Yolanda. BUITENLAND. BINNENLAND. Tweede Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van 21 Februari. Uit de Pers. De neutraliteit der openbare school. In haar nummer van Zaterdagavond ■bespreekt ook „De Maasbode" de quaes- tie der politieke neutraliteit in verband met de bekende Rotterdamsche nota, en het blad komt tot dezelfde conclusie als &vij, waar hert schrijft: „Maar even logisch en consequent meent Ossendorp, met de wet in de hand, dat die neutrale wet, die op het stuk van godsdienst neutraal wilde zijn, nu ook op politiek gebied neutraal moet wezen. Zoolang nu deze heer Ossendorp, in plaats van het door hem opgeruimde dog ma van het Koningschap nu maar niet het .socialistisch dogma in de kinderhoofden inpompt, en absoluut neutraal blijft ook op politiek gebied, kan men hem met de fivet in de hand niets maken. De strenge logica van den Rotterdam- schen burgemeester komt hier in botsing met de even strenge logica van Ossendorp. De wet deugt dus niet. Wil men zich derhalve wettelijk vrij jaren tegen dergelijke revolutionaire the orie op school, dan dient in de schoolwet duidelijk en met klare woorden geformu leerd, dat ieder openbaar onderwijzer po sitief liefde en eerbied voor het Koning schap en voor Oranje aan de kinderen .hebben in te prenten. Maar dan hebt ge geen neutrale schoolwet meer. Want aangezien de wet met haar insti tuut bedoelde „een school voor heel de na tie" te geven en er in die natie op heden tal van ouders zijn, die van het Koning schap niet gediend zijn, zoo is die „school voor heel de natie" voor hunne kinde ren als zijnde niet neutraal meer, on - bruikbaar. En zoo draait het liberalisme met haar fraaie wet maar in een kringetje rond. 't Is er mee als een slot, dat „dol" is geworden door het gebruik. De schoolwet is het eeuwige labyrinth, waar het liberalisme niet ujt kan, omdat het met al te doorzichtige bedoelingen den Staat tot schoolmeester heeft ge proclameerd." Heeft de Tuinbouw-onderlinge fiasco gemaakt? Wij lezen in „Het Nieuws van den Dag" „Voor eenige dagen heeft de heer Stork in de Eerste Kamer eenige beschouwin gen gehouden over de vrijwillige ongeval lenverzekering in den land- en tuinbouw en nu schijnt het, dat zijn woorden of een verkeerden indruk hebben gemaakt, oï dat hij zich minder juist heeft uitge drukt. Hoe het zij, de vrijwillige onderlin ge ongevallenverzekering is in opspraak gekomen, en zoo'n slechten indruk heeft het gesprokene van den heer Stork ge maakt, dat een der groote bladen („Het Vaderland") zelfs een hoofdartikel ge plaatst heeft met het opschrift: Het fias co van de Tuinbouw-Onderlinge. Het merkwaardige van de zaak is even- we!, dat de vrijwillige verzekering niet aheen geen fiasco heeft gemaakt, maar dat zij letterlijk eiken dag in omvang toe neemt; er is dus vooruitgang; onafge broken groei. Alleen zou men kunnen wenschen; dat hec nog sneller ging, en ongetwijfeld be doelde de heer Stork met zijn woorden ;aan den minister duidelijk te maken, dat 'Z.Exc. het in de hand heeft de verzeke ring algemeener te maken. Wordt toch den werkgevers door de wet de verplich ting opgelegd te voorzien in de gelde lijke gevolgen van bedrijfsongevallenden arbeiders overkomen, welnu, dan" zullen ook de laksche, onverschillige en nalatige patroons in actie moeten komen en zich uit den aard der zaak bij de patroonsor ganisatie aansluiten. Inderdaad treft men overal zulke nalatige patroons aan. Hun sociale voelhorens strekken zich niet ver FEUILLETON. 