Het erfdeel der Malleroy's.
BINNENLAND.
Tweede Blad, behoorende
bij De Leidsche Courant van
Donderdag 29 September.
Uit de Pers.
Het derde ontwerp.
De S t a n d a a r d "- bespreekt het ont
werp, Ziekteverzekering van Minister Tal-
ma, Het trekt door zijn keurigen vorm,
jmaar ook zakelijk wijkt het van de vori-
jge projecten jaf.
De decentralisatie 5s hier nog verder
doorgevoerd an dn het ontwerp-Kuyper
Dit eerste ontwerp rekende met: lo. er
kende ziekenfondsen, 2o. districtszie-
kenkassen, en 3o. ondernemersziekenkas-
sen, en bet zocht de controle in Contro
leurs en In Wet Oppertoezicht van de
JRijksverzekeringsbank. Het ontwerp-Tal-
ma heeft evenzoo: lo. erkende zieken
fondsen, en 2o. kassen voor de afzonder
lijke districten, maar geen ondernemers-
kassen, terwijl het de controle zoekt niet
dn Controleurs, maar in Verzekeringsra
den, opzettelijk biervoor te kiezen door
belanghebbenden. 'Deze "deqentralisatiei
gaat alzoo verder, doordat ze de contro
le grootendeels in eigen kring vormt. Ze
gaat daarentegen veel' minder ver, door-
fdien ze yeei groo'ter districten neemt.
In het ontwerp-Kuyper was het minimum
aantal inwoners '5000, in dit ontwerp
5s het gesteld op 25.000, vijfmaal zooveel.
Voor sommige streken ten platten lande
leidt dit tot de .insluiting van een zoo-
groof aantal dorpen, 'dat toch weer het
locale begrip te loor gaat. Anderzijds
moet toegestemd, dat het voor meer be
volkte streken dit bezwaar niet na zich
sleept, en dat het voor de soliditeit der
Ka sbetere kans biedt.
Aansluiting van vrijwillig verzekerden
vond men reeds in de beide vorige ont
werpen, en is ook in dit ontwerp mo
gelijk gesteld*
Het sterkst (sprekend verschil komt
eerst uit, zoo men let op de gevolgen
van de ontwerpen voor de beurs van
belanghebbenden.
Het ontwerp-Kuyper (gaf lo. zieken
geld^ 2o. geneeskundige verzorging van
den verzekerde, 3o. geneeskundige ver
zorging van het gezin van den verzeker
de en 4o. begra'fenisgeldhet ontwerp-
Talma gaat niet verder dan het eerste,
en zegt alleen ziekengeld toe.
En dit niet alleen, maar ook in het
Ziekengeld zelf zit verschil. Het ontwerp
van 1904 bood 70 pCt. van het gemiddeld
gewonnen loon, 'te rekenen van den 3den
dag af. Dit ontwerp krimpt dit in op 50
pCt. eerst van den 5en dag af.
Dit verschil is niet onbeduidend*
Stel, een arbeider verdient ieen ge-
Imiddeld loon van f10 per week. Dus
ontvangt hij volgens het .ontwerp-Kuy
per: lo. f7 per week als ziekengeld, 2o.
geneeskundige behandeling 'van dokter en
apotheker; 3o. (geneeskundige verzor
ging van izijn gezin, en 4o. begrafenis-
geld. Nu mag men de geneeskundige be
handeling per week, doktor en apothe
ker saam op 71.50 stellen. Hij ontving
alzoo ten minste f8.50. Volgens het nu
ingediende ontwerp daarentegen ont
vangt. hij slechts f5, en daar moet dan
nog de geneeskundige behandeling af.
Gerekend op f 1.50 per week. zou dc me
dicatie alzoo het ziekengeld feitelijk op
f3.50 doen slinken, en alzoo meer dan
de helft verschillen van wat hem in 1904
was toegedacht.
Dit verschil zal ernstig onder deoogen
zijn te zien. Ieder weet uit eigen ervaring
hoe in de dagen van ziekte de uitgaven
eer oploopen dan verminderen voor heel
|de huishouding.
