Nieuwjaarswenschen
Het lied van Clarens.
Tweede Blad, behoorende
bij De Leidsche Courant van
Donderdag 22 December.
In het nummer, verschijnende Za
terdag 31 December, bestaat gele
genheid om op goedkoope en doel
treffende wijze de gebruikelijke
Nieuwjaarswenschen
bij advertentie in De Leidsche
Courant aan te bieden, bijv.
VAN LEIDEN.
p. f.
1.1.1911.
Deze advertentie kost f 0.25 per
vakje.
BON OM AF TE KNIPPEN.
Ondergeteekende f
wonende
wenscht een Nieuwjaars-advertentie vol-
gens ingesloten tekst over ko
lommen) waarvoor de kosten hierbij gaan.
Handteekening:
Gemeenteraad van Warmond.
Voorzitterde heer I. J. Schölvinck,
burgemeester.
Tegenwoordig: ;aïle leden.
De V o o r z i t t e r opent de vergade-
ring.
De notulen der vorige vergadering van
20 Sept. 1.1. "worden voorgelezen en on
veranderd gerarresteerd.
Daarna wordt mededeeling gedaan van
de volgende ingekomen stukken
ontvangst goedgekeurde rekening
over liet dienstjaar 1909;
ontvangst goedgekeurde begroeting
var. inkomsten eii uitgaven voor 't dienst
jaar 1911
cntvangstbericht van Ged. Staten dezer
Provincie der wijziging van artikel 11
van de plaatselijke politie verordening,
inzake het doen dempen van slootcn
een schrijven van den heer B. v. Dij
ken, benoemd hoofd der O. L. School
alhier, waarbij hij dank betuigt vcor zij
ne herneming en mededeelt zijn functie
als zoodanig met 20 Dec. te zullen aan
vaar Jen
dankbetuiging van den heer D. Tholens,
onderwijzer aan de O. L. School, alhier
vcor de hem verleende gratificatie
goedgekeurd door Ged. Staten terug
ontvangen de Kohieren Hondenbelasting
en schoolgeld- 3e kwartaal
goedgekeurd terugontvang1,en een
raadsbesluit tot het doen van af- en over
schrijving
mededeeling dat bij de onlangs ge-
li juden kasopname bij den gemeente-ont
vanger alles in de beste orde is bevon'-
dcn.
Deze stukken worden voor kennisge
ving aangenomen.
Verzoek eervol ontslag door Mej.
Mr or uit de betrekking van telegrain'-
laestelster voor deze gemeente. Voorge
steld wordt gevraagd ontslag op de
meest eervolle wijze te verleenen. Al
dus besloten.
De Voorzitter stelt voor om de
kosten van aanleg" van ,een schclge!-*
ding naar het huis van den nieuw te
'benoemen tkularis voortaan te laten ko
men ten iaste den betrokkene zelf en niet
vcor rekening der gemeente. Aldus be
sloten.
Als sollicitanten voor voormelde be
trekking hadden zich aangemeld de heer
Breiigclmans en de dames Balkenenden,
Meskers en Koppers. Tot stemming over
gaande, worden 3 stemmen uitgebracht
op Brengelmans1 op mej. Balkenlen-
FEUILLETON
Een v.Thnai uit de Fransche revolutie.
22,'
Die ver klaring kon wel aannemelijk
schijnen .Evenwel stak de markiezin hem
niet dadelijk hare hand toe, ofschoon zij
wel bespeurde dat Raffut een gebaar
maakte als om hare hand te grijpen.
„O, mevrouw, mevrouw," hernam Jean
op een zalvenden toon van zacht verwijt,
„is n te trotsch om de hulde van uw die
naar aan te nemen?"
Mevrouw De Clarens was niet in staat
om lang achterdocht in haar hart te koes
teren. Toegevend en goed van karakter,
werd zij door het klagend verwijt van
Jean getroffen, en in haar voortdurende
vrees van iemand verdriet aan te doen,
reikte zij thans den rentmeester hare hand.
