BUITENLAND, Uit Stad en Omgeving. De heer E. Vocking, Hoogewoerd, le verde de 5000 gloeilampjes ter sterk te van 5 kaars en bracht hiervoor in een buitengewoon vlug tijdsverloop de in- sxallatie tot stand. Ook de versiering van A p o t h ek e r s d ij k, Boommarkt, Aalmarkt, Stille Rijn en Hoog straat. is op watereffect berekend. De ontwer pers, die hun taak artistiek opvatten, hebben met de gewoonte gebroken de versieringspalen op gelijken afmeting van elkaar te plaatsen. Tusschen twee groote, met groen omwikkelde palen, staan op onregelmatigen afstand twee kleinere palen, verbonden met sparre- groen. Dcor die ongelijkmatige plaat sing krijgen de guirlandes en de vet potjes eigenaardige gebogen lijnen, die het aspect van1 "het geheel verhoogent fDe kleuren der palen jijn wit gehou- fden, om des te beter met het groen te harmonieeren. Ook tegen-en op de ducdalven van de Borstelbrug is eene versiering aangebracht in aansluiting met die aan den walkant, teneinde het effect te completeeren. Groote bloem stukken en vlagdraperie maken de duc dalven onkenbaar en de bovenlijnen langs de brug zijn geillumineerd. Aan de zijde van de Hoogstraat staan een aantal cocagnemasten met groen omwikkeld en door sparre-hoepels ver bonden kleurige vlaggetjes verleven digen het aanzien. De ingang van de Boom markt bij het Kort Rapenburg wordt geillumineerd door lampions, over de breedte van de straat aan groene guirlandes opgehangen. Als middelstuk van de geheele versie ring is de Kippenbrug benut. Hierop is een kwistig met wimpels, getooide eerepoort van steigerpalen met construc- tieverbinding gebouwd, aan de open zij vlakken aangevuld met vier groote bloe- tnenmanden, in het midden het Amster- damsche, ter zijde het Hollandsche en Leidsdie wapen. De entrée is een schui ne poortconstructie met blauwe schilden en de jaartalen 15701910. Alle lijnen, xoower van aere cerepoort als van de brug worden rijkelijk geillumineerd. Houdt men rekening, dat het beschik bare geld een rem voor de ontwerpers was, dan verdienen de heeren A. C. J. Achilles Jr. en Svbren Nieuwenhuis te 's-Gravenhage alle lof voor deze goed begrepen decoratie. Dezelfde heeren hebben eveneens i Prinsessekade en Kort Rapen burg versierd in' gelijken trant als de voor gaande gracht. Óp de Borstelbrug komt een eerepoort in het genre als die van 'de Kippenbrug; de afmetingen zijn ech ter grooter en dientengevolge hebben de bloemstukken enz. een 'grooter om vang. De palen worden gepavoiseerd en vetpotjes zorgen voor verlichting. Kort Rapenburg en Prinsessekade hebben ter weerzijde versierde palen met vetpotjes. Hier is evenwel niet pp watereffect ge rekend, terwijl alles zeer eenvoudig van idéé is. Het Noordein'de 2al bij dag en bij avond uitmunten?. Drie eerepoorten, een bij den Witten Singel, bij. den ingang der stad een bij de Rembrandtstraat en een bij het Ra penburg zullen opgevuld worden met levende bloemen. In het midden van de verbindingsbogen zijn trofees en schil den bevestigd betrekking hebben op de maskerade. Acht groote bloemstukken van 70 C.M. diameter hangen midden in de straat, afgewisseld door evenveel hoepels met electrische ballons van bui tengewone vorm en afmeting. De eere poorten worden met tulpen-lampions in allerlei kleuren dies avonds verlicht Zal dus overdag een heerlijke bloe- ïnensorteering die aandacht vragen, des avonds bij goed weder, zullen de lam pions in hun veelkleurig lichtschijnsel Ide straat op schilderachtige wijze illu- mineeren. De heer G. A. van' der Poel, voorheen ÏM. H. Keller, die deze versiering heeft Uitgevoerd, legt hiermede alle eer in!. (Zie vervolg Eerste Blad). België. Aanslagen tegen kinderen. De Belgische bladen bevatten in den laatsten tijd herhaaldelijk berichten om trent aanslagen, tegen kinderen ge pleegd. In den loop dezer week werden op Verschillende plaatsen niet minder dan zes gevallen' vastgesteld van mishande ling van kinderen of pogingen daartoe. Dientengevolge