Gemengd Nieuws.
leurstelling. Zij, die ze aangaan, kennen
het land, waarheen zij zich willen bege
ven, niet en oordeelen naar de toestan
den in Nederland. In het land; van be
stemming aangekomen, vinden zij de toe
standen geheel anders en in den regel
veel ongunstiger, dan zij zich voorstel-
den. Zij wanen zich dan door aanwen ers
bedrogen, in een val%ge!okt en wenschen
dikwijls niets liever dan onmiddellijk
naar Nederland terug tc kceren. Zulke
ervarinegn werden reeds herhaaldelijk op
gedaan onlangs nog met Nederlandsche
landverhuizers in Brazilië.
De hiervoor bedoelde aanbiedingen
hebben betrekking op vestiging in /.eer
dun bevolkte, vèr afgelegen, en schier
onontgonnen deelen van Argentinië, stre
ken, waar de meest primitieve toestan
den heerschen, aan welke Nederlandsche
immigranten, vceleischender dan de
meester andere, zich uiterst moeilijk kun
nen aanpassen. Wat andere, meer be
schaafde deelen dezer republiek betreft,
behoeft aan werving buitenslands niet
te worden gedacht. Voor die provinciën
welke zich reeds eenigszins ontwikkeld
hebben, waar spoorwegen den afzet der
producten in voldoende mate bevorde
ren, waar reeds meer bevolking iSj kan
men zonder betaling van vrijen over
tocht, en zelfs tegen minder dan een
vast weekloon van f16 met kost land
bouwers in overvloed verkrijgen te Bue-
nos-Ayres, waar toch jaarlijks niet min
der dan 250.000 immigranten geheel
voor eigen rekening en risico van over
zee aankomen.
Landbouwers, die op meergenoemde
voorwaarden naar Argentinië immigree-
ren, moeten na aankomst te Bmenos-
Ayres eene nieuwe zeereis van onge
veer 10 dagen ,der kustboot aanvaarden
om San Julian, eene haven van Santa
Cruz, te bereiken, en dan vervolgens
van de kust nog twee dagen per auto
mobiel naar hunne bestemming in het
binnenland van genoemd territorium rei
zen.
Het binnenland van Santa Cruz is
een dier hiervoor bedoelde, verlaten
streken, welke voor vestiging van nieu
we immigranten uit Nederland zeer on
gunstig moet worden geacht. Het terri
torium is het zuidelijkste van .Argen
tinië en, het strekt zich uit over niet
minder dan 282.000 vierk. K.M., ter
wijl de bevolking die nog grootendeels
aan de kust woont, slechts 4.000 zie
len telt. Spoorwegen of andere gebaan
de wegen ontbreken er. Land- of tuin
bouw wordt er als het ware niet uitge
oefend, ook rundveefokkerij bijna niet.
De landerijen zijn in het algemeen van
geringe hoedanigheid, al een geschikt
voor de teelt van schapen, waarvan een
paar millioen stuks over de reusachtige
oppervlakte verspreid zijn.
Vestiging in de eenzaamheid van San
ta Cruz schijnt aan Nederlandsche land
bouwers des te meer af te raden, daar
zij er afgesloten van de buitenwereld,
geheel afhankelijk zouden zijn van de be
trokken kolonisatiemaatschappij, zulks o.
a. voor inkoopen van genotmiddelen en
kliederen, wellicht tevens nog van le
vensmiddelen, want al levert de maat
schappij den kost (voor alle maaltijden
van eiken dag vleesch van oude schapen
met hard brood), het is sterk te betwij
felen, of Nederlandsche landverhuizers,
aan geheel ander voedsel ^gewend, zich,
vooral in den beginne,.met dien kost'zou
den kunnen tevreden stellen. Verder
dient hier gedacht aan de uitgaven voor
de aanschaffing van gereedschappen,
paardentuig, eenige meubelen en ook
van eenige boummaterialen, want, waar
in de voorwaarden der kolonisatie
maatschappij geene woning is begre
pen, moeten de landbouwers daarvoor
c.q. zelf zorgen, evenals nog voor ge
neeskundige hulp, ondersteld dat deze
laatste verkrijgbaar zou zijn. Bij dit alles
mag niet worden vergeten, dat alle ar
tikelen, behalve schapenveleesch, reeds
door de hooge kosten van vervoer in het
binnenland van Santa Cruz buitenge
woon duur zijn.
