Gemengd Nieuws. leurstelling. Zij, die ze aangaan, kennen het land, waarheen zij zich willen bege ven, niet en oordeelen naar de toestan den in Nederland. In het land; van be stemming aangekomen, vinden zij de toe standen geheel anders en in den regel veel ongunstiger, dan zij zich voorstel- den. Zij wanen zich dan door aanwen ers bedrogen, in een val%ge!okt en wenschen dikwijls niets liever dan onmiddellijk naar Nederland terug tc kceren. Zulke ervarinegn werden reeds herhaaldelijk op gedaan onlangs nog met Nederlandsche landverhuizers in Brazilië. De hiervoor bedoelde aanbiedingen hebben betrekking op vestiging in /.eer dun bevolkte, vèr afgelegen, en schier onontgonnen deelen van Argentinië, stre ken, waar de meest primitieve toestan den heerschen, aan welke Nederlandsche immigranten, vceleischender dan de meester andere, zich uiterst moeilijk kun nen aanpassen. Wat andere, meer be schaafde deelen dezer republiek betreft, behoeft aan werving buitenslands niet te worden gedacht. Voor die provinciën welke zich reeds eenigszins ontwikkeld hebben, waar spoorwegen den afzet der producten in voldoende mate bevorde ren, waar reeds meer bevolking iSj kan men zonder betaling van vrijen over tocht, en zelfs tegen minder dan een vast weekloon van f16 met kost land bouwers in overvloed verkrijgen te Bue- nos-Ayres, waar toch jaarlijks niet min der dan 250.000 immigranten geheel voor eigen rekening en risico van over zee aankomen. Landbouwers, die op meergenoemde voorwaarden naar Argentinië immigree- ren, moeten na aankomst te Bmenos- Ayres eene nieuwe zeereis van onge veer 10 dagen ,der kustboot aanvaarden om San Julian, eene haven van Santa Cruz, te bereiken, en dan vervolgens van de kust nog twee dagen per auto mobiel naar hunne bestemming in het binnenland van genoemd territorium rei zen. Het binnenland van Santa Cruz is een dier hiervoor bedoelde, verlaten streken, welke voor vestiging van nieu we immigranten uit Nederland zeer on gunstig moet worden geacht. Het terri torium is het zuidelijkste van .Argen tinië en, het strekt zich uit over niet minder dan 282.000 vierk. K.M., ter wijl de bevolking die nog grootendeels aan de kust woont, slechts 4.000 zie len telt. Spoorwegen of andere gebaan de wegen ontbreken er. Land- of tuin bouw wordt er als het ware niet uitge oefend, ook rundveefokkerij bijna niet. De landerijen zijn in het algemeen van geringe hoedanigheid, al een geschikt voor de teelt van schapen, waarvan een paar millioen stuks over de reusachtige oppervlakte verspreid zijn. Vestiging in de eenzaamheid van San ta Cruz schijnt aan Nederlandsche land bouwers des te meer af te raden, daar zij er afgesloten van de buitenwereld, geheel afhankelijk zouden zijn van de be trokken kolonisatiemaatschappij, zulks o. a. voor inkoopen van genotmiddelen en kliederen, wellicht tevens nog van le vensmiddelen, want al levert de maat schappij den kost (voor alle maaltijden van eiken dag vleesch van oude schapen met hard brood), het is sterk te betwij felen, of Nederlandsche landverhuizers, aan geheel ander voedsel ^gewend, zich, vooral in den beginne,.met dien kost'zou den kunnen tevreden stellen. Verder dient hier gedacht aan de uitgaven voor de aanschaffing van gereedschappen, paardentuig, eenige meubelen en ook van eenige boummaterialen, want, waar in de voorwaarden der kolonisatie maatschappij geene woning is begre pen, moeten de landbouwers daarvoor c.q. zelf zorgen, evenals nog voor ge neeskundige hulp, ondersteld dat deze laatste verkrijgbaar