Burgerlijke Stand. jaf van Zukl-Holland^ om van andere pro vinciën niet te spreken. Daar is de verhouding juist omgekeerd. (Daar hebben de liberalen in de Staten een itninderheid van 1/3» maar daar staat naast iden liberalen Commissaris der Koningin ook een liberaal lid der Gedeputeerden, i Daar heeft de rechterzijde geen mis bruik gemaakt van haar macht en dus aan Noord-Holland een schoone les gegeven. (Ned.) Stilte na den storm. De „Nederlander" schrijft: In het „Vad." lezen wij het volgend be richt, blijk gevend van de gemoedsstem ming, welke er bij den heer Van Doorn heerschende is geweest en thans heer- schend e is. jhr. mr. Van Doorn, die voor de afd. Gouda van den Ned. Protestantenbond teen rede zou houden over de Borromeus- lencycliek, heeft gemeend hiervan te moe- ten afzien", omdat na het houden zijner interpellatie in de Tweede Kamer er niet veel is te bespeuren van een algemeene levendige beweging in den lande", Neen, veel niet, dat 's waar. Rechtszaken. Kantongerecht te Leiden. Gisteren stonden op de rol S2 zaken, alle voor openbare behandeling. Aan W. A. W. 42 jaar fabrikant te tZo eter wou de is ten laste gelegd, dat hij op 24 Mei vijf meisjes in zijn fabriek van verduurzaamde levensmidde len te Leiden later dan 7 uur 's avonds heeft laten werken. Bekl. zeide, dat het soms onverwachts noodig blijkt over te .werken, omdat de groente aan bederf onderhevig is. Als eerste getuige werd gehoord Jo hanna Cornelia Catharina H. 19 j. ar beidster op genoemde fabriek, die eerst beweerde, dat zij op 24 Mei niet bij bekl. in dienst was, maar op deze verkla ring terug kwam, nadat de kantonrech ter naar op het gewicht van den afgelei den eed had gewezen. ,Toen zeidie get. op 24 Mei tot 8 uur te hebben overge werkt. Dit overwerk is pas twee maal voorgekomen gedurende de 7 weken dat zij bij den heer W. werkt. Vozende getuige is Johanna v. d>. L. 24 j. arbeidster te Leiden, die in hoofd zaak de mededeelingen van de vorige getuige bevestigt. Wie heeft u aangesteld, vraagt de kantonrechter. De chef, antwoordt getuige. Wie is de chef? i De hoofdpersoon van de afdeeling. 't Lijkt wel op de Maskerade. Wie is ]de hoofdpersoon Degene, die het werk uitdeelt. Ja maar, hoe is zijn naam? Dat weet getuige niet. Getuige zegt. dat om zeven uur een fluitje gaat voor de „blikjongens" en om halt acht voor de meisjes. De heer W. licht echter toe, dat om zeven uur de jongens en meisjes ein digen en om 8 uur het groote personeel huiswaarts gaat. Derde getuige is de inspecteur van politie, de heer Eskens, die den vol genden dag na de overtreding, het pro cesverbaal opmaakte. Bekl. zeide toen tegen hem, dat er op zijn fabriek meer malen wordt overgewerkt. Ejsch 5 geldboeten van f4 of 5 maal ,2 dagen hechtenis. Eveneens wegens overtreding der ar beidswet stond terecht mej. Joh. Christ. Ide H., huisvrouw van H. J. D., te L e i- d e n. Zij moest zich verantwoorden, om dat zij haar dochter Petronella, bij haar in de stoom- wasch en strijkinrichting werkzaam, na afloop der werkzaamhe den de strijkkamer heeft laten schrob ben. Bekl. ontkendehaar dochter was bezig in een kamer, grenzend aan de werkplaats, maar kpn onmogelijk be- ldoeld schrob werk verrichten, omdat zij een japon en zwarte pantoffels aan had. Getuige Kok, de verbalisnt, is zeer positief in zijn mededeelingen. Hij kwam op den dag der bekeuring het erf van bekl. op; twee