Groote afhankelijkheid van de maat
schappij zou zich zeker ook doen gevoe
len in geval van geschillen, in het bij
zonder indien zij hun dienst zouden wil
len verlaten zulks in des te grootere
mate wijl de Nederlandsche immigranten
geen Spaansch spreken en de Argentijn-
sche autoriteiten, wier hulp zij zouden
kunnen inroepen, gewoonlijk alleen die
taal machtig zijn en bovendien niet in
het binnenland zijn gevestigd, maar op
grooten afstand aan de zeekust. Het mag
worden betwijfeld, of de maatschappij
den boeren voor zulke gevallen, evenals
thans voor de heenreis, een automobiel
ter beschikking zou stellen, terwijl aan
eene dagenlange reis te voet of te paard
de grootste bezwaren verbonden zijn in
deze onherbergzame streken, welke in
den winter dfoor scherpe koude, 's zo
mers door langdurige droogten geteis
terd worden.
Tegenover al deze nadeelen ware aan
het voordeel te denken, dat de landbou
wers grond kunnen koopen. Het is even
wel de vraag, of zonder e'gen mid
delen en wel niet in staat voel van hun
weekloon over te leggen, de koopsom
zouden kunnen betalen. Zeker is het
'bedrag niet zeer hoog, doch men vordert
tegenwoordig naar verluidt, toch wel het
dubbele van den oorspronkelijk vastge-
stelden prijs van f 1.70 per H.A.
Land- en Tuinbouw.
Potplanten.
Jüoe verkrijgt men goede aarde voor
zijn potplanten? Deze vraag is van meer
beteekenis dan velen meenen. Wat wordt
te dezen opzichte vaak nog allervreemdst
gehandeld'! Als de pot maar gevuld ie,
schijnt er dikwijls te worden gedacht,
en men gebruikt tot potvulling de eerste
aarde de beste, welke men binnen zijn
bereik heeft.
Geen wonder, dat zoo menige potplant
het vertikt" om te groeien en te bloeien.
Neen, wie genoegen van zijn potcultuur
wil hebben» dient zich af te vragen: wel
ke aarde dien ik te gebruiken, opdat de
planten vinden een geschikten voedings
bodem, geschikt naar den aard van iedere
plant; een bodem, die niet licht uitdroogt
en waarin de plantenwortels toch vrij ge
makkelijk kunnen doordringen.
't Is te begrijpen, dat men bij de pot
cultuur op deze zaken nog meer moet let
ten, dan bij het kweeken in den vrijen
grond. Immers, in den vrijen grond kun
nen de wortels zich in alle richtingen
verspreiden en alzoo veel gemakkelijker
het voedsel, dat zij behoeven, in voldoen
de hoeveelheid vinden; bij de potcultuur
is de ruimte beperkt en moet daarom
door den kweeker de aarde met de meeste
zorg worden bereid, opdat de benoodigde
voedingsstoffen in de grootst mogelijke
hoeveelheid daarin worden gevonden.
Eenige kennis van de verschillende te
bezigen aardsoorten is ook voor iederen
liefhebber om genoemde redenen ge-
wenscht. Hij kan zijn aarde wel van een
kweekerij betrekken, maar ten eerste
geeft dit niet zooveel genoegen als wan
neer men zelf daarvoor zorg draagt; in
de tweede plaats komt hij toch vroeger of
iater in de noodzakelijkheid zelf aarde te
bereiden, als hij b.v. een plant moet ver
petten, omdat de pot te klein is geworden,
of een zieke plant van versche aarde moet
voorzien.
Een voor zeer veie planten voor
dezulke die licht gedijen geschikte
aarde is de gewone bladaarde. Aten kan
die zoo de gelegenheid daartoe bestaat,
verkrijgen in een bosch. Aten loopt dit
een eind in, verwijderd de bovenste
grondlaag, waaronder men een lichte,
zachte grondsoort zal aantreffen: dit is de
bedoelde boschgrond. Niet altijd is hij
zeer voedzaam, wanneer er namelijk door
de wortels veel voedsel aan is onttrokken.
