BINNENLAND.
Daarom doodverven zij ons ajs Conser
vatief. Mr. van Houten daarentegen heeft
een afkeer van sociale wetgeving; daar
om meent hij als hij de Clericalen eens
erg zwart wil maken, niet beter te kan
nen doen dan hen als hartstochtelijke
liefhebbers van sociale wetten af te schil
deren.
De eigenlijke beweeggronden die de
(meerderheid yan ons kiezersvolk er toe
brachten om zich steeds meer van de
Linkerzijde af te wenden, worden noch
door Radicalen en Socialisten, noch door
Mr. van Houten begrepen.
Daarom maken zij er maar wat van,
elk op z'n eigen manier en naar zijn
eigen smaak.
De 10-urigen Arbeidsdag.
Het „Centrum" zet uiteen, dat de be
weging voor den 10-urigen arbeidsdag
die nu alom gaande is, vooral een alge-
meene strekking heeft: de aandacht te
vestigen op het feit, dat in vele bedrij
ven te lang wordt gewerkt.
„Te lang, met het oog op de krachten
van den arbeider, op'zijn persoonlijk en
huiselijk leven, te lang ook met betrek
king tot de werkelijke belangen der nij
verheid.
Dit laatste niet te vergeten.
Immers tal van proeven en ervarin
gen hebben bewezen, dat bij verkorting
van werktijd binnen zekere grenzen
natuurlijk niet enkel de hoeveelheid
der productie weinig of niet vermin
derde, maar dat daarbij gewoonlijk de
kwaliteit aanmerkelijk won. En dit laat
ste is in onzen tijd van het hoogste be
lang. Er worden steeds hooger eischen
aan de uitvoering en afwerking van de
meeste arbeidsvoortbrehgeselen gesteld
en dat is een gunstig teeken het bewijst
dat we meer oog krijgen voor wat goe
de smaak en duurzaam gebruik, wat ge
zondheid en veiligheid eischen.
Doch hoe zal aan al deze eischen kun
nen worden voldaan, wanneer hetgeen
we noodig hebben, moet worden gemaakt
door menschen met vermoeide ledema
ten en beneveld oog, die niet meer over
hun volle aandacht en kracht beschik
ken Menschen wier rust te kort is om
zich van de uitputting te versterken en
wicn de tijd ontbreekt om mee te leven
het leven van onzen tijd, om zich te
ontwikkelen en te genieten van wat na
tuur en kunst ons bieden?
H et is dus waarlijk in het algemeen
belang, dat op verkorting van arbeids
duur wordt aangedrongen.
En dat daarbij juist tien uren als nor-
ïnale werktijd wordt genoemd1, is geen
wiskundige formule, maar een algemee-
ne aanduiding.
Er is arbeid, waarbij de kalmte kan
worden bewaard en genoeg afwisseling
bestaat om desnoods langer werk te kun
nen volhouden. Maar er zijn ook bedrij
ven, waarin 10 uren nog te veel zijn.
is. Johannes wijst op de schoone stad,
doch Jesus weeklaagt en "zegt, het lot
dezer ongelukkige stad gaat mij zeer ter
harte. De apostelen vragen den Heer,
waarom deze stad een zoo droevig lot
zal ondergaan. Jesus antwoordt: omdat
zij den tijd harer bezoeking niet gekend
hc -t. Johannes smeekt Jesus om niet
naar Jeruzalem te gaan, om den boozen
geen gelegenheid te geven het schrikke-
lijkste te volbrengen.
Daarna zegt Jesus tot Johannes en
Petrus, gaat naar de stad, gij zult daar
iemand ontmoeten, die een kruik met
Water draagt. Deze moet ge zeggen
iWaar is de zaal, waarin ik met mijne dis
cipelen het Paaschlam eten kan? Hij zal
U dan een groote zaal toonen, maakt daar
het avondmaal gereed.
Petrus en Johannes vragen Christus'
zegen, die hen gegeven wordt.
Tot de andere leerlingen zegt Jesus:
Gij overigen, vergezelt mij ten laatste
male in het huis mijns vader. Heden gaat
gij nog met mij daarheen, morgen...
