No. 118. Yolanda. BUITENLAND. BINNENLAND. Ie Jaargang. 3)c £cidóoke 6oti/tcmt Bureau OUDE SINGEL, 54, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. Postbus 6. ,dit blad verschijnt elken dao, uitgezonderd zon- en feestdagen. DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 9 cent per week, 1.10 per kwartaal; bij onze agenten 10 cent per week, 1.30 per kwartaal. Franco !per post f L50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 2V, cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regels 0.75, elke regel meer 15 cent: ingezonden mededeelingen van 1—5 regels 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Kleine Advertentiëngevraagde betrekkingen, huur en verhuur, koop en verkoop (geenhandels-advertentiën) 1—5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent; aangeboden- betrekkingen 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. V Een goed standpunt. B. en Wl van Rotterdam hebben een .ferme daad verricht, om rondweg de 'houding te verklaren die zij zullen in- .jiemeiï tegenover onderwijzers, die de richting zijn toegedaan, als waaraan !|de heer Ossendorp in zijn befaamde ,Leidsche rede uiting gaf en zij hebben jO. i. het juiste middel gekozen om mitf- jder gewenschte onderwijskrachten uit de 'ischool te weren. Het Rotterdamsch Bestuurscollege, na zijn opvatting van de taak, die het on derwijs te vervullen heeft, te hebbenj 'uiteengezet, verklaart, dat de plaats van een onderwijzer ,die weigert den kin deren eerbied voor het Hoofd van1 den 'Staat en gehechtheid aan het Koninklijk )Huis in te prenten, niet thuis behoort ïn de openbare school. 1 Wie dit niet wil doen, zeggen B. en {W., hij kan ontslag nemen, of anders gedwongen worden, tot onvrijwillig heengaan door ontslag te krijgen. Dit is, dunkt ons, een goed stajid- Ipunt. Immersingegrepen moest er worden'. Er zijn o. i. wel eenige bezwaren /verbonden aan hetgeen sommigen als (middel aanprijzen tot wering der kwaal een onderzoek vooraf naar de richting (die de onderwijzer is toegedaan. Dan oordeelen wij beter het stand punt, ingenomen door het Rotterdamsch (College, dat met ontslag bedreigt el fken onderwijzer, die niet wil werkzaam Izijn in den geest, zooals B. en WL die jwenschen. De openbare school is een1 school van jde Overheiddan heeft de Overheid ook uit te maken, in welken geest zij jwil, dat het onderwijs worde gegeven, i Voor anti-monarchale socialistische Onderwijzers is plaats op socialistische scholen, die de socialisten even goed ien met subsidie kunnen oprichten ,als (twij onze bijzondere scholen. En zeer juist hebben1 B. en W. van (Rotterdam ingezien, dat het gedrag, de handelingen van den onderwijzer buiten- /de school in overeenstemming moeten pijn, met hetgeen hij in de school heeft .te onderwijzen. Warft wij kunnen niet aannemen peggen B. en W. dat een onderwijzer ïn de school zal handelen in strijd met (hetgeen hij buiten de school in 't open baar verdedigt. Ons dunkt, dat men te Leiden, waar Spoedig in den Raad omtrent dezelfde |zaak gedachtenwisselin'gen zullen plaats hebben, de circulaire van het Rotter- adamsch Dagel, Bestuur aan de school hoofden, in gedachten mag houden. V KRAS. In de Belgische Kamer is de school kwestie aan de orde, die nu en dan tot heftige debatten aanleiding geeft. Met welken geest de- oppositie is be zield, moge blijken uit een interruptie |die de afgevaardigde Te r wagne,dert (heer 'Woeste toevoegde FEUILLETON. 