Aten kan echter zulken grond ook zelf be
reiden. In den herfst, als het loof (der hoo
rnen s gevaülen zet men die op hoopjes
van p!m. 60 c.At. en werkt deze af en toe
om. Langzaam verrot die massa en na een
paar jaar heelt men een donker gekleurde
losse en voedzame aarde bekomen, welke
of op zich zelf of vermengd met andere
grondsoorten, voor den plantenliefhebber
onontbeerlijk is.
Niet voor alle planten kan deze aarde
echter dienen. Bij het kiezen der aard-
sooit voor een bepaalde plant houdemen
rekening met haar herkomst, haar geboor
teplaats. Zooveel doenlijk geve men "de
aarde, overeenkomende met die, waaruit
zij afkomstig is. Daartoe zal men in de
meeste gevallen niet kunnen volstaan met
een enkele grondsoort te geven, maar zal
een mengsel noodig zijn. Zoo'n mengsel
mag noch te licht noch te zwaar zijn;
niet te licht, omdat dan de aarde te snel
zou uitdrogen, maar ook niet te zwaar,
dewijl in dat geval de wortels er moeilijk
in konden doordringen. Zware aarde is
dienstig voor planten met een sterke wor
telvorming, als dé palmsoorten, een licht
mengsel past voor fijnwortelige planten
als Azalea's en Erica's.
Hoe maakt men nu zulk een zwaren
grond? Zeer zwaar en voedzaam is gras
zoden-aarde, en deze kan men gebruiken
om een mengsel voor palmen U berei
den. Vermengd met bladaarde maakte ze
deze zwaarder en voedzamer. Uit een
goed bereid grasland en een met zand
vermengden leemgrond krijgt men de bes
te graszoden-aarde: men steekt zoden
van 'n halven palm dikte en legt die met
den graskant naar onderen gekeerd. Drie,
viermaal in den loop van 't jaar'.wordt de
hoop omgezet en verkruimeld. Werkt de
vorst tot dat verkruimelen mee, dan is
de aarde reeds na een jaar te gebruiken
anders laat men den hoop nog een maand
of wat staan. Zijn de zoden niet van best
land afkomstig, dan is het gewenscht
afwisselend een laag zoden en een laagje
stalmest aan te brengen. Men kan ook in
plaats van dezen grond ook dien van
molshóopen nemen. Ook leemgrondvan
onder de bouwlaag of d begroeide bo
venlaag h?a t men de leemaarde, welke
eenigen tijd aan de lucht wordt bloot
gesteld..
C. B.
(Wordt vervolgd).
Edelkarpers en Masurische zeelt.
In verschillende wateren van ons land
worden nu en dan exemplaren van de daar
ultgepote ede.karpers in volwassen staat
gevangen, waaruit blijkt, dat zij in de Ne
derlandsche binnenw; t ren de voorwaar
den vinden ,die voor hun ontwikkeling
noodig zijn. Zeldzamer komt het echter
voor, dat de zekerheid verkregen wordt,
dat die vischsoort zich daar ook voort
teelt.
Daarom dient vermelding een van die
gevallen, nl. dat van den heer K. K. De
Waard, landbouwer te Waarder, die in
een gracht, waarin hij vijf jaren geleden
jonge edelkarpers gepoot, dit jaar jonge
vischjes, vond, welke bij onderzoek door
de Directie der Ned. Heide-Maatschappij
als echte edelkarpers werden erkend.
Tegelijk met dit bericht, dat wij aan
„Onze Zoetwatervisscherij" ontleenen,
vonden wij daarin verschillende berich
ten van het vangen van edejuupers,
te De Rijp exemplaren van 7, 8, 9 en 10
pond.
Voorts ontleenen wij daaraan het vol
gende bericht aangaande het slagen van
een teeltproef met Masurische zeelt.
