Het erfdeel der Malleroy's. ?Tweede Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van Donderdag 6 October. Uit «Ie Pers. De Pauselijke decreten. Onder dezen titel treffen wij in het (,-,K a tholiek Sociaal Weekblad" id'e vertaling aan van een door JFr.an£ois 'ïVeuillot geschreven artikel,- over de decreten van Paus Pius X aangaande ■de H. Communie, 't Volgende wordt er jaan ontleend: „In spijt van de geleerden volgens de wereld en van de wijzen die niet ver izien, is niets bewonderenswaardiger in Pius X dan zijn helderheid van inzicht. ;Van de hoogte van zijn opperste leer- mèest(erschap en onder het licht van 'den Heiligen Geest heeft de Paus de ziekte erkend1, waaraan de oude wereld dreigt ten onder te gaan, te midden van haar rijkdom en vooruitgang. Dit is de verzwakking van het bovennatuurlijke öf, .om het met een anderen naam te noe men, het doordringen het naturalisme. Het geneesmiddel wordt door d,en aard' der ziekte zelf aangewezen: onze verstof fel ijkte maatschappij heeft be hoefte aan een nieuwe opleiding van het bovennatuurlijke. En opd'at deze de on wetende of vijandige massa kunne berei ken, is het noodzakelijk dat zij eerst •doordringe tot de lauwe Katholieken en hen versterke. Dit is de verheven en dringende ar beid, dien Pius X ondernomen heeft. Hij wil het geloovige volk terugbrengen tot het begrijpen van het leven volgens zijn geloof. Hij wil het wederom voeren tot de oude christelijke overlevering. Hij Weet zeer goed, dat deze geweldige en moeilijke arbeid de aanvallen en min achting van d'e door haar schittering en hare uitvindingen hoovaardige eeuW te gen hem zal ontketenen. Hij weet zeer •goed, dat hij zelfs zal stuiten op en niet begrepen worden door de Katholieken die lauw zijn, of verblind door de ver- oordeelen der wereld. Hij weet zeer goed dat zijne raadgevingen voorloopig slechts een schare zullen overtuigen en de overstroomingen van het kwaad niet terstond zullen'tegengaan. Toch zal hij niet nalaten, de oogen gericht op het Kruis, de taak, hem door God opgelegd, ten uitvoer te brengen. Aanstonds "heeft hij er zich rekenschap van gegeven, dat het, om dit bovenna tuurlijke leven, dat voor Tiert christelijke leven alles is, den Katholiek jn te pren ten, op de eerste plaats noodig was hem te leeren zich te voeden met het goddelijk voedsel, met het brood van licht en kracht, met ide H, Eucharistie. Is niet klaarblijkelijk een van de diepste en eerste oorzaken van de verzwakking van het geloof de verwijdering van de Communie? Onder den onzichtbaren en verder fel ijken invloed van de jansenis tische -dwaling hebben de geloovigen gaandeweg den weg naar de H. Tafel vergeten. Het was boven alles nood zakelijk hen er weder naar terug te voeren. Hoe was in hen te herstellen ''die christelijke geest, die zelfs de ver borgen ketterij instinctmatig verwerpt hoe waren met hun wilskracht die wer ken tot stand brengen, die het.uitvloeisel zijn van ongerept Katholicisme; hoe wa ren zij te vereenigen in een strijd tof •het uiterste ten gunste van de beginselen en de rechten der Kerk - hoe was in één woord, bij hen in stand te houden een helderheid van inzicht, een ijver, een nagenoeg bovenmenschelijke gebed, .Wanneer men niet begon met hen den schat mede te deelen, die het mensch- ticm nader brengt tot God? Ook heeft de Paus aan de hoogerè logica gehoor gegeven door naast de FEUILLETON. 