Jean greep ze, en bracht ze aan zijn lip
pen met zooveel eerbied, dat de markie
zin al hare vrees zou hebben voelen wij
ken, zoo zij niet had waargenomen; dat
de op hare hand gedrukte lippen ijskoud
waren. Dat gevoel van koude in dezen
dep 2 op mej. Meskers en op mej.
Koppers. Tot 2e vrije Siemr.ing wordt
overgegaan, Breugelmans 5 mej, Mes
kers en Koppers beiden 1 stem. Be
noemd wordt de heer Breugelmans.
Adres van den heer B. Rotteveel, ge
meente-opzichter auier, om verh oging
van salaris. Zijne jaarwedde bed -aagt
f150 plus emolumenten.
De Voorzitter vindt het salaris voK
doende, aangezien de werkzaamheden
niet van zulkerr greoteri omvang zijn.
De lieer Kruseman vraagt 'hoe de
rege'ing is in andere omliggende ge
meenten? De Voorzitte'r antwoordt,
dat de bezoldiging daar wel hooger is,
maar dat ook de werkzaamheden meer
dere zullen zijn.
Met nlgemecne stemmen wordt beslo
ten afwijzend op genoemd adre=; te be
schikken.
De Voorzitter doet mededeeling
van een adres van eenige Westeinde-be
woners, waarbij zij verroeken om meer
dere verlichting in dit dorpsgedteclten;
wijl zich op den weg van af de Hol'.
IJz. Spoorweg tot aan 't Warnmnderhek
slechts één lantaarn bevindt. De weg
wordt vooral des avonds veelvuldig ge
bruikt.
Uit de bespreking blijkt dat alle le
den zich er mede kunnien vereenigen.
Besloten wordt dat deel der gemeente
voortaan met 3 gaslantaarns te verlich
ten.
ndres van den H.Eerw. H.Gel. heer
president van het Seminarium om bete
re verlichting in de lanen bij vcorrrneld
Seminarium, op grond dat de daar staan
de petroleumlantaarns nog niet in gas
lantaarns zijn veranderd.
De Voorzitter deelt mede, dat de
bedoeling ook was om daar gas te heb
ben, doch dat door den eigenaar van
de Oostergeesterlaan niet toegestaan is
de gasbuizen er door aan te brengen,
zoo cl at nu toestemming zal moeten wor
den verzocht aan het R. K. Seminarium.
Uit gemeld schrijven blijkt dat wel toe
stemming daarvoor kan worden' verkre
gen mits ook de lanen daar beter wor
den verlicht n.l. door plaatsin'g o. a. van
één gaslantaarn meer en de olielan
taarns te vervangen door gaslantaarns.
De heer We ijl wilde 't eerst be
proeven met meerdere petroleumlan
taarns. De heer Heemsker k' is hierte
gen en zegt dat men daardoor op dubbele
kosten zou komen.
De discussie wordt gesloten en beslo
ten tot meerdere verlichting op kosten
van de gemeente. B. en W. zullen voor
c!e plaatsing der lantaarns zorgen.
Voorts wordt besloten een gedeelte
van den haven weder te verhuren aan den
heer N. C. v. d. Geest, alhier op dezelf
de conditiën als voorheen.
Adres van het R. K. Parochiaal Kerk
bestuur, waarbij wordt verzocht tot af
koop van de grondrente, rustende op dc
begraafplaats, bedragende f 10 per jaar.
Volgens B. en W. kan dergelijke
grondrente worden afgekocht tegen be
taling van het 20-voud' der jaarlijks te
betalen rente. Besloten' wordt toe te
staan den afkoop der grondrente voor
den som van f 200.
Vastgesteld wordt het Kohier school
geld Ie kwartaal tot een bedrag van
f 25.521/2 en dat van hondenbelasting
tot een bedrag van f 1.25.
