BUITENLAND.
Een mistige avond.
Frankrijk.
Overstroomingen.
Ofschoon 'de Frausche boulevardbla
den tuk op sensatienieuws den toestand
zwarter kleuren, dan hij is, toch is de
vrees dat de overstrooming de aanlei
ding1 kan ^ijn tot ernstige onheilen, niet
geheel denkbeeldig.
Vooral het ondergrondsche Parijs met
name de riolen zijn, volgens sommigen,
een broii van gevaar. In gewone omstan
digheden loopt het water uit de naar
beneden hellende rioolbuizen in jle Sei
ne. Door de geweldige kracht van de
gezwoleln rivier werd thans het water
echter in de huizen teruggedrongen, zoo
dat de laatsten ten slotte liier en daar
barstten door den geweldigen druk.
Gelukkig zijn het volgens de ver
klaringen in den Gemeenteraad door
den directeur van den reinigings
dienst afgelegd geen1 jioofdbuizen
geweest, die uiteen zijn gesprongen. Het
waren slechts eenige kleinere buizen:,
onder de huizen gelegen, die het afval
water van 'de huizen naar de hoofdhuizen
voeren.
Verder is men bevreesd, dat van vele
huizen, die diep in het water hebben ge
staan, de grondvesten onderspoeld en
losgewerkt zullen zijn, zoodat zij mis
schien later zullen instorten.
Al heeft zich tot dusver in dit op
zicht ook nog niets onrustwekkends
voorgedaan het blijft toch noodzake
lijk dat men het gevaar onder de oogen
ziet en er maatregelen tegen neemt.
Want alleen een ongeluk met de rio
len zou te Parijs, welks ondergrond in
zoo vele richtingen ^oorb'oord en door
graven is, een ramp kunnen veroorzaken.
Omtrent de ziektekiemen die door het
uit de buizen ontsnapte rioolwater zou
den worden verspreid, heeft de direc
teur van den reinigingsdienst eveneens
geruststellende verklaringen gegeven.
De gezondheidscommissie heeft het
overstroomingswater doen analyseeren
en bevonden dat het gehalte ziektekie
men betrekkelijk laag is.
Ai naarmate te Parijs het water zich
terugtrekt, blijkt duidelijker, hoe groot de
aangerichte verwoestingen zijn. De straten
vertoouen diepe voren, breede spleten
en kuilen en telkens weder zinkt hier
en daar een gedeelte straat weg. Maan
dag bijv. te half tien moest plotseling
het verkeer aan de snijding van "de rue
Caumanau in Saint-Lazare ophouden,
een stuk str,aat was neergezakt iu de
diepte van de galerij van den in aan
leg zijnden ondergrondsch.en spoorweg
Er was daar een ppeiling' ontstaan yan
4 vierk. meter en een diepte van, 1 Mj. 50.
Maar ondanks dat alles verbetert de
toestand merkbaar. De rue Regnjault,
de rue de Chevaleret, de quai de Ia Gare
zijn weder droog, evenals een gedeelte
van de avenue Ledru—Rollin, de fau
bourg St.-Anthoine, 'die gisteren weder
voor het verkeer zouden" wórden open
gesteld.
Op den quai d'Orsay, in de richting"
van'de rue.de Bellechasse en den pont
de Solférino, is vooral de toegebrachte
schade duidelijk merkbaar.
Het is maar gelukkig, dat de val lang
zaam gaat. Zakte het water sneller weg,
dan zouden een groot aantal lichtge
bouwde huizen reeds zijn ingestort.
De Esplanade des Invalides, eenige
dagen geleden nog een meer, staat thans
droog. Maar de bewoners van, "de rue
de Constantine en de rue de Fabre^
moesten thans nog met bootejs van le
vensmiddelen worden voorzien.
Ook in de geheele streek rondom
Parijs blijft het water vallen.