12) „God, dat is-roerend", zeide ik eenigs- zins spottend. „Zoo iets is sedert Ores- 'tes en Pylade$ geloof ik nog niet voor gekomen. En waar woont de marchese dan, als hij toch nooit hier is?" „In den winter is hij gewoonlijk in Rome, als hij niet ergens anders is. „Dank u voor die afdoende ophelde ring. „Ah, pardon ik wilde niet schertsen. De marchese heeft namelijk in Rome ook een huis een paleis, wanneer gij wilt, te midden van een grooten tuin aan den voel van den Janiculus. Een erfstuk van Roccasanta. Maar de marchese is een vriend van historische studiën, en snuf felt daarom dikwijls in de groote biblio theken en archieven van Europa. In den zomer is hij graag in de Alpen, want op het landgoed der Spada aan. het strand der Adriatische zee is het hem eens deels te warm, anderdeels te vol met gasten ,die zijne moeder gaarne om zich heen zie». „Dar. u .rch.ese tófcei yaii genoeg uit en alleen de wetgever is in staat zulke personen in de gewenschte richting te drijven. Ook van andere zijde Wordt druk uit geoefend ,op de patroons. In streken, waar het aanbod van land- en tuinarbei- ders niet al te groot is, hebben de knechts het in hun macht de patroons tot aanslui ting te nopen. Maar afgescheiden van al deze overwegingen is het een verblijdend feit, dat zoovelen uit vrije beweging zijn toegetreden; de land- en tuinbouwers staan dus moreel zoo laag nog niet. Houdt men in het oog, dat in de orga nisatie van de Land- en Tuinbouw-Onder linge geen plaats is voor agenten en in specteurs, om de boeren en tuinlieden persoonlijk te gaan bezoeken; en dat dus de boeren en tuinlieden hun eigen agen ten moeten zijn, dat zij zelf moeten pro- pageeren onder hun vakgenooten, dan is het inderdaad een groot succes, dat reeds thans is verkregen. In den tuinbouw hebben ongeveer 2500 patroons hun knechts verzekerd, terwijl in den landbouw van 1 Januari 1910 af reeds 5000 patroons zijn toegetreden. En dan staan er nog velen op de lijst, die eerst in den loop van het jaar kunnen toetreden, omdat zij nog verzekerd zijn bij een pre mie-maatschappij. Eiken dag komen er meerderen bij en overal begrijpen de land bouwers, dat het thans tijd is om toe te treden. Door onze persoonlijke relaties hebben wij een kijk kunnen krijgen op de ont wikkeling en den groei van de Land- en Tuinbouw-Onderlinge en dan kunnen wij als onze ervaring mededeelen, dat deze vrijwillige onderlinge verzekering er wel komen zal. De besten onder de land- en tuinbouwers treden het eerst toe en van lieverlede komen de anderen ook wel. De tuinbouw heeft op het oogenblik reeds vrijwillig geofferd 35,000 X f0.75 f26,125, en de landbouw 60,000 X f 1.50 f90.000, om te voorzien in de nooden, die ontstaan tengevolge van be drijfsongevallen. Voorwaar, een mooie som, waarmede heel wat ellende zal kun nen worden gelenigd. Neen, neen, de Land- en Tuinbouw-On derlinge hebben geen fiasco gemaakt, in tegendeel, ze slaan uitstekend aan. En hoe eer de regeeringsdwang komt, hoe beter, want er komen jaarlijks in den land- en tuinbouw meer dan 100 on gevallen voor met doodelijken afloop, en voor de nagelaten betrekkingen van deze arbeiders wordt niets gedaan, of, wat misschien juister is, de nagelaten betrek kingen hebben geen recht op eenigen steun. En hoeve arbeiders worden ja renlang of levenslang invalide? Waarlijk, hoe eer de minister ingrijpt, des te eer voorziet hij in de groote nooden, die op het platteland ontstaan. En vooral be denke de minister, dat de arbeiders in de industrie al sedert 1903 worden ge steund, zoodat de land- en tuinbomvar- beiders meer dan 7 jaar achter zijn". Frankrijk. Men herinnert zich hoe nog niet zoo heel lang geleden de pers der geheele beschaafde wereld berichten bracht over wantoestanden in de Fransche ma rine. De gevolgen zijn niet uitgebleven. Een nieuw vlootprogramma werd door den Ministerraad goedgekeurd en lang zamerhand begint men de gevolgen van jarenlang wanbeheer te overwinnen. Op het oogenblik wordt te Toulon op ruiming gehouden. Zooals altijd bij der gelijke reinigingen blijkt, is ook her de toestand erger dan men gedacht had. Aanleiding tot dit onderzoek was een klacht ingediend door den bond van ver tegenwoordigers der leveranciers van de marine. Onmiddellijk werden eenige be ambten gearresteerd. Reeds het voor- loopig onderzoek bracht aan het