Door een visscher in Zuid-Holland'
werd den afgeioopen zomer een proef ge
nomen met het laten telen der Masuri
sche zeelt in liet polderwater. Te dien
einde had hij in een slootje, lang 100 M.
breed 2—3 M. en diep 3/4 Al., in April
2 mannetjes en 2 wijfjes zeelten losge
laten, elk ongeveer V. pond wegende. Op
verlangen van den eigenaar van de sloot
moest deze leeggehoosd worden en nu
bleek, dat de teelt goed gelukt was. Een
140 stuks werden er uit gevangenveel
gingen er verloren, doordat ze met het
vuil en den bagger op den wal geworpen
werden, wat zeer te betreuren is. Ook
met de zegen worden veel van deze kost
bare vischjes vernield. In polders met
zachtenbodem worden zij met het vuil
op den wal gesleept, waar zij omkomen.
Rechtszaken.
Van een dorps veete.
In een uithoek van Noord-Brabant ligt
het dorpje Loosbroek, waar men als het
ware gjeheel afgesloten is van het ven-
keer, en van waaruit al sinds langen
tijd steeds requesten komen aan de Prov.
Staten van Noord-Brabant, om eenige
verbetering te brengen in de verkeers
wegen. Maar ondanks dat alles heeft
Loosbroek ook al een bevolking, waar
onder het niet steeds pais en vree is.
Donderdag was een heel gezelschap
landbouwers voor de Bossche recht
bank, die hier het laatste bedrijf speel
den van een landelijk drama, dat met
Loosbroeksche kermis was begonnen, of
eigenlijk nog daarvoor.
Twee boerenfamilies uit Loosbroeki
hadden elkaar een bank betwist in Gods
tempel.
M. v. d. Z. was tot onlangs pachter
van de bewuste bank, maar toen ze opy-
nieuw verpacht werd, had G. v. H., den
prijs opgejaagd, totdat het voor M. te
duur werd en hij zijn plekje moest vaar
wel zeggen. Dit was hem een doorn in
het oog.
Het werd kermis in Loosbroek, die in 't
Zuiden veelal worden afgewacht om oude
veeten uit te vechten.
Om een uur of half negen was een
stelletje landbouwers in de herberg van
v. d. Braak. Onder hen was ook v. H.
en hoorde dat v. d. Z. zijn broer zocht
met minder aangeTiame en vriendschapr
pelijke gevoelens. G. ging daarop naar
buiten en hem werd dadelijk het be
vel gegeven „Loopen Anders
En G. liep, dat hem de haren om zijn
hoofd floten, recht op de woning van
den hoofdonderwijzer toe, waar hij, den
knop" van de bel grijpend, begon ..te
roepen„Meester, help me, want het
ziet er slecht voor me uit."
Een vijf- of zestal Loosbroeksche kor
nuiten zaten hem op de hielen, en een
hunner brachl hem al onmiddellijk enke
le slagen op zijn hoofd toe met een
voorwerp, dat minder prettig aanvoelde.
Het bloed gutste weldra uit zijn bo
venkamer, maar men bleef ondanks dat
nog maar lustig doortimmeren. G. zag,
dat de eerste opstoppers werden toege
bracht door AL v. d. Z. Den volgenden
morgen ging hij naar den dokter om zijn
boi weer wat te laten opkalafateren,
en zijn zuster, die op hetzelfde oogen-
blik ynet haar moeder uit de kerk kwam,
vond voor de woning van den hcofdt-
onderwijzer een vijl, waarmee men zeer
waarschijnlijk den avond te voren haar
broeders haar aan 't kammen was ge
weest.
M. v. d. Z. werd aangeklaagd als de
dader en verschillende getuigen werden
gedagvaard. Sommigen dezer namen
zulk een eigenaardige houding aan, dat
de rechtbank hard twijfelde of hun ver
klaringen wel conform de waarheid
waren. De president moest dan ook her
haaldelijk op het gewicht van den eed
attent maken. Een der getuigen kwam
op zijn aanvankelijk afgelegde verkia,-
ring terug, en de president bracht hem
daarvoor hulde.
De officier van Justitie, mr. Brantjes,
achtte door de verschillende verklaringen
het feit wettig en overtuigend tegen
v. d. Z. bewezen en eischte een gev≱-
nisstraf van zes weken.
Op de publieke tribune stonden een
dochter en een zoon van M., die hevig
begonnen te schreien, omdat vader nu
wellicht de doos in moest.
