BUITENLAND, BINNENLAND. liet erfdeel der Malleroy's. Tweede Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van Woensdag 3 Augustus. Engeland, Toch een Spoorwegstaking? Niettegenstaande de mislukking van de staking op den North-Eastern-spoorweg (schijnt het personeel van andere lijnen (er toch hard over te denken, om zelf het bijltje er "bij neer te leggen, totdat aan hunne wenschen zal zijn voldaan'. Het personeel van den Grat-Northern- spoorweg gaf het voorbeeld. Eergisteren hadden er verschillende bijeenkomsten plaats, waarin ook sprake was van .gene op touw; te betten nationale staking. De grief van het personeel is gele gen in de weigering van het bestuur Üer spoorwegmaatschappij om met het (personeel overleg te plegen ten aanzien van punten van verschil omtrent de uit- j legging van eene scheidsrechterlijke uit spraak. Mocht de maatschappij blijven weige- ren, dan acht het personeel zich gen'ood- j'zaakt het geheele stelsel van verzoening ien arbitrage te laten varen en de leiders te volgen op den weg, die dezen zullen meenen in te moeten slaan. De Engelsche Katholieken houden thans te Leeds hun eersten katholieken dag Tot nog toe was er wel een jaar- lijksch congres van de Apologetische ver- .eeniging, de Truth Society, waarop de Engelsche Roomschen bijeenkwamen, imaar thans zijn allerlei vereenigingen, zooals de lezer weet tegelijk bijeen. Ook b'.v. de vakvereenigingen, die reeds flink bezig zijn, zich katholiek te organiseern. Er zijn, behalve Mgr. Bourne, zestien bisschoppen, acht gemijterde abten en honderden deelnemers, waaronder de 1 Lord-major van Londen. De Aartsbisschop van Westminster •hield een openingsrede, waarin hij met cijfers aantoonde, hoezeer in de 50 ja ren, sedert de hiërarchie werd hersteld, de Kerk zich heeft uitgebreid. Het getal kerken vermeerderde van 5S7 tot 1760; dat der priesters van 788 tot 3687 en de scholen van nog (geen honderd tot meer dan duizend. De „Kambana" te Sofia doet zeer sen- sationeele onthullingen over zekere be- trekkingen tusschen de Bulgaarsche re- Igeering en Bulgaarsche rooversb'enderï. Hooge ambtenaren zouden met beruch te benden in verbinding staan. Het blad Jnoemt o.a. zekeren Michael Teljakof, die alleen des winters als ambtenaar in1 zijn bureau werkt, maar 'den geheelen zomer ;ien herfst in de Macedonische gebergten huist, als lid van een goed georganiseer de rooversbende' en als agitator voor ,seen opstand in Turkije. Een grappige bijzonderheid is dat Teljakof ieder jaar, zooals dat behoort van den minister ver lof vraagt en krijgt om gezondheidsrede- in en. Koninklijke Besluiten. Bij Koninklijk besluit is met ingang yan 1 October 1910, aan K. J. Razelius, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend 'als schoolopziener in het arrondiissemem [Haarlem is, met ingang van 14 September 1910, aan dr. C. j. A. Meerdink, op zijn .Verzoek eervol ontslag verleend als lee- 'raar aan de R. H. B. S. te Roermond: FEUILLETON. 