BUITENLAND. BINNENLAND. Tweede Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van Zaterdag 1 April. De Week. .Wal in geen enkel land mogelijk kon geacht worden, blijkt in het land der eeuwige kuiperij en knevelarij te kunnen gebeuren, In een handomdraaien ben je gunsteling of weer gunsteling af, reeds sedert den tijd van Peter de Groote of nog vroeger. Men heeft er de geschiede nis maar eens op na te slaan om de voor beelden bij pagina's aan te halen. Maar dat men in een paar dagen in, uit en ,weer in de gunst komt, dat is een re- record wat op rekening van den tegen- iwoordigen tijd moet gesteld worden. De sedert vijf jaar almachtige minis ter Peter Arkadjewitsch Stolypin verloor de vorige week zijn ambt en de genade des keizers op echt Russische wijze. Eenigen Doemaleden had hij willen .wijsmaken, dat de Tsaar er op gesteld iwas dat zij voor het Zemstwo-wetsont- Nverp zouden stemmen. Maar dezen, ook niet dom, togen naar „vadertje" zelf op 'audiëntie, waarbij bleek, dat Stolypin on rechtmatig den naam van zijn heer ,en imeester gebruikt had. Natuurlijk was deze ten hoogste ver bolgen, lichtte zijn voet tot kniehoogte, strekte het been en Stolypin lag buiten. Echter ging dit, in tegenstelling met wat Peter de Groote zou gedaan hebben, fi guurlijk. Maar deze schoone geste, den heerscher waardig, was geenszins naar den zin van de hofkliek met aan het jhoofd de tsarina-weduwe die voor Sto lypin in den bres sprongen, met het ge volg dat Zijne Excellentie aanbleef. Toen begon het leventje weer voor hem en autocratischer dan ooit is zijn optreden. Zijn felste tegenstanders in den iRijksraad Trepof en Doernovo zijn voor ieenigen tijd geschorst en mogen de zit ting van den Rijksraad niet bijwonen. Nog erger werd het toen dezer dagen door den Rijksraad het bovengenoemd .wetsontwerp verworpen werd. De geheele Rijksraad en de Doema werden op voorstel van Stolypin door den Tsaar geschorst en in dien tijd zou den de Zemstvo's bij keizerlijk besljuit .worden ingevoerd. Zijn macht blijkt dus grooter dan ooit geworden en niet ten onrechte wordt bij zulk een optreden de volksvertegenwoordiging niet meer dan een ornament geacht. Haar macht blijikt ïiihil, zooals men ook in het land van den knoet niet anders verwachten kan. In de Doema heerscht groote ont stemming over de laatste besluiten van den Tsaar, door Stolypin geïnspireerd, maar dit geeft hun niets, daar hij de vol macht in zijn zak heeft om de Doema te •ontbinden. Men vermoedt zelfs dat de lTsaar hem met de dictatoriale macht voorzien heeft. Geen wonder dan ook, dat men hoort spreken van mogelijk aftreden van mi nisters. De minister van marine, admiraal jWojewodski, heeft reeds ontslag aan gevraagd en gekregen. Ook de Docma- president is afgetreden en men ver wacht nog veel meer. Even erg zit men in Oostenrijk-Hon- garije in de put. Zooals men weet is daar de Kamer ontbonden om wille der obstructie der Tsjechen, waardoor de begiooting maar niet wilde opschieten. En ook daar wordt nu door middel van keizerlijke besluiten geregeerd. rt Zijn anders rare sinjeuren om mede op te schieten, die Tsjechen, en het schijnt dat hun oppositie alleen ten doel Jrad te toon en dat zij een macht zijn, waarmede rekening te houden valt. Dit verklaarde althans een der leiders: „Wij hébben willen toonen, dat de tTsejchische oppositie wel een tijdlang kan worden onderdrukt, maar dat zij op het juiste oogenblik zich voldoende kan doen gelden. Wij hebben door onze hou ding het bewijs willen leveren, dat zon der onze medewerking op den duur iii Oostenrijk geen regecring mogelijk is." De -nieuwe verkiezingen komen wèl in hun kraam van pas en nu verlangen zij .