10) „Neen!" zeide ik luid met eene men geling van schrik en eene zonderlinge, bij na eerbiedige schroom, want in den stoel zat, beide handen op de leuningen ge steund, het bovenlichaam ver voorover gebogep, om mij beter te kunnen zien, Nveer eene vreemde gestalte, maar dit maal die van het bekoorlijkste jonge vrou welijke wezen dat ik ooit had gezien, leene gestalte zoo vol roerende kinder onschuld in trekken en houding, dat mij- ine verontwaardiging over het indringen dn mijne kamer spoedig verdween. Ik ging overeind zitten en staarde haar San, en zij keek mij aan met groote brui he kinderoogen, het liefste mondje, dat men zich denken kan, half geopend, het- lovale gezichtje ziekelijk bleek, en om de pogen donkere kringen alsof zij geweend Ihad. Over haar schouders en rug viel lang, dik, krullend, goudblond haar naar [beneden, en werd bij haar gelaat aan [beide slapen door juweelen teruggehou den. En in tegenstelling met deze siera- jden droeg zij een soort nachthemd van geelachtige vy.itte stof, dat wplaan „In uwe scholen onderwijst men de „klucht" van God"! De geest van het naburige Frankrijk schijnt ook in België té zijn doorgedron- Frankrijk. De leekenhospitalen. [Telkens en telkens weer komen uit de Fransche ziekenhuizen, waaruit de zus ters van liefde verdwenen zijn om plaats te maken voor leekenpersoneel, klachten over ergerlijke misstanden, die daar heer- schen, en blijkbaar door de autoriteiten straffeloos geduld worden. Nu weer werden in de raadszitting van Lorient de toestanden in de gemeente-zie kenhuizen aldaar ter sprake gebracht naar aanleiding van het ontslag door twee le den van de commissie van toezicht op de ziekenhuizen ingediend in verband met de feiten die ,nu al geruimen tijd daar voorvallen. Het eene lid, de heer Tanguy, legde de volgende verklaring af: „lk dien mijn ontslag in, omdat er in onze ziekenhuizen een in alle opzichten verkeerd sjysteem wordt gevolgd, voor namelijk ten aanzien der verpleegsters. Deze hebben het zoover gebracht, dat geen enkele bestuurder ze iets te beve len heeft. Verleden jaar toen ik in de ge legenheid was, ergerlijke feiten te consta- teeren, vroeg ik, dat men de betrokkenen zou ontslaan, Doch daar is niets van ge komen. Ik zal u zeggen waarom. Omdat die vrouwen op den besten voet staan met de directeuren, die daardoor in de onmo gelijkheid verkeeren, iets tegen haar aan te vangen. Wanorde is er thans een sys teem geworden, en ik kan het onmogelijk langer aanzien, dat aldus het go,ed der armen wordt verkwist." Spreker las dan verschillende brieven voor, waarin de schandelijkste feiten ont huld werden. Het andere commissielid, de heer Du- guoy zeide o.m. „Niet om een enkel feit, maar om een reeks van< feiten, zie ik mij genoopt mijn ontslag te vragen. .Telkens als wij han delend willen optreden, stond de kliek van directeuren enz. ons in den weg. Als de zieken klagen, luistert men naar hen niet. Nieuwjaarsavond is het in het ziekenhuis een ware zwelgpartij geweest. Er is zelfs geen voldoende linnen om de zieken naar behooren te verplegen. Het voedsel wordt slecht toebereid. De ver plegers drinken zelf den wijn op, voor de zieken bestemd, en zetten er water voor in de plaats, zoo zelfs, dat de di rectie verplicht was het verstrekken van wijn voor een deel af te schaffen en daarvoor melk aan de zieken te geven. Maar ook dit hielp niet, want ilü zorgde lïÊt personeel wel dat de melk aanzienlijk met water werd verdund. Dronkenschap komt onder de verplegers herhaaldelijk voor, en dit is niet te verwonderen, als hals en armen met kanten bezet was, maar overigens eenvoudig in weeke plooi en tot op haar voeten viel, die bloot en feeachtig klein van onder den zoom te voorschijn kwamen. „Hoe komt gij hier?" vermande ik mij eindelijk te vragen. „Gij komt iemand een doodschrik bezorgen, zoo midden in den nacht. En gij zult vreeselijk verkouden worden met die bloote voeten." De gestalte zij was ontwijfelbaar eene dame, stond op, gleed de twee treden van de bed-estrade af en wenkte mij om haar te volgen, wat ik natuurlijk niet deed. Zij ging onhoorbaar op hare bloote voeten tot aan het ingelegde hout paneel rechts van den schoorsteen, wend de zich toen om en wenkte mij weer met een allerliefst lachje, terwijl dikke tranen langs hare wangen gleden. Er was abso luut niets schrikwekkends in de verschij ning van het bekoorlijke schepseltje, maar ik weet niet waarom, ik werd eensklaps koud, en huiverend wierp ik mij op de andere zijde, rolde mij in dekens