6) Hij streek zich met de hand over het yoorhoofd, Wat hebt ge mij te vragen zei de grijsaard tot die Malleroy, Niets voo»" mij, markies, antwoordde i [Fredrich diie te zeer aan de barschiheiid Van zijn schoonvader gewend was om er r [zich bezorgd over te maken, Het betreft 1 'Richard, uw kleinzoon. Gij komt op oen ongunstig oogen- iblik? Ik ben zeer ontevreden óver hem. ^Gisteravond heeft hij te Rennes weer 'twaalf duizend louis verspeeld, iHelaas, juist daarom kom jk tot V. Wat mij 'aangaat, had hij het dubbele verloren en méér moed getoond.,., maar ik heb vernomen, dat hij eerst tegen zijn 'medespelers vertoornd werd, daar hij niet 'tegen zijn verlies kan en daarna zich heeft heeft laten beloedigen zonder eerherstel durven te vragen, Dat heeft ongetwijfeld de Montenay iu zoo juist verhaald, om zijn eigen gedrag j jts doen bewonderen, antwoordde die graaf jjterwijl zijn lippen van toorn beefd|en|, (.(Wanneer men, als hij geen vader of mpe1- $d!er kent en een... verzonnen naam draagt, jjcfan begrijp ik, diat men. zeer vurig is en l'jrnen alle "moeite doet om zich te doen yrqe- ?en, en zich in twisten mengt waar men mets me$e hgefb go.qalg gis- Is, voor het tijdvak van 1 Septem ber 1910 tot en met 31 Augustus 1911, benoemd tot leeraar aan 'de R. H. B. S. te .Hoorn, ~W. "Macalester Loup, tijdelijk tleeraar aan die school; r="fs voor 'het tijdvak van 1 Septem ber 1910 tot en met 31 Augustus 1911, benoemd tot leeraar aan de R. H. B. S. te Hoorn' F. H. Holzmüller, tijdelijk lee raar aan "die school Is met ingang van 1 Augustus 1910, aan mr. J. J. Kuipers te Utercht, op zijn verleend uit zijn betrekking van plaatsver vangend 'voorzitter van den Raad van Be roep voor de vermogensbelasting te Utrecht, met dankbetuiging voor de in die betrekking bewezen diensten, en js, met ingang van laatstgemelden datum als zóó danig benoemd inr. W. H. J. Royaards dijkgraaf te De Bildt, thans lid en secreta ris van genoemden Raad: Is G. Ritmeester, surnumerair der grondbelasting te Groningen, met ingang van I Augustus 1910, benoemd tot con troleur bij dat dienstvaK, en wordt hij tijdelijk werkzaam gesteld, daar waar cte dienst zulks vordert De nieuwe Commandant van het N.-I. Leger. Afgescheiden van het treurige sterfge val, dat er de aanleiding toe is, zullen velen wel met genoegen de tijdinlg heb ben gelezen, dat luitenant-generaal G. C. E. van Diaalen benoemd is tot comman dant van het leger en chef van het de partement van oorlog in Ned.-Indië. De ze opperofficier zit nu op de plaats, die hem vroeger jaren Was toegedacht, toen bij de voordracht tbt bevordering tot genraal-majoor, naar algemeen verze kerd wordt, als motief voor die snelle rangsverhooging gesteld stond, dat de toenmalige kolonel Van Daalen door den landvoogd de geschiktste candidaat voor het legercommando werd geacht. Wat is er sedert niet over het hoofd van generaal yan Daalen heengegaan. Een zaak werd echter nadrukkelijk op den voorgrond gesteld, n.l. dat al was generaal van Daalen volgens den toen- maligen gouverneur-generaal ook te kort geschoten in het civiele gedeelte van zijn ta,ak als gouverneur van Atjeh, zijn mili taire bekwaamheden ongerept uit het ge houden onderzoek waren te voorschijn' getreden. Het door de Atjeh-kwestie tus schen gouverneur-generaal van Heutz en generaal van Daalen gerezen geschil had •door velerlei een zoo scherp "karakter ge kregen, dat toen in Juli 1909, dus nog onder het bestuur van dien landvoogd, een nieuwe legercommandant moest wor den benoemd, de keuze op generaal van 'der Willigen viel, maar toch werd ook de met verlof in Europa zijnde generaal- majoor van Daalen tot luitenant-generaal bevorderd. Kort daarna is .generaal van Daalen' naar Indië teruggekeerd, waar hij chef van <len generalen staf werd. Het onverwacht overlijden yan luite nant-generaal P. C. van der Willigen was oorzaak, dat generaal Van Daalen als oudste opperofficier bij het hoofd kwartier het opperbevel over het Indi sche leger onmiddellijk ad interim had te aanvaarden. Er was nu ook geen enke le reden om dezen opperofficier niet de finitief met het legercommando te be lasten. Ook generaal Van Daalen is evenals zijn beide voorgangers, de generaals Rost van Tonningen en yan der Willi gen, van jiet wapen der artillerie afkom stig. Hij is een van de officieren, die zoo wel wetenschappelijk als practisch ge vormd is, en in practischen zin' geheel in den geest van generaal van Heutz Blijft generaal Van Daalen zijn vöor- nemen getrouw om niet langer in Indië ,te blijven dan noodig is om zijn pensioen' als luitenant-generaal te bereiken', dan zal hij niet lang aan het hoofd van' het Indische leger sta,an. Het is moeilijk te voorspellen, wat het teren» Maar mijn zoon.... .—"Zoo, -mijnheer, was hij 't dan, die ïnplaats van Richard de wapenen opiiain... dat heb ik niet geweten. Welnu ik ver zeker u dat hij mij geen woord van dat alles verteld had! Hoe hebt gij 't dan vernomen? .Wat gaat dat U aan! Omdat gij door de voortdurend lijdende staat .waarin ik reeds eenigen tijd verkeer er in geslaagd zijn mij van mijn vrienden te schijden denkt gij daarom "dat ik er geen meer heb Gij vergist u mijnheerik heb nog benige makkers die waken voor de eer van hun ouden wapenmakker De twaalf honderd francs die Richard op zijn woord geborgd had zijn oongenblik- keüjk uit zijn naam door een dier vrienden Waar ik u van spreek gezonden. Mijn intendant heeft reeds order pim ze te vergoeden. Ik bedank u "in naam van Richard Hij zal u zelf komen Ik \vil hem niet zien. Ik heb al ge noeg onaangenaams 'dezen dag gehadv Morgen zal ik hem wel spreken... Ik be last u echter geenszins hem uit mijn naam te berispen, daar gij er het recht niet toe hebt. [Het ongelukkige kind weet maar al te goed, hoe zijn vader zijn gehe le fortuin verkwist heeft, en hoe hij nu nog Idat van dq gravin pp alle speel tafels van Rennes,- Nantes in Saint-Malo Waagt. Ik weerhoud U ld et langer. De Malleroy bpog, terwijl hij zijn toorn inhield,' eenmaal, buiten d;e deur, niaajcte hij éiein Woedend gebaar, en zijn gelaat kreeg een ongéjoiojlijkq .uftdrukking- y^n WC2k su.haatf bestuur van den nieuwen legercomman dant voor het Indische leger zal brengen. Een za,ak' is echter te verwachtende tucht, waarover jn .de laatste jaren nog al eens werd geklaagd, zal met krachtige hand worden hersteld. Onderwijs. Examen po fit ie diploma. Het examen voor het politie ""diploma zal gehouden worden van 18 September tot 2 October #.s. 'in hotel de 7lEurope, te Utrecht. De examen commissie is als volgt sa mengesteld: Jac, v. Waning, burgemees ter van Ouderkerk a. d. IJsel, voorzitter; W. L. H. Koster Henke, commissaris van politie te Amsterdam, le secretaris; B. N. A. Lenderink, commissaris van politie te Zutphen, 2e secretaris; en 'de heeren: D. Beunder (Enschede), E. F. v. d. Lugt (Hoorn), J. J. A. de Koning, (Hilversum) A. Nijhoff (Amersfoort), F. J. Terlaak (Arnhem), A. O. F. W. C. Gasinjet (Cu- lemborg), J. W- Felix (Harderwijk), P. Stapel Hellevoetsluis), Jac. de