Judas maakt zich bezorgd over hun
verder onderhoud, diaar hij niet meer
heeft (dan voor een dag noodig is. Hij
imort nogmaals over de driehonderd de-
nariën, die Maria MagdalenaL heeft ver
kwist. Jesus redetwist nog verder met
Judas en vermaant hem niet bezorgd te
zijn, daar het hem aan niets zal ontbre
ken. Het volgende tooneel is een alleen
spraak van Judas over zijn vooruitzich
ten als Jesus er niet meer zijn zal en
nogmaals over de verkwisting van Mag-
iüalena. Hij zint op middelen om zich
tWat geld te verschaffen. Bij zijn alleen
spraak wordt hij overvallen door een
van (de priesters van den hoogen raad,
üie hem .vraagt waarom hij in zoo'n
groote geldverlegenheid schijnt. Hij
deelt hem zijn bezwaren mede over den
toekomst. De priester biedt hem een
goede belooning aan voor een dienst
Sien hij kan bewijzen.
Andere priesters voegen zich bij den
eersten en beloven hem behalve een goe-
'jde belooning, ook nog schitterende
vooruitzichten. Judas vraagt wat deze
idienst is, en de priesters antwoorden,
iclat deze hierin bestaat, n.l. dat hij hen
het nachtelijk verblijf aanwijst van Je
sus van Nazareth. Na eenig nadenken is
hij bereid en zegt: „Ik wil eerst den
Meester naijlen en alles uitvorschen, om
zeker te werk te gaan".
De priesters gaan bij den Hoogen
Raad melding maken van deze afspraak
en Judas zegt bij het heengaan, dat hij
hen na drie uur zal opwachten in den
.Tempelstraat.
Het volgende tooneel is weer een al
leenspraak van Judas, hij ziet zijn for
tuin genaakt en zegt„Mocht <d,e Mees-
De practijk wijst dat uit en met die prac-
tijk zal de wetgever rekening hebben te
hpuden.
Het ware nog beter, wanneer cleze in
het geheel niets mei de zaak noodig had
als eigen inzicht en onderling overleg
den arbeid in het rechte spoor konden
brengen. Maar zóó is het nu eenmaal
niet en ook met dezen toestand dient
rekening te worden gehouden.
Men sta daarom tegenover de bewe
ging voor den 1 O-urendag niet wantrou
wend, maar begrijpe, dat het gaat, om
een ernstig volksbelang."
Arbeidsconflict te Waalwijk.
.Wederom is er een ernstig conflict in
de industrie uitgebroken, waarbij van de
zijde der arbeiders als oorzaak wordit op
gegeven de vijandige houding van (den
patroon tegenover de katholieke organi
satie.
"Aan de Kon. Stoomschoenenfabriek A.
H. van Schijndel te Waalwijk, hebben
alle georganiseerden van den Nederl. R.
K. Lederbewerkers arbeidersbond, 30
mannelijke en 44 vrouwelijke leden, aldus
werd vanwege het hoofdbestuur van dien
bond gemeld, op Woensdag 24 Augustus
plotseling en uit eigen beweging de fa
briek verlaten, en aan het hoofdbestuur
van genoemden bond ter kennis gébracht
dat zij, wat er ook gebeure, de fabriek
niet meer. wenschen te betreden, alvorens
de patroon zijn vijandige gezindheid te
genover .de Katholieke organisatie in -
trekt
Ondanks herhaalde pogingen van het
hoofdbestuur zou het niet gelukt zijn den
strijd te voorkomen, die een spontane
losbarsting der gemoederen is naar aan
leiding van nieuwe kleingeestige plage
rijen en het antslaan van een georgani
seerde.
Direct bij het verschijnen van 'dit com
muniqué meldde de „.Maasbode", dat de
fa. van Schijndel de Katholieke organisa
tie volstrekt niet vijandig gezind is, waar
tegen de W.Eerw. heer L. van Iieeswijk
adviseur van denf N> R. K. L. A. B.,
in de „Echo V. ih. Zuiden" verklaart, met
verbazing jn de „Maasbode" gelezen te
hebben, diat zij persoonlijk „als zeker
heid" kan meedeelen, dat de firma A. H.
van Schijndel beslist niet tegen de katho
lieke organisatie is.