Voorste! om vrouw v. Noort voor het
vullen van lampen enz. ten Randhuize
inplaats van f25 voortaan f 15 toe te
kennen, met het oog op de gasverlich
ting. Aldus besloten.
Voorstel om voormelde vrouw voor het
schoonmaken der O. L. School inplaats
van f 33 slechts f 25 te geven, op grond
dat slechts een lokaal voortaan behoeft
worden schoongemaakt. Aldus besloten.
Voorstel om B. en W. te machtigen de
oude petroleumlampen van het Raad
huis en school te verkoopen. Aangeno
men.
Voorstel om de toelage van f10 voor
het innen van schoolgelden aan lijet
Hoofd der O. L. School te doen ver
vallen, aangezien zich thans slechts niet
meer dan 14 kinderen' deze school be
zoeken. Aldus besloten.
Bij de rondvraag vraagt de heer P a-
pöt hoe of 't komt dat de Heer.enweg,
welke door 't zandrijden voor de ver-
hcoging van 't Kerkhof, zeer verontrei-
lauwen zomernacht maakte op de jonge
vrouw een zoo onverwachten en onaan-
genamen indruk, dat, onder deze geheel
physieke inwerking, veel sneller dan bij
alie redeneering, haar achterdocht terug
keerde. Toen Raffut zich een tweede
maal beklaagde van hare komst niet ver
wittigd te wezen, was zij dan ook genoeg
zich zelve meester, om hem eenigszins
uit de hoogte tè durven antwoorden
„En waarom zou ik u mijn komst heb
ben aangekondigd, Raffut, zoo het in mijn
bedoeling lag er niemand kennis van te
geven, zoo ik een reden had, om hier
te komen, zonder gezien te worden!"
Die toon van mevrouw De Clarens
deed den rentmeester op de lippen bijten.
Evenwel wist hij zijn gevoel van verbitte
ring te beheersclien en verontschuldigde
hij zich nederig. „Vergeef me in dit geval
mevrouw de markiezin, dat ik mij bij u
heb gevoegd. Maar zelfs de vrees van
u onbescheiden toe te schijnen, zou mij
niet hebben kunnen weerhouden toe te
snellen en u den eersten welkomstgroet
te brengen."
„Hoe wist gij dat ik hier was?" vroeg
mevrouw De Clarens, zonder nog die
houding te laten varen, die haar ?oozieer
or haar zuster gelijken deed,
nigd is, niet schoongemaakt is door den
r.nneir.cp de v. verplichting is gewe
zen, maar deze heeft verzocht even te
mogen wachten hiermede tot dat 't weer
beter werd.
De heer Kruseman vraagt inlichtin
gen omt ent '.ie uren waarop licht moei
worden gebl ind langs den openbarlen
weg.
De Voorzitter antwoordt dat zulks
verband houdt met het opkomen van
den maan. De heer Kruseman zegt.
dat het echter ook bij heldere maan met
betrokken lucht nog zeer duister op den
weg kan zijn en of hier niets aan te
doen is.
De Voorzitter meent dat hierme
de onmogelijk rekening kan worden ge
houden.
Ten siotte wordt nog gesproken over
het recht van opslag van de ht-iereni
Kruseman en Machen op de havtens,
aangezien zij volgens de koopakte wel
wet rec.it van iossen en laden hierop heb
ben.
De Voorzitter meent evenwel dat
't rechc van opslag, heei iets anders is
dan dat van lossen en laden. Wel wil
iiii hieraan tegenzet komen door bij ge
noemde heeren 3x24 uur te geven voor
opslag, zonder betaling daarvoor, over
eenkomstig de bestaande verordening.
De heer Heemskerk is hiertegen en
ziet niet graag, dat ais 't ware op die
manier nieuwe privilegiën worden ge
schept. Besloten wordt dit punt aan te
houuen.
Hierna sluit de Voorzitter de ver
gadering en gaat de Raad in Comité-Ge
neraal.