ïiiet meer of minder dan dat de regeering zonder rekening te houden met de be- Jingen der Duitschers, de toestand in Bo hème zal regelen en aan hen drie ministe- rieele portefeuilles zal aanbieden. Hiertoe jzal de regeering wel niet overgaan en Üs toch een verzoening tusschen Duit schers en Tsjechen noodzakelijk, willen zij iets -kunnen bereiken. Tot zoolang zal het echter wel geharrewar blijven. Jammer, we waren het vorige jaar al zoo'n mooi eind in de goede richting. Hoe het met de parlementaire boks- partij in Engeland zal afloop, n, is ook tnog niet te voorzien. Naar de laatste be tichten meldden zou de regeering van plan zijn den koning te raden het ver zoek van Lord Lansdowne tot indiening yan het wetsontwerp waarbij de konink- ïijke prerogatieven beperkt worden, toe te staan. Steeds duidelijker blijkt daaruit tfat de regeering geenszins bang is voor !dfc unionistische voorstellen, maar ook 'besloten, ondanks alle tegenkanting, de 'Parliament-bill door te drijven. Een me dewerker van de „Observer" wist reeds te vertellen, dat de regeering op alles voorbereid was. Het wetsontwerp zal aangenomen worden zooals het er ligt iOmdat Asquith van geen enkele wijzi ging iets wil weten. billen echter de Lords het ding ver werpen ol zoodanig vervormen, dat de regeering er geen genoegen meer mede neemt, dan, aldus de „Observer", zal het Parlement ontbonden worden, doch maar één dag. Vier en twintig uren later zal men weer een nieuw Lagerhuis hebben dat de wet aanneemt en naar de Lords zendt. Wordt zij daar opnieuw verworpen, dan zal de eerste minister gebruik ma ken van al de toezeggingen, hem vooraf verzekerd, vóórdat in Januari jl. een be roep op de kiezers werd gedaan, en het benoemen van een menigte Peers zal de ministerieele minderheid in het Hooger- huis veranderen in een onweerstaanbare meerderheid. We zullen zien of ze het zoover laten komen. V. Wcekpraatje. Alles Wat er zoo in den laatsten tijd gebeurt, zouden we kunnen samenvatten als een reageeren op alles hetzij dit nuttig is of absoluut geen waarde heeft wat er gedaan wordt. Hierbij denken we terstond aan de wetsontwerpen, die kortelings door eenige ministers zijn in gediend, en daar vallen in de eerste plaats onder het debietrecht en de bak kerswet. De bladen (ze weten zeker ook niet wat ze anders moeten vertellen) hebben 'tmaar over vergaderingeii hier en vergaderingen daar gehouden tegen het debietrecht en tegen de bakkerswet, en daarbij komen dan nog meer (belang rijke of minder belangrijke) berichtjes, die den lezers belang kunnen inboeze men (althans men meent het), dat je er ten langen leste suf onder wordt. Zou den de ministers ook van ai die ver gaderingen op de hoogte gehouden wor den? dan moeten ze wel een ijzeren gestel hebben, om ondanks dat alles niet moedeloos te worden. Dezer dagen werd reeds verteld, dat de minister van finan ciën zijn ontwerp op het debietrecht al had ingetrokken. Zou het waar zijn, of zou het afkomstig zijn van iemand, die steeds meer stof over dit onderwerp aan zijn medemeuschen wil verschaffen? Gelukkig zijn er toch nog een paar vereenigingen in ons landje, die den minister wat vriendschappelijker gezind zijn. En daar is ook een R. K. vereeniging bij, n.l. de R. K. Sigaren- makers- en Tabaksbewerkersbond te Utrecht, en de