54) XXVste HOOFDSTUK. Op den leeftijd van Raoul kan men, hoe verstandig men ook is, zijn ongeduld niet weerstaan. Op dit oogenblik was hij in leen pijnlijke onzekerheid. Het was hem onmogelijk te twijfelen fa.an de warme belangstelling fdie Ca- imille hem betoonde, wier naam hij nog Steeds niet wist,; en aan de waarheid ha- rer woorden. De bijzonderheden die zij had doen blij ken over de jnhouid van den brief,- be- Wezen duidelijk, dat zij die geschreven Tiadw - Maar vatn wélken brief sprak d!an Adè le, die Raoul eerst voor de schrijfster had aangezien? Als zij hem werkelijk [geschreven "haal, hoe zou hij haar brief dan ïiiet ontvangen hebben? Indien Zij niet geschreven had1, waarom had zij zich dan /gehouden alsof ze het wel gedaan had? ,;Had zij met inzicht zich van de belangrijke papieren in het zakje meester gomaakt, dat zij hem plotseling ontrukt had? Er waren slechts twee mogelijkheden: fdeze vrouw beminde hem of zij misleidde [hem op een onwaardige wijze. Niette genstaande de schij|.i anders was, dacht Rauol dat zij hem lief had. "Ten slotte besloot Raoul zich niet lan ge»: ia fee pijnlijk .Qmêkê£li£i4 kuaaea- encyclieken ter bevestiging van de on veranderlijke leer en de voorschriften tot het Voeren eener katholieke actie, het decreet over de veelvuldige en dagelijk- sche communie uit te vaardigen. Hij heeft wegen aangewezen, moeilijk voor den geest en den wil der geloovigen maar hij wees hen ook het middel aan om die wegen te bewandelen. Het decreet over de communie der kinderen is niets anders dan de logische voortzetting, het noodzakelijk gevolg van het decreet over de veelvuldige en da- gelijksche communie. Beide zijn de toe passing van dezelfde -waarheid, de te rugkeer tot dezelfde traditie; beide vloeien voort uit dezelfde bezorgdheid; beide leiden tot hetzelfde resultaat. Wil men door de macht van het H. Sacrament waarlijk christelijke genera ties voor de toekomst vormen, dan moet men daarmede beginnen bij den oor sprong, op een leeftijd' waarop het ver stand ontwaakt en waarop de door het doopsel verkregen reinheid nauwelijks is aangetast; wil men dit doel bereiken door de veelvuldige en dagelijk'scfoe com munie, dan moet men er de kinderen de gewoonte van bijbrengen en de liefde ervoor. Helaas, hoeveie kinderen uit de volksklasse zien wij heden, ondanks alle inspanningen en vernuft onzer ijverigste catechismusonderwijzers voor de eerste maal tot de H. Tafel naderen met het voornemen, of ten minste de overtuiging, dat zij het nooit meer zullen doen Welk ander resultaat zou men zien, wanneer het onderwijs gesteund werd door deze onvergelijkelijke kracht: Jezus Chris tus tegenwoordig in een reine ziel V' Het rapport der ineenschakelings- commissie. In een tweede artikel over dit ont werp, handelt de „T ij d" allereerst over d'e positie dier kweekelingen „Natuurlijk echter moet er gelegen heid blijven, om hen, die tot onderwijzer worden opgeleid ook practisch in de lagere school zelve te vormenhet ver schil echter met heden zal hierin be staan, dat de kwe;ekelingen niet langer als leerkrachten zullen gebezigd worden, niet langer dus, zooals art. S der tegen woordige wet zegt, in ,de school „be hulpzaam" zullen wezen. „Zij zullen er alleen zijn en wel alleen in bepaalde lijk aangewezen scholen om prak tisch gevormd te worden onder toe zicht en leiding van daartoe aangewezen onderwijzers. Dit klinkt ongetwijfeld' zeer