en de gedachte kwam in mij op: „Dat is geen mensch van vleesch en bloed zooals gij." „Maar wat is het dan?" vroeg ik mij zei fdadelijk weer af en wendde mij naar den schoorsteen. De plaats voor het rech terpaneel was leeg ik was alleen, even als 's avonds in de voorkamer daarnaast. Mij» principe gqtr.o^altijd d$ oorzaak men ze op deze wijze in de hand werkt." Na heftige discussies over deze opzien barende mededeelingen, besloot de raad aan den prefect een onderzoek te vragen. Het geval te Lorient staat helaas niet alleen. Ann land, waar de z,eden dus verwilderen In het beheer der militaire fourage- magazijenen te Reims is fraude ontdekt, loopende over een bedrag van minstens 200.000 francs. Het is gebleken, dat door allerlei kunst grepen het land bij de levering jaren lang benadeeld is. Zoo leverde de leverancier b.v. het hooi vochtig af, waardoor de hoe veelheid zwaarder gewicht aangaf, dan feitelijk in de magazijnen werd opgelegd. Bij haver werd zand gedaan. Een werk man, die eenigen tijd geleden bij deze be zigheid gewond werd, heeft zeer bezwa rende verklaringen afgelegd. Reeds heeft de justitie verschillende personen in hechtenis doen nemen. Italië. Een fijn burgemeester. De burge meester van Rome, de lieer Nathan, heeft zich de verontwaardiging van alle bla den op den hals gehaald, omdat hij zich in de jongste raadsvergadering zeer on behoorlijk heeft gedragen. De roode broe der was namelijk in hevige woede ont stoken, wijl voor een post van commis sielid der gasthuizen niet zijn candidaat, maar een ander, die geen deel uitmaakte van het college der assessors, werd geko zen. Hij schreef deze nederlaag toe aan den invloed van raadsheer Mazzalani, en alle parlementaire beleefdheidsvormen op zij zettend, schold Nathan hem uit voor „schoft", enz. enz. Toen Mazzalani protesteerde, riep de woeste broeder: „Niettegenstaande ik ou der ben dan jij, ben ik toch bereid om met je te vechten." En zo oraasde de heer Nathan voort! Geen wonder dat alle bladen zeer ver ontwaardigd zijn over dit ergerlijk optre den van den burgemeester Amerika. Radio-telegrafisch misbruik. Op tal van plaatsen in de Vereenigde Staten hebben schooljongens en anderen, die de electro-techniek als liefhebber be oefenen, miniatuur-staties voor draadloo- ze telegrafie opgericht, waarmee zij dik wijls radio-telegrammen, die van over heidswege of door de bevoegde staties zijn verzonden, opvangen en dan ontcij feren. Deze jongens kunnen met hun ei gen toestel seinen gevenen dat doen zij dan ook. Ja, zij gaan dan daarbij dikwijls te ver en sturen onrustwekkende berich ten het luchtruim in, die dan aan de officieele staties opgevangen verwar ring en ontsteltenis veroorzaken. Zoo is •irêt wét gebeurd, dat op ontvangst van het C.Q. D.-signaal c(ome q(uick) d(anger) (kom spoedig gevaar) fegee - ringsvaartuigen in zee werden gestuurd om in nood verkeerende schepen te zoe- der dingen op te sporen, stak ik de kaars op mijn nachttafeltje aan, stond op, trok mijne pantoffels aan, en doorzocht de ge- heele kamer natuurlijk tevergeefs. Toch koesterde ik geen vrees, vooral niet voor het bovennatuurlijke mijn hart klopte niet sneller, mijne zenuwen waren vol komen kalm, al moest ik mij zelf ook be kennen, dat ik voor iets raadselachtigs stond, dat den grond onder mijne voeten onzeker maakte en de lucht rondom met een onverklaarbaar iets vervulde. „Meer Venetiaansche romantiek dan ik gezocht en gehoopt had", dacht ik met eene zwakke poging mijzelf te plagen. Peinzend ging ik weer naar bed, en was dadelijk daarop in slaap, en werd niet eerder wakker voor een zonnestraal dwars door de kamer op mijn bed viel en een blik op mijn horloge mij vertelde, dat het bijna liegen uur was. Mij zelf „luilak" noemend, sprong ik het bed uit, opende de vensters, kleedde mij vlug aan en ging toen mijn kleine Formosa bellen. Zij ver scheen oogenblikkelijk en keek mij zoo zonderling aan, dat ik reeds wilde vra gen, of ik gedurende den nacht soms