licht, dat de Staat gedurende 5 jaar voor be langrijke bedragen, men spreekt van et telijke millioenen, bestolen is. Na den bisschop van Nancy is thans de bisschop van Laval, mgr. Grellier een zonderling en misanthroop zei- de ik. „Neen, neen, werkelijk, dat is hij niet, geen van beiden! In het geheel niet!" beijverde docter Marino zich te ant woorden. „Hij heeft alleen maar vreese- lijk het land aan vervelende en opper vlakkige menschen, en dan is hij ont zettend bang om uitgehuwelijkt te wor den". Ik kon het niet helpen, maar ik moest hartelijk lachen en mijn metgezel lachte, mee, en wij lachten te zamen een vroo- Iijk duet, zooals de oude muren zeker in lang niet gehoord hadden. Ik moest ten slotte de tranen droogen, die mij langs de wangen liepen. „Neen, maar dat is eenig! Uw mar chese moet een verrukkelijke baby zijn, die bang is om uitgehuwelijkt te wor den". Doctor Marino had het ook met zijne oogen te kwaad. „Gij hebt misschien wel niet zoo'n groot ongelijk", zeide hij toen. „Maar stel u eens een mensch voor, dat hoofd van een voornaam huis is, en wien de familie reeds sedert vijf tien jaar voorhoudt, dat hij aan zijn huis verplicht is, een jonge, schoone rijk* en voorname vrouw 'te nemen, en ■1 ij ziet dit alles ?ok we! zoo in, maar rir«.dt hei mt'irjc niet, dat naar zijn smaak fidid^t hij ujj dc dooi; de i(aniiJie ge- voor den rechter gedaagd door den bond van onlderwijzersvereenigingen in Mayetn- në. Meh weet, dat de onderwijzers van de bisschoppen vergoeding eischen van de schade, die, naar zij zeggen, de bis schoppelijke brief, waarin verschillende schoolboeken voor katholieke leerlingen verboden werden* hun heeft toegebracht. Duitschland. Graaf zu Stolberg-Wernigerode. f De voorzitter van den Rijksdag graaf Zu Stolberg-Wernigerode is Zaterdag avond even over zeven overleden. Hij stierf aan pleuris. Daarna kreeg hij long- en hartverlamming. Udo, graaf zu Stolberg Wernigerode werd 4 Maart 1840 te Berlijn geboren'. Hij studeerde in de rechten, maakte den oorlog 1866 mede, waarin hij bij Kö- niggratz werd gewond, vervolgens dien van 18701871, was daarna eenigen tijd landraad te Landeshut en wijdde zich daarna aan het beheer van zijn land goederen in Silezië en Oost-Pruisen. Achtereenvolgens werd hij lid van den Provincialen Landdag en van het Huis van Afgevaardigden. Van 18771881, 18891891 was hij conservatief afge vaardigde van den Rijksdag, waarin hij toen weer in 1895 werd gekozen. Van 19011906 was hij eerste vice-presi dent, sedert 1907 president van den Rijksdag. Mein seliger Vater. De keizer heeft dezer dagen in' eene rede van „mijn vader zaliger" (mein se liger Vater) gesproken, Volgens de hof- )etikette, sprak men in zulke gevallen tot nu toe van „hoogzalig". Het chris- telijk-sociale „Reich" is den keizer zeer erkentelijk, dat hij dit onzinnige spraak gebruik heeft afgeschaft, hetwelk een beleediging voor het christelijke gevoel was. De christen kent immers, zegt het blad, maar eene zaligheid en geen on derscheid tusschen aardsche waardig heden in de eeuwigheid. Engeland. Kath. Leven in Engeland. Over het Katholieke leven in Enge land hield onlangs den bekende kerkhis toricus Mgr. Baumgarten te Rome een prachtige emprovisatie, waaraan wij het volgende ontleenen. Eerst sprak hij over de onvoltooide Kathedraal te Westminster, die de mee ste bewondering wekt door haar mo numentaal bouwplan en voornamen stijl. Naar de enkele zijkapellen, die met de kostbaarste pracht en den fijnsten smaak zijn versierd, te oordeelen, zal het ge heel dus worden van indrukwekkende schoonheid. Maar welke offers brengen de Londensche Katholieken niet voor hun kathedraalDaar zijn aanzienlijke familie's, die expres op het land gin gen wonen, om maar voor dit groote werk hun jaarlijksche liefdegift van dui zend pond te kunnen uitsparen. Daar zijn arbeidersgezinnen, die liever hun zeldzamen uitspanningsdag prijsgeven dan