fraaiof echter een werkelijke verbetering in de opleiding van den onderwijzer zal wor den aangebracht, schijnt ons nog zóó zeker niet en moet afhankelijk worden geacht van verschillende hier niet nader te bespreken omstandigheden. De .overige minder ingrijpende voor stellen van wijziging kan het blad toe juichen. Gewezen zij allereerst op de zeer juiste omschrijving van het L. O.: „La ger onderwijs is dat onderwijs, liet-l welk den grondslag legt tot de vor ming en ontwikkeling, zoowel van hen, die terstond, nadat zij d'e lagere school verlaten hebben, het practische leven in gaan, als van £en, die op middelbare en hoogere scholen verder onderwijs zullen ontvangen." In verband hiermede wordt voorge steld' het eerste artikel der wet te doen luiden 1. Lager onderwijs heeft tot hoofd doel die algemeene vorming, welke voor d'e géheele bevolking noodzakelijk moet worden geacht. 2. Het lager onderwijs, hetwelk niet and'ers beoogt, dan het hoofddoel in het eerste lid van dit artikel omschreven, wordt in deze wet gewoon lager onder wijs genoemd'. 3. Lager onderwijs kan ook, binnen d'e grenzen door de wet aan te wijzen, voortzetting en uitbreiding geven van de schikken, terug te keeren naar den tuin. De tijd scheen hem overigens zoo langzaam te gaan, dat hrj meende dat het uur waarna Adèle terug Zou Teeren, ai lang verloopen was. Zij wacht op mij, dacht hij, en zij mocht eens weggaan, als ze mij niet zag komen. Hij trok zich aan het raampje op én zag dat het in den tuin iiitkwam."Na veel moeite gelukte het hem er uit te klim men en -een boomtak te grijpen. Deze boog onder zijn gewicht als ging ze bre ken. Daar hij iets vasts onder zijn voeten voelde, liet Raoul zich los. Hij had slechts een struik onder zich die hem niet kon dragen, maar toch zijn val brak. Hij stond langzaam op en luisterde of er niemand in de" buurt was. Daarna liep hij voorzichtig naar het einde van den tuin. Toen hij dicht bij den muur kwam, meende hij zeer zacht te hooreii pra'ien,, Weldra herkende hij die stem van'Adèle, zonder dat hij nochtans hare woorden kon verstaan. De jonge man zal binnen een "kwar tier hier zijn, zorg 'dus dat er mannen ge reed staan. Op het oogenblik dat ik zal zeggen: ,,'t Is hoog tijd dat wij uiteen gaan", zult ge allen op hem moeten werpen, terwijl ik kort van te voren u zal waarschuwen, door te zeggen,,'t Oogen blik nadert," Denk er 'aan, dat de jönge main, dapper is en zal trachten zich te verweeren. Neem dus uw maatregelen en zorg dat het zoo stil mogelijk gebeurt, De gravin kan op' mijn ijver reke nen, antwoordde 4ê man 'buigendj eo yer- het onderwijs, in het eerste lid van dit artikel omschreven. 'Het is te hopen dat het voort gezet onderwijs dat in de plaats van H tegen woordig herhalings onderwijs treedt grooter belangstelling zal wekken en dat de verandering zich niet zal bepalen len tot dien van den naam alleen, maar dat algemeen zal worden ingezien, ge lijk d'e commissie zegt, „dat het meer geeft dan de gewone lagere school en vooral iets, dat in het practische leven van nut is. Het woordje meer in den naam scholen voor meer uitgebreid1 L. O. behoort niet bestendigd te worden. Terecht dan ook stelt de commissie voor te spreken alleen van scholen van U. L. O. bestemd zoowel voor leerlingen welke later scholen voor Midd. en van Voorbereidend Hooger Onderw. (Gm- nasia) zullen bezoeken, als voor die, welke niet zoodanige scholen zullen be zoeken, maar niettemin meer onderwijs noodig hebben dan de gewone lagere geeft. De vakken aan deze scholen -te onderwijzen zijn dezelfde welke thans in art. 2 der L. O. wet de M. U. L.O.