Op zich zelf echter behoeft dit voor het
ontwerp geen gevaar op te leveren, daar
Jhet hier een quaestie van cijfers geldt,
|die bij amendement tot oplossing kan
komen.
Voor de uitsluiting van de geneeskun
dige behandeling pleit veel, ai ligt het in
den aard der zaak, dat ze aan geheel de
FEUILLETON.
48)
XXste HOOFDSTUK.
Den volgenden morgen was de zon
nauwelijk opgegaan, of een bediende
kwam aan de Rervarec melden, dat er
iemand' hem voor een spoedeischende
boodschap moest spreken.
Laat hem binnen, zeide de Rerva
rec. Blijf gij hier Raoul, ge weet wel
dat ik g-een geheimen voor je heb. Ik
weet niet welk voorgevoelen mij zegt
dat dit bezoek u betreft.
Terzelfder tijd trad een man in een
.wijden mantel gehuld binnen.
Hij wachtte tot de bediende die hem
aangediend had, "verdwenen was, deed
toen zijn mantel af, die zijn gelaat toft
aan de oogen bedekte en naderde den
ridder.
tWas een man van ongeveer zestig-
jarigen leeftijd ondanks zijn grijze ha
ir en en de diepe groeven, die in alle
Richtingen zijn gelaat doorploegden, was
JfeiJ -nog vlug en krachtig.
Hij wendde zich eerst tot de Rerva-
£e-c> dien ide fenecfet Jiem bii feet fein-
zaak iets onvolledigs geeft, en tot niet
geringe bezwaren aanleiding kan geven*
Snijdt men de geneeskundige behande
ling af, dan ontwijkt rrfen e enerzijds ge
vaar voor moeilijkheden. "Maar aan den
anderen kant staat er 'tegenover, dat dan
ook nu de kas door een éigen genees
heer controle 'moét uitoefenen, ien dat
dit leiden kan tot geschil tusschen den
geneesheer van de kas en den genees
heer die bij den zieke practiseert. Zeer
scherpe bepaling van de wederzijdsche
verantwoordelijkheid zal hier vooral zaak
zijn. Tegen het wegvallen van de begra-
fenisgelden bestaat geen overwegende be
denking. En dat het gezin hu medisch
buiten het 'geding blijft, spreekt op het
standpunt, waarop 'het ontwerp zich
plaatst, vanzelf, al neemt het de zeker
heid weg, dat voor het gezin behoorlijk
zal gezorgd worden. In het ontwerp 1904
Was de 'medische zorge voor alle be
trokken arbeidersgezinnen een besliste
zaak, nu zal dit weer aan ieders believen
sfaan. Alleen voor zich zelf sprekend is
de verzekerde tot voorzorg gehouden.
De Raden van arbeid, onder wier be
heer "de d/istrictskassen komen, zijn op
zichzelf een uitnemende instelling, en er
zou tegen hun instelling zelfs gansch
geen bedenking Tijzen, indien ze alleen
ad hoe bedoeld waren. Dit is echter niet
het geval. Minister'Talma beoogt er meer
mede. Hij wil in deze Raden van Arbeid
een eerste begin van een bedrijfsorgani
satie geven. |Hun taak en werkkring zal
zich daarom allerminst tot de ziektever
zekering, zelfs niet tot de verzekering
van het gezin bepalen, maar zich uitstrek
ken over een tamelijk breed terrein van
arbeicfsaangelegenheden. Of de Minister
hierin zal slagen, mag intusschen worden
betwijfeldd. Een doublure van de Kamers
van Arbeid mgogen ze niet zijn. Ze moe
ten een lokaal houvast voor de regeerihg
wordden, zoodra 'deze op hrbeidsterrein
advies, inlichting oï een (instrument tot
uitvoering van noode heeft Ze moeten
alzoo een geneel algemeen karakter dra
gen en voor alles wat voorkomt, ter be
reddering en afdoening klaar 6taan. En
juist dit doel nu wordt bijna altijd ge
mist, zoo men een'instelling in het leven
roept voor eén bepaalde aangelegenheid.
Men bedoelt dan wel algemeen te
regelen, jnaar regelt toch speciaal.