De eerw. adviseur besluit:
Voor mij, die nog al nauw bij de za
ken van den Ned. Bond betrokken ben,
is wel gebleken dat deze staking onorga
nisatorisch js, doch dat zij ongemote-
veerd is, durf ik op gezag van 'de „Maas
bode" niet verkondigen.
De „Echo v. h. Zuiden" heeft zich tot
de firmanten, de heeren Van (Schijndel,
gewend om hunnerzijds iets omtrent de
ter zegepralen, dan val ik hem rouw
moedig te voet, HJj is zoo goed en zal
geen rouwmoedige verstooten. Een ver
rader wil hij echter niet zijn, hij vindt
zijn handelwijze geen verraad.
Het tooneel wat nu volgt stelt een
straat voor van Jeruzalem. Aan de water
bron is een jongeling bezig zijn kruik
te vullen. Johannes en Petrus zien dezen
jongeling en vragen aan hem wat hun
Meester hun bevolen heeft. Deze. roept
zijn heer, Marcus, die zeer verheugd is
den Meester in zijn huis te ontvangen.
Het scherm valt, de zangers, zange
ressen met de proloog komen weer voor
het tooneel.
De proloog spreekt van de liefde van
den goddelijken Vriend, die zich aan de
Zijnen geeft voordat Hij Zijn lijden in
gaat. Hij vergelijkt dit offermaal bij het
wonderbare manna in de woestijn. Hij
zegt dat dit maal zooveel voortreffelijker
is, daar Jesus ons Zijn eigen VLeesch
en Bloed tot Spijs en Drank te nutti
gen geeft.
De bas-solo wijst op de voorafbeel
ding van het manna der woestijn, en op
de voorspelling van het H. Misoffer in
het nieuwe Verbond.
Daarna gaat het scherm op en is er
een prachtige voorstelling van het Jood-
sche volk, een drom van menschn, man
nen, vrouwen en kinderen 'met Mozes
aan het hoofd. Het manna regent van den
hemel. Terwijl dit tooneel te zien is zingt
het koor: Goed is de Heer, het volk-
dat honger heeft verzadigt Hij op won
derbare wijze.
Het scherm valt en na eenige oogenblik-
ken wordt dit weer opgetrokken, het
zelfde tooneel aanschouwt men, maar
met een kleine wijziging: de groote
druiventrossen uit Kanaan worden nu
getoond.
Het koor vervolgt dan: Goed'is de
Heer, in het nieuwe Verbond reikt Hij
Zijn Vleesch en Bloed tot Spijs en Drank
in Jeruzalem's zaal.
Dan komt in het volgende tooneel het
laatste Avondmaal, dat aan ieder ka
tholiek overbekend is. Ik wil er alleen
van zeggen dat alle handelingen met
ware vroomheid en godsvrucht geschie
den en dat Judas hoezeer ook zijn rol af
schuwelijk is, een waren Judas gelijkt.
Christus zegt alles wat in net H. Evan
gelie geschreven staat. De voetwassdhing
geschiedt, behalve bij Petrus, geheel
zonder spreken. Achter de schermen
wordt zochtjes gezongen.
Onder de instelling van het heilig Sa
crament duurt de zang nog steeds voort.
Judas verwijdert zich daarna.
Christus staat dan op, doet met zijne
leerlingen een dankgebed, spreekt nog
de .woorden die in Jiet Evangelie sta,an
aanleiding jtot de plotselinge staking te
vernemen.
Haar werd o.a. mëdegedeeld, dat van
tegenwerking der katholieke vakorgani
satie geen sprake is. 1
Ontslag as reeds gegeven reeds voor
eenige weken aan ei_*i meisje dat haar
"plicht niet scheen 'te kennen en aan een
werkman wegens brutaliteit, en zij mee-
nen, als patroons, toch bij voldoende re
denen ontslag te moeten geven waar tt
belang der werkzaamheden zulks eischt.
De patroons beschouweu het als een
luttel motief de kleine reprimande en lage
boete, die werd opgelegd, waarna, op
"teeken der presidente, allen 't werk neer
legden en de mannen volgden. Zij verkla
ren 't onbegrijpelijk te vinden, dat, terwijl
zij in correspondentie waren met het
hoofdbestuur der organisatie, de leden
daarvan plotseling staken.