Christel. Sigarenmakers- enTabaksbewerkcrsbond aldaar heeft zich bij hem aangesloten. Die menschen heb ben msischien eens gezond gedacht, hoe het staat met het belang van de Neder landers afzonderlijk en van ons land in zijn geheel, en zijn toen tot de con clusie gekomen, dat men niet zooals anderen moord en brand behoeft te schreeuwen. Volgens hen moet het ent- werp slechts wat gewijzigd te worden, en dan is het kant cn klaar om inge diend en aangenomen te worden. En ik geloof wel, dat de minister het ontwerp zal wijzigen, na de conferentie, die hij met deze bonden zou gehad hebben. Niet veel anders is het met de bak kerswet, die ingediend is. Overal worden vergaderingen gehouden om er tegen te protesteeren. Is die bakkerswet dan zoo slecht in elkaar gezet; dat zij in nie- mands oogen genade zou kunnen vinden? Ik kan het me niet voorstellen, '.iimoet slechts een vooroordeel van de men schen zijn.. In meerdere landen is toch de nachtarbeid afgeschaft. De men schen zijn er hier niet aan gewend, maar dat is ook alles, als we 't eenmaal heb ben, zou 't geloof ik heusch niet tegen vallen. Doch ondanks al dat geketter tegen het wetsontwerp, is er toch nog iets, wat ons rustiger moet stemmen. Het bakkerscomité (het heele comi,té zou toch de portefeuille van landbouw handel en nijverheid niet en' corps wilier overnemen, twee of drie weten meer dan een) heeft ook een wetsontwerp over de bakkersarbeid in elkaar geslagen. Daardoor wijst het comité daadwerke lijk het verwijt van zich af, dat het nim mer opbouwende, doch steeds afbre kende critiek leverde. In de nota van toelichting, wordt gezegd, dat het comité ook in 1903 een voorstel van wet aan Dr. Kuyper heeft aangeboden. Het co mité heeft al de bezwaren nagegaan^ welke tegen de voorstellen van minister Talma geopperd zijn en heeft naar aan leiding daarvan getracht een ontwerp van wet samen te stellen, waarin al de ze bezwaren ondervangen zouden wor den. Dit is iets wat opzich zelf toejui ching verdient, doch we zullen metter tijd zien hoe de minister er over denkt. De minister zal natuurlijk volstrekjü niet beweren, dat zijn wetsontwerp vol maakt is, en voor een gepaste verande ring zal hij best te vinden zijn, wanlt ';t is en blijft menschen werk, dus moge lijkheid op 'gebreken blijft bestaan, doch het moet niet zoo voorgespeld worden alsof er absoluut niets van deugt. Als 'twat verder is zullen we er wat meer over gehoord hebben en daarom moeten we nog maar eenig geduld oefenen met het verder uitspreken van ons oordeel. Tot een volgende keer. STAN. De arbeidsduur op kantoren. In druk is v.erschenen het rappprt over den arbeidsduur op de Am sterdam,- sche kantoren, uitgebracht door de com,- missie, benoemd door de iafdeelingien Amsterdam van den Nat. Bond van Han dels- en Kantoorbedienden „Mercurius" en de Ned. Ver. van Christelijke Ken- toior- en H.a.n,de.lsfeedieMeftt In het begin van het jaar 1910 werd tot het instellen van dit onderzoek be sloten en ingevolge daarvan werden cir culaires met vragenlijsten aan de leden der afdeelingen Amsterdam van bei de organisaties gezonden. Slechts van ongeveer een vierde der leden kwamen de lijsten ingevuld terug. Het aantal instellingen, waarover hep onderzoek liep, bedroeg 128. Het to taal aantal mannelijke bedienden bij die instellingen werkzaam was 1924, van ivie beneden 15 jaar 61. tusschen 15 en 20 iaar 334 en béven 20 iaar 1529. Het aa;jiaL vrouwelijke bedienden was to taal 219„ van wie beneden 15 jaar 4^ tusschen 15 en 20 jaar 65 