Reeds de saamsteüing van deze Raden
verraadt dit. Omdat 't hier geldelijk be
heer geldt, moet er in de saamstelling
zekere garantie worden géboden. Van
daar de gemengde saamstelling, het groo-
te aantal stemmen van enkele patroons,
en het benoemen van een voorzitter door
de Kroon. Voor goede bedrijfsorganisa
tie daarentegen moeten patroons en ar
beiders altoos beginnen met op eigen
terrein zelfstandig op "te treden, om eerst
door delegatie tot samenwerking te ge
raken.
Tegen de Verzekeringsraden bestaat
onzerzijds "geen bedenking. Ze geven aan
.heel het (instituut meer zelfstandigheid
dan het ontwerp van 1904 in de contro
leurs en het opperbestuur van "de Bank
bood, en deze verbetering moet worden
toegejuicht.
Make nu de Staten-Generaal met deze
hoogst belangrijke aangelegenheid eens
spoedi. De Minister 'heeft zijn woord
gehouden. Straks komt het Invaliditeits-
ontvverp. Voegt men daar de herziening
van de*Ongevallenwet bij, dan is er werk
te over vo<7r den boeg. Toch zal dit alles
in twee jaar "tijds verkaveld moeten wor
den. En dit krijgt men riiet gedaan, zoo
men treuzelt.
Een pijnlijke ontdekking.
De „Residentiebode" schrijft:
In de „N. Ct." stond dezef" dagen het
volgende fraais te lezen
„De Parijsche bankier Paumgart-
ner kocht "voor eenigen tijd het kas
teel der 'markiezin De Sevégnue te
Livry, dat tot de scheiding van Kerk
en Staat een "klooster van de Assumpti-
onisten was. 'Bij reparaties idie dezer
dagen uitgevoerd werden, vonden "de
arbeiders onder een kapel, die tien ja
ren geleden midden in den tuin werd
nentreden had aangenomenmaar nau
welijks had hij Raoul bemerkt of hij
zweeg. Zijn oogen die op hem gericht
waren, schenen zich niet van hem af te
kunnen wenden.
Mijnheer, zeide hij tot Raoul, hem
een niet onderteekenden brief overhan
digend, het is mij opgedragen dezen
brief aan u te overhandigen.
En eerbiedig voor den jongen man
buigende, verwijderde hij zich haastig.
Raoul opende de brief én las:
„Bevind u dezen avond om u-egen
uur voor de kleine tuindeur die op
den hoek van de Val-de-Gracestraat
naast het klooster der Benedictijner-
bevindt. Klop zoodra het negen uur
is driemaal op de tuindeur. Verlaat
tot dan toe uw kamer niet en laat
u zoo min mogelijk zien; het gaat
om uw fortuin en uw leven. In naam
van uw vader, wees voorzichtig ien
houd vooral dit schrijven geheim".
Toen de geheimzinnige bode in de
gang kwam, stond Perinon jhem op te
wachten. i
En vroeg hij.
Het zijn de personen, die piein,
verwachtte. Perinon, indien God de plan-
nén van mijn edele meesteres genadig
is, beloof ik je, dat je op den dag van
heden meer verdiend hebt, dan «n de
laatste tien jaar.
Moge de Hemel u doen (slagepV
Hep, Perinon vel, vreugde,.
gebouwd, vijftien geraamten, vermoe
delijk van meisjes in den ouderdom van
14 tot 16 jaren. De geheimzinnige
vondst heeft in den omtrek een pijnlij
ken indruk gemaakt."
't Is om er een rilling van 'te krijgen!
Vijftien lijken van jonge meisjes onder
een kapel van Paters Assumptionisten
En dat na het geval Crippen te Londen
Kloostergruwelen, lieve menschen, van
de ergste sqort. Ditmaal niet gecolpor
teerd door liet ^Lampje" of door de
Zondagsbode voor Doorn en Omstre
ken", maar door de deftige oud-liberale
„Nieuwe Courant"- van 7s Gravenhage.