man personeel kwamen juist uit de werkplaats. Toen zij hem bemerkten, ging een zoo snel hij loo- pen kon terug. In de strijkkamer ge komen, zag getuige dat een meisje de bezem in den hoek zette, maar even la ter ging Pietje, het 17-jarig dochtertje yan mej. D., weer aan het schrobben. Naar de kleeding of zwarte pantoffeltjes yan Pietje heeft get. niet gekeken. Ook met bekl. heeft get. gesproken en hield zij tegenover hem vol, dat er niet ge schrobd was. Een andere dochter zei lde echter tegen bekl. in tegenwoordig heid van getuige: Moeder ik begrijp niet hoe u kunt tegenspreken, want Kok heeft Pietje zelf gezien. Eisch f3 of 2 dagen. Reinier L. de B., 70 jaar, koopman te Leiden', heeft op 31 Mei in de [Kerksteeg in' twee perceelen bewaar plaatsen van lompen gehad, zonder ver gunning van B. en W. Beid. zeide dat hij sedert jaren vergunning heeft, poch |de stukken ervan zijn bij een brandje zoek geraakt. De kantonrechter meende (dat bekl. dan maar een nieuwe vergun ning had moeten aanvragen.. Eisch f 15 of 5 dagen. Leo Marie K., keil der te Haarlem, heeft op 29 Mei met een tweewielig mo torrijtuig H 3140 gereden over den Rijks straatweg onder Z o e t e r w o u d e. De Veldwachter JVtppjia j-iephem toe te stop_- pen, maar hieraan voldeed bekl. niet, omdat hij geen' rijbewijs ,bij zich Jiad. Deswege volgde proces-verbaal. Eisch j 3 of 4 dagen. Petrus Theod. v. d. L., sjouwerman te Sassen hei m, woonde a< een paar maanden in die gemeente en bleef steeds in gebreke zijn verhuisbiljet in te leve ren. Als getuige verscheen zijn huisheer die bevestigde, dat hij op 14 Maart zijn huis aan bekl. heeft verhuurd, maar be kl. is een „vogeltje in de lucht". Eisch f3 of .3 dagen. Hendrik S., 35 jaar, metselaar te L c i- den, kwam op ,5 Mei aan het station der Holl. Spcor fan en kon geen geldig plaatsbewijs toonen. Bekl. zeide een maandretour te hebben gekocht, maar aan de controle heeft meu de verkeerde helft afgescheurd. Eisch f3 of 3d. De zaak van Lucas V., 33 jaar, schip per te Leiden, die met zijn motorboot „De Zijl", onder de gemeente Leider dorp, met een grooter snelheid van 150 M. heeft gevaren ,werd 8 dagen uitge steld, om den verbalisant te hooren. Be klaagde beweerde, dat zijn boot geen grooter snelheid dan 145 M. kan af leggen. W. J. H., los werkman te Leiden, heeft een 10-jarig kind de schoolt la ten yerzuimen, wegens armoede. Eisch f 1 of 1 dag. Johannes Petrus v. d. L., los werk man te Leiden liep op 19 Mei des nachts met een kameraad langs de Ha ven. Zij hadden een stok bij zich, waar aan een zak hing. Dit kwam een sur- veilleerend agent van politie verdacht voar en hij ging op informatie uit. Wat heb je in die zak vroeg de agent. Dat moet je maar eens zien, kreeg de agent ten antwoord. Vandaag stond Johannes Petrus te recht snoek en voorn te hebben vervoerd later dan 14 dagen nadat de yisschierij in de binnenwateren in deze provincie was gesloten. Bekl. ontkende. Zijn kameraad had die viscli veivoerd aan een stole over zijn schouderwel had hij aandeel in de visch. Waar is de visch gevangen vroeg de kantonrechter. In het water, edelachtbare, antwoord de beklaagde. Bekl. zeide voorts geen acte te heb ben en met een zegen en dus niet met schakels gevischt te hebben. De zaak wordt uitgesteld om den agent te hooren. Johannes S., 39 j., visscher te pegst- geest, heeft onder Noordwijk op 28 Mei