BUITENLAND.
Een gevaarlijke onderneming.
BINNENLAND.
Gemeenteraad van Wou brugge.
Tweede Blad, behoorende
bij De Leidsche Courant
van Woensdag 23 Maart.
België.
Geen aarzeling.
Aldus vangt het „Handelsblad van
'[Antwerpen" een entrefilet aan, waarin
lyeiklaard wordt, dat de Vlamingen aan
neming eischen van het wetsvoorstel-Se-
,gers-Franck (tot wederinvoering van de
„Vlaamsche taal voor het Vrije en Middel
baar onderwijs), ongewijzigd en in zijn
-geheel, of verwerping; zij hebben liever
;niets, dan iets, wat nog minder zou ge-
:yen dan het minimum, waarmede zij vre-
[|de kunnen hebben.
Dit standpunt is ingenomen door de
jongste vergadering van den liberalen
[Bond te Antwerpen, door die van het
[katholieke Davidsfonds en op de algemee-
ijie vergadering van het Algemeen Neder-
rjandsch Verbond te Gent door de Vlamin
gen van alle partijen.
Laten nu toch eens voor één enkelen
[Jceer, vraagt het blad, alle afgevaardigden
!yan het Vlaamsche land, van welke rich
ting overigens ook, samenwerken.
Dit naar aanleiding van de aan de re-
'geering toegedichte plannen, om alsnog
[wijzigingen in het ontwerp te brengen.
Frankrijk dreigt, met hooge toltarie
ven, verscheidene Belgische nijverheden
'met volslagen ondergang.
Van alle kanten schrijft het „Hbl.
yan Ant." in haar eigen pittigen stijl
v— niet alleen door afzonderlijke koop
lieden en door rechtstreeks in de zaak
betrokken syndicale inrichtingen, maar
jzeifs door vrijhandelsgezinde vereenigin-
(gen, wordt er op gewezen op de toene-
inende gevaren, die de Belgische pro-
jductie bedreigt door deze verhoogingen
yan het Fransche toltarief.
Alle bevoegde lichamen ^klagen put-
Jten in den grond en verklaren dat wij
(ons niet als nuchtere kalveren moeten
[laten keelen door de Franschen, die hier
onze grenzen wagewijd open vinden, om
jhunne producten Binnen te voeren.
Het gouvernement, te werk gaande
[volgens de wenschen, uitgedrukt door
[den Hoogeren Raad van Handel en
"Nijverheid, heeft nu maatregelen voor-
igesteld om de Franschen tot inkeer te
(doen komen en hun te doen begrijpenj
Idat wij niet van zin zijn ons te laten'
Jstroopen zonder verzet.
Deze maatregelen treffen enkel luxe
artikelen en het heffen van rechten daar
Op zal de arbeidersgezinnen niet bena-
'ideelen.
Bovendien zal de opbrengst dezer
[rechten aangewend worden om de üit-
beemsche grondstoffen, benoodigd voor
(onze nijverheden, te ontlasten.
Welnu, ondanks dit alles, ondanks het
'gevaar dat eigen landgenooten bedreigt,
ondanks het ruineeren van Belgische nij
iVerheden en het benadeelen van Belgi-
'sc'ne arbeiders, ondanks het advies van
(den Hoogen Raad, zien wij onze Brus-
jselsch-Fransche liberale pers partij kie
zer voor Frankrijk en het voorstel van
'minister Liebaert bekampen.
1 Ne touchez pas a la reine! Frankrijk
mag ons stroopen, inag ons het vel van
de huid halen, mag bij middel van pro-
'hibitleve taksen zijne grenzen stuiten
voor onze nijverheid, we moeten ons dat
jalles laten welgevallen, we moeten ons
'zelfs vereerd gevoelen, dat Frankrijk zich
verwaardigd ons... te verwurgen.
"Niet Frankrijk heeft ongelijk: alleen
FEUILLETON.
Wat is het leven waard, zonder lief
de, geld en vriendschap? Zonder die is
1 [elke nieuwe dag een nieuwe pijniging.
