BUITENLAND.
Yolanda.
Uit Stad en Omgeving.
Ie Jaargang.
No. 143.
Bureau OUDE SINGEL# 54, LEIDEN.
Interc. Telefoon 935. Postbus 6.
DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN.
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering
en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 9 cent per week,
1.10 per kwartaal; bij onze agenten 10 cent per week, 1.30 per kwartaal. Franco
per post f 1-50 per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 21/, cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent.
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 15 regels f 0.75, elke regel meer 15 cent:
ingezonden mededeelingen van 15 regels 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis
bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte.
Kleine Advertentiëngevraagde betrekkingen, huur en verhuur, koop en verkoop
(geenhandels-advertentiën) 15 regels 25 cent, iedere regel mee 5 cent; aangeboden-
betrekkingen 15 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
V Patronaatswerk.
Het is al zoo vaak gebeurd, dat wij,
Katholieken, van anderen moesten leer
ren, dat het niet anders dan goed kanl
doen, wanneer we zien, hoe anderen eens
bij ons in de leer komen.
Dit is ihet geval ten opzichte van het
;werk der patronaten, dat door.... so-
ciaal-demokraten ten voorbeeld wordt
gesteld.
De afdeeling Gouda der S. D. A. P.
Zal op het a.s. socialistencongres een
voorstel doen in zake „jeugd-organisa-
tie," waarbij zij de volgende toelichting
geeft: i
„Gouda meent, dat wij de jongej-
lieden, zoo mogelijk, dadelijk v,an
school bij ons moeten krijgen, om hun
dnteilectieele ontwikkeling niet te on
derbreken, wat het geval zou zijn wan
neer zij komen na reeds sedert een
paar jaar de school te hebben verla
ten. Zij hebben dan veel vergeten en
zijn allicht eenigermate verwilderd.
De kerkelijke partijen trachten de
jeugd onmiddellijk na den schooltijd
onder hun invloed te houden. Dit
voorbeeld moeten we, voorzoover mo
gelijk, volgenbij ons zou 't dan niet
altijd zijn „houden",-maar „krijgen".
In elk geval moeten we zooveel mo
gelijk trachten hen op dien leeftijd uit
de handen der kerkelijken te houden."
Een behartigenswaardige les ligt hier
in voor ons opgesloten, de les n.l. om on
ze patronaten wel in eere te houden en
er een druk gebruik van te maken.
De sociaal-demokraten zullen ons voor.
beeld gaan volgen en gaan trachten om
de jeugd onmiddellijk na den schooltijd
onder hun invloed te krijgen, en de kin
deren „uit de handen der kerkelijken te
houden."
Daartegenover dient, nu er gevaar kan
dreigen, onzerzijds de actie verdub
beld, om al onze kinderen te brengen in
onze Patronaten.
Frankrijk.
Het liquidateur-schandaal.
Van de wijze, waarop Duez te werk
ging, vinden we nog het volgend staaltje
in een Fransch blad:
Een hoog functionaris werd belast met
de d riemaandelijksche controle van de
rekeningen van Duez. Hij ontbood dus
den liquidateur en deze kwam. Maar hij
trachtte er met zoete woordjes af te ko
men, om zoodoende de zaak op de lange
baan te schuiven. Maar de controleur
was niet mak en eischte, dat Duez reke
ning en verantwoording zou geven.
Inderdaad klopte dan ook eenige dagen
later, toen de advocaat-generaal in zijn
kabinet zat, de deurwaarder, die de deur
van dat kabinet zorgvuldig bewaakte, aan,
en zeide, dat Duez 'r was, maar dat hij
onmogelijk kon binnentreden.
De hooge functionaris vond 't wel een
beetje beneden zijn waardigheid om den
bezoeker op straat te gaan ontvangen,
FEUILLETON.
37)
De oude dame sloeg haar beide mooie,
witte handen ineen. „Mijn God", riep zij
pit, „,hoor ik goed? Mijn zoon heeft geen
secretaris van dien naam, hij heeft zelfs
sedert jaar en dag geen secretaris meer,
sedert de laatste die dien post bekleedde
sr- Bellini genaamd hem op zeer on
aangename wijze moest verlaten."
Zij hield op, want mijn bleek gelaat,
waaruit iedere druppel bloed verdwenen
was, moest haar wel zeggen, hoe diep
ik getroffen was. Het werd mij akelig
koud om het hart, het scheen mij alsof
de oude dame uit de verte tot mij sprak.