en boven 20 jaar 150 In haar eindbeschouwing constateert de commissie, dat de arbeidsduur op de verschillende kantoren zeer uiteen loopend is niet alleen vertoonen de ver schillende branches onderling weinig overeenstemming, maar in deonderschei- dene branches zijn de werktijden verre van gelijk. Het expeditiebedrijf, hetwelk te Rotterdam zulke ongewenschte toe standen voor het kantoorpersoneel doet ontstaan, is te Amsterdam eveneens be kend om zijn lange werktijden. Hoewel op alle kantoren een officiee- Ie kantoortijd bestaat, leert de prac,- tijk dat de kantoorbediende feitelijk! geen vasten werktijd heeft, daar deze gehieel afhankelijk is van de drukte in zaken, waarbij van den bediende wordt verlangd, dat hij zoolang arbeidt, als in de gegeven omstandigheden wensehelijk wordt geacht en overwerk (d.w.z. werk buiten de officieele kantooruren) veel vuldig voorkomt. Gelukkig kan de commissie constatee- ren, dat er een algemeen streven is, om dit zoo min mogelijk te laten voorko men. Gevraagd wordt een vergoeding voor overwerk. De commissie spreekt voorts de hoop uit ,dat de zeer weini ge patroons, die nog steeds Zondags laten werken, zullen inzien, dat dit voor den goeden gang van zaken, ook vain hun bedrijf, onnoodig is. Op het gebied van de actie voor de Zaterdagmiddagsluiting is nog veel te doen. Buiten effecten- en bankierskan toren is de Zaterdagmiddags-Luiting vrij wel onbekend. Bovendien geldt dat voorrecht uitsluitend voor de zomer maanden. Met het geven van vacantie is men de laatste jaren flink gevorderd en het komt thans maar zelden voor, dat den bedienden geen jaarlijksche vacantie toe gestaan wordt. Op 40 "van de 128 kantoren, waarover het onderzoek liep, wordt gebruik ge maakt van zeer jeugdige krachten. Hun aantal is op de meeste kantoren slechts beperkt tot 1. Drie van de bovengenoem de 40 kantoren njaken gebruik van meis jes onder de 15 jaar. In procenten uitgedrukt is de verhou ding der leeftijden voor het mannelijk personeel onder 15 jaar 3.17 pet.; tus schen 15 en 20 jaar 17.36 pet. bloven 20 jaar 79.47 pet. Voor het vrouwelijk per soneelonder 15 jaar 1.82 pet.tusschen 15 en 20 jaar 29.68 pet.boven 20 jaar 68.50 pet. Deze cijfers toonen aan, dat de meis jes als regel op ouderen leeftijd op 't kantoor komen dan de jongens. De oor zaak hiervan meent de commissie te moe ten zoeken in het feit, dat meisjes, voor zij op kantoor komen een school voor M. U. L. O. of een H. B: S. bezoeken, wat met de Jongens, die als kantoorbe diende wenschen op te treden, niet zoo algemeen het geval is, waar deze veel meer na met goed gevolg de lagere school doorloopen te hebben, dadelijk hun heil op de kantoorkruk zoeken. Opmerkelijk vindt de commissie het verschijnsel, dat vele meisjes (door hu welijk of anderszins) na hun 25e jaar het kantoor verlaten. Immers tusschen 15 en 20 jaar is het percentage voor de vrouwelijke bedienden aanzienlijk groo ter dan voor de mannelijke, om voor 6óven de 20 jaar aanmerkelijk onder dat der mannelijke te dalen. De commissie wijst er ten slotte op, dat den jeugdigen kantoorbdienden! over het algemeen te weinig tijd wordt gelaten om zich aan de studie te wij den. STATEN-GENERAAL. TWEEDE KAMER. Wijziging Wetboek van Strafrecht. Een tweetal wetsontwerpen zijn inge komen lo. tot aanvulling en wijziging der bepalingen betreffende het straffen en de strafrechtspleging ten aanzien van overtreders lijdende aan storing of ge brekkige ontwikkeling hunner geestver mogens en 2o. houdende