Het berichtje is ontleend aan de sen
satie-beluste „Petit Parisien", én het
komt ons voor, dat de redactie der „N*
Crt." zich wel tweemaal had mogen be
denken, voor het zoo'n onwaarschijn
lijk bericht uit zulk een blad vertaalde.
Wat er van aan is. Natuurlijk niets.
De „Croix" heeft Zaterdagavond on
der den titel van „Een belachelijke ro
man" het geheele verhaal al tegengespro
ken en het „Dagbl. v. Noordbr." vertelt
dat als volgt:
„Er bestaat in he.t bewuste park nota
bene niet eens een kapel!
Wel is ereen kerkhof, waar de As
sumptionisten huil overleden medebroe
ders, gêhecu'overeenkomstig de bepalin
gen der Fransche wet, begroeven.
Er zijn ;in dat kerkhof verschillende
paters begraven en van dezen kan men
de overblijfselen hebben opgegraven. Elk
die er begraven is, staat behoorlijk op 't
stadhuis ingeschreven.
De verdreven Assumptionisten hebben
herhaaldelijk aan den tegenwoordigen ei
genaar van het park gevraagd, 'dat zij de
overblijfselen hunner overleden ordebroe
ders mochten meenemen naar hun nieu
we woonplaats, maar clat is hun steeds
geweigerd.
De „pijnlijke ontdekking", waarvan de
„N. Ct." spreekt, is niet geschied te
Livry, maar zal gebeuren op het bureau
der.„N. Ct.", als dit blad zal inzien, hoe
zij er ingevlogen Is."
Dat lichtvaardig overnemen ook van
anti-clericale romannetjes uit onbetrouw-
bara Fransche kranten, waarop de vrij
zinnige pesr ten .onzent zoo aast!
Onze pers.
Met instemming nemen wij het vol
gende stuk van R. uit het „C entru m"
over en bevelen het ook onzen vrienden
ter navolging aan.
„Hoewel, wat betreft het aanwezig
zijn van onze bladen op de leestafel
in hotels en restauraties, gaandeweg
eenige verbetering valt waar te nemen,
is het toch nog niet zooals net wezen
moest.
Daar zijn nog o zooveel hotel en café
houders, die in den waan verkeeren, dat
het beter is de Rechtsche, maar vooral
de katholieke bladen van hunne
lee,5'ttafels te weren. Welnu, laten ze
het zich dan voor gezegd houden, dat
dit niet in hun voordeel zal zijn.
De tijden waarop wij dat stelselmatig
weren en negeeren van onze pers nog
duldden, zijn reeds lang voorbij. Wij
eischen voor onze bladen minstens de
zelfde rechten op als voor die der vrij
zinnigheid'. Of is het niet treurig en be
lachelijk als men daar in hotels en res
tauraties, waar menschen van allerlei
richting komen, wel de ^"Nieuwe Rott.
Ct." „Nieuws v. d. Dag", „Handels
blad", „Telegraaf" enz. ziet liggen, maar
geen katholiek blad?
Daar moet verandering in komen. Men
vrage altijd en overal om onze bladen.
Komt er dan nog geen verandering,
dan negeere men gewoonweg het hotel
of café, dat weigert aan deze billijke
eischen te voldoen.
Bij ondervinding is mij gebleken, dat
dit een uitstekend-werkend middel is.
Als alle vrienden en propagandisten on
zer pers de zaak aldus aanpakken, zal
er spoedig verandering komen.
Het zou al te dwaas zijn om zoo'n be-
lachelijken wantoestand' en dat in
een land dat in meerderheid rechts is
k nog langer te dulden.
Maar indien uw gasten en vooral
dien jongen man een ongeluk overkomt,
zorg dan dat je testament gereed ligjt,
want dan is 't heden je laatste "dag.
Dank je wel, bromde de herbergier
wiens vroolijk uiterlijk plotseling op dit
vooruitzicht somber werd1. Maar .wat is
dat weer
Een man in 't zwart, met een onder
zoekenden en wantrouwenden blik
waaruit men d!en politieman kon her
kennen, kwam juist in de keuken binnen.
Logeert hier ridder de Rervarec?
vroeg hij.
Inderdaad, antwoordde Perinon.
Ik moet hem een brief overhandi
gen.
