BUITENLAND,
Uit Stad en Omgeving.
De heer E. Vocking, Hoogewoerd, le
verde de 5000 gloeilampjes ter sterk
te van 5 kaars en bracht hiervoor in een
buitengewoon vlug tijdsverloop de in-
sxallatie tot stand.
Ook de versiering van
A p o t h ek e r s d ij k, Boommarkt,
Aalmarkt, Stille Rijn en Hoog
straat.
is op watereffect berekend. De ontwer
pers, die hun taak artistiek opvatten,
hebben met de gewoonte gebroken de
versieringspalen op gelijken afmeting
van elkaar te plaatsen. Tusschen twee
groote, met groen omwikkelde palen,
staan op onregelmatigen afstand twee
kleinere palen, verbonden met sparre-
groen. Dcor die ongelijkmatige plaat
sing krijgen de guirlandes en de vet
potjes eigenaardige gebogen lijnen, die
het aspect van1 "het geheel verhoogent
fDe kleuren der palen jijn wit gehou-
fden, om des te beter met het groen
te harmonieeren. Ook tegen-en op de
ducdalven van de Borstelbrug is eene
versiering aangebracht in aansluiting
met die aan den walkant, teneinde het
effect te completeeren. Groote bloem
stukken en vlagdraperie maken de duc
dalven onkenbaar en de bovenlijnen
langs de brug zijn geillumineerd.
Aan de zijde van de Hoogstraat staan
een aantal cocagnemasten met groen
omwikkeld en door sparre-hoepels ver
bonden kleurige vlaggetjes verleven
digen het aanzien. De ingang van de
Boom markt bij het Kort Rapenburg
wordt geillumineerd door lampions, over
de breedte van de straat aan groene
guirlandes opgehangen.
Als middelstuk van de geheele versie
ring is de Kippenbrug benut. Hierop
is een kwistig met wimpels, getooide
eerepoort van steigerpalen met construc-
tieverbinding gebouwd, aan de open zij
vlakken aangevuld met vier groote bloe-
tnenmanden, in het midden het Amster-
damsche, ter zijde het Hollandsche en
Leidsdie wapen. De entrée is een schui
ne poortconstructie met blauwe schilden
en de jaartalen 15701910. Alle lijnen,
xoower van aere cerepoort als van de
brug worden rijkelijk geillumineerd.
Houdt men rekening, dat het beschik
bare geld een rem voor de ontwerpers
was, dan verdienen de heeren A. C. J.
Achilles Jr. en Svbren Nieuwenhuis te
's-Gravenhage alle lof voor deze goed
begrepen decoratie.
Dezelfde heeren hebben eveneens i
Prinsessekade en Kort Rapen
burg
versierd in' gelijken trant als de voor
gaande gracht. Óp de Borstelbrug komt
een eerepoort in het genre als die van
'de Kippenbrug; de afmetingen zijn ech
ter grooter en dientengevolge hebben
de bloemstukken enz. een 'grooter om
vang. De palen worden gepavoiseerd en
vetpotjes zorgen voor verlichting. Kort
Rapenburg en Prinsessekade hebben ter
weerzijde versierde palen met vetpotjes.
Hier is evenwel niet pp watereffect ge
rekend, terwijl alles zeer eenvoudig van
idéé is.
Het Noordein'de
2al bij dag en bij avond uitmunten?.
Drie eerepoorten, een bij den Witten
Singel, bij. den ingang der stad een bij
de Rembrandtstraat en een bij het Ra
penburg zullen opgevuld worden met
levende bloemen. In het midden van de
verbindingsbogen zijn trofees en schil
den bevestigd betrekking hebben op de
maskerade. Acht groote bloemstukken
van 70 C.M. diameter hangen midden
in de straat, afgewisseld door evenveel
hoepels met electrische ballons van bui
tengewone vorm en afmeting. De eere
poorten worden met tulpen-lampions in
allerlei kleuren dies avonds verlicht
Zal dus overdag een heerlijke bloe-
ïnensorteering die aandacht vragen, des
avonds bij goed weder, zullen de lam
pions in hun veelkleurig lichtschijnsel
Ide straat op schilderachtige wijze illu-
mineeren.