STATEN-QENERAAL.
TWEF.DE KAMEK
Vergadering van Woensdag 21 Dec.
Het algemeene debat over de Marine-
begrooting wordt voortgezet.
Dc Minister van Marine begint
met dank ie zeggen, aan hen die zijn beleid
gesteund hebben
(Hevig tumult, de heeren Thomson
en Schaper roepenWie zijn dat
De Voorzitter hamert en verzoekt drin
gend niet te interrumpeeren. De Minister
(Ik zal wel even wachten.)
De Minister gaat dan voort en ontkent
dat hij ten aanzien van het eindcijfer der
begrooting geen rekening zou hebben
gehouden met den financieelen toestand.
Hij heeft bezuinigd wat hij kan, zonder
's lands belang te schaden, en toont dit
met verschillende cijfers aan. Hij bestrijdt
tevens dat hij kans gezien zou hebben
5H millioen in de wacht te sleepen voor
marinematerieel.
De Minister verdedigde nadrukkelijk
de aangevraagde pantserbooten, welke
aanvraag geen verband houdt met het
kustverdediglngsvoorstel. Er gaat geen
wijziging van het bestaande verdedigings
stelsel mee gepaard. De pantserbooten
zijn niet bestemd om hier op te treden.
Afgescheiden van het kustverdedigings-
voorstel is het dringend noodig den aan
bouw van materieel voort te zetten, om
het tekort aan materieel te dekken. De
pantserbooten zijn onmisbaar als schakel
in ons verdedigingsstelsel. Zij moeten den
aanval der torpedobooten ondersteunen.
De Raad van Defensie heeft aangedron
gen op bespoediging met den aanbouw
der pantserbooten. Spr. zette nog uiteen,
dat de geschutbevvapening dier booten
zeer voldoende is. Spoedige aanbouw
van drie diex booten is noodzakelijk.
Uitstel is niet mogelijk en daarom raadt
de Minister intrekking aan van het amen
dement om dien aanbouw uit de begroo
ting te lichten.
De Minister besprak daarna den geest
onder het personeel. De Minister is zich
ten volle bewust van zijne verantwoorde
lijkheid voor dien geest en hij zal er
steeds zijn volle aandacht aan wijden.
De desertie -tijdens' het vlagvertoon
Australië bedroeg 14 5 gevallen,
doch zij was te wijten aan bijzondere
omstandighedenb.v. de hooge loonen
en betere arbeidsoverwaarden in Austra
lië, de goudvelden, die een ware goud
koorts hebben doen ontstaan en dan
de trouwlustige meisjes, die vele sche
pelingen verleid hebben (daverend ge
lach).
Wat het vlootbezoek aan Rotterdam
betreft, zullen de machinisten, die weiger-
„Op heel eenvoudige wijze", antwoord
de Raffut, met dezelfde droeve uitdruk
king op zijn gezicht „Mijn nicht, de klei
ne Geneviève..... herinnert gij u haar,
mevrouw?...."
„Ja, ik herinner mij haar," zei me
vrouw. De Clarens op vriendelijker toon
en een glimlach, waarvan het ontroerde
aan het sluwe oog van Raffut niet ont
snapte. „Ik herinner mij dat zachte, be
koorlijke kind.... Ik hield veel van haar
moeder, Raffut; op dezer verzoek heb'ik
u als onzen boschwachter aangesteld, en
ik houd ook van de kleine. Het schijnt,
dat ze zoo schoon, zoo goed en zoo be
mind is hier, dat men in de wandeling
haar slechts de kleine witte jufrfouv*
noemt, een lieve naam!... Welnu, uw
.uw nicht?"....
ve naam!.... Welnu, uw nicht?"...
„Uit het dorp terugkeerend en het kerk
hof overloopend, heeft zij u neergeknield
gezien op het graf van onzen armen goe
den heer, en thuis gekomen, was dat na
tuurlijk, het eerste, dat zij vertelde."