heerscht groote on rust in die streken, zoodat vele ouders ten plattelande hunne kinderen zelfs niet itaar de school durven te laten gaan. Frankrijk. Russische Politie. Sinds een paar dagen wordt voor het Hof van Assises te Parijs een zaak be handeld, die zeer de aandacht trekt, wijl daarbij weer een tipje van den sluier wordt opgelicht, dde het werken der ge heime politie in Rusland omhult Een jonge Rus, Michael Rips genaamd stond terecht ter zake dat hij in het vorige jaar te Parijs een moordaanslag had ge pleegd op kolonel y.O|» Khoten, onder directeur van de Russische geheime po litie Uit het ingestelde onderzoek, alsmede uit het verhoor van den beklaagde bleek de toedracht der zaak als volgt Rips sloot zich, naar aanleiding van de gruwelen van regeeringswege tegen de Russische bevolking gepleegd o. a, door de massale moorden, tijdens den Russisch-Japanschen oor'.og te Ódessa ge organiseerd bij d*? revolutlonnairen aan. In 1905 werd hij gevangen genomen onder beschuldiging van deelneming aan een komplot tegen den prefect van Mos kou. Hij was echter volkomen onschuldig aan het feit, dat hem ten laste werd ge legd Om de mishandelingen welke hij in de gevangenis te verduren had, weigerde hij vijf idagen achtereen alle voedsel, cm door den hongerdood uit zijn lijden te worden verlost. Hij werd ten slotte naar Siberië ver bannen van waar het hem gelukte te ont snappen en naar Moskou terug te keeren. Daar werd hij herkend en weer gevan gen genomen. Voor Ko'.onel Von Kothen geleid, werd hij door dezen aangezocht om in dienst der geheime politie te treden; alsdan zou hij niet meer naar Siberië behoeven te rug te gaan Het was toen juist in den tijd, dat Azeff als agent-provocateur was ontmaskerd. Rips zou de opvolger van Azeff moeten zijn. In het eerst weigerde Rips met ver ontwaardiging op het voorstel in te gaan maar bij nader inzien kwam hij tot de overtuiging dat hij in dienst der Russische sche politie juist in staat zou zijn om zijn kameraden, de revolutionairen, van dienst te zijn. Hij liet zich dus aanwerven en werd als agent-provocateur naar Parijs ge zonden. Daar aangekomen vervoegde Rip zich tot Boertzeff, den bekenden ontmaskeraar van Azeff. Boertzeff overtuigde Rips echter, dat deze onmogelijk de dubbelzinnige rol kon bli/ven spelen, die hij had op zich geno men, ook wijl hij bij zijn kameraden steeds wantrouwen omtrent zijn bedoelingen zou blijven wekken. Hij besloot nu om Kolonel von Khoten te dooden, zoowel om zijn kameraden van Icl^e zuiverheid zijner bedoelingen te overtuigen, als om zich te wreken over de mishandeling welke deze Jrem in de gevangenis had doen ondergaan. i'iij schreef kolonel von Khoten, 'dat deze naar Parijs zou komen, om daax een goeden slag onder "de Russische re- volutionnairen te slaan. Von Khoten kwam en toen Rips met hem alleen was in een kamer van een hotel in de Rue Bolivar, loste deze eeni- ge pistoolschoten op von Khoten. Deze laatste bleef echter ongedeerd waar schijnlijk omdat hij volgens Risp, een harnas onder zijn kleeren droeg en de dader werd gevangen genomen. Bij het getuigenverhoor ontkende von Khoten, dat de Russische politie er agents provocateurs op na zou houden. „Wij hebben slechts spionnen", ver klaarde hij, „en wanneer onder hen eeni- gen waren, die door overdreven ijver als agents-provocateurs optreden, dan hebben wij dit steeds afgekeurd. Rips hield echter vol, dat hij wel dege lijk door von Khoten als agent-provoca teur was aangesteld. Hieromtrent zou het getuigenverhoor Woensdag verdere opheldering geven. Oostenrijk-Hongarije. De aanslag op den gouverneur van Bosnië. Omtrent Zerajitsch, den man die den aanslag op den gouverneur van Bosnië pleegde, wordt nader gemeld, dat hij den 22en Mei te Serajewo was gekomen en daar zeer armoedig leefde. Een van zijn ooms is militair arts in Servië. Eenige maanden geleden was hij bij den gouver neur op audiëntie geweest. Vareschanin (de gouverneur) had