voorzieningen ten aan zien van overtreders, die overeenkomstig de bepalingen van artikel 37ter van het Wetboek van Strafrecht naar den burger lijken rechter zijn verwezen. Het eerste wetsontwerp heeft betrek king op de misdadige psychopathen, de abnormalen van geest, zoowel krank zinnigen als zenuwlijders. De Minister van Justitie wijst in de Memorie van Toelichting op de plge- meene overeenstemming op dit punt, dat een belangrijke groep van personen, die met den strafrechter in aanraking komen, ziekelijke geestesafwijkingen vertoonen, zonder dat ^ij als bepaald krankzinnigen of volkomen ontoerekeningsvatbaren zijn aaa ts mku sa Jtoaavst «is ms.t de besUa'ude voorschriften en strafmid delen vaak noch preventief, noch repres sief, afdoende of zelfs doelmatig valt op te treden. Daarnaast treedt met niet minder kracht het feit naar voren, dat de krankzinnigen gestichten, ingevolge wettelijk voorschrift enkel voor de verpleging van krank zinnigen bestemd, talrijke, enkel wat betreft de verschijnselen van krank zinnigheid genezen, doch overigens ernstige psychopathen aan het maat schappelijk leven teruggeven, welke de meest ernstige bezwaren voor de open bare veiligheid opleveren. De Minister heeft allereerst op grond van strafrechtsoverwegingen het nood zakelijk geoordeeld een mildere strafbe- deeling en de oplegging van straffen, die met den geestestoestand des daders reke ning houden, in dit ontwerp mogelijk te maken voor allen, wier schuld op grond hunner geestelijke minderwaardigheid geringer moet worden geacht. Doch daar bij is vastgehouden aan het denkbeeld, dat de zoogenaamd verminderd toereke- ningsvatbaren behooren tot de groep van personen, wier toerekeningsvatbaarheid niet geheel is uitgesloten, al mogen zij dan ook toerekeningsvatbaren zijn met geestelijke minderwaardigheid. Het ontwerp opent in de eerste plaats de mogelijkheid, in meerdere mate dan tot dusver kon geschieden, rekening te houden zoowel met de verminderde toe rekeningsvatbaarheid des daders als met zijn psychischen gezondheidstoestand. Voorts wordt de mogelijkheid tot op legging van geldboete met betrekking tot de hier bedoelde personen belangrijk uit gebreid. De rechter zal hun derhalve in vele gevallen het verblijf in een gevan genis voor hen dikwijls zeer schade lijk kunnen besparen en hen niette min zeer gevoelig kunnen treffen. Vervolgens worden bij het ontwerp twee nieuwe hoofdstraffen uitsluitend voor verminderd toerekenbaren in het Strafwetboek gebracht. Het ontwerp be paalt, dat ingeval van veroordeeling van een psychopaath terzake van een straf baar feit, waarop gevangenisstraf is ge steld, de rechter in plaats daarvan kan opleggen de straf van plaatsing in een bijzondere strafgevangenis, b. w. z. een gevangenisstraf, aan den ziekelijken geestestoestand des daders aangepast. Als tweede nieuwe straf wordt in het ontwerp voorgesteld de berisping. Deze betrekkelijk zeer milde en in haar wer king onschadelijke straf, bij de Kinder wetten voor jeugdige personen inge voerd, bestaat „hetzij in een vermanende toespraak, hetzij in een schriftelijke ver maning tot den veroordeelde, in verband met het gepleegde feit" en zal volgens het ontwerp voortaan ook aan volwas senen (psychopathen) kunnen worden Tot de maatregelen, welke in het systeem van het ontwerp door den bur gerlijken rechter verder op misdadige psychopathen kunnen worden toegepast, behoort de voorloopige plaatsing in een krankzinnigengesticht. Daarnaast opent het ontwerp