Fouw ((Nij megen), L. H. Soentjens (Tilburg), J. R. Derksema (Zwolle), J. A. Tinholt (Am sterdam), A. Lokerse (Bloemen daal), C. J. de Lange (Zeist), F. H. M. Nittel ('s- Gravenhage), én E. N. Grefe (Rijswijk) allen leden. Plaatsvervangende leden zijn de heeren H. de Groot, (Enkljuizen), D. Sepp, (Alk maar), F. van Doorn, "(Utrecht) en R. J. Stellinga (Utrecht.) Rechtszaken. Smaadschrift. In de maand April werd bij eenige ingezetenen van den Haag een gedrukt stuk aan huis bezorgd, luidende: „Voor- loopig protest tegen het hoogst wille keurig optreden der politie alhier (het plaatsen van een politiepost voor een woning in de Jan Blankenstraat). In dat voorloopig protest kwamen uitdrukkin gen voor waardoor J. E. S. thans naar Indië vertrokken, zich beleedigd achtte. De steller en verspreider van dat pam flet, W. J. H. van B., had zich gisteren voor de Haagsche rechtbank te verant woorden en verklaarde vijftig van die brochures in het belang 'der moraliteit verspreid te hebben. Subst.-off. van justitie mr. Van Klef- feins, er op wijzende dat er hier in de stad in den laatsten tijd van die perso nen opduiken die „in het belang der moraliteit" menschen geld afpersen, zag in den beklaagde een van die afpersers en vorderde 6 maanden. De b'ekl. beweerde het slachtoffer te zijn van het willekeurig optreden der politie vooral van den hoofdinspecteur v. A. die een vriend van S. was en hem daarom het leven onaangenaam maakte. Hetgeen hij aan S. had ten laste gelegd in de brochure (ongeoorloofde handelin gen met de vrouw van b'ekl.) was vol komen waar en volkomen vrijwillig had S. hem f150 gegeven om de echtschei ding van zijn vrouw te bewerkstelligen. Van chantage of afpersing was geen' spra ke geweest. Veroordeelingen. De vacantiekamer der Amsterdamsche Rechtbank deed gisteren uitspraak in de zaak van den jeugdigen kantoorbedien de, die bij zijn patroon uit het chèque- boekje der Incassabank twee chèques scheurde en één daarvan, ingevuld met een bedrag van f2150 en met den naam van zijn patroon onderteekend, b'ij de Incassobank ontving; die vervolgens, in gezelschap van gijn meisje, met het geld vluchtte, dgoch te Zurich gepakt werd en, naar Amsterdam vervoerd, onder Ab coude den trein wist te verlatendie 'daarop naar Londen vluchtte, maar ten slotte,' zonder middelen van bestaan rond- Oude gek, mompelde hij tusschen zijn tanden, .Hij leeft slechts voor dien vervloekten vondeling. Ik weet zeker dat als hij Richard onterven kon voor dat el lendige gevonden kind... maar laten we er ons in schikken... O, als ik mijn twij fel omtrent de gravin en .Thierry maar tot zekerheid kon brengen... Ik weet ze ker dat zij nog samen zijn op dit oog en- blik. Ik zal trachten ze te overvallen. De Malleroy vergiste zich niet. Thierry was werkelijk bij gravin F- rengère; zij zelf iwas hem reeds open komen doen voor hij 'de tijd gehad had aan dq deur te tikken, Zijt ge daar eindelijk, mompelde zij terwijl gij hem opwachtte in "de kleine salon, voor haar slaapkamer. Hebt ge mijn vader g esp rok en Ja, gravin, t= LWat heeft hij u gezegd?, Hij heeft mij een belangstelling, een Eefde betoond waar ik hem innig dank baar voor ben. Heeft hij u... geen enkel plan mede gedeeld? ="Pardon, gravin. O! dat vreesde ik reeds! riep zij angstig, omhoog ziende. En .wat heeft hij dan gezegd? (Thierry