Dan zal ik n bij hem brengen.
Hij 'trad' het eerste binnen, om den
boodschapper aan te dienen, en wees
Raoul aan zich te verwijderen in de
aangrenzende kamer.
De boodschapper trad binnen, over
handigde den brief en verwijderde zich
terstond1, zeggende dat hij geen ant
woord behoefde mede te brengen.
Raoul, Raoul, zie .eens, riep de rid
der, de volgende kamer openende, een
brief van graaf de Maurepas, met ver
zoek mij dezen middag om twaalf uur
op zijn kabinet te vervoegen.
Hebt ge hem dlan jojn' een onder
houd verzocht?
ss Totaal niet.
Hoe jvee.t fejj jfen. &at feier Hit?
Ook de „Nederlander" bevatte
dezer dagen een hoofdartikel over „De
Pers", die een macht is, welke niet on
derschat mag worden.
Een macht ten kwade, doch geluk»-
kig ook ten goede. Ten kwade. De be
wijzen ervan in de historie zijn over
vloedig, zooals de weinige grepen uit
Frankrijks geschiedenis 'aantoonen.
Een macht ten goede. ,Ook dit kan
de pers zijn. Dit gelde vooral van on
christelijke pers. Chris t e 1 ij k e pers.
Wat houdt die benaming in? Een pérs,
die Christelijke beginselen verspreidt,
voeddt en versterkt en aldus medewerkt
tot uitbreiding van het Koninkrijk Gods
een pers, die beantwoordt aan de
eischen door 's Heeren Woord gesteld,
die dus geeft den Keizer wat des Kei
zers is, en Gode wat Gods iseen pers,
aan wie de plicht is opgelegd, in alles
door inhoud en vorm den Naam' Ides
Heeren te verheerlijken. Grootsch is de
ze hare roeping, zwaar hare taak, groot
hare verantwoordelijkheid. Mocht zij,
zich van die verantwoordelijkheid be
wust, door een beginselvastheid, idie
toont God' lief te hebben met geheel
zijn hart, ziel en verstand', doch gekleed
in een vorm, die blijk geeft, dat men
de andere hoofdzaak, het den naaste lief
te hebben als zichzelven, evenmin ver
geet, hare grootsche roeping vervullen,
en zich van deze zware taak kwijten.
De meerdere tariefopbrengst.
In de „Standaard" lezen \vij de
volgende driestar:
„Van liberale zijde legt men er na
druk op, dat de hoogere tariefopbrengst
al spoedig in de algemeene kas zal
vloeien, en dat, uitgenomen nu de kos
ten voor dé Ziekteverzekering, ql het
overige al spoedig zal moeten strek
ken, om het tekort, waarvoor we staan,
te dekken.
Zelfs Iaat men doorschemeren, 'dat
voor de verdere sociale maatregelen dan
geen geld in kas zal zijn, en dat deze
alzoo óf zullen moeten uitblijven, óf
meer lasten op de burgerij zullen leg
gen.
Hiervan nu moet worden toegegeven,
dat er in de millioenennqta ééne uitdruk
king is, die aan dit vermoeden grond
zou kunnen geven. De Minister geeft
toch de mogelijkheid toe, dat een over
schot van deze inkomsten zou kunnen
strekken, om ook de kas te stijven. Hier
staat echter tegenover, dat de Minister
uitdrukkelijk spreekt van een overschot,
nadat eerst de gelden voor de sociale
maatregelen uit de totaal-opbrengstf zul
len gekweten zijn.
Is het nu aan te nemen, dat een Mi
nister van Financiën, die natuurlijk weet
wat zijn ambtgenoot van Landbouw acht
voor sociale wetten noodig te hebben,
zoo lichtvaardig zijn nota zou hebben
gesteld, dat hij uitsluitend doelen zou
op de Ziekteverzekering?
Dit hem toe te schrijven, is kort-(
weg onredelijk. Zoo doet geen man van
ernst. En te minder gaat deze opvat
ting door, daar natuurlijk heel het Kabi
net, en dus ook Minister Talma voor de
millioenen-nota verantwoordelijk is.