De hydromètriSGhe dienst is vanmee
rling d,at de Seine van nu tot Vrijdag-
wat sneller zal dalen! De val houdt
aan op de Yoniie; de Bóven-Seiine, de
Marne en de Loi hg. j
De bevolking van Genuevilliers is van
levensmiddelen voorzien en loopt geen
gevaar meer. i
Te Neuilly en Plaisan'ce zijn de inwo
ners .wegens den modder niet in hup
huizen kunnen blijven. Een £root aan
tal gezinnen heeft alles veVloren. Ver
scheidene honderden _personen hebbed,
een gastvrij onderkomen gevonden.
Te Clichy schijnt alle gevaar geweken.
,Te Ivry a/d. Seine is een' groot onheil
aangericht. Verscheidene duizenden zuï-
len maanden lang. geen werk kunnen
moesten thans nog met bootjes van le
is begoninen. Verscheidene huizen drei
gen in te storten. j
De Senaat heeft het ontwerp van een
motie aangenomen, waarbij vertrouwen
wordt uitgesproken in de regeering, dat
zij de noodige maatregelen zal treffen
tot ondersteuning van de slachtoffers
'der overstroomüigen.
België.
De nalatenschap des konings.
Volgens de y,Metropole" verklaren de
prinsessen Stefanie eii Clementine in een
schrijven aan de regeering, dat zij het
.aan de regeering ,o,verlaten te beslissen,
;welke goederen .in de stichtingen door ko
ning Leopold opgericht, tot de kroon foe-
hooren $n welke particuliere bezittingen
zijn. De advocaat van prinses Louise ver-
[wacht het einde der interpellatie in het
parlement om zijn aanspraken te stellen.
Een merkwaardige vastenbrief
is uitgevaardigd door 'het gezamelijke
Belgisch Episcopaat. Een herderlijk'
schrijven over de vaderlandsliefde. En
daarin worden behandeld tal van actuee-
le quaesties die de Belgen, in 't .bij
zonder de katholieken thans bezig hou
den.
Het eerste gedeelte handelt over Leo
pold II, die groot wordt genoemd om
zijn genie, zijn zedelijke kracht en het
werk van beschaving dat hij verrichtte.
Vooral hetgeen, de overledene vorst
voor de door hem gestichte kolonie deed
wordt hoog geroemd. Overweegt de
hoeveelheid voorkomen kwaad en ver
richt goed, dat voor de beschaafde
menschheid en voor God wordt verte
genwoordigd door de afschaffing in den
Belgischen Congo yan den slavenhandel,
door de Arabische rooversgedreven,
door de sluiting der markten van men-
sclienvlcesch, de lanigiame verminde
ring en spoedig de^veidwijning van rnen-
schenoffers en van die wreede hekatoin-
ben vart vermoorde slaven en van levend
begraven vrouwen^ waarmee vroeger de
begrafenis van Congoleesche hoofdei
ging vergezeidbeschouwt die vierhon
derd missionarissen die legioenen van
religieuzen, engelen van barmhartig
heid..
Maar het voornaamste deel van kei
mandement wordt todh' gevormd door
hetgeen daarin van de naaste toekomst
wordt gezegd, van den strijd dien de
katholieken tegemoet gaan, van de een
heid die daarbij zal moeten worden "be
waard.
Aanvaardt, beminde broeders, ge
willig uwe verplichtingen tegenover
den Staat en behoort niet tot hen,
die er steeds op -uit zijn stelselma
tig te kritisceren, alles wat hij doet
en wat hij niet doet. Zij zondigen'
- tegen de vaderlandsliefde, volgt heu
niet na, weesf nederig genoeg te
denken dat gij niet het monopolie
van wijsheid bezit; hebt liefde ge
noeg te gelooven dat zij die de taak
vol zware verantwoordelijkheid van
het gezag rdr,agen, dok in hu,n hart
het geweten van eerlijk mensch be
zitten.
Dat is rechtstreeks tegen de zwart
kijkers die meenden, 'd,at de leger Wet
België n,aar den afgrond voeren zou.