de moge lijkheid van dwangverpleging ook voor verminderd toerekenbaren. Daartoe wordt den burgerlijken rechter de bevoegdheid gegeven misdadige psychopathen (zoo wel ontoerekeningsvatbare als andere), daartoe door den strafrechter naar hem verwezen, te stellen ter beschikking van de Regeering, teneinde gedurende een bepaalden termijn welks duur mede afhankelijk is van het algemeen karakter van het begane feit behoudens vroe gere beëindiging daarvan, van harent wege te worden verpleegd. In de gevallen, waarin de toereken baarheid van het feit geheel ontbreekt, zal teruggave aan de samenleving, n.l. in den vorm van ontslag van rechtsver volging zonder ineer, evenals tot dusver kunnen geschieden, tenzij het belang der openbare orde zich daartegen verzet, in welk geval dwangverpleging of voorwaar delijke dwangverpleging zal behooren te worden gelast. Land- en Tuinbouw. Eierhandel. Het is een verblijdend feit, dat het onzen boerenstand tegenwoordig goed gaat, veel beter dan een kwarteeuw ge leden. In tegenstelling met andere vak ken en ambachten, die op een enkel punt afhankelijk zijn van vraag en aan bod, weten onze landbouwers en vee houders uit de opbrengst van vele en velerlei artikelen geld te trekken. Letten we eens op de kippenhouderij en den eierhandel, welk een beteekenis hebben die thans niet, welk een voordeel geven ze niet, in vergelijking van vroeger. De kippenhouderij was eertijds op het platteland eeii soort van sleurwerk en gaf weinig of geen voordeel. Het vcreenigingsleven heeft op dat ge bied leven in de brouwerij gebracht. Men is in de gelegenheid gesteld, om betere soorten kippen aan te schaffen, men heeft leeren kennen, dat kippen ouder dan vier "jaar geen voordeel meer geven. Door de publieke eierveilingen zijn de prijzen der eieren hooger geworden, een gevolg daarvan is meer eierproductie. Moesten in ons land vroeger veel pieren ingevoerd worden, thans kan men uit voeren en beter eieren uitvoeren, dan die uit Italië, Hongarije en Rusland worden ingevoerd. De Vereeniging van Pluimveehouderij in Nederland, bij verkorting V. P. N. genoemd, heeft zich, wat den eierha,odel j^trgjt, verdienstelijk gemaakt. Eierveilingen heeft men thans te Am. sterdam, Rotterdam, Leeuwarden, Brielle, Hazerswoude, Voorschoten, Hengelo, Maastricht en Roermond. .Welk een vlucht de eierproductie en de verkoop neemt, kan uit het versla# der eierveiling te Roermond blijken: Aanvoer. Gem. opbrengst In 1905 835.075 eieren, f3.86 p. 100 1906 2.017.025 -3.98 1907 3.858.407 -4.071/, 1908 6.807.417 -4.08 1909 9.396.180 -4.32 1910 13.568.800 -4.27 Van jaar tot jaar neemt de aanvoef toe en schier elk jaar worden de prijzen hooger. Vrees, dat door overproductie de opbrengst zal dalen, is ongegrond. Hoe meer aanvoer, hoe meer afvoer bleek in de laatste jaren. In het binnen- en bui tenland zijn de Nederlandsche eieren een gewild handelsartikel. De Boskoopsche Bloemententoonstelling. (5—20 April). 't Is op 't oogenblik al een groote drukte in Boskoop. Eigenlijk is men a| een jaar in de weer, maar nu 't er op| aan begint te komen, blijkt ,toch dat aan het in elkaar zetten van een tuin bouwtentoonstelling meer vast zit, dan men wel denkt. Doch de Boskoopers wereldhan delaars als ze zijn weten wat aanpak ken is en ze slaan er zich dan ook glans rijk door. Als het straks 5 April is en Prins Hendrik komt de tentoonsjtellinigj openen, zal er geen plantje verkeerd] staan, geen hoekje onbezet zijn. Als goe den kooplui betaamt, zal de