den armen jongen toen zelfs wat geldi in de hand gestopt. Een kennis van Zerajitsch heeft van de zen gezegd, dat hij een zeer opgewonden man was en een vririg socialist met al lerlei overdreven denkbeelden. De por litie hield trouwens sinds eenigen tijd een wakend oog op Zerajitsch. Vareschanin heeft tot een vertegen woordiger der Neue Freie Presse ge zegd, dat hij niet geloofde dat de aanslag bepaakt tegen zijn persoon gericht was geweest. Hij hield het voor een soort anarchistische demonstratie, die eigen lijk bestemd was geweest te gebeuren tij dens het Keizerlijk bezoek. Politieke gevolgen zal de daad van Ze- ralitsch, volgens het oordeel der Oosten- rijksche bladen, niet hebben. Onmiddellijk na den aanslag heeft het bureau van den Bosnischen Landdag aan Vareschanin een betuiging van sympa thie gezonden. In alle kerken en mos keeën zijn plechtige dankdiensten gehou den voor de mislukking van den aanslag. TurKije. De Kretenzer quaestie. De eindelooczel en sedert jaren den vrede in Oost-Europa bedreigende Kretenser kwestie, ie door de houding der Kreten- ser afgevaardigden tot een keerpunt ge komen. De beschermende mogendheden worden door den loop der gebeurtenis- se^ gedwongen, hqn aarzelende, weifei- lende houding te verlaten en kis te doen. Wat zij zullen doen is nog onbekend. Maar zij zijn overtuigd, dat ze iets moeten doen. Frankrijk stelt voor een conferen tie, Engeland een betocging te houden. Sir Edward Grey heeft in het Lagerhuis zooals Reuter meldde, een lange rede voering gehouden, om den toestand uit een te zetten. Hij erkende daarin dat de mogendheden eens voornemens zijn ge weest, te zorgen, dat Kreta niet bij Grie kenland zou worden 'geannexeerd. Een finale oplossing, zonder medewerkingen goedkeuring van de Turksche regeering acht hij ook nu nog onmoge.ijk, vooral sedert Turkije door den nieuwen toestand getoond heeft, waardig te zijn dat men de nationale gevoeligheid ontziet. De mi nister noemde het onverstandig van de Kretensers, den wensqh naar de annexa tie zoo ver te drijven, dat de vrede in Oost-Europa er door zou worden ver stoord. Door zoo te handelen zouden zij de mogendheden kunnen noodzaken, in vereeniging met Turkije, een oplossing te zoeken, die voor Kreta minder gunstig zou zijn, dan de bovenstaande toestand. Die meening van den Engelschen mi nister moet zoowel in Griekenland als op Kreta, afkoelend1, teleursiellend werken. De Atheensche bladen zeggen gehoopt en verwacht te hebben, dat koning Ge orge meer van zijn familieleden had we ten te verkrijgen. Wat de mogendheden thans willen, moet uitkopen op volledige onderwerping der Kretensers aan Turkije. In Turkije is de stemming nog niet veel verbeterd; de maatregelen tegen Grie kenland worden steeds scherper en over al hoort men de frase: „Zonder Kreta willen wij niet leven, den laatsten drup pel bloed voor Kreta In Europa heeft men van den ernst en den omvang dier beweging nog niet hei juiste begrip; want men vraagt zich ver baasd af, welke waarde de Turken hech ten aan het eiland, dat geen belastingen betaalt, geen recruten levert, over welks bestuur zij niets te zeggen hebben, dat absoluut geen effectieve waarde verte genwoordigd. En toch is de opwinding in Turkije niet gemaakt, en de essch om voldoening echt; in de dagen der Bosnische annexa tie werden dezelfde maatregelen toege past als thans, maar bij wijze van inti midatie. Ditmaal echter is de stemming van dien aard, dat men plotseling voor een oorlogsverklaring kan staan, hoe wel Griekenland zich, naar de verklaring van sir Edward Grey, volkomen correct heeft gedragen en op geen enkele wijze Turkije heeft geprovoceerd. Maar de op winding in Turkije is het gevolg van den beleedigden nationalen trots, van de ge krenkte eerzucht der Ottomanen. Een be zetting van Kreta door Griekenland zou voor de Jong-Turksche regeering een slag in. het aangezicht zijrt', en dat kan zij niet toelaten. In deze moeilijkheid hebben de