- scholen worden genoemd, met uitzon dering van de beginselen der Landbouw kunde en die der Tuinbouwkunde daa* zij tot het vakonderwijs gerekend wor den en dus op afzonderlijke Landbouw scholen moeten onderwezen worden. In het stelsel der commissie volkomen lo gisch of er echter in de practijk ook'" voordeefen van te verwachten z'ijn? Deze U. L. O. scholen kunnen, wat den aard van haar onderwijs betreft^ zich binnen zeer ruime grenzen schik ken naar de eischen der practijk. Een groote verbetering onder het op- qzicht van logica en consequentie noemt de „Tijd" het overbrengen van de scho- voor blinden en doofstommen, voor spraakgebrekkigen en zwakzinnigen on der het lager onderwijs (thans behooren zij ond'er het middelb. onnderwijs). Het blad stipt ten laatste nog aan, dat de commissie (h. i. op goede en af doende gronden) in haar rapport uit voerig toelicht, waarom zij gemeend heeft, niet te moeten toegeven aan den van verschillende zijden op haar uitge oefend en drang, om de handvaardigheid het slöjdi, onder (de vakken der lagere school te rangschikkenalsook om de oprichting van speciale scholen of klas sen voor kinderen van schippers en an dere ouders, welke geen vaste woon plaats hebben, bij de Regeering aan te bevelen. Het tekort in de kas en het Bijzonder Onderwijs. In 'n driestar zegt de „Standaard" dat nu we in het komend jaar voor een tekort van 121/3 millioen staan, men van liberale zijde er weer als de kippen bij is als hoofdoorzaak hiervan te dood- verwen 'de subsidie ,aan het Bijzonder Onderwijs. Het is daarom goed, dit beweren nog maals met de cijfers te weerleggen. We nemen daartoe de gegevens van ■de laatste „Jaarcijfers" en vinden dat op de Openbare school gingen op 15 Jan. 190S, jongens en meisjes saam genomen ruim 563.000 leerlingen, terwijl op de gezamenlijke Bijzondere scholen gevon den werden ruim 316.000 scholieren. Nu gaf, 11a aftrek van enkele inkom sten, het Rijk voor het Openbaar On derwijs in 1907 uit ruim 13 millioen en werd van gemeentewege, insgelijks na aftrek van d'e inkomsten, besteed bij de 9 millioen, saam alzoo ruim 22 millioen, per kind genomen, een uitgave van f38 of, zoo men de kosten van het toezicht examen, pensioen, enz. voor beide ca- tegoriën van het Lager Onderwijs strek kend', er aftrekt, een goede f 33 per kind'. Waren er nu geen bijzondere scholen, Zoodat Rijk en Gemeente niet sliechts Zoodra het geluid van zijn voetstappen ophield, naderde Raoul de vrouw, bleek van toorn. Toen hij nog slechts enkele passen van haar verwijderd was, kwam jemand tus- schen het nabijzijnd kreupelhout uit. .Vergeef mij, dat jk zoo laat ben, maar ik 't Spijt me, maar ik heb thans geen tijd, kom op een anderen "keer terug. Wat! Ik kom nauwelijks, of ik zou U moete'n verlaten? .Het moet, mijn Waarde. Ik bezweer u, vertrek. Morgen pal ik u uitleggen, waarom, Dat zou, ik thans wel willen weten. Ik heb. thans jgeen tijdl.... Er komt iemand.... Tot morgen dan! zelde hij op spij- tigen toon. LWoediend door de gedachte dat de gravin hern misleidde, stormde Raoul naar voren om den onbekenden edelman aan te vallen. "Hoe hij zich ook haastte, d'e edelman klom reedis over den muur toen hij