De invaliditeitsverzekering komt nog
in deze zitting in. Dan zal men dus we
ten, wat de sociale wetten aan het Rijk
kosten zullen. En wat spoed de Kal
mer ook make, vast staat, dat er van
een invoering van het nieuwe tarief in
elk geval dit jaar geen sprake kan zijn,
ook al neemt men dat jaar tot Septem
ber 1911.
Al zulk geschrijf strekt dan ook tot
niets anders, dan om kwaad vermoeden
tegen het Kabinet te wekken, als zou
het aan zijn Ministers geen ernst zijn,
om met de sociale mataregelen door te
tasteneii niets is er dat rechit geeft
om hun zulk boos opzet toe te dichten.
Naar recht mag men jn d'e millioenen-
nota dus niet anders lezen, dan dat de
sociale maatregelen zullen voor gaan,
en dat alleen bijaldien het tarief meer
in de schatkist bracht dan deze maat
regelen aan het Rijk zullen kosten, liet
overschot, dat toch niet ongebruikft be-
Dat weet ik niet.
Wat kan hij u dan te vragen heb
ben j
Ook dat weet ik niet.
Gaat gij naar hem toe?
Ongetwijfeld.
Na veel praten en overwegen kwa
men zij tot de conclusie dat het goed
zou zijn eens de Bussy te raadplegen.
De Kervarie nam zijn hoed en degen
en begaf zich op weg.
Een zonderlinge samenloopriep
d!e Bussy bij het lezen van den brief,
dien de Kervarie ontvangen had. iDe-
zen morgen liet ook ik een order ont
vangen mij om één uur bij d'e Maure
pas te vervoegen.
En ik om twaalf uur, merkte de
Kervarie op.
Misschien gaat het voor u om een
zending naar Indië. i
Misschien!
De Kervarie verhaalde hem vervol
gens wat er dien ochtend voorgevallen
was en de boodschap die Raoul ontvan
gen had.
Toen kwam het gesprek op 't duel.
Ik heb dezen morgen de getui
gen van uw tegenstander gesproken, zei
de de Bussy. De Novere verzoekt u
twee dagen te wachten daar hij heden
en morgen door een zeer dringende!
Zaak verhinderd is. Alhoewel jk feem
niet zeer hoogacht, weet ik toch dat
hij (dapper is .en jdat ,dit verlangen dan
hoeft te blijven liggen, de algeineehe
kas zal kunnen stijven.
En dit nu spreekt (zoo'vanzelf en ligt
zoozeer in den aard der zaak, dat het
zelfs In de nota niet behoefde gezegd
te worden.
Laat men nu .eerst eens afwachten,!
wat de 'sociale wétten Tcosten zullen en
op hoeveel dé opbrengst van feet ver
hoogde tarief zal worden geraamd, en
laat men dan spreken.
Eer niet." i
Vervoer van rijwielen pèr spoor.
De „Arnh. Cou,rant" schrijft uit
voerig over" het onlangs vefllfid en niet te
gengesproken gerucht, dat er een groófiej
verandering in het rijwielenvervoer zon
gebracht worden. De invoering van eert
nieuw algemeen tarief zal het verkeer bed
Iémmeren en de verplichting om zelf voor
het brengen der rijwielen naar den trein
te zorgen, Zal ^evenals in Duitschland)'
tot moeilijkheden [leiden, tot oponthoud
en tot fooien. 'Het blad schrijft dan:
j,We weten wel, dat rijwielen voor de
spoorwegmaatschappijen lastige meu
bels zijn. Doch daar staat tegenover, dat
door het rijwiel het verkeer op groóte en
vooral op kleine afstanden per spoor ge*
weldiig is toegenomen, dat zeer vele rei*
zen zouden achterwege blijven, zoo de
reiziger geen wielrijder ware. Het fietsen
lokt uit tot reizen, tot het gaan bereiken
van een .of ander mooi punt, van waaf
uit de omgeving kan worden „afge
trapt." Ook wordt voor het rijwiel vracht
betaaldj'op de Staatsspoorwegen zelfs
nog al aanmerkelijk. Het eene met hot
andere bezorgt de Maatschappij eene goe
de recette. Daarop mag wel gelet wor
den, voordat men bemoeilijkende maat
regelen neem"t tegen bet rij\vieL Tegen
over de lusten mogen ook de lasten
staan.