„Ik heb haar niet gezien, maar ik heb
inderdaad iemand hooren voorbijgaan......
Waarom is zij mij niet genaderd en heeft
ze mij niet toegesproken?"
s*Za Aeeft y AQ yw ge^ed njet duryen
den naar den schouwburg te gaan, daar
voor niet in hun promotie worden be
lemmerd.
In bewerking is een nieuwe regeling
betreffende de positie der machinisten,
stokers.
De gunstige voorwaarden van voedings-
geld kan de Minister met uitstrekken
tot de matrozen en mariniers 3e klasse,
Verder zegde Minister ovei weging toe van
enkele kleinere lotsverbeteringen. Verdere
beperking van passagieren ligt niet in de
bedoeling van den Minister. In vergelijking
met andere zeemachten verkeeren wij in
dat opzicht in geen ongunstige conditie.
Partieele wijziging van de regeling der
officierentracteir.cnten komt den Minister
niet gewenscht voor. Bij een eventueele
herziening zal de Minister op de gegeven
wenken letten omtrent de regeling der
godsdienstoefening aan boord, zal gere
geld een commissie bijeenkomen, samen
gesteld uit predikanten van verschillende
kerkgenootschappen, om daarover te be
raadslagen en een ontwerp in te dienen.
Wat dc geestelijke verzorging van de
schepelingen betreft, staat de Minister op
het standpunt dat het wel tot de regee-
rings behoort gunstige omstandigheden
te scheppen, om die geestelijke verzor
ging te kunnen, doen plaats hebben, maar
dat de regeering niet zelf daartoe stappen
moet doen.
Ook waar door verschillende leden
om een andere regeling gevraagd is, zal
de Minister ernstig overwegen om een
andere richting in te slaan, meer in
overeenstemming met de bedoelingen
dier leden.
Wat het Heldersche conflict betreft, in
deze zaak is nieis wat het daglicht niet
mag zien. In dat verband betreurde spr.
zeer dat de vice-admiraal van den Bosch
aan den heer De Meester alle inlichtingen
en stukken gegeven had op zijn zaak
betrekking hebbende.
Maar inconsequent achtte de Minister
dien houding van den vice-admiraal wel
waar deze toch tegenover een verslag
gever geweigerd had zich uit te laten
en gezegd dat hij zich niet gerechtigd,
achtte de kwestie openbaar te maken. De
minister zeide in deze zaak alles te heb
ben medegedeeld tot aan het ontslag van
van den vice-admiraal, wat daarna, mon
deling of schriftelijk is voorgevallen, acht
te de Minister niet in aanmerking te ko
men voor bespreking.
De Minister constateerde dat vrij al
gemeen wordt toegegeven dat er geen
aanleiding bestaat tot bedenking tegen
ds. Warners, in verband met diens op
treden, maar dat wel de rege'ing van het
predikantenbezoek tot bedenking aanlei
ding gaf. Aldus beschouwd komt de ont
slagaanvrage van den vice-admiraal in een
zonderling licht.
De Minister erkende dat hij den vice-
admiraal in zijn kabinet heeft ontvangen
na het gebeurde. Maar dat de Minister
toen niet met hem over de zaak
gesproken heeft, is niet 's Ministers
schuld, maar de schuld van den vice-ad
miraal zelf, die niet over de zaak begon
nen is te ^preken, terwijl de Minister
verwachtte dat hij wèl daarover zou
beginnen. De Minister betoogde dat de
vic?-admiraa! aan zijn opdracht om in
niet duidelijk wat de reden is dat de vicc-
voldaan, niettegenstaande hij nu juist
in 's Ministers Kabinet daartoe gelegen
heid had. Het is den Minister nog steeds
niet duidelijk wat de reden is dat device-
admiraal de geheele zaak zoo heeft opge
blazen. De Minister meende toch dat
het vaststaat dat de vice-admiraal van
den aanvang af de werkzaamheid van
Ds. Warners heeft tegengewerkt. De
heer v. d, Bosch gaf aan die werkzaam
heid een uitlegging, welke Ds. Warner's
optreden noodwendig moest belemmeren,
ren.
