edward UTT. haar kind. e wereld is deze week opgeschrikt door een plotselinge doodstijdingEdward VII van Engeland, Keizer van Indië, die den alouden, door Hendrik VIII tot een persiflage gemaakten titel nog draagt van „verdediger des geloofs" is in zijn paleis van Buckingham te Londen overleden. Dat deze gebeurtenis de heele wereld doet opschrikken, is geen wonder I Edward VII Was een wereld figuur, in alle opzichten. Niet alleen, omdat hij door zijn talrijke reizen door heel Europa, door zijn persoonlijke bezoeken aan vele landen, overal bekend was. Niet alleen, omdat hij, ook in een ietwat minder gunstigen zin „Weltmann" heeten mocht en hij van de wereld ook het echt wereldsche tot zich trok. Maar bovenal en in een an deren zin, omdat zijn bemoeiin gen als koning en als staatsman een wereld-historischen invloed en beteekenis hebben gehad De roep van koning Edward's diplomatieke begaafdheden is buitengewoon grootte grooter, omdat niemand in den levens- lustigen „prince of WaleS", den aangever der Europeesche hee renmode en den aanvoerder der Parijsche „mode", zulk een groot diplomaat zou hebben gezocht! Maar overal ter wereld wordt het nu oprecht erkend, en zelfs de Duitschers, die het meest van 's konings politieke berekenin gen op het staatkundig schaak bord der volkeren hebben te lijden gehad, zeggen het rond uit: koning Edward was een groot"rdiplomaat die 5 op voor treffelijke wijze de positie van zijn land heeft versterkt en En geland gemaakt heeft tot een mogendheid welke nu de ver houdingen der volkeren door de verschillende allianties en enten tes welke het heeft gesloten, voor een goed deel beheerscht. Opmerkelijk is het, hoezeer het Engelsche volk zijn koning, den „Vredestichter" zooals van zelf de naam is welken Edward VII na zijn dood heeft gekregen, vereert 1 Ten sterkste komt dan ook in dezen vorst de waarheid uit van de stelling dat een monar chaal bewind van een erfelijk koningsgeslacht ontzaglijk veel kan doen ten voordeele van het land. Geen regeering is zoo constitu tioneel, en in geen enkelen staat is de macht des konings zóó zeer beperkt als juist in Engeland. En toch is de invloed ten goede, de werkzaamheid ten voordeele van het land, door Koning Edward uitgeoefend, buitengewoon groot geweest en heeft hij met name voor de buitenlandsche politiek, hoewel constitutioneel veel meer gebonden dan b.v. de president der Vereenigde Staten is, ontzaglijk méér kunnen doen dan zulk een staatshoofd van een republiek ooit zal vermogen I WIJLEN KONING EDWARD VII, Koning van Engeland, Keizer van Indië, gestorven op 7 Mei 1910, in den ouderdom van 70 jaren. Bovenstaande beeltenis stelt den Koning voor in het galagewaad van Groot meester der Orde van den Kousenband, en is juist in dit voorjaar tentoon gesteld op de groote schilderijententoonstelling te Londen, waar het kunst werk zeer de aandacht trok door de frappante gelijkenis naar het leven, die de schilder heeft weten te treffen. „Och, sterven is niets, pater, nu mijn echtgenoot mij toch ont nomen is, als ik ten minste nujn arm kind nog maar een laatste maal omhelzen mocht 1" „Waar is uw kind „Bij de grootmoederzij heeft de kleine tot zich genomen, op voor waarde dat ik, wier dagen toch geteld zijn, niet de minste aan spraak meer erop zou doen gel den. En nu weigert men, het een laatste maal bij mij te brengen." ,Wie is die dame „Mevrouw B. in de rue St. Honoré," was het antwoord. „Neen, pater, voor het laatst neen, zeg ik u," zoo klonk het den priester uit den mond der hardvochtige vrouw tegen. „Mijn kleinkind houd ik hier!" „En dat met welk recht, me vrouw," sprak de priester ver ontwaardigd. „Met het recht, dat die vrouw mij zelf geschonken heeft, toen ze mij het kind overliet," luidde het ijskoud. „U kent die vrouw niet, pater, anders zoudt ge niet vóór haar spreken." Ik weet dat men haar belas terd heeft," hernam depriester, ..maar al was alles waar wat men van haar zegt, zij is de moeder van het kind, en gij moogt haar niet weigeren, het een laatste maal te zien." „Neen, zeg ik u." „Mevrouw," sprak de pater nu hoogst-ernstig, „ik mag uw schoondochter niet kennen, ken ik wel. Ik weet dat uw zoon op de „Aquitaine" is en bij dit noodweer hij wees naar buiten in de golf van Biscaye zwerft. Wie zal u helpen, niet aan een straf des Hemels te gelooven, wanneer God verhoede het straks het bericht u mocht be reiken, dat uw zoon gestorven is zonder dat ge hem nog een laatste maal aan het hart heeft gedrukt Dit trof doel. De trotsche vrouw, die maar één zwakheid had de zoon, die haar nog overgebleven was voelde zich als door een blik semstraal getroffen. En een oogenblik zag ze helder de afschu welijkheid van haar hardvochtig gedrag in. Tien minuten later drukte de stervende moeder haar kind in de armen. En met een zegenbede op de lippen voor den priester, die haar dezen laatsten troost bereid had, sliep zij voor altijd in.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1910 | | pagina 11