De „Tijd" heeft ook een onderzoek
ter plaatse ingesteld', waarvan zij in haar
nummer van eergisteravond een groot
verslag afdrukt:
„Volgens de arbeiders is de oorzaak
van dat conflict de indirecte bestrijding
door de patroons, vooral door den oud
sten firmant, van de vakorganisatie! Ter
wijl daarentegen de patroons beweren,
dat zij absoluut geen vijandige gezind
heid jegens de organisatie koesteren maar
de oorzaak hierin vinden: de leden zijn
gepaaid met schoone beloften om toe te
treden tot de organisatie en ueze beloften
kunnen niet vervuld worden vandaar on
tevredenheid, vandaar 'dit inieuwe con
flict."
De directe aanleiding der staking, een
dag na het ontslag van "den werkman
K. beschrijft het blad, als volgt:
„Een stikster (H.) stond van haar plaats
op en begaf zich naar de plaktaiel, waar
zij schijnbaar een boodschap afgaf. De
aangesprokene plakster verliet daarna 'ha
re plaats en ging aan het einde der stik-
kerij om een glas te zoeken, dat zij aan
bedoelde stikster bracht. De plakster ging
(daarna weder naar haar plaats terug.
(Hierbij zij opgemerkt, dat bedoelde plak
ster (daarvoor zoowel bij het gaan als
bij het terugkomen naar hare plaats eeni-
nige meisjes onvermijdelijk moest hin
deren). De stikster stond daarna wéder
van hare plaats op, ging drinken, ter
wijl de patroon haar onderweg een be
risping maakte, dat dit vlugger moest ge
beuren. Eveneens'kreeg bedoelde plakster
een dergelijke bemerking en'10 cent boe-
Dit had ten gevolge, dat pog eenige stik-
sters zich in (het geval plengden, zich
vooral daarover tot de presidente der
organisatie wenden. De patroon maande
daarop tot doorwerken en orde aan, waar
op de presidente na eenig gepraat op
sprong en uitriep: „Dan allemaal staken."
Dit was het, we erkennen: onorga
nisatorisch ontstaan van 'de staking!
Aan werkLiedenzijde werd o.a. aan den
opgeteekend en verwijdert zich daarna.
Het scherm valt, de zangers, zangeres
sen met de proloog komen voor. het too
neel.
De proloog spreekt van den valschen
vriend, die zich nog bij de openbare .vij
anden voegt. De verrader die den besten
der Leeraars verkoopt, hij vergelijkt deze
snoode daad bij de onbarmhartigheid van
Jacobs zonen, in wie de afgod van het
geld pok alle edele gevoelens had ge
dood.
De sopraan-solo zingt: „waarheen,
„waarheen? Judas, in uw hartstocht!"
„Denkt gij niet aan de wrake, mocht
„donder en bliksem dezen booswicht
„verpletterenKeer nog terug van de
„zondedoch neen, door gierigheid ver
doofd en verblind, ijlt Judas naar den
„hoogen raad."
Het scherm gaat op, het tooneel stelt
Josef voor die door zijn broeders wordt
verkocht, als voorafbeelding van Jesus,
die door Judas verraden wordt.
De volgende handeling stelt weer een
zitting voor van den hoogen raad.
Kaïphas deelt den priesters en schrift
geleerden mede, dat een van die ge-
trouwste makkers van den Galileër ge
wonnen is om hen van dienSt te zijn.
Hij vraagt hun welken prijs deze man
voor zijn daad moet hebben? Een der
priesters antwoordt: De wet van Mozes
duidt het zelf aanDertig zilver
lingen is de prijs van een slaaf Judas
wordt nu binnengeleid, zegt zijn naam
en vraagt wat zij hem zullen geven als
hij Jesus aan hen overlevert? Kaïphas
antwoordt 30 zilverlingen, die U ter
stond ter hand zullen worden gesteld'.
De rabbi haalt het geld uit de schat
kist en telt Judas in 3 maal 10, dertig
zilverlingen voor, die deze zorgvuldig
in zijn geldzak wegbergt. Nicodemus be
rispt Judas en wijst hem op zijn verraad.