„Ik weet niet wat ik er van denken
tnoet", hoorde ik haar voortgaan. „En
deze doctor Marino heeft zich inder
daad als secretaris van mijn zoon voor
gesteld? Arm kind, 9c vrees, ik vrees,
dat wij hier met een indringer le doei
hellen, die u onder valsche voorwend
sels genaderd is
uM,aar Danieli beproefde ik met
maar volgde den deurwaarder toch ten
slotte, de trap af, naar buiten.
Op het trottoir stond Duez op hem te
wachten, heel fijntjes glimlachende, en,
komiek-deftig zijn hand uitspreidende
wees hij hem een ezel, ja, een heel lief,
aardig ezeltje, gespannen voor een rij
tuigje, dat vóór het trottoir stond en vol-
beladen was met stukken.
Ziehier, mijnheer de advocaat-ge
neraal, mijn maandelijksche rekening, zei
de vroolijke liquidateur, hem den ezel,
het rijtuigje, en de er in opgestapelde
stukken toonende.
Of de rekening werd nagezien, is niet
bekend.
Maar Duez vond, dat hij dat zoo aar
dig had klaargespeeld, dat hij het de
volgende drie trimesters ook deed; en
daar arbeid, en vooral zulk een ingeni
euze arbeid, moet beloond worden, dien
de hij de vierde maal een rekening voor
deze vier karweitjes in, ten bedrage van
24.000 francs.
Op het parket vond men dat toch
wel een beetje erg.
Maar nu moet de lezer vooral niet den
ken, dat de rekening daar verscheurd
werd; neen, ze werd alleen een beetje
verminderd, en Duez kreeg niet meer
of minder dan 6000 francs.
Naar nog medegedeeld wordt, meent
de rechter van instructie, dat Duez, vóór
hij gearresteerd werd, nog gauw eenige
reusachtige sommen bij banken in Brus
sel, Londen en New-York gedeponeerd
heeft; tot die sommen zou o.a. behoo-
ren een bedrag van één millioen zeven
honderd duizend francs, dat afkomstig is
van den verkoop van het Stanislas-college.
De rechtbank te Nancy heeft Vrijdag
uitspraak gedaan in het proces van de
onderwijzersvereenigingen tegen den
aartsbisschop mgr. Turinaz. Zij meende
dat de brief der prelaten de onderwijzers
individueel benadeeld had, maar achtte
de onderwijzersvereenigingen op juridieke
gronden niet bevoegd om in deze voor
de onderwijzers op te treden en ver
klaarde haar dus niet ontvankelijk in
haren eisch tot schadevergoeding.
Engeland.
De staatkundige toestand.
Van buitengewoon belang acht men
het officiëele communiqué dat Zaterdag
avond is uitgegeven en waarin wordt
verklaard, dat de liberale whips ijverig
bezig zijn met toebereidselen voor de
verkiezing en dat de liberalen den strijd
zullen aanbinden om eiken zetel van de
oppositie.
Men gelooft, dat de .regeering het niet
langer mogelijk acht aan de moeilijk
heden het hoofd te bieden en dat bin
nenkort een beroep op het volk zal
worden gedaan.
Oostenrijk.
De „Reichpost" bevat een officieel
manifest „aan het Christelijke Duitsche
volk van Oostenrijk", waarin in hoogge
stemde woorden uiting wordt gegeven
aan de gevoelens die Luegers partijge-
nooten beroeren.
„Onze geliefde, éénige leider is niet
toonlooze stem tegen te werpen.
De marchesa schudde het hoofd. „Ja
wij moeten Danieli natuurlijk vragen",
zeide zij, „maar ik vrees, dat de oude
man zich dadelijk laat beetnemen zoodra
iemand uit naam van mijn zoon komt.
Dat is eene leelijke geschiedenis! Kunt
gij mij niet eene beschrijving geven t—
hoe hij er ongeveer uitzag?"
De vreeselijke, ijzige hopeloosheid, die
zich van mij had meester gemaakt, en mij
een oogenblik sprakeloos deed zijn, loste
zich langzamerhand op in eene smarte
lijke bittere pijn. Ik had geen recht aan
de woorden der marchesa te twijfelen,
want zij wist beter dan ik of haar zoon
een secretaris had of niet, en wat de ge-
heele zaak reeds allen grond ontnomen
had, was Marino's spoorlooze verdwij
ning, em het feit dat ik sedert drie dagen
geen enkel bericht van hem ontvangen
had. Had een oogenblik te voren eene
ijzige koude zich van mij meester gemaakt,
nu stroomde alle bloed met geweld naar
mijn hart terug, en het liefst was ik in
tranen uitgebarsten, maar de eenmaai
geleerde zelfbeheersohing verlaat iemand
niet zoo gauw.
