers dien morgeit het ruiine sop hadden gekozen. Drie der bemanning van het aangeval len vaartuig hadden ernstige messteken) in buik en borst opgeloopen, terwijl vat^ een vierde hunner de schedel was ver brijzeld door een slag met een riem. Dd zeeroovers hadden alles wat van waard© was uit de boot gesleept. Cholera aan boord. Uit Padang is d.d .25 Maart aan heil N. v. d. D. v. N. 1. geseind Een detachement militairen, sterk 70| man, te Padang aangebracht van Bata via per s.s. Jansen en met bestemming! naar Atjeh, werd in quarantaine gehou den, wegens het voorkomen van cholera bij een inlandsch sergeant. Bij een dwangarbeider, die aan boord was van hetzelfde schip en die bestemd! was voor Sawah Loento, werd eveneens cholera geconstateerd. Alle zich aan boord bevindende dwang arbeiders werden ter observatie naar hel) hospitaal gezonden. Ook in de stad zelf deden zich eeni- ge gévallen der ziekte voor, alle met duo del ijkei afloop. Totdusverre werden g' Crt Europeanen aangetast. Flet bestuur neemt uitgebreide maat regelen om de ziekte tot staan te 'breiir gen. Pokken. Het Nieuws van den Dag schreef dat te Buitenzorg en speciaal te Tjiwaringin hevig de cholera heerschte. Dit is gelukkig niet het geval. Wel' heerschen de pokken daar erg, niet alleen, onder de inlanders, doch ook onder d© Europeanen. Voor de woningen waar deze be smettelijke ziekte heerscht worden bor den geplaatst, waarop een papier, be drukt met „besmettelijke ziekte' Nu heeft inen hier nog een hoop pa pier, bedrukt met „besmettelijke ziek te cholera". Over het woord cholera plakte mea! pokken. De regen waschte pokken weg en zoo werd de pokkenlijder- (op 't pa pier gelukkig) choleralijder. Er wordt druk gevaccineerd en gere- vaccineerd. j stiet siechts een ruwen klank uit en sloeg met de teugels het paard. Toen de bruine voor de hofstede stil stond, verhief de molenaar zich log van zijn zitplaats. Met gefronste wenkbrau wen keek hij toornig rond. Hij had graag dadelijk iemand gevonden, op wien hij zijn toorn luchten kon. Zijn tocht naar den geldschieter was vergeefsch geweest. Als jk al zooveel aan je gewaagd heb, was het antwoord van den man geweest Geen pan van je dak hoort je meer toe. Bewaar-mc, als ik het doe! Woedend was de molenaar vertrokken. Onderweg trof hij bekenden aan, die hem overreedden, met hen naar een herebrg te gaan, waar zij spoedig aan 'tkaarten en drinken waren. Toen de molenaar zijn laatsteu .Thaler met een gruwelijken vloek op tafel geworpen en had zien. verdwijnen in den zak van een zijner gezellen, hielpen dezen hein op dc kar, gaven hem de teugels in de hand en dreven het paard met een flinken slag tot spoed aan. De tocht was lang ge noeg geweest om de uitwerking van den brandewijn eenigermate te verdrijven, maar 'thad hem de gal door het bloed gejaagd toen hij Frans van den jager van Hartenstein op 't veld bemerkt had. (Wjordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 5