De heer G. A. van' der Poel, voorheen
ÏM. H. Keller, die deze versiering heeft
Uitgevoerd, legt hiermede alle eer in!.
(Zie vervolg Eerste Blad).
België.
Aanslagen tegen kinderen.
De Belgische bladen bevatten in den
laatsten tijd herhaaldelijk berichten om
trent aanslagen, tegen kinderen ge
pleegd.
In den loop dezer week werden op
Verschillende plaatsen niet minder dan
zes gevallen' vastgesteld van mishande
ling van kinderen of pogingen daartoe.
Dientengevolge heerscht groote on
rust in die streken, zoodat vele ouders
ten plattelande hunne kinderen zelfs niet
itaar de school durven te laten gaan.
Frankrijk.
Russische Politie.
Sinds een paar dagen wordt voor het
Hof van Assises te Parijs een zaak be
handeld, die zeer de aandacht trekt, wijl
daarbij weer een tipje van den sluier
wordt opgelicht, dde het werken der ge
heime politie in Rusland omhult
Een jonge Rus, Michael Rips genaamd
stond terecht ter zake dat hij in het vorige
jaar te Parijs een moordaanslag had ge
pleegd op kolonel y.O|» Khoten, onder
directeur van de Russische geheime po
litie
Uit het ingestelde onderzoek, alsmede
uit het verhoor van den beklaagde bleek
de toedracht der zaak als volgt
Rips sloot zich, naar aanleiding van de
gruwelen van regeeringswege tegen de
Russische bevolking gepleegd o. a,
door de massale moorden, tijdens den
Russisch-Japanschen oor'.og te Ódessa ge
organiseerd bij d*? revolutlonnairen
aan.
In 1905 werd hij gevangen genomen
onder beschuldiging van deelneming aan
een komplot tegen den prefect van Mos
kou.
Hij was echter volkomen onschuldig
aan het feit, dat hem ten laste werd ge
legd
Om de mishandelingen welke hij in de
gevangenis te verduren had, weigerde hij
vijf idagen achtereen alle voedsel, cm
door den hongerdood uit zijn lijden te
worden verlost.
Hij werd ten slotte naar Siberië ver
bannen van waar het hem gelukte te ont
snappen en naar Moskou terug te keeren.
Daar werd hij herkend en weer gevan
gen genomen.
Voor Ko'.onel Von Kothen geleid, werd
hij door dezen aangezocht om in dienst
der geheime politie te treden; alsdan zou
hij niet meer naar Siberië behoeven te
rug te gaan
Het was toen juist in den tijd, dat Azeff
als agent-provocateur was ontmaskerd.
Rips zou de opvolger van Azeff moeten
zijn.
In het eerst weigerde Rips met ver
ontwaardiging op het voorstel in te gaan
maar bij nader inzien kwam hij tot de
overtuiging dat hij in dienst der Russische
sche politie juist in staat zou zijn om zijn
kameraden, de revolutionairen, van
dienst te zijn.
Hij liet zich dus aanwerven en werd
als agent-provocateur naar Parijs ge
zonden.
Daar aangekomen vervoegde Rip zich
tot Boertzeff, den bekenden ontmaskeraar
van Azeff.
Boertzeff overtuigde Rips echter, dat
deze onmogelijk de dubbelzinnige rol kon
bli/ven spelen, die hij had op zich geno
men, ook wijl hij bij zijn kameraden steeds
wantrouwen omtrent zijn bedoelingen zou
blijven wekken.
Hij besloot nu om Kolonel von Khoten
te dooden, zoowel om zijn kameraden
van Icl^e zuiverheid zijner bedoelingen te
overtuigen, als om zich te wreken over
de mishandeling welke deze Jrem in de
gevangenis had doen ondergaan.
i'iij schreef kolonel von Khoten, 'dat
deze naar Parijs zou komen, om daax
een goeden slag onder "de Russische re-
volutionnairen te slaan.