mogendheden -een uitweg zoeken waar door de vrede wordt bewaard en aan de Kretensers, de Grieken en de Turken een oplossing worde geschonken, die hen voor het oogenblik bevredigt. De Kretensers verlangen de oplossing die door alles, wat sedert 1898 is voor gevallen, werd gegeven; de annexatie. De Grieken, die toen reeds ten strijde trokken voor die annexatie, kunnen niet minder eLschen. Turkije echter eischt de erkenning van de souvereine rechten op Kreta. Hoe die uit een lo opende meenin gen te vereenigen? De mogendheden hebben vroeger de gelegenheid daartoe gehad, doch die laten voorbijgaan. Zij grepen in een wespennest, toen zij zich met de Kretenser kwestie inlieten, doch verzuimden den gulden regel toe te pas sen „Greif memals in ein Wespennest, Doch so du greif est, greife fest!" Zullen zij nu moed en lust hebben, door een vasten greep, door een kloeke hou ding, door een welomschreven program, de oplossing te brengen? Dat s de vraag. Amerika. Aanslag op president Taft? In het Witte Huis te Washington werd gister voor de deur van president Taft's privé kantoor een bergwerker uit Cumber land in den staat Maryland, J. Striklin genaamd, aangehouden. Men vond bij hem een zwaar geladen revolver. De aan gehoudene verklaarde dat hij reeds het vo rige jaar aan president Taft had bekend gemaakt, dat hij eens goed gewapend bij hem zou komen .Vroeger zou hij reeds aangehouden zijn en langen tijd in een krankzinnigengesticht doorgebracht heb ben. De wachten, die eigenlijk niemand tot tTafFs privé bureau mogen toelaten, geven tot hunne verontschuldiging aan, dat Striklim den besten indruk maakte, en vastberaden verklaarde, dat hij een afspraak met den president had gemaakt en op dit uur verwacht werd. De zonderlinge bezoeker werd voor- loopig iin een politiebureau opgeborgen. 1 LEIDEN, 18 Juni. R.K. School voor M. U. L. O. Het personeel der R.K. School voor M.U.L.Ó. aan het Rapenburg alhier is weer met twee nieuwe leerkrachten ver meerderd Er zijn n.l. tot onderwijzer be noemd de Heer H. G. Verhaar hoofd der school te Wilnis en de Heer A. F. van der Pol, onderwijzer te Zaandam. De school, die in October met 7 leer jaren begon, zal na de groote vacantie 8 leerjaren omvatten. Uit de 8e klasse ontstaat dan over een jaar een 9e, en de volledige M. U. L. O. school is er- De Roomsche leerlingen kunnen dus nu in eigen geest onderwijs ontvangen, dat een cursus van drie jaren boven de gewone school omvat, en waarbij voor hen, die toch geen wetenschappelijke loop baan kiezen, in meer practische richting gewerkt kan worden, vooral voor den handel, dan aan de zoo overladen H.B.S., waarvan men hoe langer hoe meer het overdreven wiskundige begint in te zien, om van het opvoedende element,, dat er haast niet tot zijn recht kan komen, nog maar te zwijgen. Het Bestuur is juist op tijd geweest met de stichting dezer schoolwant, was men ook maar enkele maanden later gekomen, dan had men de verhoogde subsidie der nieuwe wet op't M. U. L. O. ten bedrage van plm. 2000 Gulden per jaar gemist, waardoor de staat eindelijk dit onderwijs komt steunen, doch voor- loopig alleen de bestaande scholen. En zonder dezen steun zou 'top den duur onmogelijk zijn geweest de hoogere kosten eener werkelijke M. U. L. O. school te bestrijden, die zoowel de meerdere en meer ontwikkelde leerkrachten als de duurdere leermiddelen noodzakelijk maken Laat nu ook vooral het meer gegoede Roomsche publiek toonen dat het werken en streven der mannen, die op de bres, staan, wordt gesteund, vooral door de zedelijken steun, die bestaat in het zenden hunner kinderen naar deze school. Al blijven er nog veel kosten aan ver bonden, ze kan dan met opgewekt ver trouwen de toekomst tegemoet gaan en op haar gebied door de ontwikkeling volgens Roomsche beginselen meehelpen tot het „Omnia instaurare in Christo". De interacademiale lawntenniswed- strijden, die Vrijdag 17 Juni op de ba nen bij het Posthof zouden beginnen, zijn