Wat nu voortaan van de reizigers met
rijwiel in ons land gevraagd zal worden,-
is een, in goe'd Nederlandsch uitgedrukt
„echt vervelende geschiedenis". Men den-
ke zich op een nauw, ii> de lengte uitge
meten en van ondergrondsche perron-
verbindingen voorzien station, als b. v*
het Arnhemsche, liet geploeter van üien
reiziger met rijwiel, van de dame, die e^n
fiets bij jzich heeft, vóórdat het karretje
„besorgt und aufgehoben" is. [Wat zul
len de fooien, die aan stations toch al zoo
rijkelijk vloeien, weer vermeerderd wor
den en de fooikruiperigheid doen toene
men. Wie ze niet geeft, en niemand is er
toe gedwongen, moet zich zelf helpen, en
dat moge niet al te bezwarend zijn, wan
neer hij of zij alleen is, maar stel eens
wat toch gebeurt dat eene familie
mét kinderen op réis gaat; de ouders
hebben een paar "fietsen. Men ziet het
bezwaar "der rijwiel-toerende ouders, die
tevens voor de kleinen hebben te zorgen.
Of de kinderen hebben óók fietsen, d'e
kleinen en de grooten. En allen, ouders
en kinderen, seulen trap op trap af op
ons woelig en nauw station door.
We zouden willen vragen of er bij
de ontworpen nieuwe bepalingen wel vol
doende gedacht is aan het niet te ontken
nen iu ,.dat de rijwielsport een bestand
deel is geworden van Dijna élk gezin in
Nederland. Dat men maatregelen noemt
om het vervoer der rijwielen per spoor
goecl te regelen, is natuurlijk opperbest,-
(doch dat men een -deel dier regeling,
afneemt van de besturende verkeersor-
ganen, cn die legt op de schouders van
het publiek, lijkt ons niet goed gezien*
Kamerverkiezing Rotterdam V.
Het „Hbld" meldt, dat drie vrijzinnige
kiesvereeniginhen in Rotterdam V vrij
zeker unaniem zullen uitkomen met den
heer G. J. de Jongh, oud-directeur van
gemeentewerken. Alleen het feit dat de
heer De Jongh te St. Petersburg vertoeft,
zoodat de correspondentie met hem over
verschillende politiek vraagstukken van
den dag, waaromtrent men zijn pertinente
verklaring wenscht, eenigen tijd vorderen,
is de oorzaak dat nog niet definitief tus-
ook geen voorwendsel is om zijn angst
te verbergen. Ik heb dus in uw naam
dit uitstel goedgekeurd.
Uitstekendantwoordde de Ker-
varec. 't Is juist, wat ik verlang, nl. dat
ik den tijd heb om eerst voor de toe
komst van Raoul te zorgen.
Ik weet niet wat de toekomst ons
brengen zal, ridder, maak als hij mij noo
dig heeft, kunt ge hem verzekeren dat
ik hem steeds met genoegen terwille
zal zijn.
Ik dank u van ganscher harte, Ant
woordde 'de Kervarec. "Maar sta mij toe,-
u om een kleine verlichting te verzoe
ken. Wat ik bezit is wel niet veel, maar
toch zou ik gaarne het aan Raoul nala
ten. Kent gij hier in den omtrek een ge-
schikten notaris aan wien jk op kan dra
gen, mijn testament op te maken?
In de rue Saint Jacques woont
notaris Armantaud, die naar jk hoor zich
in de algemeene achting verheugt.
Dank u zeer.... Van avond zal ik
u, als 't u schikt, het res\iltaaji van het
onderhoud met de Maurepas jnede ko
men deelen. 1
Zij groetten elkaar met de buitenge
wone hoffelijkheid van dien tijd, en de
Kervarec "begaf frich naar {den nofaris,-
terwijl de Bussy zich gereed maakte
na,ar den minister te gaan.
(Wx*dt vervolgd.}