De bisschoppen herinneren aan de
vermaning des Pausen, die vooral op,
éénheid aandrong, en noemen dan uit
drukkelijk de legerwet.
iWij hebben ons, tijdens de be
spreking van hét ontwerp der le
gerwet, opzettelijk onthogderf, iets
daaromtrent uit te laten, dat als
Tweede Blad, behoorende
bij De Leidsche Courant
van 2 Februari.
Uit de Per».
De Eereraad.
Over de mannen, die zitting genomen
|hebben in den eereraad, wordt algemeen
gunstig geoordeeld.
„De Residentiebode" is zeer met de
Samenstelling der commissie ingenomen.
„Dat de vice-president van den
Raad van State niet met de samen
stelling belast is, noemen wij hierom
gelukkig, wijl wij dezen nog liever
in den eereraad zelve zitting zien ne
men. Het feit, dat hij daarbij het eerst
genoemd is, wettigt het vermoeden,
dat hij het voorzitterschap van den
eereraad zal innemen. Hiervoor nu
is niemand beter ter wereld denk
baar dan de man, die krachtens art.
13 van de wet op den Raad van State
permanent voorzitter is der afdeeling
voor geschillen van bestuur, en als
zoodanig ervaring, oefening en gave
des onderscheids bezitten moet, om
de neteligste kwesties op te lossen en
het zwaartepunt te vinden.
Daarnevens wordt onze Senaat en
in hem ook de rechterlijke macht
vertegenwoordigt door den oud-pro-
cureur-generaal bij het gerechtshof
te Amsterdam, mr. Kist Betere keuze
èn uit de Eerste Kamer èn uit de
rechterlijke macht ware niet te doen,
daar de benoeming van dignitarissen
bij den Hoogen Raad verbonden, uit
gesloten schijnt. Immers, in het on
waarschijnlijke geval, dat het enquê-
te-voorstel-Troelstra tot een vervol
ging leiden ging, zou, als we ons
vergissen dr. Kuyper volgens art
164 van de Grondwet voor den Hoo
gen Raad moeten verschijnen.
iiindeüjk noemen wij de keuze van
den oud-minister van Karnebeek een
zeer gelukkige, èn om het prestige
wat deze bezit, èn om zijn ervaring
in de diplomatie opgedaan, die hem
steeds een aandachtig gehoor geeft,
daar hij.de fijne puntjes der quaestie
ïn het debat weet aan te wijzen.
In 't algemeen achten wij de keuze
van - den eereraad een zeer geluk
kige, omdat geen der leden tot de
partijgenooten van Dr. Kuyper be
hoort. De heer v. Swinderen hoor
den wij steeds als gematigd rechts
(chr.-hisf.) kenschetsen. De heeren
Kist en van Karnebeek behooren tot
de linkerzijde.
Waarlijk, de samenstelling van den
eereraad is een zoodanige, dat zij
naar onze opvatting niet béter had
kunnen geschieden/'
v,Het 'Huisgez/* oordeelt eveneens, 't
iPIad zegt
Met de benoeming van deze com-,
missie is het enquête-voorstel van
den heer Troelstra niet alleen iran de
de vlakte, maar is het begraven.
Misschien voelt de voorsteller dit
zelf en neemt hij zijn voorstel tefug.:
Maar mocht hij de gelegenheid om
•een verstandige daad te doen onge
bruikt laten voorbijgaan, dan is er
geen twijfei aan, of de overgroote
meerderheid der Kamer, van links
zoowel als van rechts, verwerpt het.
Alle tijd, aan het enquête-voorstel
te besteden, is verloren tijd.
De zaak-Kuyper zal door zijn pairs
worden behandeld. Zij zullen daarbij
wel minder kleinzielig te werk gaan
dan een 'Tidemau en een Troelstra,
maar men kan er slaat op ma'lcen, dat
zij onbevooroordeeld, rechtschapen
en streng zullen vonnissen, zooals het
rechters en vroed en mannen betaamt.
In aïle kalmte kan men thans de
uitspraak en daarmede hef sfot der
geruchtmakende zaak tegemoet zien.