Wat nu aangaat de bewering dat de
vice-admiraal alleen heeft gewild, dat
slechts die arrestanten predikantsbe-
zoek ontvangen, die erop gesteld waren,
deelde de Minister mede," dat in de
gang, waarin zich de cellen bevonden,
op luiden toon, zoo dat alle andere ge
vangenen de vraag konden verstaan, ge
roepen werdwie wil den dominé ont
vangen. Men kan zich het antwoord:
voorstellen! (gelach). Door den Minister
is, wat de geschiedenis van de boeken
kist betreft, overlegging gevraagd van
storen, mevrouw de markiezin."
Die geheel natuurlijke verklaring en
vooral de herinneringen aan de moeder
van Geneviève, verzachtten den afkeer-
wekkenden indruk van den ijskouden
handkus
Hebbende waargenomen, dat de herin
nering aan zijn zuster en de naam der
kleine Geneviève een kalmeerenden in
vloed op mevrouw de Clarens hadden
uitgeoefend, begon Raffut over de moe
der en het kind alles te vertellen wat hij
geschikt oordeelde, om de markiezin te
pluimstrijken, toen deze eensklaps vroeg:
„Waarom draagt gij de livrei van Cla
rens niet meer, Jean?"
Die vraag bracht den rentmeester niet
in verlegenheid, want in zijn sluwheid!
had hij ze evenals nog vele andere voor
zien.
„O, mevrouw", antwoordde hij over
moedig, „die vraag alleen bewijst dat
u volkomen onkundig bent van 't geen
hier omgaat! Er hebben in uwe afwezig
heid groote veranderingen plaats gehad.
Met alle eerbied1 voor uw persoon, maar
de edellieden staan niet in al te hoog
aanzien meer. Door het dragen van uwe
livrei zou ik achterdocht hebben gewekt,
me verdacht hebben gemaakt en me aan
het oorspronkelijke rapport van den
cipier maar liet was niet eerder te vin<<
den. En zoo is een stuk geproduceerd^
eerst later dan het gebeurde opgemaakt
De Minister hertiaalde dat men den(
arbeid van Ds. Warners heeft tegenge
werkt en dien aan banden heeft trach
ten te leggen. Die predikant moet zijn
een universeel man1. AI dfe handelingen
van vice-admiraal van den Bosch wezen'
op tegn ingenomenheid tegen den ar
beid van den predikant. Tegie<n idiejtfl
arbeid moge misschien de,admiraal geien'
leenman gehad hebben, maar zooveel te
meer tegen de regeling, maar daartegen'
heeft de admiraal zijn bezwaren miet
speciaal doen hooren.
Intusschen zal nu worden nagegaans
doch met den nieuwen vlootvoogd, wel
ke wijziging in de regeling van de gees
telijke verzorging zal behooren te wor
den gebracht.
Bij de replieken hieki de heer De
Meester vol dat de vice-admiraal slecht
behandeld is geworden, waar hem geen
enkele blaam treft en de Minister is niet
er in geslaagd zijn houding goed te pra
ten.
De heer Hugenho ltz gispte de
weinige karakter van de ministers, zoorat
nu blijkende aan zijn toegeven aan den
aandrang om in de richting van bovenge-
genoemde heeren te gaan.
De heer Tydeman zette nader het
hoogst verkeerde uiteen van het feit, dat
dc regeling van de geestelijke verzor
ging wordt overgelaten aan den christe
lijke officierenvereeniging. En nu gaat
de Minister dadelijk in de richting van
een staatspredikant, waariegen door mi
nister Heemskerk reeds is gewaarschuwd.