Door de verschillende leden van den
hoogen raad wordt nog bepaald, hoe zij
Jesus gevangen zullen nemen, 4 pries
ters worden uitgekozen om de wacht ge
reed te maken. Judas zegt nog dat zij
van fakkel en lantaarn moeten voorzien
zijn en dat hij hen de noodige bevelen
zal geven. De hooge raad beraadslaagd
daarna wat zij met Jesus zullen doen
als ze Hem gevangen genomen hebben.
De een wil Hem in den kerker werpen,
anderen willen Hem levend begraven.
Kaiphas vindt dit alles niet goed en is
bang dat de vrienden Hem zullen bevrij
den. Hij zegt, het is beter dat één mensch
sterve, dan dat gansch het volk ten gron
de ga. Hij-moet-sterven. Allen herhalen
uitgezonderd Nicodemus en Josef, ja, Hij
moet sterven, en zijn dood is ons heil.
Nu verlangt Nicodemus het woord en
YJAagtj pf j£it .yyel billijk g eg r£cfetv&aj-
eerw. heer Gh. de ,Wijs, adviseur der
afdeëling tWaalwijk van den Ned. R. K.
Lederbewerkers Arbeiders-Bond de be
wijzen gevraagd, waarop de arbeidsters
en arbeiders 'hun meehing gronden, idat
die heeren Van Schijndel tegen de R. K.
organisatie zijn gekant Men vertelde ons
verschillende feiten, waarop die meening
is gebaseerd.
Voor onderhalve maand werd het toe
zicht der patroons zélf in de fabriek
zóó verscherpt en verzwaard, dat het een
hinderlijk toezicht werd. De georganiseer
den gingen vrij uit. Er wordt van wérk-
liedenzijde volstrekt niet beweerd, dat er
bij de meisjes e. a. geen schuld is; dat zij
praten zal wél voorkomenhet zijn meest
jonge meisjes, maar de boeten werden
te opmerkelijk ongelijk verdeeld. Zoo
kwam het voor, dat 4 a 6 meisjes te za-
men praatten, terwijl alleen de georgani
seerden beboet werden ofschoon Volgens
hare eigen verklaring de ongeorganiseer
den de meeste schuld hadden.
De groote, de eigenlijke oorzaak was
volgen de werklieden het onmogelijke,
het vervelende befitten der meisjes en de
„hondsche" behandeling.
Een aanslag op R. K. vakorganisatie,
meent de „Tijd" zooals "die te Eindho
ven heeft plaats gehad, is hier niet ge
schied!, We bevonden den toestand iheel
anders hier dan dien te Eindhoven bij
ons onderzoek aldaar.
Van een o p e n 1 ij k e n aanslag is geen
sprake hier!
Er zou echter een i n d i r e è't e bestrij
ding van de organisatie 'door de patroons
hebben plaats gehad.
Tegenover de besliste ontken
ken n i n g Van 'de patroons staat de
even besliste overtuiging der ar
beiders.
„De Tijd" onthoudt zich ten slotte van
het uitspreken van een oordeeL
Aan „Het Huisgezin" schrijft men:
"Het hoofdbestuur van den N. R. K.
iL. A. B. heeft reeds verschillende ver
gaderingen belegd met de stakers van
de firma van Schijndel om de voorwaarden
te bespreken waarop zij weer het werk
willen hervatten. Tot nu toe zïjn echter
nog geen onderhandelingen mèt de firma
gevoerd*
De stakers houden zich voorbeeldig.
Bijna het gansche publiek is op hun hand
Van 's morgens 5 tot 's nachts 12 uur
wordt gepost.
In de „Echo van het Zuiden" komt
van het hoofdbestuur van den Ned. R.
IC. L. A. B. een uitvoerig shik voor ïn
antwoord op hetgeen dat blad uit een
onderhoud met de firma had meegedeeld.
In dat stuk lezen wij o. m.
Als een meer direct bewijs van de
waarheid onzer bewering, dat de heer A.
H. van Schijndel de katholieke vakorga
nisatie ook thans nog vijandig gezind is,
dig, dat iemand wordt veroordeeld, zon
der dat er een onderzoek is ingesteld'.