Von Khoten kwam en toen Rips met
hem alleen was in een kamer van een
hotel in de Rue Bolivar, loste deze eeni-
ge pistoolschoten op von Khoten. Deze
laatste bleef echter ongedeerd waar
schijnlijk omdat hij volgens Risp, een
harnas onder zijn kleeren droeg en de
dader werd gevangen genomen.
Bij het getuigenverhoor ontkende von
Khoten, dat de Russische politie er agents
provocateurs op na zou houden.
„Wij hebben slechts spionnen", ver
klaarde hij, „en wanneer onder hen eeni-
gen waren, die door overdreven ijver als
agents-provocateurs optreden, dan hebben
wij dit steeds afgekeurd.
Rips hield echter vol, dat hij wel dege
lijk door von Khoten als agent-provoca
teur was aangesteld.
Hieromtrent zou het getuigenverhoor
Woensdag verdere opheldering geven.
Oostenrijk-Hongarije.
De aanslag op den gouverneur van
Bosnië.
Omtrent Zerajitsch, den man die den
aanslag op den gouverneur van Bosnië
pleegde, wordt nader gemeld, dat hij den
22en Mei te Serajewo was gekomen en
daar zeer armoedig leefde. Een van zijn
ooms is militair arts in Servië. Eenige
maanden geleden was hij bij den gouver
neur op audiëntie geweest. Vareschanin
(de gouverneur) had den armen jongen
toen zelfs wat geldi in de hand gestopt.
Een kennis van Zerajitsch heeft van de
zen gezegd, dat hij een zeer opgewonden
man was en een vririg socialist met al
lerlei overdreven denkbeelden. De por
litie hield trouwens sinds eenigen tijd
een wakend oog op Zerajitsch.
Vareschanin heeft tot een vertegen
woordiger der Neue Freie Presse ge
zegd, dat hij niet geloofde dat de aanslag
bepaakt tegen zijn persoon gericht was
geweest. Hij hield het voor een soort
anarchistische demonstratie, die eigen
lijk bestemd was geweest te gebeuren tij
dens het Keizerlijk bezoek.
Politieke gevolgen zal de daad van Ze-
ralitsch, volgens het oordeel der Oosten-
rijksche bladen, niet hebben.
Onmiddellijk na den aanslag heeft het
bureau van den Bosnischen Landdag aan
Vareschanin een betuiging van sympa
thie gezonden. In alle kerken en mos
keeën zijn plechtige dankdiensten gehou
den voor de mislukking van den aanslag.
TurKije.
De Kretenzer quaestie.
De eindelooczel en sedert jaren den vrede
in Oost-Europa bedreigende Kretenser
kwestie, ie door de houding der Kreten-
ser afgevaardigden tot een keerpunt ge
komen. De beschermende mogendheden
worden door den loop der gebeurtenis-
se^ gedwongen, hqn aarzelende, weifei-
lende houding te verlaten en kis te doen.
Wat zij zullen doen is nog onbekend.
Maar zij zijn overtuigd, dat ze iets moeten
doen. Frankrijk stelt voor een conferen
tie, Engeland een betocging te houden.
Sir Edward Grey heeft in het Lagerhuis
zooals Reuter meldde, een lange rede
voering gehouden, om den toestand uit
een te zetten. Hij erkende daarin dat de
mogendheden eens voornemens zijn ge
weest, te zorgen, dat Kreta niet bij Grie
kenland zou worden 'geannexeerd. Een
finale oplossing, zonder medewerkingen
goedkeuring van de Turksche regeering
acht hij ook nu nog onmoge.ijk, vooral
sedert Turkije door den nieuwen toestand
getoond heeft, waardig te zijn dat men
de nationale gevoeligheid ontziet. De mi
nister noemde het onverstandig van de
Kretensers, den wensqh naar de annexa
tie zoo ver te drijven, dat de vrede in
Oost-Europa er door zou worden ver
stoord. Door zoo te handelen zouden zij
de mogendheden kunnen noodzaken, in
vereeniging met Turkije, een oplossing te
zoeken, die voor Kreta minder gunstig
zou zijn, dan de bovenstaande toestand.