zou zijn. Bij dit alles mag niet worden vergeten, dat alle ar tikelen, behalve schapenveleesch, reeds door de hooge kosten van vervoer in het binnenland van Santa Cruz buitenge woon duur zijn. Groote afhankelijkheid van de maat schappij zou zich zeker ook doen gevoe len in geval van geschillen, in het bij zonder indien zij hun dienst zouden wil len verlaten zulks in des te grootere mate wijl de Nederlandsche immigranten geen Spaansch spreken en de Argentijn- sche autoriteiten, wier hulp zij zouden kunnen inroepen, gewoonlijk alleen die taal machtig zijn en bovendien niet in het binnenland zijn gevestigd, maar op grooten afstand aan de zeekust. Het mag worden betwijfeld, of de maatschappij den boeren voor zulke gevallen, evenals thans voor de heenreis, een automobiel ter beschikking zou stellen, terwijl aan eene dagenlange reis te voet of te paard de grootste bezwaren verbonden zijn in deze onherbergzame streken, welke in den winter dfoor scherpe koude, 's zo mers door langdurige droogten geteis terd worden. Tegenover al deze nadeelen ware aan het voordeel te denken, dat de landbou wers grond kunnen koopen. Het is even wel de vraag, of zonder e'gen mid delen en wel niet in staat voel van hun weekloon over te leggen, de koopsom zouden kunnen betalen. Zeker is het 'bedrag niet zeer hoog, doch men vordert tegenwoordig naar verluidt, toch wel het dubbele van den oorspronkelijk vastge- stelden prijs van f 1.70 per H.A. Land- en Tuinbouw. Potplanten. Jüoe verkrijgt men goede aarde voor zijn potplanten? Deze vraag is van meer beteekenis dan velen meenen. Wat wordt te dezen opzichte vaak nog allervreemdst gehandeld'! Als de pot maar gevuld ie, schijnt er dikwijls te worden gedacht, en men gebruikt tot potvulling de eerste aarde de beste, welke men binnen zijn bereik heeft. Geen wonder, dat zoo menige potplant het vertikt" om te groeien en te bloeien. Neen, wie genoegen van zijn potcultuur wil hebben» dient zich af te vragen: wel ke aarde dien ik te gebruiken, opdat de planten vinden een geschikten voedings bodem, geschikt naar den aard van iedere plant; een bodem, die niet licht uitdroogt en waarin de plantenwortels toch vrij ge makkelijk kunnen doordringen. 't Is te begrijpen, dat men bij de pot cultuur op deze zaken nog meer moet let ten, dan bij het kweeken in den vrijen grond. Immers, in den vrijen grond kun nen de wortels zich in alle richtingen verspreiden en alzoo veel gemakkelijker het voedsel, dat zij behoeven, in voldoen de hoeveelheid vinden; bij de potcultuur is de ruimte beperkt en moet daarom door den kweeker de aarde met de meeste zorg worden bereid, opdat de benoodigde voedingsstoffen in de grootst mogelijke hoeveelheid daarin worden gevonden. Eenige kennis van de verschillende te bezigen aardsoorten is ook voor iederen liefhebber om genoemde redenen ge- wenscht. Hij kan zijn aarde wel van een kweekerij betrekken, maar ten eerste geeft dit niet zooveel genoegen als wan neer men zelf daarvoor zorg draagt; in de tweede plaats komt hij toch vroeger of iater in de noodzakelijkheid zelf aarde te bereiden, als hij b.v. een plant moet ver petten, omdat de pot te klein is geworden, of een zieke plant van versche aarde moet voorzien. Een voor zeer veie planten voor dezulke die licht gedijen geschikte aarde is de gewone bladaarde. Aten kan die zoo de gelegenheid daartoe bestaat, verkrijgen in een bosch. Aten loopt dit een eind in, verwijderd de bovenste grondlaag, waaronder men een lichte, zachte grondsoort zal aantreffen: dit is