FEUILLETON.
6)
Maar een vreemd bed en nog vreem-
jüer toestanden zijn niet voldoende om
een gezonde jonge vrouw, mét sterke
teenuwen na een meer dan yoldoeaiide
(dosis mist en golfterrein uit den slaap
.te houden, zelts als daaraan' nogi wordt
.toegevoegd het ongewone, en ongemak-
IkeBjkc van met kleeren' aan oj> oed te
liggen. Het hoofd van'juffrouw Rom-
iney had *.og, geen Vijf minuten gelegen
!o»f zij sliep rustiger dan ooit.
Met een soort van schrik Wend zij weer
W-akker. Een oogenblik lag zij verbaasd
rond te kijken in de onbekende kamer
,en had zij het gevoel, alsof zij droom-
Jfle. Waardoor vvas zij wakker geworden
jHad zij het gedroomd of niet, dat er
een behoedzame, tersluiksche beweging-
jen een licht geritsel aan haar zijde was
gjeweest. i
Zij keek voorzichtig jit die richting,
ftSoch zonder het .hoofd te bewegen. De
Sormen van de meubels staken als dosiker-
er schaduwen af tegen andere vage en
Onduidelijke schaduwen, en zij was bijna
.ervan, dat zij tegen eeg donderen
achtergrond, die zonder twijfel een over
gordijn was, iets wits zag, dat veel gelij
kenis toonde met een gedrapeerde ge
daante. En voelde zij niet een bijna on
merkbare beweging onder haar hoofd,
alsof een hand voorzichtig onder hoor
hoofdkussen tastte? Nu werd de hand
teruggetrokken..... weer hoorde zij een
licht geritsel, een zacht gekraak en een
bijna geruiscliloos sluiten van een deur.
Neen het was geen droom zij was
klaar wakker. Zij was verdwaald ge
weest in de mist ojj het golfterrein van
Cfaversham, dat schoot haar nq weer
te binnenZij vloog niet een kloppend
hart overeind toen de herinnering in haar
levendig werd en tastte naar den knop
liet efectrische licht naast haar bed. In
een oogenblik was de kamer helder ver
licht en zat zij overeend in haar bed met
een volkomen helder hoofd.
Was hetgeen zij gezien had werkelijk
heid Öf had een droom over de onbe
kende vrouw, die zonder twijfel nog
steeds lag' fe slapen In de aangrenzende
kanier, haar dit visioen bezorgd van die
gedrapeerde gedaante naast haar bed?,
Dat moest wel haast zoo zijn,- maar tocli
was die zoekende hand onder haar kussen
werkelijkheid geweest. T.oen zij bedacht*
dat zij, een ingewortelde gewoonte vol
gend, haar pos temónnaie én sleutels Voor
dat zij ging slapen onder haar kussen had
gelegd* yoelde zij met 4e htyid ernaar.
De portenionnaie lag er nog, maar de
sleutels zij zocht en zocht nog eens#
maar tevergeefs zij waren verdwenen
En wat was dat andere kleine ding, dat
zij daar in haar hanjd/kreeg? Zij trok
haar hand terug en keek ontzet naar
hetgeen zij in' de palm van haar baud
zag liggen een zwaren gouden ring.
In minder dan een oogenblik sprong
zij haar bed uit en vloog naar de deur.
Plotseling klonk er beneden een hevig
lawaai luide kreten, een geluid alsof
er geworsteld werd, een pistoolschot,
en het gerinkel van brekend glas. Op
de gang' struikelde zij over iets zij
raapte liet op en rende de trappen af.
Het licht \vas weer aan, de scherven!