Die meening van den Engelschen mi
nister moet zoowel in Griekenland als op
Kreta, afkoelend1, teleursiellend werken.
De Atheensche bladen zeggen gehoopt
en verwacht te hebben, dat koning Ge
orge meer van zijn familieleden had we
ten te verkrijgen. Wat de mogendheden
thans willen, moet uitkopen op volledige
onderwerping der Kretensers aan Turkije.
In Turkije is de stemming nog niet veel
verbeterd; de maatregelen tegen Grie
kenland worden steeds scherper en over
al hoort men de frase: „Zonder Kreta
willen wij niet leven, den laatsten drup
pel bloed voor Kreta
In Europa heeft men van den ernst en
den omvang dier beweging nog niet hei
juiste begrip; want men vraagt zich ver
baasd af, welke waarde de Turken hech
ten aan het eiland, dat geen belastingen
betaalt, geen recruten levert, over welks
bestuur zij niets te zeggen hebben, dat
absoluut geen effectieve waarde verte
genwoordigd.
En toch is de opwinding in Turkije
niet gemaakt, en de essch om voldoening
echt; in de dagen der Bosnische annexa
tie werden dezelfde maatregelen toege
past als thans, maar bij wijze van inti
midatie. Ditmaal echter is de stemming
van dien aard, dat men plotseling voor
een oorlogsverklaring kan staan, hoe
wel Griekenland zich, naar de verklaring
van sir Edward Grey, volkomen correct
heeft gedragen en op geen enkele wijze
Turkije heeft geprovoceerd. Maar de op
winding in Turkije is het gevolg van den
beleedigden nationalen trots, van de ge
krenkte eerzucht der Ottomanen. Een be
zetting van Kreta door Griekenland zou
voor de Jong-Turksche regeering een slag
in. het aangezicht zijrt', en dat kan zij niet
toelaten. In deze moeilijkheid hebben de
mogendheden -een uitweg zoeken waar
door de vrede wordt bewaard en aan
de Kretensers, de Grieken en de Turken
een oplossing worde geschonken, die hen
voor het oogenblik bevredigt.
De Kretensers verlangen de oplossing
die door alles, wat sedert 1898 is voor
gevallen, werd gegeven; de annexatie.
De Grieken, die toen reeds ten strijde
trokken voor die annexatie, kunnen niet
minder eLschen. Turkije echter eischt de
erkenning van de souvereine rechten op
Kreta. Hoe die uit een lo opende meenin
gen te vereenigen? De mogendheden
hebben vroeger de gelegenheid daartoe
gehad, doch die laten voorbijgaan. Zij
grepen in een wespennest, toen zij zich
met de Kretenser kwestie inlieten, doch
verzuimden den gulden regel toe te pas
sen
„Greif memals in ein Wespennest,
Doch so du greif est, greife fest!"
Zullen zij nu moed en lust hebben, door
een vasten greep, door een kloeke hou
ding, door een welomschreven program,
de oplossing te brengen?
Dat s de vraag.
Amerika.
Aanslag op president Taft?
In het Witte Huis te Washington werd
gister voor de deur van president Taft's
privé kantoor een bergwerker uit Cumber
land in den staat Maryland, J. Striklin
genaamd, aangehouden. Men vond bij
hem een zwaar geladen revolver. De aan
gehoudene verklaarde dat hij reeds het vo
rige jaar aan president Taft had bekend
gemaakt, dat hij eens goed gewapend bij
hem zou komen .Vroeger zou hij reeds
aangehouden zijn en langen tijd in een
krankzinnigengesticht doorgebracht heb
ben. De wachten, die eigenlijk niemand
tot tTafFs privé bureau mogen toelaten,
geven tot hunne verontschuldiging aan,
dat Striklim den besten indruk maakte,
en vastberaden verklaarde, dat hij een
afspraak met den president had gemaakt
en op dit uur verwacht werd.