de bedoelde boschgrond. Niet altijd is hij zeer voedzaam, wanneer er namelijk door de wortels veel voedsel aan is onttrokken. Aten kan echter zulken grond ook zelf be reiden. In den herfst, als het loof (der hoo rnen s gevaülen zet men die op hoopjes van p!m. 60 c.At. en werkt deze af en toe om. Langzaam verrot die massa en na een paar jaar heelt men een donker gekleurde losse en voedzame aarde bekomen, welke of op zich zelf of vermengd met andere grondsoorten, voor den plantenliefhebber onontbeerlijk is. Niet voor alle planten kan deze aarde echter dienen. Bij het kiezen der aard- sooit voor een bepaalde plant houdemen rekening met haar herkomst, haar geboor teplaats. Zooveel doenlijk geve men "de aarde, overeenkomende met die, waaruit zij afkomstig is. Daartoe zal men in de meeste gevallen niet kunnen volstaan met een enkele grondsoort te geven, maar zal een mengsel noodig zijn. Zoo'n mengsel mag noch te licht noch te zwaar zijn; niet te licht, omdat dan de aarde te snel zou uitdrogen, maar ook niet te zwaar, dewijl in dat geval de wortels er moeilijk in konden doordringen. Zware aarde is dienstig voor planten met een sterke wor telvorming, als dé palmsoorten, een licht mengsel past voor fijnwortelige planten als Azalea's en Erica's. Hoe maakt men nu zulk een zwaren grond? Zeer zwaar en voedzaam is gras zoden-aarde, en deze kan men gebruiken om een mengsel voor palmen U berei den. Vermengd met bladaarde maakte ze deze zwaarder en voedzamer. Uit een goed bereid grasland en een met zand vermengden leemgrond krijgt men de bes te graszoden-aarde: men steekt zoden van 'n halven palm dikte en legt die met den graskant naar onderen gekeerd. Drie, viermaal in den loop van 't jaar'.wordt de hoop omgezet en verkruimeld. Werkt de vorst tot dat verkruimelen mee, dan is de aarde reeds na een jaar te gebruiken anders laat men den hoop nog een maand of wat staan. Zijn de zoden niet van best land afkomstig, dan is het gewenscht afwisselend een laag zoden en een laagje stalmest aan te brengen. Men kan ook in plaats van dezen grond ook dien van molshóopen nemen. Ook leemgrondvan onder de bouwlaag of d begroeide bo venlaag h?a t men de leemaarde, welke eenigen tijd aan de lucht wordt bloot gesteld.. C. B. (Wordt vervolgd). Edelkarpers en Masurische zeelt. In verschillende wateren van ons land worden nu en dan exemplaren van de daar ultgepote ede.karpers in volwassen staat gevangen, waaruit blijkt, dat zij in de Ne derlandsche binnenw; t ren de voorwaar den vinden ,die voor hun ontwikkeling noodig zijn. Zeldzamer komt het echter voor, dat de zekerheid verkregen wordt, dat die vischsoort zich daar ook voort teelt. Daarom dient vermelding een van die gevallen, nl. dat van den heer K. K. De Waard, landbouwer te Waarder, die in een gracht, waarin hij vijf jaren geleden jonge edelkarpers gepoot, dit jaar jonge vischjes, vond, welke bij onderzoek door de Directie der Ned. Heide-Maatschappij als echte edelkarpers werden erkend. Tegelijk met dit bericht, dat wij aan „Onze Zoetwatervisscherij" ontleenen, vonden wij daarin verschillende berich ten van het vangen van edejuupers, te De Rijp exemplaren van 7, 8, 9 en 10 pond. Voorts ontleenen wij daaraan het vol gende bericht aangaande het slagen van een teeltproef met Masurische zeelt. Door een visscher in Zuid-Holland' werd den afgeioopen zomer een proef ge nomen met het laten telen der Masuri sche zeelt in liet polderwater. Te dien einde had hij in een slootje, lang 100 M. breed 2—3 M. en diep 3/4 Al., in April 