uitgesteldt ot na de Lustrumfees ten'. De heeren Weijenberg, directeur der Stoombootmij. „Carsjens" alhierdr. Van Koogh. arts te Oude Wetering, en mr, Van Dam, advocaat en procureur te Rotterdam, wenden pogingen aan om te komen tot de oprichting van een ven nootschap „Braassemmermeer" met het doel schepen en ijsschuitjes en alles wat daarmede in verband staat te exploiteeren ter bevordering van de watersport op de Kager- en Braassemmermeer. De oprich ters wdlen aanvangen met eenige roei en zeilvaartuigen te Oude Wetering te stationeeren. Het maatschappelijk kapi taal bedraagt f 10,000 in twee series elk van 200 aandeelen van f 25, waaraan door de drie oprichters voor 50 aandeelen zal worden deelgenomen. Minerva-feestnummer. We ontvingen het feestnummer van het Studentenweekblad „Minerva", ter gele genheid van het 67e lustrum der Univer siteit. Dit keurig versierde en zorgvuldig af gewerkte nummer bevat goed gereprodu ceerde gravures van Frederik (Hendrik, Willem van Oranje, .Willem Locfewijk, graaf van Nassau, en een tweetal etsjes „op de Koornbeurs" en „bij Kiek"; voorts een goed geslaagde reproductie van Frans Hals' schilderij: officieren van een vendel schutterij uit 1637. Van de artikelen vermelden wij dat van prof. P. J. Blok, over „Academietucht," de v. Heusde's woonden in herinnering brengt met welke wij niet zonder voor behoud kunnen instemmen „De stu denten moeten zeiven den teugel in han den leeren nemen, om zich zeiven te be sturen en zelfstandige wezens (te wor den" Dit beg.insel verklaart prof. Blok als het „goede", dat ibij de handhaving der academie-tucht op den voorgrond, dient te staan. De letterkundige dr. Edward Kos ter schrijft: „herinneringen uit mijn groentijd, waarbij hij een paar leuk-ge schreven staaltjes ten Jbeste geeft, hem zelf overkomen, van ongepaste ontgroe- ningspractijken De Amsterdamsche burgemeester Jhr. mr. A. Röell schrijft over de „banden uit den studententijd," die niet geslaakt worden zooals van vrienden in de „kou de maatschappijn- De burgemeester van Rotterdam, m r. Zimmerman, die al eens meer een pittig, gevleugeld woord heeft gespro ken, geeft dien studenten (een wijze le vensles, in de hoop, dat zijn geschrijf niet in botsing komt met de feeststemming. Mr. Zimmerman citeeren we een oogenblik letterlijk: „Het leven van onzen tijd is te rijk, dan dat het goed zou zijn, dat jongelieden zich met elkander op sloten in een kring van vermaak en verstrooiing. Op een leeftijd, waar op zoovele anderen reeds staan in den vollen strijd des levens, tal van invloeden op zich zien inwerken en den grondslag leggen voor hun plaats ifli de maatschappij, moeten de toe komstige mannen van de wetenschap, bestuurders en magistraten, niet te zeer in afzondering verkeeren. Hoe aantrekkelijk de studententijd moge zijn, hij is nooit anders dan middel om tot beter te geraken, een voor school voor de groote school des levens, waar meer geleerd wordt dan op de feeste colleges. JEn geen feeder raad geloof ik hier te kunnen neer schrijven dan dezen „b 1 ij f v o o r a I niet te lang student". De ware opleiding voor uw maatschappelijken arbeid ligt in de maatschappij zelve; en hoe jonger gij /daar uw intrede doet, des tg meer vatbaar zijt Gij voor dfe lessen, welke zij geeft, eni des te meer tijd hebt Gij om van die lessen voordeel te trekken.'* Uit deze woorden spreekt een hoogs opvatting van plichtsbetrachting, nobdza- ffelijk ook in het studentenleven. En wij waardeeren het, dat de redactie van „Minerva" deze les van Rotterdam's burgemeester in haar blad opnam, opdat ook corpsleden, wien de schoen past, 'n de gelegenheid gesteld zijn nut te trekken uit deze wijze wenken van een hoog staand man, als Mr. [Zimmerman. De heer F. E. iV 1 i e 1 a n d e r Hein geeft vervolgens een uitgebreid historisch' overzicht over „de maskerade", daarbij teruggaande tot den eersten allegorischen optocht (in 1575) waaraan toen natuur lijk nog geen studenten