De zonderlinge bezoeker werd voor-
loopig iin een politiebureau opgeborgen.
1
LEIDEN, 18 Juni.
R.K. School voor M. U. L. O.
Het personeel der R.K. School voor
M.U.L.Ó. aan het Rapenburg alhier is
weer met twee nieuwe leerkrachten ver
meerderd Er zijn n.l. tot onderwijzer be
noemd de Heer H. G. Verhaar hoofd der
school te Wilnis en de Heer A. F. van
der Pol, onderwijzer te Zaandam.
De school, die in October met 7 leer
jaren begon, zal na de groote vacantie
8 leerjaren omvatten. Uit de 8e klasse
ontstaat dan over een jaar een 9e, en
de volledige M. U. L. O. school is er-
De Roomsche leerlingen kunnen dus
nu in eigen geest onderwijs ontvangen,
dat een cursus van drie jaren boven de
gewone school omvat, en waarbij voor
hen, die toch geen wetenschappelijke loop
baan kiezen, in meer practische richting
gewerkt kan worden, vooral voor den
handel, dan aan de zoo overladen H.B.S.,
waarvan men hoe langer hoe meer het
overdreven wiskundige begint in te zien,
om van het opvoedende element,, dat er
haast niet tot zijn recht kan komen, nog
maar te zwijgen.
Het Bestuur is juist op tijd geweest
met de stichting dezer schoolwant,
was men ook maar enkele maanden later
gekomen, dan had men de verhoogde
subsidie der nieuwe wet op't M. U. L. O.
ten bedrage van plm. 2000 Gulden per
jaar gemist, waardoor de staat eindelijk
dit onderwijs komt steunen, doch voor-
loopig alleen de bestaande scholen. En
zonder dezen steun zou 'top den duur
onmogelijk zijn geweest de hoogere kosten
eener werkelijke M. U. L. O. school te
bestrijden, die zoowel de meerdere en
meer ontwikkelde leerkrachten als de
duurdere leermiddelen noodzakelijk maken
Laat nu ook vooral het meer gegoede
Roomsche publiek toonen dat het werken
en streven der mannen, die op de bres,
staan, wordt gesteund, vooral door de
zedelijken steun, die bestaat in het zenden
hunner kinderen naar deze school.
Al blijven er nog veel kosten aan ver
bonden, ze kan dan met opgewekt ver
trouwen de toekomst tegemoet gaan en
op haar gebied door de ontwikkeling
volgens Roomsche beginselen meehelpen
tot het
„Omnia instaurare in Christo".
De interacademiale lawntenniswed-
strijden, die Vrijdag 17 Juni op de ba
nen bij het Posthof zouden beginnen,
zijn uitgesteldt ot na de Lustrumfees
ten'.
De heeren Weijenberg, directeur
der Stoombootmij. „Carsjens" alhierdr.
Van Koogh. arts te Oude Wetering, en
mr, Van Dam, advocaat en procureur te
Rotterdam, wenden pogingen aan om te
komen tot de oprichting van een ven
nootschap „Braassemmermeer" met het
doel schepen en ijsschuitjes en alles wat
daarmede in verband staat te exploiteeren
ter bevordering van de watersport op de
Kager- en Braassemmermeer. De oprich
ters wdlen aanvangen met eenige roei
en zeilvaartuigen te Oude Wetering te
stationeeren. Het maatschappelijk kapi
taal bedraagt f 10,000 in twee series elk
van 200 aandeelen van f 25, waaraan door
de drie oprichters voor 50 aandeelen zal
worden deelgenomen.
Minerva-feestnummer.
We ontvingen het feestnummer van het
Studentenweekblad „Minerva", ter gele
genheid van het 67e lustrum der Univer
siteit.
Dit keurig versierde en zorgvuldig af
gewerkte nummer bevat goed gereprodu
ceerde gravures van Frederik (Hendrik,
Willem van Oranje, .Willem Locfewijk,
graaf van Nassau, en een tweetal etsjes
„op de Koornbeurs" en „bij Kiek";
voorts een goed geslaagde reproductie van
Frans Hals' schilderij: officieren van een
vendel schutterij uit 1637.