Of zulk een handelwijze het volk Gods
waardig is? Hij vervolgt na eenig over
en weer twisten: De groote daden en
woorden van den man van Nazareth ver
dienen geloof en bewondering en geen
verachting en straf.
Oos Josef spreekt: Hij heeft niets als
goed gedaan, men kan Hem geen daad
aanwijzen, waardoor Hij den dood schul
dig is, het is enkel nijd en boosheid
die zijn schoonste werken verdacht maakt.
Kaïphas en Annas antwoorden hierop:
gij zijt verraders in ons midden, wat doet
gij hiér, loopt uw Profeet na. Dat hij
sterven inoef, blijft onveranderd.
Hierop antwoorden allen, behalve Ni
codemus en Jozef: Ja sterven moet'hij,'
dat is ons besluit. Nicodemus en "Jozef
verwijderen zien, nadat ze te kennen ge
geven hebben, geen aandeel in dit bloed-
gerecht te willen (hebben.
'Nadat deze twee zich verwijderd heb
ben, zïjn de overigen 'blijde, dat z- van
hun bijzij i bevrijd zijn, vrijer in hun ge
sprek en hunne besluiten.
Kaïphas zegt, dat het volstrekt noodig
is een officieele rechtzitting te houden
om Jezus zelf aan te hooi en, en getuigen
tegen Hem te laten spreken, opdat niet
de meening van het voïk versterkt worde,
dat wij Hem uit haat en nijd vervolgen.
(Hij vir.dt het ook veiliger üls de land
voogd Pilatus het doodvonnis zou wfllen
drijven, jdan waren zij van alle verant
woordelijkheid ontslagen.
'Zij gaan daarna uiteen nadat Kaïphas
hen heeft vermaand op ieder uur van den
nacht bereid te zïjn om hier terug te kee-
ren.
Aller, verwijderen zich al roepend:
„Hi| sterve, de vijand onzer heilige
wet!
De proloog en het koor komen weer
van het tooneeL
De proloog spreekt van Adam die jn
het zweet zijns «aanschijns om eigen
schuld te boeten, het brood voor zich en
de zijnen moet verdienen, dij vergelijkt
|dit bij den Heiland dde om onze zón-
Oen oen Tieetsten Jcamp strijdt op den
Olijfberg. Hij wijst op den trouwe'.oozen
leerling Judas die reeds nadert en met
een schandelijk verraad het zegel der lief-
ide ontheiligen zal.
Hij vergelijkt dit verraad met dat van
Joab aan Amasa gepleegll, die met den
kus der vriendschap op de lippen, hem
den dolk in het hart stoot.
Het koor zingt over Judas, 'die mét een
besmeurd geweten aan het laatste Avond
maal deelnam en daarna de zaaj ultijlde
naar de Synagoog om daar zijn Meester
Je ysrfaoopefy
lean de volgende logische redeneering'die
nen
Op 1 Juni j.L kondigde de heer Van
Schijndel aan alle meisjes zïjner ïabriek,-
tegen Zaterdag over 8 dagen ontslag aan,
lais zij lid bleven van den Nederl. R. K.
Lederbewerkersbond.
Op dien datum was ous de heer van
Schijndel zonneklaar de katholieke or
ganisatie vijandig gezand.
Door Iden R. K. Lederbewerkersbond
wordt aan de stakers 90 pCt. van het ge
middelde loon uitgekeerd.
Groene Kruis Congres.
Gisteren is het congres voortgezet en
hebben verschillende sprekers Inleidingen
gehouden, alle gevolgd door levendige
gedachten wisseling.
Dr ,.H. G. .Hamaker van Groningen
handelde over den arbeid;dien het „Groe
ne Kruis" op het platteland en in de
steden1 heeft te verrichten; de heer L. A.
Tromp, van Leeuwarden, handelde over
maatregelen ter bevordering van een ver
beterde verzorging van kraamvrouw en
zuigeling; 0e heer G. Oosterbaan Van
Zwolle handelde over de inrichting van
den ontsmettingsdienst ten plattelande;
ds. |H. G. Brink besprak een algemeene
Groene Kruis organisatie en de heer Q
Dekker handelde over bestrijding der
tuberculose ten platte lande door het
Groene Kruis.