deelnamen. Op 8 Februari 1575 had de plechtige! inwijding plaats van de Leidsche Hooge- School. En bij dien optocht, gehouden om die inwijding te vieren, reed voorop in haar zegekar, met paarden en ossen bespannen de Sancta Scriptura (de heili ge Schrift) omstuwd door Matheus, Mar cus, Lucas en Joannes.... te paard'. Daarna' volgden Justitia (de Recht vaardigheid), de Medicina (geneeskun de) Minerva, moeder der wijsheid, terwijl door Leidens grachten een schip rond voer, waarop de 9 Muzen. Na nog verschillende Maskerades te hebben besproken, komt de heer Vlidan- der Hein tot de levenskracht der tegen woordige maskerades. Daarbij spreekt schrijver zijn geloof en tfioop uit, dat de Maskerades in stand zullen blijven en met eere. De heer Vlielander Hein koes tert geen vrees, dat „de Leidsche stu dent" „een schoone traditie als die der maskerade zou laten verloren gaan. En dan schrijft de heer Hein: „Con servatief, als hij behoort te zijn, vervormt de Leidsche student voorzichtig de al oude gewoonten, opdat zij meer passen zouden ip den tijd, waarin zij worden ge zien en... beoordeeld. Hij weet, hoe dat noodig is, om tradities te kunnen hand haven." Wij voor ons meenqn, dat evenmin als wie ook, studenten conservatief behoo- ren te zijn in het handhaven van tradities# zoodra die traddties niet meer kunnen geacht worden if: zijn van onzen tijd; zooals b.v. met het ontgroenen het geval is, en dat er dus reden is, om met zekere tradities finaal te breken, in plaats van ze „voorzichtig"^ o, jja, vooral voorzichtig,! te „vervormen."- Juist door dat „conseivatief'-handha- ven van zekere „tradities" in de studen tenwereld wordt zoo licht in het euvel vervallen, door Mr. Zimmerman in „Mi nerva" zoo terecht aangewezen. De heer Mr. C. Th. van Deventer schrijft vervolgens een lezenswaardig stukske, hoe hij, als student in het bezit kwam van een olieverf portret van zijn oom Gd. Busken Huet, geschilderd door J. Israels Dan volgen onder motto ^suum cui- que", alleen voor ingewijden eenige per sonalia. En onmiddellijk sluitend op dezen boert sluit dat Minerva-nummer met een waar dig woord van den commissaris der Ko ningin in ide provincie Utrecht, mr. F, D. Schiramelpenninck: „Doe nooit iets, wat ge verkeerd vindt, of laat nooit iets na, wat gej goed vindt, uit vrees van uitgelachen te worden"; dat waren de woorden mij in 1873 naar Leiden meegegeven door een grijzen hooggeschatten vriend. Zonder te willen beweren, dat iU dien raad altijd heb opgevolgd, heb? ik getracht er mij naar te gedragen# en ik heb mij er wel bij bevonden# ook op mijn latere loopbaan." Met die aanhaliag van deze schoone# behartigenswaardige woorden, eindigen we deze bespreking, waaraan we dit nog willen toevoegen Zoo ergens, dan speelt het jnensche- lijk opzicht en de vrees om uilgelachen te worden, een rol in de studentenwereld, vooral bij de jongere alumni der Alma Mater, die opkijken naar wat de be jaarde" studiosi aan durf bezitten. WATERSNOOD. De correspondieirt van het Hbl. schrijft uit Zürich over den watersnood in Zwit serland Van alle oorden des lands komen on heilspellende watersnoodberichten. Zdf$ het hoog-gelegen Davos bleef niet onge deerd. De kleine vriendelijke bergbeken: gezellig kabbelende reismakkers in denl zomer, zwellen aan tot teugellooze stroo men, en die grootere rivieren zetten het vlakke land op uren in de rondte onder water. En zoo snel wast het dreigende water, dat op enkele punten in een hal ven dag de hoogte steeg met anderhalvei* meter. Het weerglas belooft beterschap# maar terwijl ik dit schrijf, valt de regen nog bij stroomen. Sedert 40 jaren heeft het water hier zulk een hoogte niet bereikt. Onder wa ter staat een deel van Luzern, van Berni en van ]B runnen, zelfs een meter hoog,- Op de spoorlijntjes in de provincie wordt niet meer gereden, de velden liggen meet dan een meter, onder water. Maar ftofe di

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1910 | | pagina 6