zonder schriftelijk bewijs van vergun ning met fuiken gevischt. Bekl. beken de. Eisch f6 of 2 dagen. Bekl. wou nog een vraag doenHeb ik het recht op een acte met .fuiken te visschen Dat moet je maar eens aan een „be roemden" advocaat vragen wij geven geen advies, was des kantonrechters re pliek. Wilhelm W., 50 jaar, schilder te Zoe te r w o u d e. heeft op het voetpad aan den Haagweg op een rijwiel gereden. Bekl. bekende. Óp den weg was juist een auto-ongeluk gebeurd en daar hij vlak bij huis was, reed hij 't voetpad op. Eisch f 1 of 1 dag. Kan ik betalen, vroeg de gewillige beklaagde. Ik moet eerst eens overwegen, hoe veel boete ik £al geven, zeide de kan tonrechter; misschien krijg je nog wel hoogere straf. Pieter F., 34 jaar, timmerman te Lei den, was dronken geweest en daarvoor veroordeeld tot f5 of 3d. Dat vond hij wel wat veel. Hij kwam van een par tijtje af en 't was /I heel lang geleden dat hij zijn laatste bekeuring opliep. Hij zou graag wat minder willen betalen. De ambtenaar eischte bevestiging van het vonnis. Da's jammer genoeg, zeide bekl. en ging heen. Aanvaring op Zee. De Raad voor de Scheepvaart behan delde. Zaterdag de zaak van het stoom schip „C a 1 edo n i a," kapitein D. Roos, te Rotterdam, en het visschersvaartuig „Eendracht" K. W. 83, schipper D. Kruyt, te K a t w ij k a/Z e e. Het stoom schip Caledonia, behoorende aan de fir ma Wm. H. Muller Co., te Rotterdam, en de Eendracht van de reederij P a r- 1 e v 1 i e t, te K a t w ij k a/Z e e, kwa men met elkander in aanvaring op de Noordzee op 12 Juni des nachts te 3 uur. Het eerst werd gehoord de gezag voerder van de „Caledonia". Uit diens verklaring bleek, dat het schip op 11 Juni vertrok van Rotterdam naar Aber deen en Middleborough. Het miste in den genoemden nacht. Het stoomschip had een goede stoomfluit, die voortdu rend werd gebruikt, een klok en een misthoorn. Voor de aanvaring waren 3 stortten op de misthoorn gehoord, recht vooruit, hetgeen beteekende een zeil- vaartuig, dat met ruimen wind voer. De gevagvoerder liet toen stuurboordsroer geven en stoomde onmiddellijk door. Dit was naar het oordeel van den president, mr. Pleyte, niet juist. Beter ware het geweest, gestopt te blijven lig gen tot het geluid dwars was, en inmid dels het teeken te geven, dat er een stoomschip gestopt lag. Uit den afge- legden Afstand en dep. daarvoor geb rui 1<- ten tijd berekende de voorzitter, dat de Caledonia bij den mist met een te groote snelheid heeft gevaren, gemiddeld 8 mijl, terwijl de gewone vaart Van het schip 10 mijl is. De kapitein ontkent, dat, zooals de visscher heeft verklard, het stoomschip met groote vaart op den logger was ge- loopen. Verder verklaarde de gezagvoer der, idat van de 13 man van de logger 6 man en de schipper onmiddellijk op de Caledonia waren overgesprongen. Daarna kwahien de anderen over op twee na, die op den logger bleven. Naar de kapitein verklaarde, werd er door de bemanning van de „Eendracht" maar weinig gedaan om clat vaartuig, dat water maakte, boven water te hou den. De „Caledonia" had den logger toen op sleeptouw. Zacht aan werd gestoomd met 2 a 3 mijl, er werd op den logger echter slecht gestuurd, men scheerde heen en weer. Den volgenden dag liet de „Caledonia" den logger slippen, toen het vast stond, dat dit vaartuig het ;üoch niet zou kunnen houden. De twee laatste opvarenden kwamen toen ook op het