order op tijet worden afgeleverd. Wat de aanleiding tot het houden van deze expositie is? Dit jaar viert men het 50-jarig bestaan van de Pomolo- gische vereeniging en nu vond men dit een prachtige gelegenheid aan de bin nen- en buitenlanders, vooral aan de bui tenlanders, eens te laten zien, hoeveel schoons Boskoop wel voortbrengt. Boskoop leeft uitsluitend van den handel op het buitenland. Bijna geheel Europa en Noord-Amerika worden door. de Boskoopsche kweekers bereisd, ter wijl steeds meerdere connecties wor den aangeknoopt met Zuid-Amerika, In- dië. Zuid-Afrika. en zelfs met Austra lië. En uit al die landen komen nu afne mers naar Boskoop, om eens te zien hoe de plantenfabriekcn de kweeke- rijen gelijken op fabrieken en hebbenl niets gemeens met de gewone bloemis terijen werken en hoe keurig er al les uitziet. 'tGaat dus om in de klandizie te blijven? Natuurlijk, dat was'immers ver leden jaar ook de bedoeling van de enorme bloemententoonstelling in Haar lem. Toen in 1909, onder leiding van| den heer Lovink de bloembolleiikwee- kers, de Aalsmeerders en de Boskopers, benevens fruit- en groenteh'kweekersi naar Berlijn trokken met hun pracht* waar, hadden wij ook hetzelfde doel: oude connecties aanhouden en verster ken en nieuwe aanknoop en. Boskoop bereidt zich dus voor op de ontvangst van zijn afnemers en dank baar als de kweekers zijn voor den bloei van hun bedrijf, zal die ontvangst in alle opzichten schitterend zijn. Een groot, doelmatig gebouw is op getrokken het beslaat 3201) vierk. M. tentoonstellingsruimte, dus 2 maal de oppervlakte van de gebouwen te Haar lem. Uit een tuinbouw-architccjC iniscli oogpunt zal de aanleg wanneer deze bloeiende gewassen zijn geplaatst, een schitterenden aanbljk opleveren. Een groote bloemenmassa. Uitsluitend worden ingezonden bloei ende planten, geen afgesneden bloe.ier, het effect zal daardoor des te schoo ner zijn. Het programma vermeldt dat er aller eerst gevraagd worden „nieuwigheden". Wat een nieuw handelsartikel is voor een handelshuis, dat is een nieuwig heid in de plantenwereld voor den kwee- kerdaarmede zijn zaken te doen. Ingezonden worden verder de volgen de planten: acer, ampelopsis, andro- meda, anemoue, aucuba, azalcodendron, azalea, buxus, cerasus, clematus, cre- taegus, cytisus, deutzia, demorphan.tus, fuchsia, genista, glycine, hydrangea, kal- mia, kerria, Iarix, lilium, malus, mag nolia, pioen, palmen, persica, prunus, rhododendrons, rozen, robinia, spiraea, seringen, viburnum, vitis en weigeliaj In al deze planten drijft Boskoop! handel op groote schaal. En om alles pu gelijktijdig in bloei te hebben, daarvoor zijn zoo goed als alle planten geforceerd, vervroegd. Dat is evenwel voor de Boskoopers de groot ste moeilijkheid geweest. De Boskoopsche kweeker is geen han delaar in afgesneden bloemen, zooals, bijv. de Aalsmeersche, die er dan ook' geheel en al pp ingericht is om in den winter verhandelbare bloemen te heb ben. De Boskoper verhandelt de plan ten, die of buiten worden uitgezet, of door anderen worden geforceerdeen bloemenhandel bestaat daar niet. In het forceeren hebben de Aalsmeer ders dus meer ervaring, maar dat men in Boskoop toch ook aardig hoog mikt, dat hebben wij verleden week gezien, toen wij verschillende kweekerijen be zochten en de bloeiende heesters ia oogenschouw namen, die gereed stonden voor de tentoonstelling. Wat stond er alles mooi voorl Hier moest een groep nog een extr*.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 5