Na den strijd te Enschedé.
Tubantia houdt in de „Tijd" een na
betrachting over den Enschedéschen strijd
Hij .vestigt daarbij de aandacht op een
punt ia deze droeve zaak, dat waard is
nader onder de oogen te worden gezien.
Telkens wanneer in de laatste jaren
in Twente en vooral te Enschéde een
werkstaking onder de fabrieksarbeiders
is uitgebroken, behoorden tot de grieven
die zij inbrachten, allerlei klachten over
de bazen. En dat is bij de bestaande
toestanden en verhoudingen geen won
der. De bazen zijn als het ware de lei
ders in de fabriek. Het is hun taak
op te komen voor de belangen der fa
brikanten. Maar t en dut is ide zeer
donkere schaduwzijde, die het gansche
fabrieksbazeiistelsel aankleeft "de ver
standelijke en vooral de zedelijke ont
wikkeling van "hen, "die op deze wijze in
overheiu gesteld zijn, is In het al
gemeen gesproken veel te. laag om
erfen goede verstandhouding te scheppen
tusscherrhen de arbeiders. De bazen in
de weverijen bijvoorbeeld worden geko
zen uit de arbeiders. Dat wekt al da
delijk de afgunst "der andere wevers op*
En het kost hun moeite de ondergeschikte
te wezen van hem, die gisteren nog "huns;
gelijke was en van wen ze niet kunnen
inzien, waarom hij boven hen moest uit
verkoren zijn.
Ieder mensch heeft ook vrienden en vïj-
Het. scherm wordt opgetrokken, thans
vertoont het tooneél in levende beelden
Adiam en"Eva met hunne kinderen, zwoe
gende om hun brood, den vloek dier zon
de.
Het koor zingt over Joab's moorde
naars hand, waardoor Amasa verraderlijk
gedood werd.
Het volgende tooneel verV r.t Joab en
Amasa omringd door strijders "Het tooneef
stelt een gebergte voor. 'Het koor zingt
steeds door en telkens wordt een gëdieelte!
,Yan den zang achter het gebergte gehoord
Het koor ëindiigt met:
Vervloekt zij, wie den vriend bedriegt
Met schijnheilg gebaar die liefde
leugenachtig maakt.;
Met den Judaskus de onschuld nadert.
Doch in (het hart verraad verzint
„Vloek op hen"jnoet het tegen de
rotsen klinken.
„Vloek op hen"moet het van de ro"t-
sen terugkldnken.
"Het scherm Is op, het tooneel vertoont
i,de landstreek in de nabijheidi van den
Olijfberg. Judas komt met zijn wacht uif
de poort rechts, loopt van het tooneel om,-
spreekt met de soldaten af dat hij als
teeken Jezus een "kus zal geven. TDezeiï
nu moet gij gevangen nemen. De wacht
gaat door de poort'links, achterom naar.
den hof van 'Olijven.
Christus komt daar met zijn leerlingen
en spreekt nog met hendan neenit Hij
Petrus, Johannes en jacob»s mét zicli
mede; zij-plaatsen ach voor in den hof
en Christus gaat den berg op.
Van dezen doodstrijd ;zal ik ji piet
verhalen, hij As u allen bekend, het Evan
gelie is hier trouw gevólgd. Ook ver
schijnt de Engel om Jezus te troostenu?
Alles wat hier jn den |hof van Olijven
gespróken jvordt, is duidelijk verstaan
baar, het wordt zoo innig vroom en diepj-»
gevoeld voorgedragen, dat men werkelijk"
niet aan spel denkt
Nadat Jezus getroost Is, komt Judas
met de bende soldaten in den hof. ,Het
Evangelie woittt hier weïlerom trouw ge
volgd, geheel de bende valt achterover,
bij het hooren van "Jezus* naam en het
oor van Malchus, door Petrus afgehou
wen, wordt door Jezus genezen.
'Hierna wordt Jezus ge'vangen geno
men, gfèbondeii en voortgeduwd door de
bende, die Hem onder 't heengaan hoont
en bespot.
Einde van het eerste deel.
(Wordt vervolgd.)