zwart geworden was, toen mij plotse ling inviel, wat ik ondervonden had, ik drong dus de vraag terug, alleen infor meerend, wanneer en waar ik ontbijten kon. Zij vertelde mij nu, dat de „prima .Collaziojj^ jg dq kleine eetzaal, jyaar ken, die er niet waren. Zulke „seinen" waren dan van kwajongens afkomstig. Er wordt bij de regeering aangedron gen op het nemen van maatregelen te gen deze vrijbuiters van draadlooze tele grafie. Maar de Amerikaansohe jongelie den zullen zich een dergelijke inbreuk op hun „rechten" niet zonder verzet laten welgevallen. Francis Nesbit, een jongen van vijftien jaar, te New-York, heeft het opgenomen voor de 50.000 jongens, die er in de Unie eigen inrichtingen voor draadlooze tele grafie op nahouden. Hij vindt, dat een optreden van hoogerhand tegen die sta ties „on-Amerikaansch" zou wezen. Be ter ware het, dat de regeering den liefheb ber-radio-telegrafisten betere en moder ner hulpmiddelen verschafte. In zijn open hartigheid (lees: brutaliteit) van Ameri- kaansche schooljongen gaat Francis Nes bit zelfs zoover te verklaren, dat de offici eele inrichtingen voor draadlooze telegra fie in de Vereenigde Staien verouderd en minderwaardig zijn. Generaal Allan, hoofd van het seinwezen bij leger en vloot van de Vereenigde Staten, heeft zich de moei te gegeven, de beweringen van jongen heer Nesbit tegen te spreken. De toestel len en inrichtingen bij de Amerikaansche marine en bij het leger in gebruik, zijn zoo modern en voortreffelijk mogelijk. Nesbit is het wederantwoord niet schul dig gebleven. Hij wilde dan wel toegeven, dat de regeering beschikte over goede stelsels en toestellen; maar in bekwaam heid en handigheid om met die toestellen voor radio-telegrafie te werken, wonnen de jongens het van de regeeringstelegra- fisten. Overigens schijnt de regeering wel te willen overwegen in hoeverre het doenlijk zal zijn jongens en liefhebbers, die nu eenmaal smaak hebben in geknutsel op eleetrotechnisch gebied, hun gang te Ia- ten gaan. Het kan nooit in de bedoeling liggen, de Edisons-in-den-dop te ontmoe digen en in hun ontwikkeling te belem meren. Griekenland De „New-York Herald" publiceerde het volgende telegram„De toestand wordt van uur tot uur slechter. Men verwacht iederen dag het uitbreken van een burgeroorlog. Op telegrammen wordt censuur uitgeoefend." De „Neue Freie Presse" meldt, dat de gezanten van Rusland, Engeland, Frankrijk en Italië zich naar de oorlogs schepen hunner regeeringen te Phaleron begaven om met de gezagvoerders te overleggen. Uit de Neue Freie Presse valt op te maken, dat de koningsgezinde marine te gen den officierenbond zou verzetten. Er zijn nu bemiddelaars tusschen de twee partijen aan het werk, maar de onder handelingen zijn nog niet afgeloopen. De twee partijen zijn over en weer ge- vechtskiaar. Uit ué provincies worden troepen naar Athene ontboden. Het militaire verbond heeft aan de afge vaardigden laten weten, dat de buitenge wone zitting van de Kamer binnen twee ik den vorigen avond gedineerd had, ge bruikt werd, waarheen ik mij dus begaf, in den corridor door Attilio ontvangen. Toen ik den gang doorliep, hoorde ik beiden achter mijn rug fluisteren. „Heeft zij wat gezien?" vroeg Attilio. „Weet niet zij ziet er heelemaal uit geslapen uit", fluisterde Formosa. „Natuurlijk! Zoo'n Duitsche met haar beerenslaap", zeide Attilio met onbeschrij felijke verachting mijner natie. „Zij is immers niet van de familie", antwoordde Formosa. Mij vroolijk makend over het gehoorde trad ik de eetzaal binnen, en vond Doc tor Marin omet een boek in de hand voor een nog half vollen kop thee zit tend. „Goddank", zei ik lachend, „er zijn gelukkig nog meer slaapmutsen van mor gen dan ik alleen." „Signorina, men moet nooit naar den schijn oordeelen", luidde het op denzelf den toon gegeven antwoord. Andere slaapmutsen hebben reeds twee uur in bestoven papieren gesnuffeld, voor zij zich den tijd tot ontbijten gunden." „Dat kan iedereen wel zeggen", ant woordde