'Bittere woorden.
De man, die deze woorden sprak, bleef
i,staan aan den kant van de. rivier. Hij
.was doornat van den vallenden stortre-
'|gen. De ijzige wind deed hem rillen van
'de koude.
Hij was nog jong. Hij zou knap ge
dweest zijn, indien ontberingen niet haar
sporen op zijn gezicht hadden gegroefd.
[Hij heette Paul North.
Een week geleden was hij uit de ge
vangenis ontslagen en de wereld had hem
(doen .voelen, dat hij overbodig was.
De dungekleede gebogen gestalte slen
terde doelloos langs de kade voort.
De electrische booglampen wierpen een
[helder licht over de rivier. Langzaam
rijpte in hem dat wanhopig besluit, dat
fin iemand opkomt, die gevoelt, dat hij een
luitgestootene is..
Nu! zeide .een stem in hem. Nu!
(Een sprong slechts en alles is voorbij.
[Paul North aarzelde, toen hij een rij
tuig hoorde naderen. Hij wendde zijn
doodsbleek gezicht om. Op dat oogenblik
liep iemand uit het rijtuig den koetsier
toe stil te houden. Een man sprong er uit,
liep op Paul North toe en legde een hand'
(o}p zijn schouder.
Zoo, zeide hij. Jij heet North, niet
waar? Dus je bent vrijgekomen. Arme
duivel! Stap nu maar in. Ik heb je reeds
geruimen tijd gezocht; ik heb iets voor
je te doen. Ik beloof je voor vanavond
fiep goed souper en eei| warm bed en 'p
het clericale ministerie is schuldig, want
het begaat die ongehoorde misdaad, "dat
schandelijke schelmstuk, éigen landge
nooten te durven beschermen.
Ons gouvernement van „dweepzucht
tige pijpekoppen", heeft slechte inzich
ten tegen Frankrijk schrijft de Etoile,
en met dit verstandig oordeel is alles ge
zegd.
Dus liever uitgeschud en uitgekleed
door de Fransche Loge-kwasten, dan
onze bevolking, onze handel en onze nij
verheid te zien beschermen door de Bel
gische regeering.
Zij die ons stroopen, zijn verlichte
mannen en onze regeerdersdweep
zuchtige pijpekoppen.
Héwel, héwel, 't is goed, dat het de
Franschen, maar zijn die ons dat Jap
pen", als de Duitschers hier, in eene
aanbesteding, 't werk weghalen, Staat
heel de Franco-Belgische pers in rep
en roerdan wordt onze nationale nij
verheid vermoorddan moet alleman in
de bresspringen om de Duitschers over
de grenzen te jagen.
Maar de FranschenDaar moogt
ge zoo van ver naar wijzen, ziet ge,
maar ze durven raken, handen thuis, of
ge zijt in den ban der Fransche genade.
Hoe manhaftig.
Frankrijk.
Geestelijke roepingen.
Een verblijdend nieuws komt uit Fran-
rijk. De „Reciuteinent sacerdo[al van
Maart 1910 meldt, dat de geestelijke roe
pingen, die de laatste jaren in Frankrijk
zoo schrikbarend achteruit gingen, thans
wederom toenemen. In tal van seminaries
neemt het aantal seminaristen aanzien
lijk toe. Te Orleans verklaart Mgr. Tou-
chet dat hij meer seminaristen heeft dan
ooit te voren.
Amerika.
De spoorwegstaking in de V. S.
De gedelegeerde voor arbeidszaken
Neil en Carter, president van de broe
derschap van stokers en machinisten, ver
klaren aangaande den uitslag van de he
den gehouden conferentie, dat er alle
reden is om aan ie nemen, dat de staking-
op de .Westerspoorwegen afgewend zal
worden.
Hongarije.
Het tumult in den Rijksdag.
Ter aanvulling van hetgeen Reuter he
dennacht reeds over de rumoerige zitting
van het Hongaarsche Huis van Afgevaar
digden gemeld heeft, ontleen en we hier
nog een en ander aan de berichten uit
Boedapest daaromtrent.