2 mannetjes en 2 wijfjes zeelten losge laten, elk ongeveer V. pond wegende. Op verlangen van den eigenaar van de sloot moest deze leeggehoosd worden en nu bleek, dat de teelt goed gelukt was. Een 140 stuks werden er uit gevangenveel gingen er verloren, doordat ze met het vuil en den bagger op den wal geworpen werden, wat zeer te betreuren is. Ook met de zegen worden veel van deze kost bare vischjes vernield. In polders met zachtenbodem worden zij met het vuil op den wal gesleept, waar zij omkomen. Rechtszaken. Van een dorps veete. In een uithoek van Noord-Brabant ligt het dorpje Loosbroek, waar men als het ware gjeheel afgesloten is van het ven- keer, en van waaruit al sinds langen tijd steeds requesten komen aan de Prov. Staten van Noord-Brabant, om eenige verbetering te brengen in de verkeers wegen. Maar ondanks dat alles heeft Loosbroek ook al een bevolking, waar onder het niet steeds pais en vree is. Donderdag was een heel gezelschap landbouwers voor de Bossche recht bank, die hier het laatste bedrijf speel den van een landelijk drama, dat met Loosbroeksche kermis was begonnen, of eigenlijk nog daarvoor. Twee boerenfamilies uit Loosbroeki hadden elkaar een bank betwist in Gods tempel. M. v. d. Z. was tot onlangs pachter van de bewuste bank, maar toen ze opy- nieuw verpacht werd, had G. v. H., den prijs opgejaagd, totdat het voor M. te duur werd en hij zijn plekje moest vaar wel zeggen. Dit was hem een doorn in het oog. Het werd kermis in Loosbroek, die in 't Zuiden veelal worden afgewacht om oude veeten uit te vechten. Om een uur of half negen was een stelletje landbouwers in de herberg van v. d. Braak. Onder hen was ook v. H. en hoorde dat v. d. Z. zijn broer zocht met minder aangeTiame en vriendschapr pelijke gevoelens. G. ging daarop naar buiten en hem werd dadelijk het be vel gegeven „Loopen Anders En G. liep, dat hem de haren om zijn hoofd floten, recht op de woning van den hoofdonderwijzer toe, waar hij, den knop" van de bel grijpend, begon ..te roepen„Meester, help me, want het ziet er slecht voor me uit." Een vijf- of zestal Loosbroeksche kor nuiten zaten hem op de hielen, en een hunner brachl hem al onmiddellijk enke le slagen op zijn hoofd toe met een voorwerp, dat minder prettig aanvoelde. Het bloed gutste weldra uit zijn bo venkamer, maar men bleef ondanks dat nog maar lustig doortimmeren. G. zag, dat de eerste opstoppers werden toege bracht door AL v. d. Z. Den volgenden morgen ging hij naar den dokter om zijn boi weer wat te laten opkalafateren, en zijn zuster, die op hetzelfde oogen- blik ynet haar moeder uit de kerk kwam, vond voor de woning van den hcofdt- onderwijzer een vijl, waarmee men zeer waarschijnlijk den avond te voren haar broeders haar aan 't kammen was ge weest. M. v. d. Z. werd aangeklaagd als de dader en verschillende getuigen werden gedagvaard. Sommigen dezer namen zulk een eigenaardige houding aan, dat de rechtbank hard twijfelde of hun ver klaringen wel conform de waarheid waren. De president moest dan ook her haaldelijk op het gewicht van den eed attent maken. Een der getuigen kwam op zijn aanvankelijk afgelegde verkia,- ring terug, en de president bracht hem daarvoor hulde. De officier van Justitie, mr. Brantjes, achtte door de verschillende verklaringen het feit wettig en overtuigend tegen v. d. Z. bewezen en eischte een gev≱- nisstraf van zes weken. Op de publieke tribune stonden een dochter en een zoon van M., die hevig begonnen te schreien, omdat vader nu wellicht de doos in moest. Als