„Mevrouw", zeide ik na een korten,
maar piet minder hevjgqn strijd met jnij
meer maar zijn ideeën leven, zijn ideeën,
die hij als een Croesus van den geest
met kwistige hand heeft uitgestrooid in
alle streken van ons vaderlandzijne
ideeën, die wortel schoten en duizendvou
dige vruchten droegen
„Aan ons :s het nu, in onverbreekbare
trouw aan onzen leider vast te nouden,
zijn denkbeelden te schragen, als zijn
apostelen uit te gaan om zijn werk te
voleinden."
Dr. Luegér werd nooit tot leider ger
kozen, zegt het manifest, hij was het.
Maar nu moet er een nieuwe leider we
zen. De dankbaarheid gebiedt prins Alois
van Liechtenstein als zoodanig uit te roe
pen. Hij zal het schiltf^piegelblank be
waren, hij staat borg, dat van Lueger's
koers geen haarbreed afgeweken worden
zal.
De Weener correspondent van de
„Köln Volkszeitung" meldt, dat het blij
ken zal, dat de dood van Lueger aan
de éénheid onder de Christelijk-socialen
niet in het minst geschaad heeft. „Even
als de doode Cid den zijnen eön |nog
schitterender overwinning bezorgt dan
de levende, evenzoo zal de doode Lue
ger pas goed de leider van het chris
telijk Oostenripc zijn en aan de tegenstan
ders der Christelijk-socialen veel te doen
geven." De verkiezing van Dr. Gess-
mann, Lueger's ouden vriend, tot leider
der Christelijk-sociale parlementaire club
was, meldt de Weener correspondent van
het genoemde blad, door prins Lichten-
stein als voorwaarde gesteld voor zijn
optreden als leider der geheele partij. Op
voorstel van "Dr. Gessmann is besloten
een Rijks-partijdag voor te bereiden.
Rusland.
In de Rijksdoema, bij de behandeling
van de onderwijs-begrooting, heeft Poe.
risjkewitsj gezegd, dat de hoogescholen
plaatsen van zedenbederf zijn. Een onge
looflijk lawaai brak er toen bij de linker
zijde los; een sociaal-democraat riep:
Schurk!; een lid van de uiterste rechter
zijde antwoordde op dien uitroep. Daar
op werden beiden voor twee vergade
ringen geschorst. Een lid der arbeiders
groep zei, het met de geschorsten eens
te zijn en werd daarop voor vijftien ver
gaderingen uitgesloten. De sociaal-demo
craten verklaarden na elkaar, dat zij Poe-
risjkewitsj niet verder zouden laten spre
ken .Zij werden achtereenvolgens voor
een vergadering geschorst, De leider der
kadetten Miljoekof kwam daartegen op,
en werd eveneens voor een vergadering
uitgesloten. De groep der kadetten ver
klaarden zich één met Miljoekof. De ver
gadering werd daarna geschorst.
Na de heropening trachtte Poerisjke-
witsj verder te spi eken, en las, onder oor-
verdoovend geschreeuw der linkerzijde en
gekraak van brekende deksels van lesse
naars, van een blad papier, dat hij ten
slotte aan de stenografen toewierp, waar
op hij onder oorverdoovende toejuiching
der rechterzijde en groot lawaai der lin
kerzijde, de tribune verliet. Daarna werd
het rustig, en ging het Huis over tot
behandeling van de dagorde.
Uit Petersburg wordt aan de „Times"
medegedeeld, dat de onderhandelingan
zelf, die zijne sporen helaas had nagela
ten in mijne bevende stem, „bespaar mij,
een signalement te geven, dat voor u toch
nutteloos is, en mij ten minste op het
oogenblik meer pijn zou doen, dan ik u
zeggen kan. Uw woord moet mij vol
doende zijn maak de maat uwer goed
heid voor mij vol, door dit onderwerp
ook als afgedaan te beschouwen
„Hoe zou ik dat kunnen, daar ik veel
voor u voel?" viel de marchesa mij in
de rede. „Gij behoort tot mijne huishou
ding, en het is mijn plicht te onderzoeken,
wie zich onder den naam van dokter Ma
rino en Secretaris van mijn zoon bij u
heeft ingedrongen en u het beste geno
men heeft, wat gij hebt: Uw hart Gij
moet mij zeggen, hoe de man er uitzag
misschien zoo?"
En zij wees over mij heen naar het an
dere eind der kamer.
Onwillekeurig wendde ïk mij om en t—
en daar stond hij, Marino, in volmaakt
.avondtoilet, een gardenia in het knoops
gat en in de rechterhand een bouquet
prachtige rozen.