Va!n een gebroken spiegel lagen óver
den grond, de buitendeur stond wjjd
open en zij kwam juist bijtijds om' Lyd-
diaCd ,als een pijl uit een boog er door
te zien vliegen. Zij rende ook haar bui
ten in haar opgewondenheid kende
zij geeh angst en kón duidelijk de
schaduwen onderscheiden van twee woe
dend vechtenjde mappen. Toen klonk er
een tweede sdfot, gevolgd door een
kreet en het geluld van vluchtende voet
stappen, die wegstierven op een onzidht-
baren wég, 'Het volgep'de oogenblik
kwam LyddiaWl te voorschijn uit de
mist, die duidelijk minder begon te wor
den. Hij had een revolver in de hand.
jgg i« «f riep. Jqgrsgjw.
een raadgeving zou kunnen opge
vat worden, zooals toch elk bur
ger het reent heeft te doen. Maar
thans, nu een nieuwe wet in wer
king is getreden, wenden wij ons
met vertrouwen tot onze onderda
nen en vragen hun zich als chris
tenen te gedragen en te' zeggen
iWij hebben één leger, het land is
van oordeel, dat het noodig is. Gij
vreest het, daar gij bezorgd zijt
voor de zedelijkheid en het geloof
uwer zonen. Wij begrijpen uwe on
gerustheid en deeleh haar.
De overgang van den huisel ijken
kring in een andere omgeving, die
den toegang opent tot de open
bare ambten, handelshuizen, fa
brieken en universiteiten, tot de
kazerne, is voor een jongen man
wiens karakter niet krachtig ge
staald is, een gevaarlijke beproe
ving. Bij alle opeenhoopingen van
menschen is de aanraking met ande
re personen voor zwakke naturen
een oorzaak van besmetting.
Beschermt dan uwe zonen, ver
sterkt hen, voordat gij hen naar de
kazerne zendt; volgt er hen wan
neer zij er zullen zjijn, geeft hun be
schermers en overtuig u persoon
lijk, dat zij getrouw blijven aan*hun
ne zedelijke en godsdienstige ver
plichtingen,
.^iWij moeten dank zeggen aan de
Regeering dat zij door officieele
verklaringen, de ouders der mili
ciens heeft gerustgesteld.
(Wanneer de Belgen nu naar hun bis
schoppen meer dan naar eigenwijze jour
nalisten luisteren,, dan komt er veel te
recht, wat reeds op weg was te worden
bedorven.
Italië.
Een verzinkend dorp.
Onlangs is te Scopolo, in de Italiaan-
sche provincie Parma, een groote aard
verschuiving begonnen, die nog piet tot
staan gekomen is en het geheele plekje
verwoest heeft. Er schijnt waarschijnlijk
geen land op aarde, althans niet in Euro
pa, waar de grond zoo bewegelijk is als
in Italië. Een ooggetuige verhaalt het
volgende:
Het is een griezelig gezicht, waarvan
je bijna zeeziek wordt. De huizen schij
nen te dansen en door elkaar te wande
len. Hier slaat bij één ervan plotseling het
dak in elkaar, -daar stort eensklaps ieen
huis zonder zichtbare oorzaak ineen. Al
lemaal zijn ze in beweging. Menschen
zijn er natuurlijk in het dorp niet meer
aanwezig; ze zijn sinds lang gevlucht en
slechts een stuk of wat kippen krabbelen
zorgeloos tusschen het puin.
De boer die de ramp zag beginnen,
heeft ,»an den verslaggever van een Itali-
aansche courant het volgende verteld: Hij
is eigenaar van een stuk beukenbósch
in Üa bergen en had zich op Kerstochtend
daarheen begeven. Hij wilde juist terug-
keeren, toen hij iets buitengewoons zag
gebeuren. Daar waar hij stónd begonnen
de beukenstammen in hevige- beweging
te komen; enkele bogen als door een ge
weldigen storm, waarvan hij ook het jrui-
schen meende te vernemen. Maar het was
volkomen stil in de lucht en niet het min
ste windje voelde men. Tegelijkertijd ook
overkwam hem een onverklaarbaar gevoel
alsof hij dronken was, en, met (hem, de
boomen in het ron'd, Naast zich zag
plotseling, hoe twee beuken elkaar sche
nen te omarmen, als zouden ze gaan wor
stelen..... totdat een vaii de twee weg-
(waggefde,en wel met een flinke Vaart.