hem bereikte. Hij vatte hem bij zijn beenen en riep hem dat hij terug zouTcomen, maar die edelman, vreezend dat zijn aanvaller een van het personeel van de Malleroy was, rukte met £en plotselingen schok znij beenen los,- waarop Raoul kwam te vallen. Daarop liet hij zich aan de an dere zijde van den muur afglijden, waar zijn bediende met twee paarden hein op stond te wachten. Toen Raoul trachtte zich" Vanuit (d'e strui- k'enf waar hij tusschen gevallen was, op te riclite^ boog Afee gigh .oyer hem voor 560.000 maar voor 975.000 kin deren te zorgen had, dan zou Rijk en Gemeente meer moeten betalen dan nu, voor de Openbare school, een bedrag van ruim 10 millioen, waar dan nog bij zou komen de schoolbouw voor 312.000 kinderen, die op minstens 7 millioen zou komen te staan. Nu keerde het Rijk in 1907 aan sub sidie voor het Bijzonder Onderwijs uit 4 millioen negen ton, een bedrag dat nu tot ruim 6 millioen gestegen is. Trekt men nu deze 6 millioen af van de 10 millioen plus 7 millioen, die Rijk en Gemeente zouden moeten uitgeven zoo er geen Bijzonder Onderwijs bestond, dan blijkt, dat wij aan het Rijk en aan de gemeente nog altoos ruim 4 mil lioen 's jaars, en voor eenmaal een be drag van 7 millioen uitsparen. Alzoo blijkt, dat het tekort in 's Rijks kas, de Gemeente nu er bij genomen, niet slinken zou, zoo onze scholen wer den opgeheven, maar dat integendeel het tekort van 12i/2 millioen alsdan tenmin ste tot 17 millioen zou oploopen. Niet wij zijn dus de oorzaak van het groot tekort, maar integendeel zou het tekort nog veel grooter zijn, zoo we onzerzijds niet voor schoolbouw en voor schoolinrichting gezorgd hadden. Niet alleen dat ons derhalve geen ver wijt kan treffen, maar men heeft <>ns dankbaar te zijn, dat we onze eigen scho len hebben. Iets wat te sterker spreekt, zoo men op het verleden teruggaat, en zich dan afvraagt, welk bedrag uit de publieke kas sinds 1870 meer zou moeten betaald zijn yoor onderwijs, zoo de publieke school in aller behoeften had moeten voorzien. Over deze ,40 jaren zou dit, door el kaar op 5 millioen 's jaars berekend, een bedrag van 200 millioen hebben gege ven iets wat het evenwicht in 's Rijks kas geheel zou verbroken hebben, en een leening noodzakelijk zou hebben gemaakt, waarvan de rente en aflossing ons stellig op niet minder dan 8 mil lioen 's jaars zou zijn te staan gekomen. De taak der Raden van Arbeid. De N e d e r 1 a n "d e r zet uiteen, waf de taak zal zijn der Raden van 'Arbeid, wier instelling door minister Talma met zijn wetsontwerp op de Ziekteverzekering- is voorg. s'.eld. Voor.oop.g heeft de Raad van Arbeid er zullen er ongeveer 80 zijn alleen met de Ziekteverzekering te maken; later zullen de andere wetten hem wél weer nieuwe verplichtingen opleggen. De Raden krijgen een groote mate van van vrijheid betreffende de wijze van in richting'der verzekering; terecht wordt in de Mem. van Toelichting opgemerkt, dat de werkgever en 'de arbeider er in de eer ste plaats belang bij hebben, dat de ver zekering zoo"doelmatig en goedkoop mo gelijk geschiedt. Maakt de Raad van Ar beid fout, zijn kiezers moeien het betalen. De kiezers zullen z'ich dus van "de nood zakelijkheid om bekwame en vertrouwde mannen in de Raden van Arbeid te kie zen, wel ter dege moeten doordringen. Het is waarlijk geen onverschillige zaak. wie hun belangen in deze te behartigen krijgen. De patroons- en