„Ruth"zeide hij met zijn onweerstaan-
baren glimlach.
Maar de reactie was te veel voor mij
|de kfltner begon met mij |n de rogdte
over een toenadering tusschen Rusland
en Oostenrijk geleid hebben tot beider-
zijdsche erkenning van den- status quo
in den Balkan.
Rusland had aanvankelijk den eisch
gesteld, dat een desbetreffende verklaring
aan de mogendheden zou worden gezon
den, daartegen verzette Oostenrijk zich
echter en Rusland heeft zich laten over
reden aan de Donaumonarchie in deze
ter wille te zijn, nu de wijziging in de
Bulgaarsch-Turksche verhoudingen toch
gegronde hoop geeft voor een ongestoor
de vreedzame ontwikkeling van de Bal-
kanstaten.
Italië.
De Vatikaansche financiën.
De doorgaans goed ingelichte Romeiri-
sche correspondent van het „Hbl. van
Antwerpen" heeft een bespreking gewijd
aan den niet rooskleurigen toestand der
Vatikaansche geldmiddelen.
iWe ontleenen aan d,eze beschouwing
het volgende:
„De financieele toestand van dein H.
Stoel, schrijft hij, boezemt de grootste
onrust in op het Vaticaan. Men voelt de
terugwerking van hetgeen verleden jaar
gedaan is door de Katholieke wereld,
bij gelegenheid van de aardbeving. Zes
millioen zijn toen bijeengebracht en ge
bruikt om de slachtoffers te helpen, op
even gewetensvolle als doelmatige wijze.
Maar tal van bisschoppen hebben ten ge
volge daarvan aan den H. Stoel laten
weten, dat zij dit jaar niet in staalt zou
den zijn de gewone bijdragen te leveren
voor den St. Pieterspenning. En ook bij
de Congregatie der Propaganda blijven
de inkomsten beneden die van verleden
janr. i
„Indien men bedenkt dat bij bedoelde
zes millioen Pius X nog een millioen
heeft bijgelegd, die genomen waren uit
de gewone middelen van den H. Stoel,
dan zal men gemakkelijk begrijpen, dat
de Pauselijke financiën zich in een moei
lijken toestand bevinden.
„Van den anderen kant staat de H.
Vader 'voor een onvermijdelijke verhoor
ging van uitgaven, door de volgende
omstandighedenÓp het Vaticaan zijn
een groot aantal onmisbare bedienden,
wier jaarwedden tot dusver gebleven,
waren, zooals Pius IX ze had vastge
steld, buiten alle verhouding dus met de
tegenwoordige levensomstandigheden.
Vele dier bedienden ontvangen niet meer
dan 1000 liren. Er moesten maatregelen
worden genomen om hierin te voorzien.
De Paus heeft daartoe in het Vaticaan
een groot gebouw laten oprichten, be
stemd om de bedienden te huisvesten,
hetgeen natuurlijk veel geld gekost heeft,
en zwaar heeft gedrukt op de Pauselijke
financiën.
Als verdere oorzaak van den slechten
financieelen toestand van het Vaticaan
wordt dan nog door den correspondent
de groote liefdadigheidszin van den Paus
genoemd, die reeds als kapelaan en pas
toor met recht de vader der armen ge?-
noemd werd.
Daar komt ttan nog bij de treurige
toestand der bisdommen in Italië.
„Deze zijn minstens 250 in getal,
waarvan de meeste zeer arm zijn. Veel
te draaien, en op eens zag ik niets meer.
Toen ik weer bij kwam, lag ik in den
groeten, gemakkelijken leunstoel der
marchesa, die mijn voorhoofd en slapen
met eau de cologne wiesch, en Marino
wreef en kuste mijne koude, willoos in de
zijne liggende handen.
„Droom niets dan een droom",
mompelde ik.
„Neen, werkelijkheid zeide de oude da
me en streelde mijn heer, Arm ding
wat verwijt ik mij mijn mooi uitgedacht
plan! Ja, kijk hem maar aan, uw dokter
!Marino een bedrieger is hij toch, dat
slechte mensch. Wel is waar, op den ke
per beschouwd hij heet Marino en is
doctor in de philosophic, gepromoveerd
te Bologna, en secretaris is hij ook; maar
bij zich zelf, want eigenlijk heet hij Ma
rino della Spada, en hoe zwaar het mij
ook moog vallen, ik moet het toch beken
nen, de deugniet is mijn zoon!,,
Ik sloot de oogen, want het duizelde
mij.