Als verdediger trad op mr. v. d. Heyj-
den, die er op wees, hoe onpartijdig hij
deze zaak had aangepakt, en hoe hij zich
absoluut onthouden had van pressie op
de getuigen. Hij stelde in 't licht, hoe
moeilijk het was om in deze duistei czaak
eenige klaarheid te brengen en achtte de
schuld van beklaagde geenszins vast
staande. Het overtuigend bewijs was
volgens pleiter in geenen deele giele-
verd en derhalve vroeg hij vrijspraak.
De Nachtwacht beschadigd.
„De Nachtwacht", het wereldberoem
de schilderij van Rembrandt van Rijn, is
gisteren door een baldadige hand vrij
ernstig beschadigd.
De bedrijver van dit schandelijk werk
is een zekere Sigrist, een jonge man van
23 jaar, gewezen kok, bij de marine, die
opnieuw in militairen dienst wilde gaan
maar afgekeurd w.erd. .Hij zegt hierdooij
een haat tegen het Rijk te hebben ge
kregen en zich door zijn daad te hebben
willen wreken. Het was den dader om
vernieling van de Nachtwacht te doen,
maar het is gelukkig bij een vrij ernstige
beschadiging gebleven. De zaak heeft zich
aldus toegedragen:
Tegen 1 uur gistermiddag toen geen
enkele bezoeker, maar alleen de sup>-
poost Dijks in de Nachtwachtzaal zich
ophield, stapte Sigrist binnen. Hij zag
er fatsoenlijk gekleed pit en trok door
niets de bijzondere aandacht. Sigariset
plaatste zich op ongeveer drie pas af
stand van het doek, terwijl de suppoost
zich dicht achter hem ophield. Plotse
ling stapte de man vooruit, haalde on
derwijl een schoenmakersmes uit zijn
zak, sprong over het koord dat dicht
bij den grond voor het schilderij hangt
en haalde in een boog het mes over het
doek' heen.
De suppoost Dijks riep om hulp en
sprong den man na, maar voordat Dijks
hem beet kon grijpen, was de daad al
geschied. Een tweede suppoost snelde*
oogenblikkelijk toe en beiden overmees
terden Sigrist en ontnamen hem 't scher
pe schoenmakersmes, dat hij nog in de
hand hield.
„Zóó is het goed", schreeuwde de
man, „ik heb een haat tegen het Rijk'
en, beter dan iemand overhoop te ste
ken, kan in de Nachtwacht vernielen."
Hij werd geboeid naar het politie
bureau aan het Leidscheplein overge
bracht en de justitie werd met het ge
beurde in kennis gesteld.
De beschadiging is aldus. Beide hoofd
figuren, kapitein Frans Banning Cocq
en luitenant Willem van Ruytenburgj,
zijn door het mes getroffen. Over de
knieën van den eerste loopt een vrij die
pe snede, die echter niet door het doek'
heen is. Dan ging het mes opwaarts,
gelukkig, in meer platte houding, zoo
dat de beschadiging over borst- en sjerp
van Banning Cocq meer een schrap is
van weinig diepte, maar nogal breed. En
op deii verderen rondzwaai van het mes
werd de borst van luitenant van Ruy-
tenburg getroffen, die ook geen snede,
maar een schrap van een vinger breed
te vertoont.
Dadelijk bij het binnenkomen van de
Nachtwachtzaal die nu voor het pu
bliek gesloten is ziet men het resul
taat van de laffe daad. De directeur vian
het Rijksmuseum Jiir. van Riemsdijk,
kon, kon gelukkig verzekeren, dat de
beschadiging van het schilderij beslist
te herstellen is zonder eenig spoor 11a.
te laten.
Dadelijk na de instructie, zal men het
herstellen. Ol nog verdere maatregcf-
len tegen herhaling van zulke daden zul
len genomen worden,.kon de hoofddirec
teur de heer v. Riemsdijk thans nog niet
zeggen. Wel, zal het feit besproken wor
den in de Commissie van toezicht en ad
vies voor de schilderijen der gemeente
Amsterdam.
Op het gepleegde misdrijf staat een
gevangenisstraf van ten hoogste 2 jaar.