stoomschip over. Een van de leden van den Raad deed den kapitein opmerken, dat er geen en kele reden was, naar stuurboord uit te wijken. Dit is nergens voorgeschreven. Beter ware geweest achteruit te gaan. Het stoomschip had het visschers vaartuig op sleeptouw, totdat bleek, dat dit 't niet houdenkon, en men het liet schieten. Van' den logger is niets meer verno men. Op het gat in den logger, dat boVen de waterlijn zat, werd door den stuur man van de Caledonia een zeil gespij kerd. Ook hierbij bood de bemanning van den logger maar weinig hulp. Schipper D. Kuyt, van de Eendracht, 25 jaar oud, werd hierna gehoord. Het was in den nacht van de aanvaring mooi weer, doch er waren mistvlagen. De Een'dracht voer met vijf zeiiep en had een driemijls vaart. De schipper was aan het dek met twee man, van yvie een op het orgel mistsignalen gaf: om d.e minuut of halve minuut drie stooten. De schipper was aaii dek gekomen, omdat hij een sirene hoorde, vermoedelijk van een trawler. Na eenigen tijd bemerkte hij een stoomschip, hij hoorde een stoot op de stoomfluit en zeg toen onmiddellijk daarna het toplicht. Bij de aanvaring sprong de schipper terstond op de Cale donia overde logger voer achter de Caledonia om. Het stoomschip had ge stopt en de schipper van den logger keerde, nadat een sloep was gestreken, naar zijn vaartuig terug. De boeg van de „Eendracht" bleek ingedrukt. De stuurman en twee matrozen van de Cale donia, geholpen door een paar man van den logger, spijkerden een fok op dat gat. De president maakte de opmerking, dat wel meer dan twee man aan boord had den kunnen blijven, waarop de schipper antwoordde met de vraag: „En als u nu ziet dat het schip naar den kelder gaat." Hij had wel gevraagd of er nog mannen aan boord wilden blijven, doch niet ge zegd dat het moest. Toen beeft hij ge pompt en de ander, de stuurman, die don key aangezet De „Caledonia" nam den logger op sleeptouw. Na een paar uur is de schipper met den anderen man weer over gegaan op de „Caledonia". Toen stond het water vóór tot aan het dek. Op een tot hem gerichte vraag, waarom hij niet meer gedaan heeft- om zijn schip te behouden, antwoordde de schipper, dat hij gevraagd heeft naar den timmerman, maar dat er geen timmerman was op de Caledonia. Hebt ge dan niet om een hainer en spijkers gevraagd? Wat zal ik daarmee doen, zoo luid de het antwoord als er geen timmer man is. De schipper verklaarde verder, dat hij aan den kapitein van de Caledonia had verzocht hem naar IJmuiden te brengen, doch dat deze dat weigerde. Op 'n desbetreffende vraag antwoord de de kapitein thans, dat hij dit niet kon doen omdat hij groente aan boord had voor Engeland. Naar aanleiding hiervan werd hem de opmerking gemaakt, dat hij met den logger, slechts drie mijl per uur toopende, niet vlugger in Engeland kon zijn. Verder werden den schipper door den president en de leden van den raad, aan merkingen gemaakt, omdat hij zijn schip als schipper onmiddellijk heeft verlaten, terwijl er zelfs nog menschen te kooi wa ren, en daaronder jongens, die aan zijn zorgen waren toevertrouwd. Zijn eenig antwoord was, dat de visschers weten, dat de stoomers soms doorvaren, dat is meer gebeurd, en ieder denkt er het eerst aan zijn leven er af te brengen. Op een vraag of hij niet had kunnen trachten met kooien het gat te stoppen, antwoordde de schipper, dat dit niet kon. lederen