werklieden-organisa ties vinden hier een nieuw arbeidsveld;. Moge althans op dit terrein de klassen- stenstrijd ver blijven! Dat dit ten op zichte van de Kamers van "Arbeid veelal niet is geschied, heeft het pogen dier Kamers zoo vaak met onvruchtbaarheid geslagen, soms heel het bedoelen van "den wetgever illusoir gemaakt. Misschien ver andert dit, misschien gaat de onverschil ligheid, die bij d>e verkiezing van 'Ka mers van Arbeid zoo allerdroevigst aan den dag kwam, nu aan den loop, omdat het thans de regeling van financiëele be langen geldt Daarvoor zijn de meeste menschen niet ongevoelig zooals vtfij we ten. Onvoorzichtige, zeide zij fluisterend, wilt ge mij dan in het ongeluk storten? Met wien twistet gij zoo juist? ik wilde uw beminde tegenhouden, antwoordde Raoul, met huiverende stem, en hem dwingen met mij den degen te kruisenmaar hij vluchtte als een lafaard. Wat durft gij beweren, mijnheer? sprak zij met gemaakte verontwaardiging. Beloont ge mij zóó voor niijn welwillend heid, en beleedigt ge zoo de vrouw, aan wie ge zoo juist uw vurigste liefde be- tuigdet? Wat ik uw 'bidden mag, spéél niet langer uw hatelijke comeöie. Ik was hier vlak bij verborgen, toen gij U met dien edelman onderhield. Gij hebt u vergist. Neen! Maar gij hebt zoo slecht gehandeld. Ik, die u zoo liefhad, die gaar ne mijn leven voor een glimlach van u gegeven zou "hebben, mij hebt ge hoop gegeven 'Geheel ten prooi £.an zijn smart over Idle teleurstelling vin zijn eertse li-efde, vergat Raoul zelfs de belangrijke papie ren, clde hij van haar moest terug eischen. Óp dit oogenblik sloeg de torenklok het was half wegen. Adèle dacht er aan dat zij over een half uur gereed moest Zijn voor de plechtige 'familievergade- ring. Het oogenblik 11 a d e r t, sprak zij, waarop ge me recht zult laten weder varen en Tiet u berouwen zal, dat ge mij zoo lichtzinnig verdaght hebt. God geve het, sprak Raoul treurig, maar mijn hoop er op Is gering. Ondertussche'n moeten jvi] Iftans êgheidc^ .Want volgens de Ziektewet, zullen dei Raden van Arbeid de ziekenkassen te biQ- heeren hebben/dat zijn de e'Cnige kas sen, waarbij de verplichte verzekering van ziekengeld kan geschieden. [Het beheer van die kassen jnoef natuurlijk met zui nigheid geschieden. De Raad heeft echter meer te doem< hij heeft ook te jzorgen, "dat iemand die ziekengeld krijgt, nu ook werkelijk ge holpen wordt. Niet door Zélf voor die geneeskundige hulp te zorgen; men weet dat deze in [dit .ontwerp niet wordt ge regeld, maar 'door zich ervan te overtui gen dat de aanvragende zieke nu ook een; dokter heeft, die hem verzorgt. Dat kan' de zieke natuurlijk op meer dan èen ma<- nier doen, maar de meest voorkómende zal wel zijn, dat de vèrzekerde zich aan sluit bij een fonds. Niet ieder fonds is goed, maar alleen de erkend e fondsen, dat zijn zulke die rechtspersoonlijkheid hebben en voor 'den tijd van ten hoogste '15 jaren door de Kroon als zoodanig zijn erkend. Aan die erkenning zijn verschillende vereisëhüen' verbonden. 