ik overmoedig en met een vrien delijk „goeden morgen" gaven wij elkan der de hand als oude bekenden. „Hoe hebt gij geslapen?" vroeg doctor Marino, tqrwijl Luigi de door piij ge- maanden moet afloopen. Donderdag zou de voorzitter van de Kamer gekozen worden. De Patris meldt, dat het meerendeel van de officieren van land- en zeemacht aan de verkiezingen voor de nationale vergaderingen denken deel te nemen en dat het plan is, uit de gekozen offi cieren een militaire partij te vormen, die de meeningen van het leger in de Natio nale Vergadering zal verkondigen. De neutraliteit van het onderwijs. In „Het Schoolblad", orgaan van het Nederlandsen Onderwijzersgenootsch.,. geeft het thans zitting hebbende hoofd-, bestuur als volgt zijn stnadpunt weeq tegenover de bekende uitspraken vanj den voorzitter van den Bond van Ned. Onderwijzers en van de laatste alge-i meene vergadering van dien Bond „De stelling, dat het openbaar lager, onderwijs vrij moet zijn van godsdien stige en staatkundige dogma's, wordt door ons aanvaard, wanneer daarmede, wordt bedoeld, dat geen grondstellin-i gen, die de verschillende kerkgenoot-i - schappen en politieke partijen in ons; land scheiden, door de openbare school behooren te worden gepropageerd of bestreden. „Bedoelt men daarmede echter, dat aan onze openbare school liet religieus; en nationaal karakter, dat in het alge meen die school thans heeft, moet wor den ontnomen, dan wordt zij met de meeste beslistheid door ons afgewezen'. „Wij meenen, dat zij, die de schoolop- voeding van het kind wenschen te ont doen van ieder godsdienstig of vader- landsch element, niet het recht hebberf zich daarbij te beroepen op de rechten) van het kind zelf. Tegenover een pae-< dagogiek ,die zich zou aansluiten bij een; zoo opgevatte „absolute neutraliteit",; kan met minstens evenveel recht wor« den geplaatst de meening, dat een op voeding op dezen negatieven grondslag aan het kind het beste, dat de school! geven kan, onthoudt en daarmede het kind in zijn geestelijke belangen schaadt „Wie de stelling verkondigt, dat de openbare school zich zou moeten ont houden van het aankweeken van ge paste liefde voor het vaderland, van eer bied voor de overheid en voor den in onze constitutie wortelenden regeerings- vorm, die miskent de plichten van den ambtenaar, die vergrijpt zich aan de tra dities van het Nederlandsche volk en doet te kort ook aan wat de overheidf van loyale ambtenaren mag verwach ten." Z. K. H. de Prins ongesteld. Z. K. H. de Prins heeft een lichten; aanval van influenza. Z. K. H. zal dienten gevolge op Het Loo blijven, totdat hij ge heel hersteld is, te meer daar de genees heer dit beter acht met het oog op een mogelijke besmetting van H. K. H., Prin ses Juliana. vraagde thee diende. „Gij weet immers,- drootnen die men den eersten nacht in een vreemd huis droomt, worden ver vuld!" Ik protesteerde lachend tegen de ver vulling mijner droomen, die ik daarop; vertelde. „O," zeide doctor Marino teleurge steld, „hebt gij anders niets gedroomd?'1 „Niets", antwoordde ik, daar ik over tuigd was, dat dat andere geen droom geweest was. Het leek mij, alsof doctor Marino mij vorschend aankeek, maar hij zeide al leen: „En wat denkt u met den eersten morgen in Venetië te doen, juffrouw?" „Ik" weet het niet", antwoordde ik eer lijk. „Dat wil zeggen, ik heb er nog niet over gedacht. Stelt u mij eens wat voor want ik veronderstel, dat gij hier goed. bekend zijt.' „Dat behoor ik als geboren Venetianer, ten minste te zijn," antwoordde hij la chend. „Nu, het hangt van uwe stemming af. Wanneer gij geen roeping gevoelt om reeds heden alle kerken en paleizen en galerijen af te loopen, zet u dan in den gondel des huizes en laat u in Venetië, in 't bijzonder in het Canale Grande en de Riva rondroeien. Of bewaar dat tot den avond wanneer de verlichting het mooist is, en maak eerst terreinstudies." (Wordt .vervolgd),

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1910 | | pagina 1