Op hetzelfde oogenblik kwam ook de
boer, met den grond, waarop hij stond,
in beweging. Nu begreep hij, wat er aan
dö hand was en hij rende zoo snel "hij
Ioopen kon, naar het dorp om het nade
rende onheil aan te kondigen. ïn den
namiddag kwam de ramp het bleek dat
de berg over een lengte van twee kilo
meters bij een breedte Van 650 meters aan
het glijden was geraakt.
De beide waterputten van, het dorp lie
pen droog, daarentegen borrelde op ande
re plaatsen water op, dat aan beide zijden
Van den glijdenden berg in stroomen
iRomney ontzet uit. „U bent toch niet
gewond?"
„Neèn, neenmij scheelt niets." Hij
volgde haar naar binnen ,6loot de 'deur
en legde den revolver met eenlach
peer i
„De gebeurtenissen van dézen nacht
b'elove»! interessant te WordenIk heb
mijn diner betaald door een inbreker
op de vlucht te jagen."
„Een inbreker?"
„ja, niets meer of mihderj hij maak
te zijn entrée op dezelfde wijze, als
Wij. Gaat u toch zitten u ziet Zoo;
Wit! het spijt mij, dat h bent wakker
geschrikt." Hij gaf haar een stoel. „Ik
Was daarginds in slaap gevallen,": leg
de hij Uit, met een hoofdknik in de
richting van de kleine zitkamer, „en
Werd wakker iti 'de verbeeldinjg ,dat ik
in de aangrenzende kamer, de biblio
theek, een geluid hoorde. Eerst dacht
ik nog, dat u, niet instaat om te sla
pen, naar beneden was gekomen. Maar
ziet daar vond ik den góeden man juist
bezig het gordijn weg te trekken voor
de brandkast, die in een nis In den muur
staatmasker, bouffante, pet met oor
kleppen, allés compleet hij kon zóó jge-
stapt zijn uit „Het politienieuws" als u
dat interessante blad kent."
„Eh schoot u op hem?"
„Neen. Wij sprongen óp elkaar af
C« ik greep h,enihij worstel^é zich
neervtoeide. Waar in den grond een spleef
ontstond hoorde men het water ruischett
en opspatten,- wanneer men er een steen
in wierp.
Nu eerst werden die dorpelingen indach
tig dat zij reeds vroeger vreemde bewe
gingen in het water hadden waargeno
men, <lie zij niet konden verklaren. Nu
is de bergverschuiving zoover gevorderd
dat zij zich zelfs in de diepste deelen
Van het daf groote grondverplaatsingen,
vertoonen, en de grond met alles wat zich'
daarop bevindt, heen en weer glijdt. Uit
de verte bespeurt men niet veel daarvan*
doch In de buurt ziet men reeds alle ge
bouwen, vooral den kerktoren, wankelen^
De beide nabijgelegen dorpen Masanti
en Pilati Worden niet bedreigd; daar zij
op vasten grond staan, waarschijnlijk ge
steente. Naar deze beide dorpen zijn dé
inwoners van het ten ondergang veroor
deelde dorp gevlucht, die er alle het lo
ven afbrachten.
Steun aan de Katholieke pers.
De prinsen der Kerk bevelen op vek
lerlei wijze het steunen der katholie
ke pers aan. Met woorden, maar oo!$
met daden. De aartsbisschop van Juripi;
kardinaal Richelmi, heeft een Térsoon-
lijk eigendom verkocht en de opbrengst,
140,000 fr., geschonken aan het katho
lieke blad van Turijn, de „Memento".
Dat herinnert aan de daad van kardi
naal Sarto, thans paus Pius X, die dö
kostbaarheden uit zijn paleis verkocht
om met de opbrengst de „Difesa" te steu
nen. En die met zijn gondel door de kana
len van Venetië voer om exemplaren der
„Difesa" uit de deelen en steun te vra
gen voor zijn „groot werk."