„Ruth, kan je mij vergeven?" hoorde
ik Marino's stem dacht aan mijn oor. „ZLe,
aanvankelijk had ik werkelijk niets in den
zin dan onbekend en ongezien het raad
sel der Ca'Spada te onderzoeken, en je
kwjyn mij daarvoor eigenlijk verschrikke-
bisschoppen trekken niet meer dan 5
tot 6000 lires honorarium van de regee
ring, en daarmee moeten zij voorzien,
niet alleen in hun eigen behoëften, maai^
ook 'in die van hun kapittel. Wanneer
zij niet meer weten waarheen zich in hun;
nood te wenden, gaan zij tot den Paus
die, voor verscheidene, niet alleen Paus
is, maar ook de aartsbisschop van hun
provincie en voor allen de primaat van
Italië. j
„Onlangs nog smeekte een bisschop*
die geen uitkomst meer wist, den Paus
om hulp. Hij kreeg van den Paus 2000
lires. De bisschop viel op de knieën om
hem te bedanken. j
„Voorts laat de toestand van de meestq
bisdommen niet toe pensioenkassen te
stichten voor de priesters, die oud en
ziek geworden zjjn, en zoo nemen pok
zij hun toevlucht tot den Paus.
Kortom, het is een treurige toestand.
LEIDEN, 21 Maart.
De heerJ. Brouwer adspirant-reserve-
offiier van Gezondheid bij het 4e Regiment
Infanterie alhier is ontheven van zijne
verbintenis als zoodanig en bij Kon. Be
sluit benoemd tot reserve-officier van ge
zondheid 2e klasse bij het personeel van
den geneeskundigen dienst der Land
macht.
De le Luitenant J. H. C. P. Brandt
van het 4e Regiment-Infanterie alhier
wordt 23 Maart a.s. overgeplaatst bij de
nieuw op te richten le Compagnie Wiel
rijders te Nieuwersluis.
Tot. deskundige bij het examen voor
de gewone hulp-acte l.o., dat te Haarlem
gehouden zal worden is o.m. benoemd
de heer M. van Wamelen, hoofd eener
openbare school alhier, voor kennis der
natuur en voor het examen, dat te Am
sterdam, zal wordeu afgenomen zijn o.a.
tot deskundige benoemd de heeren W.
Knoops, hoofd eener openbare school alhier
van opvoed- en onderwijskunde, en M.
van Wamelen, idem, voor kennis der
natuur.
Bij Koninklijk besluit is benoemd
tot gedelegeerde van de Nederl. regee
ring bij het in Augustus 1910 te Gra2
te houden VlIIste internationaal congres
voor zoölogie, buiten bezwaar van 's
rijks schatkist, dr. G. C. J. Vosmaer*
hoogleeraar aan de rijksuniversiteit al
hier.
Bij beschikking van den mini-sta
van binnenlandsche zaken is, met ii*
gang van 1 April, benoemd tot amanu
ensis 2e klasse bij de oogheelkunde aan
de Rijksuniversiteit alhier H. Brouwer*
thans bediende alhier.
Detachementen van het 4e reg. inf.
zullen van 18 tot 28 Mei deelnemen aan
de schietoefeningen op uitgebreide schaal
in de legerplaats bij Harskamp.
r— Bij den dienst der directe belas
tingen enz., wordt met ingang van 16
April verplaatst van inspectie Leiden naar
die van Nijmegen, J. Edel, rijksklerk 3e
klasse.
lijk ongelegen ik verwenschte het idee
mijner moeder, die je juist hierheen zond*
en ik bezwoer het geheele personeel hier
in huis op straffe van ik weet niet wat*
wanneer iemand maar met een enkel
woord verried, dat ik er was en wie ik
was. En tloen kreeg ik den inval ook
verder voor je te schijnen waarvoor ik
mij had uitgegeven, want ik had reeds
heel spoedig tot mij zelf gezegd: Die of
geenmaar toen wilde ik toch ook
probeeren of de arme, afhankelijke doctor
Marino dezelfde kansen had als de veel
begeerde goudvisch, Zijne Excellentie de
marchesa della Spada. En Goddank hij
had ze?"
„Jawel", viel de marchesa in, „maar
Zijne Exellentie de marchese della Spada
is een romantisch dwarshoofd en in het
geheel niet waard' dat verstandige men-
schen zich met zijn geluk willen bemoeien*
Daar "komt mij dit vreeselijke mensch hals
over kop naar Weenen en vertelt mij*
dat h ijzich' verloofd heeft, en met
wie? Met mijne juffrouw van gezelschapI
En Juist nu ik zoo'i*
aardig, klein prinsesje voor hem uitgt*
zocht hadl
{Wo ii ïêivolgd),