hun maandelijksch offer van 5 shil ling voor de kathedraal te verzuimen. De vrome middeleeuwen, die evenzoo, met edelmoedige toewijding van hetgan- sche volk, hun trotsche kathedralen] bouwden, schijnen nu in Londen te her leven. Opvallend is ook het druk en god vruchtig bezoek der kathedraal, zelfs op werkdagen. De Hoogmis wordt des Zon dags bijgewoond door een propvolle kerk, terwijl alle geloovigen staande, knielende of zittende, trouw de liturgi sche Handeling volgen naar een ge drukte handleiding, die hun vóór het begin der plechtigheid wordt ter hand gesteld. Vervolgens besprak' Mgr. de Kath. Pers, vooral lof toezwaaiende aan de „Tablet," dat in redactioneel opzicht door geen enkel kerkelijk weekblad ter wereld wordt opzij gestreefd. Na nog genoemd te hebben het voor treffelijke maandblad „The Month," door de Paters Jezuiten geredigeerd, vertelde Z. H. E. iets over de opvoe ding der Kath. jongelingschap. Naar Oxford en Cambridge sturen de Jesuïte o.aag hun' kweekelingeai. Nu tellen Iioogescholen dan ook' een talrijk contingent katholieke studenten, ofschoon niet lang geleden nog kardi naal Mankiing het bezoek eener openbare" universiteit voor Roomsche jongelui te gevaarlijk achtte. Maar ze houden zich best, onder geestelijk toezicht van hun eigen universiteits-kapelaan, zoodat in gezaghebbende kringen nauwelijks meer wordt gedacht aan de oprichting van een katholiek college te Cambridge of Ox ford, en dit onder sommige opzichten zelfs voor schadelijk en onraadzaam wordt gehouden. De Engelsche Katholieken' gaan maat schappelijk zeer vooruit. In de land- en zeemacht zijn de katholieke officieren; legio en treden zij door hun bekwaam heid sterk op den voorgrond. In het corps diplomitique van Groot-Brittanje is ongeveer een derde „van het houtje", zöodat deze verhouding aan het Mi nisterie van BuitenlandsChe Zaken wel eens bezorgdhei.d inboezemde, die noch- thans bij nader toezien als onredelijk werd losgelaten. De bewonderenswaar dige eenheid der 12i/2 millioen Katho- tholieken, die over Groot-Brittanje en deszeifs Koloniën zijn verspreid, vooral ook hun kranige houding in het onder wijsvraagstuk en bij de laatste verkie zingen, maken hun positie allengs in vloedrijker. Nu verder kan men gerust verzekeren* dat de Engelsche Katholieken, wat be treft hun nauwgezetheid, trouw en toe wijding bij het vervullen der godsdienst plichten, op de allereerste plaats staan van geheel de katholieke wereld. Griekenland. De familieraad in Athene. De officieuze correspondent te Berlijn van de „Köln. Ztg." seint als volgt: De aangelegenheden in Griekenland schijnen thans zoo ver op den verkeerden weg voortgegleden te zijn, dat ze bijna niet meer verder kunnen glijden. Het kon niet uitblijven, dat de dictatuur van den mili tairen bond ten slotte op verscheidene plaatsen op tegenstand moesten stuiten en ook moest de toegevendheid des Konings eindelijk eens uitgeput raken. Met groot geduld en onder handhaving van de fictie van de constitutioneele rol van het ko ningschap, heeft de Koning tot nu toe alle bepalingen goedgekeurd en alle besluiten onderteekend, welke hem door bemidde ling van den tijdelijken minister op bevel van den militairen bond werden aange boden. Blijkbaar heeft hij gemeend door een politiek van toegeven en laveeren de ern stige voor het land schadelijke gevolgen van de oproerige stemming in het leger te verzwakken en het aanroeren van de kwestie der dynastie te kunnen verhin deren. Wanneer thans uit verscheidene plaatsen bericht komt, dat de Grieksche prinsen, die zich in het buitenland bevin den, zich blijkbaar gereed maken naar Athene te vertrekken, kan men daaruit afleiden, dat de Koning het oogenblik ge komen acht, dat hij zelf een beslissing over de kwestie der dynastie moet ver langen. Of men de eerstvolgende dagen in Grie kenland tot een meer gezonde en politie ke opvatting van den toestand zal komen, of