De heer L o h in a n betoogde nader dat
de verhouding van den persoon die inet
de geestelijke verzorging der schepelin
gen belast is, tot den Minister door geen
ander dan door het Departement moet
geregeld worden, met buitensluiting van
elk ander orgaan. Indien geen behoorlij
ke regeling echter mogelijk is, dan geve
de Minister liever niets.
Als de Minister in,de Toekomst niet
komt met een regeling waarbij de Mi
nister het heft in handen houdt, zal spre
ker voortaan stemmen tegen den post tot
subsideering van de christelijke officie
renvereeniging.
De heer v. d. Voort van Zijp hield!
vol dat alle mogelijke kleinigheden tegen
ds Warners zijn uitgespeeld geworden.
De heer M a r c h a n t deed uitkomen^
dat het feit, dat de Minister hier als zijn
meening heeft te kennen gegeven dat ds.
Warners moest zijn een universeel man,-
bewijst dat dan ook het monopolie voor
dien predikant werd opgeëischt. Want
zonder monopolie is men geen universeel
man. Sprekers hoofdgrief tegen 's Minis
ters beleid is dat hij aan een, zooals
den minister het zelf noemt: futiliteit, een
verdienstelijk vlootvoogd heeft ojïgeof-
ferd, en ook dat de Minister voor karak
tervastheid zoo weinig waardeering be
toont
De Minister verdedigde nader den
toon van zijn brief aan den vice-admiraal
die zoo moest zijn, omdat de vice-admi
raal een onbeduidende zijl; zoo heeft op
geblazen.
En de Minister was verstoord over het
schrijven van den vice-admiraal, waaruit
kon worden opgemaakt dat de predikant
niet op de medewerking van den vloot
voogd 7-zu kunnen rekenen.
Hec algemeen debat wordt gesloten.
Na c!e pauze werd besloten de door
Minister Cool gewijzigde Oorlogsbegroo
ting voor 1911 in behandeling te ne
men na afdoening van de kleinere wets
ontwerpen, welke aan de orde zijn ge
steld na Hoofdstuk Financiën.
Bij de voortzetting van dc behandeling
der Marinebegrooting, bepleit de heer
H u g en h o 11 z positieverbetering van de
schrijvers aan het Departement, maar de
Minister kon daarop geen vooruitzicht
openen, omdat de regeling betreffende dc
schrijvers er eene is die alle Departe
menten aangaat.
In behandeling komt verder het amen
dement Verhey c.s. om den post voor
aanbouw van pantserschepen f320.000, te
s oil rappen.
De heer Janssen (den Haag) ver
dedigde het op gronden reeds bijl het alge
meen debat uiteengezet.
het gevaar van arrestatie hebben bloot
gesteld. Ik heb het dus beter geoordeeld,
niet voor mij, maar oin u, om dit gewaad
te kiezen. Het heeft me de dienstcuil
vergemakkelijkt, welke ik u moest bewij
zen in het bijzonder bij den verkoop vart
de voortbrengeselen van uw bezittingen.
Wetend dat dit ten profijte vain edel
lieden was, zou men mij niet eens het
koopen hebben vergund
Door dien toon van oprechtheid ge
troffen, was mevrouw De Clarens op het
punt van Raffut voor zij.ii toewijding
te bedanken. Maar andermaal dacht zij
aan de gesprekken van Piernic, en eenige
stappen in dc richting van het kasteel
doende, bepaalde zij zich den rentmeester
door een gebaar te bevelen haar te vol
gen.
„Ik weet inderdaad niet, wat er om
gaat, Raffut", sprak ze. }tMaar toch weet
ik, dat het domein als nationaal goed
in veiling zal worden gebracht."
Raffut sidderde.
„Wie heeft u dat gezegd, mevrouw?"-
vroeg hij, „zei u me zoo even met, dat
u niemandi Jcennis liadt gegeven van .uw;
komst, dat u niemand had gezien
De beweging van Jean .was aan ck(
markiezin niet ontsnapt. {\j^ordt verv^