verdediger trad op mr. v. d. Heyj- den, die er op wees, hoe onpartijdig hij deze zaak had aangepakt, en hoe hij zich absoluut onthouden had van pressie op de getuigen. Hij stelde in 't licht, hoe moeilijk het was om in deze duistei czaak eenige klaarheid te brengen en achtte de schuld van beklaagde geenszins vast staande. Het overtuigend bewijs was volgens pleiter in geenen deele giele- verd en derhalve vroeg hij vrijspraak. De Nachtwacht beschadigd. „De Nachtwacht", het wereldberoem de schilderij van Rembrandt van Rijn, is gisteren door een baldadige hand vrij ernstig beschadigd. De bedrijver van dit schandelijk werk is een zekere Sigrist, een jonge man van 23 jaar, gewezen kok, bij de marine, die opnieuw in militairen dienst wilde gaan maar afgekeurd w.erd. .Hij zegt hierdooij een haat tegen het Rijk te hebben ge kregen en zich door zijn daad te hebben willen wreken. Het was den dader om vernieling van de Nachtwacht te doen, maar het is gelukkig bij een vrij ernstige beschadiging gebleven. De zaak heeft zich aldus toegedragen: Tegen 1 uur gistermiddag toen geen enkele bezoeker, maar alleen de sup>- poost Dijks in de Nachtwachtzaal zich ophield, stapte Sigrist binnen. Hij zag er fatsoenlijk gekleed pit en trok door niets de bijzondere aandacht. Sigariset plaatste zich op ongeveer drie pas af stand van het doek, terwijl de suppoost zich dicht achter hem ophield. Plotse ling stapte de man vooruit, haalde on derwijl een schoenmakersmes uit zijn zak, sprong over het koord dat dicht bij den grond voor het schilderij hangt en haalde in een boog het mes over het doek' heen. De suppoost Dijks riep om hulp en sprong den man na, maar voordat Dijks hem beet kon grijpen, was de daad al geschied. Een tweede suppoost snelde* oogenblikkelijk toe en beiden overmees terden Sigrist en ontnamen hem 't scher pe schoenmakersmes, dat hij nog in de hand hield. „Zóó is het goed", schreeuwde de man, „ik heb een haat tegen het Rijk' en, beter dan iemand overhoop te ste ken, kan in de Nachtwacht vernielen." Hij werd geboeid naar het politie bureau aan het Leidscheplein overge bracht en de justitie werd met het ge beurde in kennis gesteld. De beschadiging is aldus. Beide hoofd figuren, kapitein Frans Banning Cocq en luitenant Willem van Ruytenburgj, zijn door het mes getroffen. Over de knieën van den eerste loopt een vrij die pe snede, die echter niet door het doek' heen is. Dan ging het mes opwaarts, gelukkig, in meer platte houding, zoo dat de beschadiging over borst- en sjerp van Banning Cocq meer een schrap is van weinig diepte, maar nogal breed. En op deii verderen rondzwaai van het mes werd de borst van luitenant van Ruy- tenburg getroffen, die ook geen snede, maar een schrap van een vinger breed te vertoont. Dadelijk bij het binnenkomen van de Nachtwachtzaal die nu voor het pu bliek gesloten is ziet men het resul taat van de laffe daad. De directeur vian het Rijksmuseum Jiir. van Riemsdijk, kon, kon gelukkig verzekeren, dat de beschadiging van het schilderij beslist te herstellen is zonder eenig spoor 11a. te laten. Dadelijk na de instructie, zal men het herstellen. Ol nog verdere maatregcf- len tegen herhaling van zulke daden zul len genomen worden,.kon de hoofddirec teur de heer v. Riemsdijk thans nog niet zeggen. Wel, zal het feit besproken wor den in de Commissie van toezicht en ad vies voor de schilderijen der gemeente Amsterdam. Op het gepleegde misdrijf staat een gevangenisstraf van ten hoogste 2 jaar. Een oplichter. De provincie Noord-Brabant