vertelde het haar haastig. Goddank jnompelde zij met een Zucht van verlichting. Hij heeft u dus slechts in bedekte termen over zijn plan gesproken len u niet gevraagd pf gij met dat huwelijk instemde? Met dat huwjelijk,- mompelde [Thierry Neen gravin, de .markies heeft zqlfs het «oord: hussel niét genogmd, zwervende, weer naar Amsterdam terug keerde en zichzelf bij de politie aangaf. De Rechtbank verklaarde beklaagde schuldig aan diefstal, valschheid in ge schrifte en opzettelijk gebruikmaking van het valsche geschrift en veroordeelde hem, overeenkomstig den eisch van het O. M., en li/2 jaar gevangenisstraf. De besteller der posterijen, die, werk zaam in de loods van den postpakket tendienst aan het Centraal-Station, pilt een postpakket twee doosjes met pop pen zich toeëigende, benevens 300 adres kaarten met Oostenrijk'sche postzegels, den laatsten diefstal pleegde hij met gebruikmaking van valsche sletuels werd veroordeeld tot twee jaren gevan genisstraf. Geëischt was drie jaar. Van ;den diefstal van een pakje met effecten werd hij, ofschoon hij dien zelf erkend had, vrijgesproken. Overeenkomstig den eisch van het O. maanden gevangenisstraf opgelegd aan M. werden voorts één jaar en negen den rijwielenhersteller recidivist, die in den nacht van 22 op 23 Juni in een' on derstuk aan de Vrolikstraat dertien auto mobielbanden ter waarde van f600 weg nam en voor f67.50 verkocht. Het dronken maken van een kind. Twee timmerlieden, 28 en 20 ja,ar oud, en b'eiden te Mijdrecht woonachtig, wa ren op 9 Maart te Uithoorn in een huis aan .den Amsteldijk aan het werk en| dienden toen aan een 11-jarig jongetje, dat herhaaldelijk op het werk kwam, ster ken drank' toe, tengevolge waarvan het kind onpasselijk werd qn zwaaiend, als een bëschonkene, langs den weg 'liep. Wegens het piisdrijf, omschreven in art. 252 van het .Wetb. van Strafr., hadden beide timmerlieden zich voor de vacan tiekamer der Amsterdamsche Rechtbank alhier te verantwoorden. Het jongetje verklaarde dat hij van den eenen b'ekl. 2i/2 glaasje en van' den an deren b^kl. één glaasje kreeg en dat bei de b'ekln. toen in eikaars gezelschap wa ren. De beklaagden zeiden dat ze het jongetje onafhankelijk van elkaar en bui ten eikaars tegenwoprdigheid ieder één glaasje gaven. Aan den knaap was vol gens hen niets te zien, toen ze dit dedenl, zonder er bij te denken. Eerst nadat hij het tweede glas opgedronken had, werd de knaap „draaierig". De eene beklaag de legde hem daarop in een bedstede van het nieuwe huis pm hem te laten slapen. Beide beklaagden verklaarden spijt over het gebeurd te hebben. Het O. M. geloofde niet den knaap, dat beide beklaagden in eikaars tegen woordigheid waren, toen zij hem ieder een borrelglas sterken drank verschaf ten en meende verder dat de knaap Zoowel van den eersten als van den twee den borrel beschonken werd. Hij acht te alle termen aanwezig tot oplegging van gevangenisstraf. Eisch tegen iedertwee weken ge vangenisstraf. Beklaagden wezen er op, dat zij nog nimmer veroordeeld werden en vroegen met een geldboete gestraft te woiiden. ESPERANTO. IV. N.B. In het vorige artikel komen een paar drukfouten voor, die tot misver stand aanleiding kunnen geven. Men ver- betere in de alinea, beginnende met „6. Het „werkwoord" in den 15n regel „ant" in „int" en in den 22en' regel „ont" faronta in „ot"ïaronta, en' in de alinea beginnende met „Van de deelwoorden", in den 7en regel patadaj is petataj. Algemeene regels. 