man had een zwemfest in zijn kooi. Schipper Kuyt verklaarde nog drie jaar te varen als schipper, en één jaar op de visscherijschool te zijn geweest. Hij heeft geen aandeel in het schip, wel in idie (vangst en weet niet of het verzekerd was of niet. Hij is nu zonder schip. Nadat de zitting was geschorst deelde de president mede, dat de raad van oor deel was, dat tegen schipper Kuyt tijdens het onderzoek ernstige bezwaren waren gerezen en dat overwogen werd otf er termen waren tegen hem een straf toe te passera Hierna werd gehoord de stuurman van de „Caledonia", Jan Groen. Deze ge tuige had tijdens de aanvaring de wacht, en stond met den kapitein op de brug. Zijn verklaringen kwamen met die van den kapitein overeen. ;Toen het mistsig- naal het eerst werd gehoord, werd ge stopt. Ook onmiddellijk voor de aanvaring was gestopt. Of het schip toen geheel stil lag, weet getuige niet." Op hetoogen- blik van de colisie werd achteruit ge stoomd. Ook get. opvatting bleek te zijn, dat stuurboord roer moest worden ge geven. Hem werd echter evenals aan den kapitein beduid, dat een dergelijk voor schrift geen zin zou hebben, in gevallen als deze waarin de richting van het andere schip onbekend is. Als de logger koers had gehouden, zou cr, naar de meening van dezen getuige, niets zijn gebeurd. Dat de loggerachter- om zolii zijn gegaan, is niet waar. Hij ging voor de .Caledonia om. ,Toen get aan boord van den Katwijker kwam, was daar iedereen bezig zijn goed te pakken. Dit was 20 minuten na de aanvaring. Hij heeft niet bemerkt, dat de opvarenden van den Katwijker iets deden om hun schip te behouden. Het gat zat een paar voet boven de waterlijn. Schipper Kuyt houd tevenwei vol, dat het onder wa ter zat. Ook omtrent den aard en de grootte van het gat bleek men het niet eens. Volgens get. was het een scheur van onder naar boven. De schipper heeft na het aanbrengen der voorziening gevraagd hem nog ver der te helpen. Naar het oordeel van get. had die logger voor den wind kunnen blij ven zeilen. Of hij veilig gebracht kon worden naar idte naaste haven, durft hij niet verzekeren. Wel heeft get. niet ge dacht dat het vaartuig na 2 of 3 uren zou zinken. .Hij vermoedt dat het water er in is gekomen met sleepen. Inwendig heeft hij het vaartuig niet gezien. Hij heeft op den logger niet zien pompen. De maiioos van de Caledonia, die als uitkijk op de brug stond, H. van der Mo len, verklaart ook, dat het gat boven water zat, evenals de kapitein en den stuurman. De twee matrozen van den logger, die tijdens de aanvaring aan dek waren, verklaren daarentegen, evenals de schipper pertinent, dat het gat onder water zat. Van der Molen verklaarde o. m. nog, dat hij gehoord- had, dat schipper Kuyt aan zijn volk gevraagd had, of zij aan boord wilden blijven, doch dat zij weigelden. Het onderzoek werd hierna gesloten. Te Renkum kwam g i s t e r m i d- dag omstreeks half 5 uur, de heer O. G. H., gep. liuit.-kol., uit zijn woning om de stoomtram die naar Wageningen ver trok, voor het inlaten van een dame te doen stilhouden. Uit de tegenoverge stelde richting kwam een automobiel aan. Vermoedelijk is de heer H., door zich beangst te maken, verkeerd uitgewe ken en waarschijnlijk met beide voertui gen in aanraking gekomen. Hij viel en werd in- en uitwendig zwaar gekwetst, geneesheeren verleenden heelkundige hulp. Zijn toestand is zeer ernstig. Bij het uit het maailand huis- waarts keeren 7s Zaterdag te Lekker- kerk bij zijn woning de 25-jarige F. v. d. G. Jr. uit de schouw gevallen en ver dronken. 