Van de artikelen vermelden wij dat van
prof. P. J. Blok, over „Academietucht,"
de v. Heusde's woonden in herinnering
brengt met welke wij niet zonder voor
behoud kunnen instemmen „De stu
denten moeten zeiven den teugel in han
den leeren nemen, om zich zeiven te be
sturen en zelfstandige wezens (te wor
den" Dit beg.insel verklaart prof. Blok
als het „goede", dat ibij de handhaving
der academie-tucht op den voorgrond,
dient te staan.
De letterkundige dr. Edward Kos
ter schrijft: „herinneringen uit mijn
groentijd, waarbij hij een paar leuk-ge
schreven staaltjes ten Jbeste geeft, hem
zelf overkomen, van ongepaste ontgroe-
ningspractijken
De Amsterdamsche burgemeester Jhr.
mr. A. Röell schrijft over de „banden
uit den studententijd," die niet geslaakt
worden zooals van vrienden in de „kou
de maatschappijn-
De burgemeester van Rotterdam, m r.
Zimmerman, die al eens meer een
pittig, gevleugeld woord heeft gespro
ken, geeft dien studenten (een wijze le
vensles, in de hoop, dat zijn geschrijf niet
in botsing komt met de feeststemming.
Mr. Zimmerman citeeren we een
oogenblik letterlijk:
„Het leven van onzen tijd is te
rijk, dan dat het goed zou zijn, dat
jongelieden zich met elkander op
sloten in een kring van vermaak en
verstrooiing. Op een leeftijd, waar
op zoovele anderen reeds staan in
den vollen strijd des levens, tal van
invloeden op zich zien inwerken en
den grondslag leggen voor hun plaats
ifli de maatschappij, moeten de toe
komstige mannen van de wetenschap,
bestuurders en magistraten, niet te
zeer in afzondering verkeeren. Hoe
aantrekkelijk de studententijd moge
zijn, hij is nooit anders dan middel
om tot beter te geraken, een voor
school voor de groote school des
levens, waar meer geleerd wordt dan
op de feeste colleges. JEn geen feeder
raad geloof ik hier te kunnen neer
schrijven dan dezen „b 1 ij f v o o r a I
niet te lang student". De ware
opleiding voor uw maatschappelijken
arbeid ligt in de maatschappij zelve;
en hoe jonger gij /daar uw intrede
doet, des tg meer vatbaar zijt Gij
voor dfe lessen, welke zij geeft, eni
des te meer tijd hebt Gij om van die
lessen voordeel te trekken.'*
Uit deze woorden spreekt een hoogs
opvatting van plichtsbetrachting, nobdza-
ffelijk ook in het studentenleven.
En wij waardeeren het, dat de redactie
van „Minerva" deze les van Rotterdam's
burgemeester in haar blad opnam, opdat
ook corpsleden, wien de schoen past, 'n
de gelegenheid gesteld zijn nut te trekken
uit deze wijze wenken van een hoog
staand man, als Mr. [Zimmerman.
De heer F. E. iV 1 i e 1 a n d e r Hein
geeft vervolgens een uitgebreid historisch'
overzicht over „de maskerade", daarbij
teruggaande tot den eersten allegorischen
optocht (in 1575) waaraan toen natuur
lijk nog geen studenten deelnamen.
Op 8 Februari 1575 had de plechtige!
inwijding plaats van de Leidsche Hooge-
School. En bij dien optocht, gehouden
om die inwijding te vieren, reed voorop
in haar zegekar, met paarden en ossen
bespannen de Sancta Scriptura (de heili
ge Schrift) omstuwd door Matheus, Mar
cus, Lucas en Joannes.... te paard'.
Daarna' volgden Justitia (de Recht
vaardigheid), de Medicina (geneeskun
de) Minerva, moeder der wijsheid, terwijl
door Leidens grachten een schip rond
voer, waarop de 9 Muzen.
