r- €cn jong vrouwtje. het Serapbijnscbe Seminarie der Paters Capucijnen te Eangcweg. Wie van Dordrecht naar Breda spoort, heeft nauwelijks de monumentale brug van' Moerdijk en het station Lage- Zwaluwe achter zich, of, naar 't Westen uitziende, be merkt hij naast een eenvoudig kloosterkerkje een gebouw, dat hem aan een onderwijsinrichting doet denken. Wat hij vermoedt, is waarheid: het gebouw, dat hij daar ziet te midden van die vruchtbare landerijen met hare breede dijken en hooge iepen, is het Seminarie der Paters Capucijnen. Jongelingen, die roeping gevoelen voor het H. Priesterschap, vooral wanneer zij zich voorstellen later als Priester in de Orde der Capucijnen in Nederland of in de Missie van Nederl. Borneo te werken, ontvangen er hun opleidiDg. In de twintig jaren van zijn bestaan heeft het vele jongelingen geherbergd, van wie reeds een betrekkelijk groot aantal als priester kloosterling aan het zielenheil arbeiden in onze koloniën en in het moederland. De uitgebreide werkzaamheden der Paters Capucijnen, men denke aan hun missiegebied in onze Oost, aan hun werken onder de N^derlandsche arbeiders in Duitsch- land en hunne geestelijk^ oefeningen hier te lande, hebben een aanzienlijke uit breiding van hun seminarie noodig gemaakt. Van het vóór 2 jaren ver bouwde seminarium geven wij hier enkele kiekjes: een van het geheel, van uit het Z O. genomen; een van de eenvoudige maar degelijk-ingerichte studie zalen verder nog de speelplaatsen met den tuin. Met deze toelichting voor de lezers van het Zondags blad meenen wij te kunnen volstaan. Wie er meer van wil weten, wende zich schrif telijk tot den Z. Eeiw. P. Directeur of brenge een be zoek aan de inrichting. Ze is in een goed kwartier van het station Laügeweg te be reiken. KIEKJES VAN i KIEKJES VAN HET SEKAPB JJNSÜBE SEMINARIE TE LANGEWEG: een overzicht van het geheele gebouw. HET SERAPHIJNSCHE SEMINARIE TE LANGEWEG: de studiezaal der studenten. dat langl Eindelijk, daar is hij 11Ik vlieg naar de voordeur om hem gauw bin nen te laten Hemel, wat kijkt hij ern stig. „Dag Mies." Hij heeft iets dat hem hindert bepaald, dan zegt hij zoo deftig „Mies." Anders is 't„dag kleintje of vrouwken." Enfin, 't lekkere maal zal hem wel weer opfleuren. Wat is dat? Hij zet zich aao tafel, zegt iets over 't mooie weer, maar rept niet van mijn bloemen, van mijn japon. Nu, ik zal ook niets zeggen, als hij 't niet eens opmerkt. Ik dien de heerlijke soep op, Eduard neemt een courant op en verdiept zich in de lectuur. Erg vinnig zei ik „Zou je die vervelende courant niet eens wegleg gen?" „Mag ik niet eens een oogenblikje in de krant kijken!" Een groote rim pel kwam op zijn voorhoofd en hij legde de cou rant neer, met groote passen ging hij de kamer op en neer en de deur uit. Ik hoorde hem de gang doorloopen, de deur van zijn studeerkamer openen en sluiten. Ik staarde als verstomd op mijn deestmaalfijd, die onaangeroerd voor KIEKJES VAN HET SEKAPHIJNSCHE SEMINARIE TE LANGEWEC de speelplaatsen en det uin. We waren juist een maand getrouwd, en ik had me voorgenomen dien dag eens fees telijk te herdenken. Het moest een verras sing zijn voor mijn man, die den datum natuurlijk zou vergeten, want mannen den ken niet aan7 zulke dingen Wat zou hij verrast zijn, als hij, van het kantoor thuis komend een feestelijk aangerichte tafel zag met bloemen versierd en beladen met zijn lievelingsgerechten, en mij er achter met mijn blauwe japonnetje, dat mij zoo goed staat Ik ging dus gauw toen hij dien mor gen vertrokken was, naar de keuken om met de hulp van het dienstmei.je den feestmaaltijd klaar te maken Oader het ontbijt had ik al gebrand vau verlangen om te zeggen„bedenk je eens welke dag het vandaag is maar ik had me toch ingehouden om de verrassing niet te bederven. Ik ging nog even naar den tuin om bloemen te plukken, ik dekte de tafel een uur te vroeg met het beste tafelgoed, deed mijn blauwtje aan en ging voor het raam staan kijken of hij nog niet kwam. Foei, wat duurde EEN VORSTELIJKE KOUSENBREI8TE& Ook koninginnen kunnen heel huiselijk doen! Dat toont onze foto, die koningin Ena van Spanje voor stelt, terwijl zij kousen breit!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 16