'Men herinnert zich dat voor enkele weken een vrij net gekleed man te Nijkerk bewusteloos neerviel, dat de ongelukkige werd opgenomen ,én ver zorgd, tot hij na eenige dagen hersteld, verder kon trekken. Het is gebleken, dat de geheele scène niets was dan jjoed ge speelde comed.ie. Dokters, politie, pleeg zuster, geestelijke, publiek en pers, al len zijn de dupe geworden van een slu- w.en bedrieger. H. K. Brandsen, zoo heet de slimme vogel, heeft te Vianen hetzelfde spel gespeeld. Het nader on derzoek der politie heeft het bedrog aan het licht gebracht. De visscher J. Oernaat te Fin- sterwold e(Gr.) heeft in de Dollard een jongen zeehond in zijn vischnetten 'gevan gen. Kind onderden trein. Een spoor brugwachter op de lijn Leeuwarden Meppel, in de nabijheid van Meppel, zag Zaterdag padat de sneltrein voorbij was gestoomd, een paar klompjes op de baan liggen, waarna de man ging zoe ken en een verminkt lijkje vond. Het was het anderhalfjarig kindje van een spoorwegarbeider, dat spelende door den trein is overreden. De Haagsche briefschrijver van De Standaard vertelt: „Men verzond en deelde aan school kinderen uit een dubbele J)riefkaart. Op de eene helft stond een kiekje van een scheidsgerecht, waar Hles kalm en waar dig, maar kalm en doodsch toeging. Niets als stoelen op een rij en op die stoelen donker gekleede heeren, .die zich blijk baar omdraaiden om naar meneer den photograaf te kijken. Op de andere helft woest over het slagveld rennende paar den, waaraan alle zenuwen gespannen zijn, gelijk aan de lichamen der ruiters, die, voorovergebogen over de I^oppen der paarden, de teugels vierend1, den kend aan niets anders dan dat eene... den vijand En wat deden de schooljongens? Wel, ze vppjden $e veldslag zóó pao.oi afger beeld, dat ze de helft van de kaart, die de photo van het scheidsgerecht bevatte, er af scheurden en weggooiden, en de andere helft, die met den veldslag, se cuur bewaahden. j Sinds de heeren en dames van 'de vredesbeweging daarachter zijn geko men, geven ze de verkeerd werkendef propagandakaart niet meer uit". Niet te Amsterdam, maar te! 's Gravenhage. De directie van hotel dé l'Euiope te Amsterdam verzoekt tegenl te spreken het door ons uit de 's Hert. Ct. overgenomen bericht, als zou een harer kellners voortvluchtig zijn met 25.000 mark, toebehoorend aan een der gasten. Er is niets van dien aard in dit hotel gebeurd. Wij vernemen, dat de diefstal heeft plaats gehad in'een hotel in Den Haag Bijzonderheden hieromtrent worden nog niet meegedeeld. (Rsb.) Een bomaanslag. Te JVionovar m de provincie Alicante, heeft een bom aanslag plaats gehad met zeer ernstige gevolgen. Een zekere Dom Gallardo, een bankier en invloedrijk politicus had op zijn "villa eenige van zijn politieke Vrienden aan' een diner genoodigd. Tijdens den maal tijd ontplofte .een bom, die "blijkbaar iii de zaal verborgen was. Het huis werd geheel verwoest en| twee personen werden op slag gedood; terwijl 12 anderen, waaronder Dom Gal lardo verwond werden. j Een slachtoffer der ,w eten-» schap. Op den leeftijd van 46 jaar is Zaterdag te Londen docter Harry Cox overleden. Zijn dcod was het gevolg van een ziekte die hij in 1898 had opgeloo- pen, tengevolge van het experimentee