Na nog verschillende Maskerades te
hebben besproken, komt de heer Vlidan-
der Hein tot de levenskracht der tegen
woordige maskerades. Daarbij spreekt
schrijver zijn geloof en tfioop uit, dat de
Maskerades in stand zullen blijven en met
eere.
De heer Vlielander Hein koes
tert geen vrees, dat „de Leidsche stu
dent" „een schoone traditie als die der
maskerade zou laten verloren gaan.
En dan schrijft de heer Hein: „Con
servatief, als hij behoort te zijn, vervormt
de Leidsche student voorzichtig de al
oude gewoonten, opdat zij meer passen
zouden ip den tijd, waarin zij worden ge
zien en... beoordeeld. Hij weet, hoe dat
noodig is, om tradities te kunnen hand
haven."
Wij voor ons meenqn, dat evenmin als
wie ook, studenten conservatief behoo-
ren te zijn in het handhaven van tradities#
zoodra die traddties niet meer kunnen
geacht worden if: zijn van onzen tijd;
zooals b.v. met het ontgroenen het geval
is, en dat er dus reden is, om met zekere
tradities finaal te breken, in plaats van ze
„voorzichtig"^ o, jja, vooral voorzichtig,!
te „vervormen."-
Juist door dat „conseivatief'-handha-
ven van zekere „tradities" in de studen
tenwereld wordt zoo licht in het euvel
vervallen, door Mr. Zimmerman in „Mi
nerva" zoo terecht aangewezen.
De heer Mr. C. Th. van Deventer
schrijft vervolgens een lezenswaardig
stukske, hoe hij, als student in het bezit
kwam van een olieverf portret van zijn
oom Gd. Busken Huet, geschilderd door
J. Israels
Dan volgen onder motto ^suum cui-
que", alleen voor ingewijden eenige per
sonalia.
En onmiddellijk sluitend op dezen boert
sluit dat Minerva-nummer met een waar
dig woord van den commissaris der Ko
ningin in ide provincie Utrecht, mr. F,
D. Schiramelpenninck:
„Doe nooit iets, wat ge verkeerd
vindt, of laat nooit iets na, wat gej
goed vindt, uit vrees van uitgelachen
te worden"; dat waren de woorden
mij in 1873 naar Leiden meegegeven
door een grijzen hooggeschatten
vriend.
Zonder te willen beweren, dat iU
dien raad altijd heb opgevolgd, heb?
ik getracht er mij naar te gedragen#
en ik heb mij er wel bij bevonden#
ook op mijn latere loopbaan."
Met die aanhaliag van deze schoone#
behartigenswaardige woorden, eindigen
we deze bespreking, waaraan we dit nog
willen toevoegen
Zoo ergens, dan speelt het jnensche-
lijk opzicht en de vrees om uilgelachen te
worden, een rol in de studentenwereld,
vooral bij de jongere alumni der Alma
Mater, die opkijken naar wat de be
jaarde" studiosi aan durf bezitten.
WATERSNOOD.
De correspondieirt van het Hbl. schrijft
uit Zürich over den watersnood in Zwit
serland
Van alle oorden des lands komen on
heilspellende watersnoodberichten. Zdf$
het hoog-gelegen Davos bleef niet onge
deerd. De kleine vriendelijke bergbeken:
gezellig kabbelende reismakkers in denl
zomer, zwellen aan tot teugellooze stroo
men, en die grootere rivieren zetten het
vlakke land op uren in de rondte onder
water. En zoo snel wast het dreigende
water, dat op enkele punten in een hal
ven dag de hoogte steeg met anderhalvei*
meter. Het weerglas belooft beterschap#
maar terwijl ik dit schrijf, valt de regen
nog bij stroomen.
Sedert 40 jaren heeft het water hier
zulk een hoogte niet bereikt. Onder wa
ter staat een deel van Luzern, van Berni
en van ]B runnen, zelfs een meter hoog,-
Op de spoorlijntjes in de provincie wordt
niet meer gereden, de velden liggen meet
dan een meter, onder water. Maar ftofe di