Een oplichter. De provincie
Noord-Brabant wordt in de laatste da
gen onveilig egmaakt door een persoon,
geboortig uit Eindhoven, een zékeren J.
v. D.
Genoemde persoon doet zich, nu eens
hier, dan daar, in verschillende hoeda
nigheden voor, en tracht op allerlei ma
nieren vrij logies of geld los te maken. De
vorige week gaf hij zich te Vucht voor ge
neeskundige uit, terwijl hij thans weer
van roi verwisseld is, en zich tot St. Mi
chielsgestel als vliegenier uitgaf. Hij was
als zoodanig gekleed en gaf hoog op van
binnen- en buitenlandsche vliegtochten.
In tal van gemeenten ging hij op dusda
nige wijze te werk.
Te Waalwijk deed hij zich voor als
kooper van huizen, en bood een flinke
som van een hotel .De zaak kwam zelfs
zoover, dat vereischte overdrachistukken
door den notaris werden gereed gemaakt.
De grappenmaker zeide echter, slechts
een chèqu van f40.000 te hebben wes
halve hij even f100 aan den hotelhou
der ter leen vroeg. Deze som werd hem
te goeder trouw verstrekt. Na een paar
dagen verdween de man zonder terug
gave der f100 en met achterlating der
onbetaalde rekening.
Te Drunen gaf hij voor namens een
Duitsch kartel, dat over 80 millioen mark
beschikte, huizen te moeten koopen, ten
einde filialen op te richten. De toeleg
van een en ander mislukte echter, diaar
hij door iemand uit Waalwijk .(waar het
heerschap over huizenaankoop onderhan
deld had en na 4 dagen logies stilletjes
verdwenen was), herkend werd.
Zalm in een sloot. Als een bij
zonderheid dient vermeid te worden, dat
de vorige weck een zalm verkocht is, die
in de Wetering, op de grens van Doornen
burg en de buurtschap Flieren, gevangen
is in een strik. Het was een zomerzafm en
woog ruim 13 pond.
Zijn leven en zijn kwartje.
Twee agenten van politie te Middelburg
die met moeite 'n man uit het water heb
ben gered, ontvingen hoewel de gered
de het best kon missen 25 cent beloo
ning! De agenten bedankten voor de eer.
Stranding Selby Abbey. Men
meldt uit Rotterdam:
Zooals reeds gemeld, hebben gisteren
laat in den avond ook de kapitein en de
zeven man die tot 't laatste toe aan boord
waren gebleven ,het schip verlaten met
de stoomreddingsboot „President van
Heel en werden zij vannacht te Hoek van
Holland onder dak gebracht.
Met schip js vannacht n,og iets hooger
op de büiiKeu gewerkt, doch zit nog recht
standig. Een blazerschuit van den Ber-
gingödienst van L. Smit en Co. ligt langs
terwijl verschillende andere b'.azerschui-
teft in de nabijheid' zijn om zoo spoedig
mogelijk met het bergen der lading te
kunnen aanvangen. Het weder is tot nog
toe gunstig.
De lading bestaat in 250 ton steenko
len, voorts machinerieën en een partij
vaten olie, totaal 500 ton lading.
Op verzoek van den kapitein heeft de
equipage zich bereid verklaard zich he
denmiddag met de sleepboot Zuiderzee
weder naar boord te begeven.
Ernstige val. Gistermorgen viel
de 84-jarige P. Richard, wonende Pie
terstraat, te Delft, in zijne woning van
de zoldertrap. Hij werd ernstig aan het
voorhoofd verwond. Na in zijne woning
door dr. Batenburg voorloopig te zijn
verbonden, is hij in hoogst zorgwekken-
den toestand naar het gasthuis vervoerd.
Door tandraderen gegrepen.
Een vijit.enjarige landbouwersknecht
te Kleverskerke is gisteren bij. het ma
len van veevoeder door de tandraderen
van den molen gegrepen. Zwaar gewond
aan hoofd en hals naar het gasthuis ie
middelburg vervoerd ,is hij hedennacht
overleden.
Diefstal uit een brandkas.