9. Elk woord wordt uitgesproken', zooals het geschreven staat. Stomme klinkers zijn er niet. 10. De klemtoon valt steeds op den vóórlaatsten lettergreep. - Welnu, vriend ge kunt mij nog red- diqn. U redden mevrouw!.... spreek, wat moet ik doen? O! ik zou zoo gelukkig zijn als ik u mijn toewijding en dankbaar heid kon toon en. Tiij moet een voorwendsel vindien om de hand van Camille te Weigeren, als hij u 'die aanbiedt. Van Camille! riep Thierry verwon derd. Wat wilde de markies.... Helaas, ja! op wie denkt ge dan diat mijn vader zinspeelde? Ik Weet 't niet.... mompelde hij..., ik had gedacht... Waarlijk, gij (hebt gelijk,.. De hand van Camille de A4allery voor mij, een armen vondeling zonder fortuin en zonder naam! Ik kan niet gelooven dat de jnarkies van Couilans 't Is toch de waarheid.... dit huwelijk •is de wensch van mijn vader.... en gij Weet dat alles buigen moet voor zijn wil....De graaf zelf zou mijn vader niet durven weerstaan, en deze zou overigens zijn toestemming dwingen door middelen var. welke kracht hij maar al te goed op de hoogte is.... En toch kan dit huwelijk niet plaats vinden voegde zij er met een wan hopig gebaar aan toe. Geloof mij, mevrouw, zéide Thierry met een treurige stern, dat jk nooit 't verlangen gehad heb... Ik gevoel maar al te goed dat mijn afkomst en mijn armoe de...... Ach! als 't alleen d;at maar was, onderbrak ze, hem bij d'e handen vattend. God is mijn getuige dat ik 't mé een geluk zou rekenen u mijn zoon te kunnen 110e- men^, M.a^r»., helaas!., .Welnu, (Thierry 11. Samengestelde woorden worden; gevormd door eenvoudige bijeenvoeging} der deelen het bepaalde woord staal achteraanvaporsipo (stoomschip). 12. Wanneer jn een zin „reeds veejn| woord voorkomt, dat uit zichzelf een| ontkenning uitdrukt, dan wordt het ont» kennende „rie" (niet) weggelaten': li nenion faras (hij doet piets). 13. Op de vraag „waarheen krijgéit de w,oorden den uitgang van! dqn ylenl naamval („n"): kien vi iras? (waar gaa.t gij heen?), Londonon (naar Lqn'den). 14. Ieder voorzetsel heeft een bepaald de, vaste beteekenis. Indien echter uit den zin niet duidelijk blijkt, welk voorn zetsel gebruikt móet worden, dan neemt men „je", dat geen bepaalde beteeke* nis heeft: goji je io (zich over iets vern heugen). Wanneer geen dubbelzinnig heid te vreezen is, kan men in! plaats vait het voorzetsel „je" ook den yorm yan[ den 4en naamval gebruiken: rldi ioti, (om iets lachen). 15. De zoogenaamde „vreemde" woor«» den, dat zijn woorden eenvoudig over-» talen voorkomen en aan dezelfde b'roit ontleend zijn, word eneenvoudig over-* genomen, maar dan gezet jn de spelling-j wijze van de \\{ereldhulptaal. Dit geldt slechts voor de oorspronkelijke woor-« den, niet voor de afgeleide, welke weeil aan de regels der wereldhulptaal zijn! onderworpen: theaterteatro theatraal' teatra (niet teatrala of teatricala). 