Het was gisteren de laatste maal, dat
het Huis zou bijeenkomen, daar het reeds
vroeger aangekondigde ontbindingsbesluit
in dieze zitting zou worden voorgelezen.
De vergadering was bijna voüallig. De
voorlezing van het Koninklijk besluit no
pens de ontbinding werd rustig aange
hoord.
To>en daarop de minister-president,
Khuen Hdervary het standpunt der re-
geering wilde verdedigen, veranderde plo-
seling het tooneel. Uit. de banken dei
Justh- en Kossuth.partij worden allerlei
vijandige kreten tegen den minister-presi
dent geuit. Er ontstond een geweldig ru
moer. Graaf Khuen kon zich niet ver
staanbaar maken en de zitting moest ge
schorst worden. Na de heropening ver
schenen alle ministers in de zaal. Dadeiijk
verhief zich een storm tegen Khuen.
„Wetsschender, er uit!" zoo klonk het
van verschillende kanten. Khuen, die geen
verstaanbaar woerd kon spreken wegens
het lawaai, naderde de tafel der stenogra
fen. Op dat oogenblik sprong de afge
vaardigde Eitner op hem af en duwde hem
flinke som geld over een paar dagen.
Kom mee!
Half verbluft stapte North in het rij
tuig.
Hij was stom van verbazing. Droomde
hij?
Hij staarde den man aan, die zoo
vriendelijk voor hem was.
Hij zag 'n knap uitzienden jongen man
forsch gebouwd, goed gekleed, wiens ge-
heele voorkomen den man van goede af
komst verried.
Na een rit van ongeveer een half uur,
hield het rijtuig stil.
North stapte het eerst uit, maar plot
seling deinsde hij terug, wajit hij zag op
geen veertig meter afstand de grijze mu
ren van de gevangenis, waaruit hij kort
geleden was ontslagen. Hij beefde over
zijn geheele lichaam.
O, hebben ze je daar opgesloten?
zeide de vreemdeling met vriendelijke
stem, nu we zullen je wel een hart onder
den liem steken.
Hij opende de deur van een deftig huis.
Spoedig was de gast van droge kleeren
voorzien en zat aan tafel, waarop een
souper gereed stond.
Op dat oogenblik werd de deur van de
gezellige kamer geoepnd en trad een
meisje binnen.
t--. Dit is mijn zuster, juffrouw Ella
Grevison, zeide Paul's gastheer, die zich
zelf voorgesteld had als Leo Grevison,
Ella, ik heb een vriend meegebracht, die
een' paar nachten bij pns zal logeeree,-
den heer Paul North.
North maakte een buiging. .Toen ging
hij weer zitten en meendey dat de ar
moede hem van zijn zinnen had beroofd,
dat hij hallucinaties had.
Want de blik van die prachtige! blau-
,wq pogeji, d;e jnneniem^e glimlach ya,q
op ruwe wijz£- weg. Dat was 't sein tot
een algémeene verwarring. Afgevaardig
den van de Justh-, Kossuth, en volks
partij stormden op de ministerstafel af en
er ontstond een formeel bombardement
met boeken, inktkokers, kortom alles wat
niet spijkervast was. Alle ministers en véle
afgevaardigden schaarden zich om den
minister-president om hem te bescher
men. De afgevaardigden Pozsgay Endrey
Zacharias en andéren drongen de be
schermers van Khuen op zij en zetten het
bombardement .voort. Het was een on
beschrijfelijke verwarring. Graaf Khuen en
graaf Serenyi, de minister van landbouw,
Ihadden e.'en bebloed gezicht. De voor
zitter ,Gal, schorste andermaal de zitting.
De beide gewonde ministers werden uit
de zaal geleid. Khuen was tamelijk ern
stig gewond boven zijn rechteroog en
Serenyi aan het voorhoofd. Een arts leg
de hun een verband aan.
