ALLERLEI.
63
C J. VOERMANS,
die op SMaarta.s den dag hoopt
te herdenken, dat hij 40 jaren
geleden bij de firma Louis Dob-
belman te Rotterdam in betrek
king trad.
Trouw opgevolgd. Een kapi
tein der huzaren gaf een af
scheidsdiner aan zijn regiment.
De manschappen toespre
kende, voor zij begonnen te
eten, zeide hij „Nu,
mannen, behandel
dit diner, dat ik u
aanbied, alsof ge met
den vijand te doen
had."
Na afloop van het
diner bemerkte hij
een huzaar, die ver
scheidene flesschen
wijn in zijn knapzak
stopte.
Ten hoogste ver
ontwaardigd vroeg de
kapitein hem, hoe hij
zich toch zoo kon
gedragen.
.Wel, mijnheer,"
zeide de huzaar, „ik
volg uw orders op."
,,Mijn orders op
volgen hernam de
kapitein.
Ja,mijnheer," was
'tantwoord; „gij zeidet
ons het diner te
behandelen als onze
vijanden en zooals
gij ons geleerd hebt,
moeten we de vij
anden, die niet ge
dood worden, gevan
gen nemen."
Een onvergetelijke dag. In een proces vroeg de president der recht
bank aan een getuige, hoe hij zich na zooveel weken nog zoo juist
den bewusten datum kon herinneren.
Ue getuige antwoordde zonder blikken of blozen„Het was net
de dag, waarop ik van mijn schoonmoeder een ansicht, kreeg dat ze
voor zes weken bij mij kwam logeeren."
Anno zooveel. Een vorst van een miniatuurstaat in Duitschland
tot zijn Minister van Buitenlandsche Zaken
„Wat ruikt het vreemd in mijn landl"
Minister. „O, Hoogheid, in het naburige rijk worden koffieboonen
gebrand."
Overtroefd. Een heer laat zijn parapluie in dq vestibule eener
Bank staan met een visitekaartje er aan. waarop hij geschreven
had
„Deze parapluie behoort aan een man, wiens vuistslag 200 K G.
weegt. Ik kom dadelijk terug."
Een dief, die daar rondloerde, nam de parapluie en liet een stuk
papier achter, waarop hij geschreven had
„En ik heb beenen, die 18 KM. in een uur kunnen loopen
en ik kom niet terug.
Een tegenvaller tie. Chef (vriendelijk). Mijnheer P., mijne vrouw
heeft, wijl we onverwacht bezoek hebben gekregen, een huiselijk
feestje aangelegd. Hebt u hedenavond soms reeds bezet?
P. (gevleid). Neen, mijnheer. Ik heb den heelen avond ter be
schikking.
Chef (nog vriendelijker). O, dan wilt u zeker wel dezen
avond in mijne plaats het grootboek bijwerken, dat nog ten
achter is.
ROOMSCH TOONEEL TE ROELOFARENDSVEEN
door de St Pancratius-vereeniging in Roelofarèndsveen werd ter gelegenheid van het jaarfeest
het voortreffelijke stuk Le marteldood van den gelukzaligen Joannes Gabriel Perbovre opge
voerd. Deze en onderstaande foto geven er mooie kiekjes van.
J. W. VAN DER WAL
kapelaan van de 8t Willibrordus
parochie, Assen delftstraat, te 's-Gra-
venhage, overleed dezer dagen na
een langdurig en geduldig gedra
gen lijden in den nog jeugdigen
lee'tijd van 37 jaar. Het heengaan
van dezen voorbeeldigen priester,
die vóór alles God zocht, is een
groot verlies voor de parochianen,
maar vooral ook voor de in ons
land nog jeugdige Esperantobewe-
ging. Hij toch was een van die man
nen, die de noodzakelijkheid, het
nut inzag van het Esperanto voor
onzen H. Godsdienstdie
spot en miskennirgtrot-
seerend, met ijver, met
vuur propaganda maakte
voor de nieuwe wereld-
hulptaal.
In de harten zijner
parochianen zal hij blij
ven voortleven, en de
Esperantisten zullen
hunnen beminnelijken,
ijverigen apos'el steeds
met liefde, met waar
deering gedenken.
Bescheiden verzoek.
Vrouw. Om tien uur
thuis. Daar gaat niets
vaa af Den huissleu
tel krijg je niet.
Man. Goed,
vrouwtjelief. Ik wil
wel om tien uur thuis
komen, maar geef me
dan ten minste een
valschen huissleutel,
dat ik me voor mijn
vrienden niet behoef
te schamen.
Hondentrouw. „Zoo, is die nieuwe dog'al wat aan je gewend
„Dat zou ik meenen, zijn vroegere baas durft al niet meer
om het geld komen, dat ik voor dien hond hem nog schuldig ben."
Geen tijd genoeg.
De heer Muller En
wat zei je vrouw wel,
toen je gisteren avond zoo laat thuis kwaamt?
Pietersen. Heb je op 't oogenblik tijd
Muller. Ja, een kwartiertje kan ik wel geven.
Pietersen. Een kwartiertje maar, dan zal
ik 't je op een anderen keer wel eens ver
tellen.
Goed gerekend.
Vier heeren bestel
len ieder een vierde
van een gans.
„Met uw verlof,
heeren," zegt de
kastelein, „als u nog
twee heeren kon
vinden, die ook een
vierde verlangen,
dan ware 't mij ge
makkelijker; dan
kon ik een heele
gans laten opbren
gen."
ROOMSCH TOONEEL TE ROELOFARENDSVEEN:
ander tableau uit het drama „De marteldood van den gelukzaligen Joannes Gabriël Perbovre."
Bodemloos. Krijg
ik geen prijsje,
vrouw Honderd
gulden voor je, om
rekeningen te be
talen. Zeker man!
ik bisseer je al in
gedachten
C. F.M. N.SCHNEBBELIEf
Oud-Inspecteur-generaal van
den Rijkswaterstaat, Comman
deur in de Orde van Oranje-
Nassau en Ridder in de Orde
van den Ned Leeuw, dezer
dagen te 's-Gtavenhage in
den ouderdom van 70 jaren,
voorzien van den H H Sacra
menten der stervenden,
overleden.