16. De uitgangen van het lidwoord en) het zelfstandig naamwoord kunnen veri vangen worden door het afkappingsteq- kende l'mondo in plaats van' d.3 lal mondo (der wereld)5iler'in plaats varf Siloro (Schiller). Woordvorming. Voorvoegsels„bo" duidt aan ver-* wantschap door huwelijk: patro (vader)< bopatro (schoonvader) „dis-" scheiding of verdeeling: iri (gaan), disirf (uiteengaan) „ek-" beginnende enj kortstondige handeling: kanti (zingen),- ekkanti (aanheffen) „ge-" vereenig de personen van beide geslachtensin< joro (heer), gesinjoroj (heeren en da mes) „mal-" het tegengestelde; rica (rijk), malrira (arm)fermi (slui-< ten), malfermi (openen) „re-" te-» rugkeerende of herhaalde handeling: ve- ni (komen), reveni (terugkomen)legi lezen), relegi (herlezen). Achtervoegsels,,-ad" duidt aan voort durende handeling: paroli (spreken), pa- roladi (redeneeren) ,,-awaarneem bare dingen mola (week), mola/o (wee- ke zelfstandigheid) amiko (vriend), ami- ka/'o (vriendschappelijke daad) „-an"- bewoner of aanhanger: Ameriko (Amern ka), Amerikano (Amerikaan)Kristo (Christus), Kristano (Christen) „-ar" verzameling: arbo (boom), arbaro (bosch)homo (mensch), homaro (menschheid) ,,-cj" verkleining vanl mannelijke namen: Vilhelmo (Willem),- Vicjo (Wimke) ,,-ebl" mogelijkheid: vidi (zien), videbla (zichtbaar) ,,-ec" denkbeeldige dingen: juno (jong), june- co (jeugd) b'ona (goed), boneco (goed heid) „-eg" vergrooting (tot den' hoogsten graad): varma (warm), var- mega (heet)vento (wind), ventego (storm) „-ej" de plaats bestemd of geschikt tot: lerni (leeren), lerncjo (school) ,,-em" neiging of gewoonte: babili (babbelen), babilema (babbelach tig) ,,-er" deel van 't geheelfajroj (vuur), fajrero (vonk) „-estr" hoofd! of leider: sipo (schip), sipestro (kapi tein) ,,-et" verkleining (tot den hoog* sten graad): dormo (slaap), dormeto (sluimering); ridi (lachen), rideti (glim lachen) „-id" kind of afstammeling; rego (vorst), regido (prins)Israelo (Is-i raël), Israelido (Israëliet) „-ig" ken of doen: morto (dood), mortigi (vermoorden)scii (weten), sciigi (men dedeelen) „-ig" wordenruga (rood), rugigi (blozen)en vormt ook weder-* keerige werkwoorden: sidi (zitten), si- digi (zich zetten) -- ,„-il" werktuig of ondervraag mij niet.... ik smeek ,u, eu wat er ook gebeure, twijfel niet aan mijn; achting en liefde voor je, maar tracht een middel te vinden om mijn vader op zijn plan te doen terugkomen.... Ik beloof het u. Maar toch moet gij den markies niet vertoornen. Ik weet dat hij met 11 dö beste plannen heeft, en voor niets ter wereld zou ik de oorzaak willen zijn...,- Gij zoudt het mij later verwijten, op mij vertoornen, mij haten misschien. Gravin, ik zweer u, dat was er 00W ook gebeure, ik nooit de weldoenster van mijn kinderjaren zal kunnen haten, haar, wieu jk alles te danken heb, en diq jn] haar goedheid mij, arme vondeling, altijd als een zoon behandeld heeft. Mijn dank Thierry hartelijk dankl hernam de gravin bewogen. Gij weet niet hoe goed; mij uwe woorden doen. Ik vreesde zoozeer 'dat gij mijn tegenkanting tegen uw huwelijk slecht zou opnemen* Zweert gij mij, dat ge er niet vertoornd om zijt? Ik zweer het u, gravin. Maar toch zijt gij, treurig, teleurge steld? Dat is zoo, mevrouw.. Ach als il^ durfde spreken en u de oorzaak van mijn' droefheid mededeel en. Spreek vriend, spreek. Wat ook uvfl geheim js, ik zeg ,u dat het bij mij be waard zal blijven, ion dat jk alles, wat van mij af zal hangen om uw zorgen; te verminderen of uw geluk te vergrooten, uit geheel mijn hart, volgaarne voor d diojqn ?aL 1 (Wordt yervplgd^

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1910 | | pagina 5