Na de heropening der zitting, welke
de ministers niet bijwoonden, uitte de
voorzitter Gal zijn leedwezen over de
onwaaidige tooneelen, die waren voorge
vallen. De afgevaardigde Hentz verzocht
de afgevaardigden, die de ministers ver
wond hadden, zich op te geven. Daar nie
mand zich meldde, riep Hentz: „Jullie
lafaards!" Op een vernieuwd verzoek,
ditmaal van Apponyi, meldden zich de
afgevaardigden Zacharias, Eitner, Beek en
Hoffmann als degenen, die aan het bom-
batdement hadden deelgenomen.
De ministerraad heeft beslo'.en de schul
dige afgevaardigden te vervo'gen. Alle
bladen dringen aan op een strenge be
straffing der schuldigen. Alleen het or
gaan der Justh-partij tracht het gebeur
de te vergoelijken.
In den loop van den middag heeft
de Koning zijn oprecht leedwezen laten
betuigen aan de gekwetste ministers.
Er heerscht begrijpelijkerwijze veel op
winding in den lande over het gebeurde.
Ned.-Indië.
De Staatscourant heeft bericht, dat, blij
kens een uit Nederlandsch-Indië ontvan.
gen telegram in het Meulabohsche (West
kust van Atjeh en onderhoorigheden; zich
hebben gemeld 5 voorname bendehoof-
den, vele panglima's en 115 volgelingen.
Dit bericht kan ais zeer gunstig worden
beschouwd. De toestand in Meulaboh
werd toch de laatste maanden niet be
vredigend geacht, zoodat de bekende
kapitein Darlang in November van het
vorige jaar derwaarts werd gezonden, ten
einde een krachtig optreden tegen de
partij van verzet daar te leiden. Het ver
zet staat tei Westkust van Atjeh onder
ieiding van Teukoe Pidië, die toen het
hem wat benauwd werd gemaakt, al spoe
dig liet weten, dat hij met verschillende
hoofden der partij van verzet zich wilde
onderwerpen, echter onder zulke voor
waarden, dat er niet in getreden kon wor
den. Uit Ti brief van T. Pidië aan de oele-
ëbalangs geiicht, bleek, dat in Meulaboh
de meening heerscht, dat de Compenie
we! weer van gedragslijn zou veranderen
als ze maar volhielden.
In het midden van de maand Januari
van dit jaar kwam het, destijds in ons
blad medegedeelde, bericht, dat een ge
deelte van een patrouille, elf man, per
prauw een zijrivier van de Kroëng Boe
bon opvoeren, en de prauwvoerder, die
in complot met de djabats waren, de boot
deden kantelen juist ter plaatse waar de
vijand een hinderlaag had gelegd'. De sol
daten, die allen te water geraakten, tracht
ten zoo spoedig mogelijk den oever te be
reiken, maar vielen daar in handen van
den op de loer liggenden vijand. Slechts
twee man, waarvan een nog gewond, wis
ten te ontkomen.
De gouverneur van Atjeh is op het ver
nemen van deze tijding, dadelijk naar
Meulaboh gegaan en heeft de noodige
die roode lippen, hadden zijn hart in
vuur en vlam gezet.
North gevoelde terstond, dat hij dat
meisje nooit zou vergeten. Hij vergat al
zijn ellende en wanhoop. Een lieftallig ge
zicht had hem plotseling weer hoop op
een gelukkige toekomst gegeven.
Toen de maaltijd afgeloopen was, ver
wijderde Ella zich.
Steek nu een sigaar op, begon Gre
vison toen, en luister. Ik ken je, zooals
je zult bemerkt hebben. Als je het gor
dijn van dat venster opent, dan zal je op
een afstand van niet meer dan dertig me
ters de wandelplaats van de gevangenis
zien. Ik heb je daar gezien, eiken dag.
Ik heb je bespied, omdat ik wist, dat
ik eens je hulp zotu noodig hebben. Een
van je medegevangenen was een man,
Ottaway genaamd, nietwaar
Juist hij was in de cel naast de mijne.