wordt in de laatste da gen onveilig egmaakt door een persoon, geboortig uit Eindhoven, een zékeren J. v. D. Genoemde persoon doet zich, nu eens hier, dan daar, in verschillende hoeda nigheden voor, en tracht op allerlei ma nieren vrij logies of geld los te maken. De vorige week gaf hij zich te Vucht voor ge neeskundige uit, terwijl hij thans weer van roi verwisseld is, en zich tot St. Mi chielsgestel als vliegenier uitgaf. Hij was als zoodanig gekleed en gaf hoog op van binnen- en buitenlandsche vliegtochten. In tal van gemeenten ging hij op dusda nige wijze te werk. Te Waalwijk deed hij zich voor als kooper van huizen, en bood een flinke som van een hotel .De zaak kwam zelfs zoover, dat vereischte overdrachistukken door den notaris werden gereed gemaakt. De grappenmaker zeide echter, slechts een chèqu van f40.000 te hebben wes halve hij even f100 aan den hotelhou der ter leen vroeg. Deze som werd hem te goeder trouw verstrekt. Na een paar dagen verdween de man zonder terug gave der f100 en met achterlating der onbetaalde rekening. Te Drunen gaf hij voor namens een Duitsch kartel, dat over 80 millioen mark beschikte, huizen te moeten koopen, ten einde filialen op te richten. De toeleg van een en ander mislukte echter, diaar hij door iemand uit Waalwijk .(waar het heerschap over huizenaankoop onderhan deld had en na 4 dagen logies stilletjes verdwenen was), herkend werd. Zalm in een sloot. Als een bij zonderheid dient vermeid te worden, dat de vorige weck een zalm verkocht is, die in de Wetering, op de grens van Doornen burg en de buurtschap Flieren, gevangen is in een strik. Het was een zomerzafm en woog ruim 13 pond. Zijn leven en zijn kwartje. Twee agenten van politie te Middelburg die met moeite 'n man uit het water heb ben gered, ontvingen hoewel de gered de het best kon missen 25 cent beloo ning! De agenten bedankten voor de eer. Stranding Selby Abbey. Men meldt uit Rotterdam: Zooals reeds gemeld, hebben gisteren laat in den avond ook de kapitein en de zeven man die tot 't laatste toe aan boord waren gebleven ,het schip verlaten met de stoomreddingsboot „President van Heel en werden zij vannacht te Hoek van Holland onder dak gebracht. Met schip js vannacht n,og iets hooger op de büiiKeu gewerkt, doch zit nog recht standig. Een blazerschuit van den Ber- gingödienst van L. Smit en Co. ligt langs terwijl verschillende andere b'.azerschui- teft in de nabijheid' zijn om zoo spoedig mogelijk met het bergen der lading te kunnen aanvangen. Het weder is tot nog toe gunstig. De lading bestaat in 250 ton steenko len, voorts machinerieën en een partij vaten olie, totaal 500 ton lading. Op verzoek van den kapitein heeft de equipage zich bereid verklaard zich he denmiddag met de sleepboot Zuiderzee weder naar boord te begeven. Ernstige val. Gistermorgen viel de 84-jarige P. Richard, wonende Pie terstraat, te Delft, in zijne woning van de zoldertrap. Hij werd ernstig aan het voorhoofd verwond. Na in zijne woning door dr. Batenburg voorloopig te zijn verbonden, is hij in hoogst zorgwekken- den toestand naar het gasthuis vervoerd. Door tandraderen gegrepen. Een vijit.enjarige landbouwersknecht te Kleverskerke is gisteren bij. het ma len van veevoeder door de tandraderen van den molen gegrepen. Zwaar gewond aan hoofd en hals naar het gasthuis ie middelburg vervoerd ,is hij hedennacht overleden. Diefstal uit een brandkas. Bij nader onderzoek is gebleken dat het bedrag dat ontvreemd is uit de brand kast van de Centrale Werkplaats der Staatsspoor te