de militaire staat gehandhaafd blijft of door een andere heerschappij zal worden vervangen, is bij de verwarring van de toestanden niet te beoordeelen. De eigenlijke oorzaak van de ernstige crisis in Griekenland, zegt de Atheensche berichtgever van de „Voss. Ztg.", moet gezocht worden in den veldtocht, dien een deel der Atheensche pers, vooral de „Em- prós", op touw gezet heeft tegen de „doellooze" nationale vergadering, die volgens deze bladen noch door den ko ning, noch door de partijen, de Kamer of het volk wordt gewenscht. De „Em- pros" stelde in het licht, dat het volk als een „vreemd, rechteloos en willoos toe schouwer" de politieke dwaasheden moet aanzien, die aan de orde van den dag zijn. Er heerscht algemeene verwarring en de bevolking mist zelf alle energie, zoodat de militaire Bond kan doen wat hij wiï< Hij heeft reeds troepen uit de provincie naar de hoofdstad laten komen en ook een groot aantal reserve-ondierofficieren er- - heen ontboden. De afgevaardigden .wof-, den huns ondanks te Athene vastgehou den, uit vrees, dat zij anders de propa ganda tegen den Bond in de provincie zul len versterken. De meeste oorlogsche pen zijn in handen van den bond, die de jongere zeeofficieren tot zijn aanhangers heeft weten te maken. Als merkwaardigheid verdient nog ver melding, dat alle vroedvrouwen te Athene in staking zijn gegaan uit ontevredenheid over een nieuwe wet, döor welke zij hare belangen geschaad achten. Korea. Een samenzwering in Korea? Berichten, te Londen ontvangen, melH den dat bij het onderzoek, hetwelk naai*; aanleiding van den moord op den KoV reaanschen eersten minister Y1 werd int gesteld, eene samenzwering is ontdekt; welke zich ten doel stelde alle regee-; rings personen, Koreaansche zoowel als Japansche, te vermoorden. De mogelijkheid van het bestaan van; zulk eene samenzwering in Korea is geenszins uitgeslotener zijn genoeg ontevredenen in Korea. Maar toch is het zaak, zulke ietwat opzienbarende be richten uit Seoel met het noodige voor behoud aan te nemen. In Japan zou men immers gaarne een voorwendsel hebben, om tot de feite lijke inlijving van Korea te kunnen over gaan. Daarbij moet men ook niet uit het oog verliezen, dat er voor de Japansche regeering wel eenige aanleiding bestaat, om te trachten de aandacht der Japan ners af te leiden van den binnenland- schen toestand met den steeds toenemen- den belastingdruk. Nederland en Belgie. De Gazette schrijft aangaande den brief van den Duitschen keizer, dat het nog maals duidelijk is gebleken, dat Neder land en België, of zij willen of niet, in het Europa bedreigende conflict schijnen betrokken te moeten worden. Dit feit zou er toe moeten leiden, die twee landen nog nader te doen aaneen sluiten. Zomerdienstregeling H. IJ. S. Het nieuwe ontwerp van de zomer dienstregeling der H. IJ. S. is versche nen. Op den dienst RotterdamDen _H a a gA msterdam zijn de volgende wijzingen belangrijk. Er is een nieuwe bliksemtrein ingevoegd, om 8.36 van de D. P., stopt in Schiedam. Den Haag, Lei den en Haarlem (om 10.40 in Amster dam). Met het oog op de Wereldtentoonstel ling te Brussel rijdt van 1 Juli tot en met 15 September een nieuwe trein 6.40 van Rotterdam D. P. (die uit Brussel komt),; stopt in Den Haag en in Haarlem (8 u, in Amsterdam). En een nieuwe trein van 1 Juli tot en met 4 September, rijdt om 7.17 van D. P., stopt alsboven óók te Leiden en is om 9 uren in Amsterdam, Terug is een nieuwe trein 's morgens om 10.6 van Amsterdam, stopt in Haar lem en Den Haag en is om 11.28 aanD, P., van 1 Juli tot en met 15 September,- eveneens met het oog Qp de Brusseische tentoonstelling. Nieuw is ook een avond- trein om 6.18 van Amsterdam, stopt in Haarlem en Leiden en is om 7.22 in Den Haag, waar hij aansluiting heeft op trein 7.26 naar Rotterdam. Deze trein rijdt van 1 Juli tot en met 4 September. De Hoek van Hollandtrein 9.8 uur van Amsterdam rijdt om 9.30 