ZooEn weet je waarom hij in de ge
vangenis zit?
Neen, dat weet ik niet.
Nu, ik weet het, maar daarmee wil ik
je niet lastig vallen. Het is mij voldoende,
wanneer ik je zeg, dat Ottaway mijn be
diende was. Hij is een flinke kerel, heeft
mij menigen goeden dienst bewezen en
mij trouw en eerlijk gediend, totdat het
ongeluk hem achterhaalde. Kortom, Ot
taway moet ontsnappen en wij moeten
hem daartoe de gelegenheid openen.
North was stom van verbazing. Zooiets
had hij in het geheel niet venvacht.
Op den dag dat Ottaway ontvlucht, zal
ik je honderd pond sterling betalen als
belooning voor je hulp,- ging Grevison
voort Vertel mij nu eens alles over de
leefwijze, die in de gevangenis wordt ge
volgd en over de gewoonten en regels die
daar heerschen.
Nuu'th ye^elde hem aljes, wat hij wist.
maatregelen getroffen, om aan het verzet
daar spoedig een einde te maken. De
troepencommandant te Meulaboh beschik
te daarvoor over een vijfhonderd man aan
marechaussee en infanterie.,
Naar hetgeen nu gemeld is, is er aan
vankelijk wel succes bereikt, al liepen
er reeds geruimen tijd geleden geruchten
over plannen tot onderwerping van vele
djahats. Die plannen moeten niet ten uit
voer zijn gelegd, omdat een patrouille op
een groot aantal uitgewekenen, die zich te
Meulaboh wilden komen melden, is ge-
stooten, waardoor die menschen hun
nemen opgaven en naar alle zijden ,een
goed heenkomen hebben gezocht.
Intusschen schijnt T. Pidië, de man die
er, naar het h eet, op snoeft, dat hij aan
het hoofd van 600 krijgers staat en het
hoofd der moslemen is, die verder drie
maanden gaf aan het gouvernement, om
zijn hooger genoemde voorstellen te over
wegen, zich nog niet onderworpen te heb
ben. Maar wat niet is, kan komen. De lei
ding van onze actie is in Meulaboh aan
uitstekende handen toevertrouwd.
Het vrije woord.
Zondag hebben de Amsterdamsche so
ciaal-democraten „voor de neutraliteit
der openbare school" gedemonstreerd'.
„Vijf zalen overvol", schrijft het socia
listische dagblad, dat van deze open
bare bijeenkomst van den Bond van Ned'.
Oiide wijzeis breedvoerig verslag geeft.
Het slot van dit verslag is het inte
ressantst. Het leert ons hoe dezelfde
lieden, die den mond vol hebben over
het zoogenaamde machtsmisbruik door
de meerderheid van de Tweede Kamer,
in de voornamelijk door hen bezochte
vergaderingen „het vrije woord" ado-
reeren.
Gelijk zoo de gewoonte is, was voor
af een klinkende motie klaargemaakt.
Daar moest natuurlijk over gestemd wor
den, wat natuurlijk een pure comedie is,
men weet wel vooraf wtelk vleesch
men in de kuip heeft.
Zóó weinig geloofde men zélf aan het
karakter eener motie, dat amendementen
voorgesteld door -een lid' der S. D. P.
(de afgescheiden Marxisten) niet alleen
niet konden worden aanvaard, maar dat
de voorsteller zelf het woord niet ver
krijgen kon.
Er staat in „Het Volk"-verslag
„De gansche zaal protesteert, door
roepen en fluiten, zoodat Man-
noury zich niet verstaanbaar
kan make n".
Dat is nog een weinig anders dan in
onze Tweede Kamer. De rechterzijde
heeft den heeren gedurende twee dagen
zonder eenige verhindering laten pra
ten. Eerst daarna volgde de sluiting der
debatten.
De heeren doen in hun eigen vergade
ringen veel minder royaal, zij beletten
hun tegenstanders eenvoudig om zich
verstaanbaar te maken.
Heeft „Het Volk" daarover nu soms
ook een arlikel van woede, gelijk over
de Kamer-beslissing?