(„Geld.")
Rusland.
Knnnen poedels staatsbeambten
worden.
Deze vraag, die men in ieder beschaafd!
land ontsproten zou wanen aan het ver
warde brein van een ziekelijk overdreven,
dierenminnaar, is in het land van „Va
dertje" toestemmend beantwoord. En wel
door den majoor der gendarmerie Kom-
missarow, in de gezegende Siberische
stad Krasnojarsk.
Het stedelijk bestuur dier gemeente
échter js van tegenovergestelde opinie*
en uit dit echt Russische meeningsver-
schil is een strijd ontbrand, die nog niet
Is uitgevochten.
Majoor Kommissarow is de gelukki
ge eigenaar van drie poedels, Aropha,-
Ffek en ,Topha, die hij bovenmate lief
heeft zoo erg als hij er het land aan
heeft, belasting voor zijn lievelingen te
betalen. Toen nu onlangs de gemeente
Krasnojarsk een hondenbelasting invoer
de,- gaf de majoor het aan hem onderge
schikt e gou vern e m en ts-gendarm e ri ebe-
stuur .té kennen, en dat door een bijzon
dere dienstorder, dat hij „de inschrij
ving van zijn drie poedels Aropha, Flek en
Topha in de dienstlijsten" beval.
Een afschrift van dit bevel, waardoor
de drie Viervoeters tot staatsbeambte be
vorderd werden, zond hij aan den ge
meenteraad, én dschte op grond daarvan
vrijstelling van belasting voor zijn hon
den.
De bewoners van Krasnojarsk zijn in-
tU8Schen in niet geringe verlegenheid ge
raakt, hoe zij zich zullen dienen te .gedra
gen, als een der zwartkridlige en zwart-
staartige staatsbeambten hen in de kui
ten mocht bijten.
Zjch met een schop te verweren zot(
misschien als handtastelijke beleedigïng
van beambten in dienst" of zelfs als „ver
zet tegen het staatsgezag"- worden aan
gemerkt.
Amerika.
Moordstatistiek.
Andrew ,White, voormalig president
yan.de Cornell Universiteit en oud-ge»
zant van tie Vereenigde Staten te Ber
lijn, heeft sinds hij, nu acht jaar gele^
den, den diplomatieken dienst verliep
onderzoekingen ingesteld naar de toe
passing der strafwet in de verschillende
staten der Unie. Dat onderzoek heeft
los, ging op de vlucht en schoot op,
mij, toen ik hem achterna ging hij
verbrijzelde den spiegel, zooals u ziet
waarschijnlijk Alleen Om mif schrik
aan te jagen. Hij rende de deur uit,/
ik achter hem aan, Wij worstelden met
elkaar en ik ontwrong' hem zijn revol»;
ver, maar toen rukte hij zich weer los:
en ontvluchtte, en toen schoot ik op
hem. Het was natuurlijk maar op goed.
geluk in de mist, maar ik geloof wel dtt
ik hem geraakt heb, Want hij slaakte een
kreet. Maar hij kan toch niet èrg géwondj;
zijn, te oorcleelen naar de haast die hij
maakte." Hij hield even op.
„Maar wat hebt u daar wat'is dat.
voor wits?"
„Ik weet het niet." Zij keek er verle
gen naar en liet het vallen. „Ik ik'
raapte het in de gang opik geloof, dat
het een laken lis. Maar wat hebt u
daar?"
„Dit? O, dat is het masker. Ik gTeep!
het beet en rukte het af, terwijl wij aait!
het worstelen waren ik zal dat eti de*
revolver bepaald bewaren als lierimip
ring aan mijn eersten inbreker. Maar ge-
luldrig heeft hij de brandkast niet opeitf
gemaakthij had geen tijd om het 'tej
probeeren. Maar dat i s waar ook, ilï
geloof, dat bij de sleuteU wèl had; ikf
herinner mij, dat ik iets heb hoorewf!
vallen, dat rinkelde."
(Wordt vervolgd).