ren met de toen pasontdekte Röntgen stralen. Hij haalde zich een slepende ziekte op den hals, .waaraan hij nu 12 jaar later, overleden js. 1 Een reclame-huwel ijk. De weduwe van den majoor Von Schöne- beck, die als beklaagde van aantichting tot moord op haren echtgenoot te Allen- stein in Oost-Pruisen, vier weken lang terechtstond totdat zij krankzinnig werd, is thans gehuwd met den schrijver A. O. Weber, een auteur van prullige roman netjes, die hij „maatschappij-satiren" noemt. Deze fijngevoelige vriend heeft kort voor het proces aan den boekhan del door de uitgeverszaak waarvan hij zelf de directeur is, een circulaire laten rondzenden, waarin het volgende te le zen staat: „Door zijn huwelijk met de op den' voorgrond der belangstelling staande mevrouw v. Schönebeck, wier proces weldra te Allenstein dienen zal, zal de vraag naar satiren van Weber blijvend zijn. Wij raden u dus aan een groot aantal zijner boeken te bestellen en kun nen door een grootscheepsche reclame u een grooten afzet in uitzicht stellen." Een huwelijk met een van medeplich tigheid aan moord verdachte tot handels reclame gebezigd ook een zedenbeeld onzer dagen In de Sted. Werkinr. zijn opgenomen. DATUM. DAGEN. Vol. Kin- To- taal. 3 Juil Zondag 33 1 34 4 Maandag. 49 1 50 5 Dinsdag 47 1 48 6 Woensdag t>3 1 53 1 Donderdag 54 1 55 8 Vrijdag 49 1 50 9 Zaterdag 48 1 49 AARLANDERVEEN. Bevallen: H.G. Wijfje geb. Hoogeboom. d. Overleden: C. M. E. Heemskerk, jd. 3 j. H. J. M. Heemskerk, jd. 1 j. J. den Hertog, jm. 6 j. M. Sirag, 67 j, ALFEN. Bevallen: G. Stapper geb. van Vliet, z. B. de Bruin geb. Brak, z. E. Kempen geb. ten Haken, d. A. Bons geb. van den Berg, z. T. Stil geb. de Kogel, z. BOSKOOP. G e b o r e nAlida Maria, d. v. C. Verbij en A. van den Nieuwendijk. Cornelis, z. v. G. van Eeuwen en E. van Duuren. Hendrik Cornelis, z. v. A. Hoogendoorn en G. Laros. Ondertrouwd: Felix Kluis en Klaasje Jongejan. Antonius van der Sanden en Gijs- berta van Rijt. G e t r 0 u w dL, A. F. Le Mat, 26 j. en H. A. Turkenburg, 32 j. HAARLEMMERMEER. Ondertrouwd: H. J. Tromp en C. J. Meegdes. D. L. Im- mings en J. E. Voor den Dag. A. H. Huys- mans en G, Voortman. Bevallen: J. Westendorp geb. Kolle, z,— W, Goudriaan geb. Vermeer, d. J. Roos geb. Noorloos, z. E. Leeuwangh geb. Knecht, d. Overleden: H. Venhoff, 68 j. HILLEGOM. G e t r 0 u w dJ. H. van Kampen en M. J. van Wassenaar. G. Oudshoorn en P. Spierenburg. Bevallen: H. M. Roost geb. Slot, z. M. Rijsdam geb. Haasbeek, d. A. A. Mark man geb. Van Eeuwijk, z. J. Schrama, 2 z. C. v. d. Jagt geb. Lahendijk, z. O v e r 1 e d e nJ. K. Blom, 44 j. L. M. van Diggelen, 10 j. LEIDERDORP. Geboren: Jannetje Hen- drika, d. v. W, Doorn en H. Krikke. Overleden: Wilhelmina van der Weijde, vrouw van H. Vis, 74 j. Johanna Wilhelmina van der Zijden, 3 maanden. OUDSHOORN. Bevallen: T. Jager geb. van Essen, z. G. Rijksen geb. Brinkman, d. Gehuwd: J. Kempen met T. Krap. RIJNSBURG. Overleden: E. de Mooy 66 j Echtgen. van B. Star. J, v. d. Vijver 57 j. wed. van A. Krol. WASSENAAR. Geboren: Adrianus Antonius z. van G. P. C. de Smit en G. E. Noordhoff.— Anna Marie d. van P. Putkeren A, v.d.Geer Elisabeth Maria d. van J. Meiland en A. Kaptya. Ondertrouwd: G. K. v, d. Horst 26 jett M. A. Klomp 37 j. Overleden: J. C. Vogels jm. 28 j. C. «e Woel vr. 55 j.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1910 | | pagina 6