Utrecht ruim f 2300 be draagt Storm op zee. Wederom heeft een hevige storm op de Engelsche kust gewoed. Tal van schepen hebben schip breuk geleden en in een geval, U Deal, ontkwam de bemanning van de redding boot nauwelijks aan den dood, daar de boot omsloeg. Twee matrozen van de Engelsche stoomboot „St. David" zijn overboord geslagen en verdronken. Van verschillende kustplaatesn komen berich ten van moedige reddingen. Ook aan den vva'i veroorzaakte de hevige storm ongelukken. Te Londen werden tal van lieden door neervallende dakpannen ge wond. Vele telegraaf- en tclephoondradcn zijn gebroken. Een onderwijzeres werd door een neervallend gevelstuk gedood, een andere onderwijzeres die haar ver gezelde werd ernstig gewond. In het Kanaal leed de scheepvaart zeer onder de gevolgen van het zware weer. De mailbooten konden Calais niet binnen komen en moesten koers zeften naar Boulogne. Ook op de westkust van Frankrijk woedt een geweldige storm. Uit Brest Cherbourg en Duinkerken komen berich ten van belangrijke schade, in die ste den aangericht. Verschillende vlsscehrs- vaartuigen zijn gestrand. Gasontploffing. T engevólgc van een gasontploffing is een winkel te Connellsvilie in Pennsylvanie verwoest. In den winkel bevonden zich twintig meis jes en eenige mannen, van wie velen ge dood werden. De instorting der muren werd gevolgd' door een hevigen brand. Oude Postzegels Na de annexatie van het vroegere Ko ninkrijk Hannover waren de oude postze gels van dat koninkrijk vernietigd. Doch thans werden plotseling, onder in een kist, onder andere stukken, in het hoofd postkantoor te Hannover, een aantal ve len van die oude Hannoversche postzegels ontdekt, en deze zijn te Berlijn publiek geveild. Daar waren 1500 groene zegels van 10 groschen van 1861, die in den handel, wijl zij zeldzaam zijn, voor 60 Atark per stuk genoteerd waren. Deze brachten in de veiling 35.000 Mark op, wat met de veilingskosten ongeveer 25 tot 30 Mark per stuk bedraagt. Voor de blau we twee-groschen-zegels van 1864 werd in de veiling ongeveer de catalogus waar de betaald. De geheele veiling van deze oude zegels bracht op, zonder de vei lingskosten, 89,455 Mark. Gemeente-exploitatie in Engeland eu Duitschland. Duitschland is Engeland in gemeente- exploitatie vóór. Van de vijftig grootste steden in ieder land hebben in Duitschland 48 hun eigen watervoorziening, in Engeland 39. M.t be trekking tot de gasfabricatie zijn deze ge tallen respectievelijk 50 en 21, electriciteit: 42 en 44, ti ims23 en 42, badinrichtingen 48 en 49, markten 50 en 44, slachterijen 43 en 23. 'Engeland heeft dus de leiding met be trekking tot de trams. In electriciteits- ondernemingen en badinrichtingen staan de steden in beide landen ongeveer ge lijk, doch in exploitatie van water, gas, markten en slachterijen heeft Duitschland Engeland een goed stuk achter zich gela ten. Hierbij kan nog gevoegd worden, dat bijna alle Duitsche steden van eenige grootte er haar eigen arbeidsbeurzen op na houden; bijna allen hebben spaar banken; beide instituten "bevinden zich in Duitschland in gemeente-, niet in rijks- beheer. 'Van de bovenbedoelde 50 steden heb ben er 27 openbare pandjeshuizen, die als voorschotbank dienen voor den nïingc- goede, een groot aantal bezit gemeente lijk.:: schouwburgen, en er zijn nog meer dere, op zichzelf staande ondernemingenj die door enkele steden worden gedrevenj maar niet voldoende algemeen voorko men, om geclassificeerd te worden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 10