en is om 10.53 in Rotterdam (nu 10.49. De D-irein uit Berlijn stopt niet meer in Schiedam en is om 11.30 aan D. P. (nu 11.35). Ten slotte is de laatsten trein van 10.23 uit Amsterdam 10 minuten verlaat en is om 12.20 aan de D. P. te Rotterdam.. derijengalerij, geen afschuwelijk verve lende pronkvertrekken in het palazzo Spada. Ieder vertrek was geschikt om dadelijk te bewonen, al vond men er niets dat niet aan de hoogste kunst- eischen voldeed. Wel verdedigde ik deze meening te genover docter Marino en sprak mijn' spijt uit over het voornemen van den' marchese eene galerij te stichten, maar daarin kon hij niet met mij meegaan. Hij huldigde niet de meening dat deze kunstschatten daar alleen waren om deze wanden te versieren, en dat het groote publiek daar geen recht op had. Hij vond dat de piëteit tegenover deze groo te meesters vorderde dat hunne wer ken in het meest gunstige licht werden gehangen, en dat ieder die lust gevoelde ze te bewonderen, daartoe in de gelegen heid gesteld moest worden. Niet alleen! adel verplicht, ook de rijkdom en het bezit wanneer het laatste tot ont wikkeling van anderen kon bijdragen, moent ïïïêïi liet niet aan de gemeen schap onttrekken. Dit waren mooie be grippen, die doctor Marino volkomen met zijn vriend, den marchese deelde, en die ik bij nadere beschouwing ook slechts kon bewonderen en huldigen. (Wordt vervolgd). wenschte eigenschappen nog een paar andere verlangt, zooalslief, verstand, enz.hij heeft verklaard dat hij dadelijk het meisje neemt, waarin hij dat alles vereenigd vindt. Deze verklaring had hem moeten redden, maar wat was het resultaat? Dat hij zich niet bij zijne moeder en zuster durft vertoonen, zon der dat hem desbet. effende voorstellen worden gedaan en zonder dat hij twee of drie schoone jonkvrouwen ter keuze onder de gasten vindt. Zelfs weduwen heeft men hem reeds gepresenteerd. En zeg nu eens zelf: zou er een mensch zijn die zoo vrij van alle zwakheid is, die eenvoudig een stuk hout is, zoodat het niet eens gebeuren zou, dat hij einde lijk in een zwak oogenblik gevangen wordt? Maar hij wil zich niet laten van gen, en verkiest het daarom, liever als een vagebond over de aarde te zwer ven". „Ja, nu begrijp ik deze zaak beter, en voel ik zelfs met den marchese mee", verzekerde ik mijnen begeleider. „La ten wij hopen, dat het hem gelukt, alle hem gelegde valstrikken te ontloopen, en Iaat ons intusschen zijne bewonderen, ja Wij voerden dit gesprek, terwijl wij den trap afgingen en voor een prach tig gesneden er. vergulde deur op de eerste ye roeping stolden,, die dp eter Marino nu opende, terwijl hij mij ver zocht binnen te treden. Als het palazzo Spada in alle mo gelijke reisboeken van een dubbel ster retje is voorzien en met vele letters gedrukt staat om vooral onder de aan dacht van kun 1 'en te vallen, dan is daarmede cc.it wedervaren want het is o.i.-.^e.ijk een huis te vin den, waarin de edelste kunst met de degelijkste pracht en grootste voornaam heid van uitvoering te samengaat. De pronkvertrekken zijn volgens dezelfde mo tieven ingericht als het Dogenpaleis. Zol derschilderingen van Tintoretto en Pao lo Veronese vereeuwigden de daden der drie Dogen, die het huis Spada de re publiek gegeven, hadschilderijen van de grootste Venetiaansche meesters, en wel voorname familieportretten, ver sierden de met kostbare zijde en leer tapijten bekleedde wanden de meube len uit meest verschillende tijdperken, blonken door zuiveren stijl en kostbaar heid van uitvoering uit. Venetië's icx- tiel-industrie had de zwaarste, prachtigst getinte stoffen geleverd voor de beklee- di.ig voor gordijnen en draperiën. Ook Murano's glasfabriek had zijn schoonste voortbrengselen gegeven tot versiering dezer zalen. En wat voor mij het mooist van alles was; men vond geen school meesterachtig, pepant geprdepdp schil

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1910 | | pagina 5