Weineen
„Daar zijn ze veel te groote Fari
zeeërs voorzou de heer Duys zeggen.
(Ned.)
Accijns op het gedistilleerd.
In Februari heeft de verhooging van
den gedistilleerd-accijns, een zeer aan
zienlijke som in de schatkist gebracht.
Enkele bladen hebben over die ver
meerdering beschouwingen geleverd en
rekenden na, dat de voorspellingen van
den Minister omtrent de vermindering
van drankgebruik en de verhooging van
opbrengst precies uitkwamen.
De ander wreef zich in de handen van
genoegen.
Het schijnt mij toe, zeide hij, dat een
kleine stalen vijl wonderen zal verrichten,
speciaal in de handen van een man als Ja
mes Ottaway. Ja, ik geloof dat hij met be
hulp van zulk een instrumentje er in zal
slagen te ontvluchten. Wij moeten er voor
zorgen, dat hij die vijl in handen krijgt.
Onmogelijk! zeide North met nadruk.
Hoe zou u dat klaarspelen?
Met behulp van dit, zeide Grevison,
lachend, terwijl hij een langwerpig stalen
voorwerp uit zijn zak te voorschijn haal
de.
Een windbuks? riep North uit, denkend
dat hij met een krankzinnige te doen had.
Juist! Een bijzonder krachtige wind
buks.
Maar nu geen vragen meer. Je bent
vermoeid. Ik zal je je kamer wijzen. Mor
gen zullen wij verder zien.
Uitgeput door de ontberingen der laat
ste dagen, sliep Paul North weldra in.
In zijn droom verscheen hem weer het
gezicht van de vrouw, die op dien avond
voor altijd een plaats in zijn leven had
ingenomen.
Paul Nort sprong uit het bed. Hij had
een gat in den dag geslapen en een ryth-
misch geluid), dat hij jnaar al te goed
kende, had hem gewekt. Van uit het ven
ster zag hij hen, eenige honderden ge
vangenen ,die op de wandelplaats in twee
rijen op en neer liepen, onder hoede van
een groot aantal bewaarders.
North wajs juist gereed met zijn toilet
toen Grevison binnentrad.
Ik wilde je niet komen storen, zeide
hij na eenige deelnemende vragen. Maar
nu moiet het eerste gedeelte van onze
taak volbracht worden, met de windbuks,
gie eens uit het venster. Zie je Ottaway
Daartegen komt een blijkbaar deskun;-
dige in ide N. R. Ct. op. Deze schrijft:
„Het resultaat, dat dit middel in
Februari zoo ruim gevloeid heeft, is.
eenig en alleen een gevolg van de|
op 10 Februari plaats gehad hebbende
aanzuivering van al het gedistilleerd,;
dat op 10 December in grooter hoet-
yeelheid dan van 25 liters in likeur
stokerijen, slijterijen, tapperijen en bij
particulieren aanwezig was, alsmede
op de voorraden alcohol, hetzij bet-,
[werkt of lonbewerkt, bij apothekers,
laboratoriums, parfumerie-fabrieken j
enz. De zeer ruime opbrengst van den'
alcoholaccijns over Februari is dus uit
sluitend een gevolg van de navorder
ring van de verhooging van dit midi-
del, waarbij art. 3 van het betrekke}-
lijk wetsontwerp bepaalde, dat die ver-
hooging binnen 2 maanden na het in
werking treden moest worden betaaldl
Er is helaas alle reden te vreezeen',-
dat als blijvende versterking van ;s
rijks inkomsten dit middel op den duur
veel teleurstelling zal geven, daar in
de vakkundige kringen de afneming
van het verbruik nu al reeds op ruim
30 pCt. wordt geschat".
Deze inzender spreekt er al net over
als die voor eenigen tjjd in het „Hbl."'
aan het woord was, en schijnt ook de
vermindering van het verbruik te ber
treuren. Dat doen w ij niet, zegt d e
„Standaard". Al heeft dan de schatkist
een tegenvaller, de volkswelvaart zal er
zeker bij winnen, wanneer inderdaad1 het
drankgebruik met 30 pCt. vermindert
En als er meer volkswelvaart is, komt
dat ten slotte in de schatkist "ook wel
terecht.