'Die vereischten betreffen de deugdelijke inrichting van het fonds, de tarieven voor geneeskundige hulp en voor. medicijn-verstrekking en al dergelijke din- die noodig zijn om een behoorlijke behan deling van de bij het fonds aangeslotenen te verzekeren. Al de niet-erkende fondsen hebben dus te verdwijnen. Wie in een niet-erkend fonds is, wordt geacht geen geneeskundi ge hulp te ontvangen en krijgt geen zie kengeld. Zwakke ziëkenfondsjes worden door deze bepalingen ten doode opge schreven. Of zij moeten zich reorganisee- ren of zij moeten, kunnen zij dat niet* van de Regeering de erkenning trachten te verkrijgen dat het fonds een goed fonds is, in welk geval zij voor ten hoogste; vijf jaar kunnen worden erkend; daarna' nóg eens voor vijf jaar. Maar de Regee ring zal met 'die tweede erkenning wel niet zeer vrijgevig zijn, orrïdat het natuur lijk de bedoeling is langzamerhand alleen krachtige fondsen te verkrijgen. Daartoe strekken ook de bepalingen, die den Raad van Arbeid bevoegdheid verleeiren om te dreigen met inhouding van ziekengeld, in dien een verzekerde niet bij een goed fonds is aangesloten. De Raad kan nog meer. Hij kan ook maatregelen nemen "die strekken om ziekten te voorkomen. "Of deze bevoegdheid op den duur geen con flicten met gemeentebesturen .en ge- zondiheidscommissiën zal ten gevolge heb ben, moet de practijk leeren. De alge meenheid dezer bepaling echter doet er voor vreezen. Een belangrijke bevoegdheid, den Raad toegekend, is nog deze: hij kan aan hen, die niet onder ide verplichte ver zekering va'len -bi-eden, zich' bij de ziektekas aan "te sluiten. Dat zullen in den regel de mingegoeden (losse arbei ders e. d.) En^nu rekent de Minister er op, dat aan dezulken door de Gemeen tebesturen bijvoorbeeld de premie zaf ver goed worden. Misschien betcekent dat in de praclijk niet veel, omdat onvermogen- den meestal vanwege het Burgerlijk Arm bestuur aan geneeskundige hulp worden geholpen, misschien ook prikkelt de ge legenheid tot sclfhelp sommigen om haar te benutten. Eene bepaling, waarmede wij maar matig ingenomen zijn, is die, waarbij de Raad de bevoegdheid krijgt de inning der premiën voor de ziekenfondsen zélf te doen geschieden, en wel bij de p a- troons, die op hun beurt de premie op het loon weer .kunnen verhalen. Dat noemt de (.Toelichting op aFt. 80 „een groot voordeel voor de zieken fond sen." De arbeid van de raden wor'dt natuur lijk niet door .alle leden voor een gelijk deel verricht. Het Bestuur, bestaande uit voorzitter, en twee leden (een patroon en een arbeider) bijgestaan door den secnéta- Sta mij toe u eerst no'g om"de papie ren uit het zijden zakje te vragen, dat gi. zoo straks mij ontnomen hebt. 't Is h.oogt ijd', dat w ij uiteen, gaan, vaarwel, riep zij, een laan insnel lend. Terzelfdertijd wierpen vijf of zes man nen zich op Raoul, en bedekten hem me een dik kleed, dat hem alle bewiegingei belette en hem onmogelijk maakte te vluchten. Wat moeten wc thans met her doen? vroeg het hoofd van zijn aanval Iers aan gravin Adèle. Breng hem in den kelder, anlwooK de zij. Vlak bij het klooster? Ja, geef hem wat stroo, en maa 't hem zoo min mogelijk onaangenaam Mogen we hem de prop uit zi; 'mond nemen? Neen, laat hem alleen, antwoordt de gravin, vreezend dat Raoul haar o. fderhoud met den edelman Zou bekei maken. Suit hem goéd op en breng n den sluitel. Zend jdan uw mannen we Hier hebt ge geld, voor u en voor hen. Dank u gravin, maar graa'f de M, leroy had mij bevolen mijn mannen "bi te houden, daar Jtij ize wellicht nooc! zou hebben. "Dat is zoo. Zorg echter hen in kleine zaal op te sixilten opdat ze n niemand spreken. Zij wierjp een laatsten [blik; op[ en verwijderde zich zuchtend* 1 I {Wotdt yervolg<V

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1910 | | pagina 5