Bij nader onderzoek is gebleken dat het
bedrag dat ontvreemd is uit de brand
kast van de Centrale Werkplaats der
Staatsspoor te Utrecht ruim f 2300 be
draagt
Storm op zee. Wederom heeft
een hevige storm op de Engelsche kust
gewoed. Tal van schepen hebben schip
breuk geleden en in een geval, U Deal,
ontkwam de bemanning van de redding
boot nauwelijks aan den dood, daar de
boot omsloeg. Twee matrozen van de
Engelsche stoomboot „St. David" zijn
overboord geslagen en verdronken. Van
verschillende kustplaatesn komen berich
ten van moedige reddingen. Ook aan
den vva'i veroorzaakte de hevige storm
ongelukken. Te Londen werden tal van
lieden door neervallende dakpannen ge
wond. Vele telegraaf- en tclephoondradcn
zijn gebroken. Een onderwijzeres werd
door een neervallend gevelstuk gedood,
een andere onderwijzeres die haar ver
gezelde werd ernstig gewond.
In het Kanaal leed de scheepvaart zeer
onder de gevolgen van het zware weer.
De mailbooten konden Calais niet binnen
komen en moesten koers zeften naar
Boulogne.
Ook op de westkust van Frankrijk
woedt een geweldige storm. Uit Brest
Cherbourg en Duinkerken komen berich
ten van belangrijke schade, in die ste
den aangericht. Verschillende vlsscehrs-
vaartuigen zijn gestrand.
Gasontploffing. T engevólgc
van een gasontploffing is een winkel te
Connellsvilie in Pennsylvanie verwoest.
In den winkel bevonden zich twintig meis
jes en eenige mannen, van wie velen ge
dood werden. De instorting der muren
werd gevolgd' door een hevigen brand.
Oude Postzegels
Na de annexatie van het vroegere Ko
ninkrijk Hannover waren de oude postze
gels van dat koninkrijk vernietigd. Doch
thans werden plotseling, onder in een
kist, onder andere stukken, in het hoofd
postkantoor te Hannover, een aantal ve
len van die oude Hannoversche postzegels
ontdekt, en deze zijn te Berlijn publiek
geveild. Daar waren 1500 groene zegels
van 10 groschen van 1861, die in den
handel, wijl zij zeldzaam zijn, voor 60
Atark per stuk genoteerd waren. Deze
brachten in de veiling 35.000 Mark op,
wat met de veilingskosten ongeveer 25 tot
30 Mark per stuk bedraagt. Voor de blau
we twee-groschen-zegels van 1864 werd
in de veiling ongeveer de catalogus waar
de betaald. De geheele veiling van deze
oude zegels bracht op, zonder de vei
lingskosten, 89,455 Mark.
Gemeente-exploitatie in Engeland eu
Duitschland.
Duitschland is Engeland in gemeente-
exploitatie vóór.
Van de vijftig grootste steden in ieder
land hebben in Duitschland 48 hun eigen
watervoorziening, in Engeland 39. M.t be
trekking tot de gasfabricatie zijn deze ge
tallen respectievelijk 50 en 21, electriciteit:
42 en 44, ti ims23 en 42, badinrichtingen
48 en 49, markten 50 en 44, slachterijen
43 en 23.
'Engeland heeft dus de leiding met be
trekking tot de trams. In electriciteits-
ondernemingen en badinrichtingen staan
de steden in beide landen ongeveer ge
lijk, doch in exploitatie van water, gas,
markten en slachterijen heeft Duitschland
Engeland een goed stuk achter zich gela
ten.
Hierbij kan nog gevoegd worden, dat
bijna alle Duitsche steden van eenige
grootte er haar eigen arbeidsbeurzen op
na houden; bijna allen hebben spaar
banken; beide instituten "bevinden zich in
Duitschland in gemeente-, niet in rijks-
beheer.
'Van de bovenbedoelde 50 steden heb
ben er 27 openbare pandjeshuizen, die als
voorschotbank dienen voor den nïingc-
goede, een groot aantal bezit gemeente
lijk.:: schouwburgen, en er zijn nog meer
dere, op zichzelf staande ondernemingenj
die door enkele steden worden gedrevenj
maar niet voldoende algemeen voorko
men, om geclassificeerd te worden.