De Prins Willem II.
Bij de directie van den Kon. West-Ind.
Maildienst is bericht ontvangen, dat op.
Belle lie twee lijken zijn aangespoeld.
Een er van is afkomstig van het vergane
Belgische stoomschip Bulgarie. Het an
dere is inog niet herkend.
Een vertegenwoordiger van den K. W\
I. M. is derwaarts vertrokken.
Voorzitter den heer P. P. Kleijn, bur
gemeester.
Tegenwoordig: alle leden.
De voorzitter opent de vergadering met
gebed en trekt no. 1 voor de orde van
woordvoering (de heer van der Geest).,
Ingekomen waren.
Missive van Ged. Staten, vermelden
de dat een verzoek van eenige ingezetenen
omtrent grensscheiding was ingekomen.
2. Verzoek van J. Bakker en 15 anders
om hunne kinderen te Alkemade ter
school te mogen zenden.
3. Missive Ged. Staten, om op het be
sluit omtrent schoolgaande kinderen aan
den hoek van Roelofai endsveen terug te
komen.
4. Idem, dat de klacht van A. Hoogen-
doom omtrent hoofdomslag ongegrond
was.
5. So'.licitatiën hulp-brugwachter.
6. Ontslag aanvrage hoofd openbare
school Hoogmade.
7. Verslag Herhalings - onderwijs
(klacht dat er zoo weinig gebruik van ge
maakt wordt.)
8. Proces-verbaal kasopneming ontvan.
ger.
9. Verslag commissie van schoolverzuim
(109 prijzen uitgereikt, weinig verzuimen.
Lof aan Ouders te Hoogmade voor het
trouw schoolbezoek hunner kinderen)
10. Mededeeling dat den verkoop boo-
men in de Kerkbuurt f 16. hadden opge
bracht.
Alsnu kwam aan de orde A: Benoeming
van leden tot wering van schoolverzuim
Alle aftredenden, zoowel te Woubrugge
als te Hoogmade werden weder herkozen,-
Ja, hij loopt in de rij het dichtst aan
den buitenmuur, tusschen dien grooten
kerel en....
Juist, nu ga ik op hem schieten,
Wat wilt u doen?
Op hem schieten! Zie je dezen pijl,
die precies in den loop past? Je bemerkt
dat het uiteinde omwonden is met een ge
len zijden draad, om de pijl in de goede
richting te houden. Welnu, onder dien
zijden draad bevindt zich een klein stukje
dun papier, waarop het volgende bericht
staat
„Een vijl ligt tusschen het bed chrysan
then. Morgen, bij de wandeling, moet je
een flauwte voorwenden en in het bloem
perk neervallen om de vijl op te rapen.
Ik kom één uur na middernacht. L. G."
Is dat duidelijk?
Ik begin er iets van te begrijpen.
U zinspeelt op het bloemperk aan den
buitenmuur gelegen
Juist.
En ligt daar een vijl tusschen de
bloemen
Neen. Maar gij moet vanavond Tip
den muur klimmen en daar oen vijl neer
gooien.
North werd bleek.
U vergeet, dat ik' juist uit de gevan
genis ontslagen ben, fluisterde hij.
Ik herinner mij, dat ik je gisteren
avond voor zelfmoord gespaard heb,
Deins maar niet terug, ik weet het. Ik
herinner mij, dat je mijn gastvrijheid hebt
aangenomen, dat ik je vanavond honderd
pond sterling zal uitbetalen. Ben je nU
al een lafaard?
Neen, neen. Alleen maar denk eens,-
dat uw doel mist? Ik veronderstel, dat
u liet plan heeft dien pijl in Ottaway's
kleeren te schieten. Maar wanneer umist
ei\ eefa ander treft..., (Slot vólgt.)