SCHAAKRUBRIEK. -I I O ja A li i i 1 I 1 i A 7* Éi LLi f i i I'H iÜ i i i m 1 1 jp ||B I i i i A i v'ï 31 21 SI a m k if 1 èl èl m a 16 Redacteur: JOH. TIELEMAN, Linnaeusparkweg 29, Watergraafsmeer. Gelieve alle mededeelingen deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. PROBLEEM No 701. W. B. H. MEINERS (Nederlandsche Problemen.) Mat in twee zetten. Li J LA. j£7.J..v>vx PROBLEEM NO 702. P. A. KOETSHEID, Priucenhage (Nederlandsche Problemen.) Mat in drie zetten. ÜP A i .jA.Vj 4 P c 3 f e 4 5 P e 4d 5 Meer gebruikelijk is 5 P f 6, waarop volgt 6 D e 2. De zet 5 d 5 wordt we gens de nu volgende offercombinatie al gemeen voor minder goed gehouden, het verloop dezer partij daarentegen bewijst, dat de tweesprong van den damepion lang zoo slecht niet is 6 P e 5 d e 4 7 P c 6: Indien D h 5 f dan 7... g 6 8 P g 6 P f 6 9 D e 5 f K f 7 10 Ph8:f K g 8 en zwart blijft in het voordeel. 7 D g 5 8 D e 2 P f 6 9 f4 D f 4 10 Pe 5 f Het blijft de vraag of het spelen op pi onwinst met 10 P a 7 f wel goed zou zijn, wegens IC... L d 7 11 L d 7 f P d 7 12 P b 5 0-0-0 10 c 6 11 d 4 D h 4 12 g 3 D h 3 13 Lc4 Niet goed ware 13 Pc 6: wegens 13 a 6 14 L a 4 L d 7. 13 L e 6 14 Lg 5 L d 6 15 Le6: De6: 16 P c 4 Op 16 D c 4 zou Zwart door 16 P d 5 het betere spel verkrijgen. 16 17 0-0-0 18 Kb 1 19 L f 6 20 T h f 1 21 P e 3 28 De 3 D g 6 38 hg 3: Tg 3: 29 Kc 1 K b 8 39 c 4 T d 3 30 b 3 D e 6 40 d 5 c d 5 31 Tgl h 5 41 cd 5: K c 7 32 Th4 T g 4 42 T e 5 T d 4 33 T g 4 43 Te 61 Natuurlijk niet T Iedere andere zet h 5 wegens 33... zou zwart nog mo f 4. gelijkheid tot winst 33 T g 4 laten. 34 Tf 1 D g 6 43 T d 5 35 D f 2 h 4 44 T e 4Remise. 36 D f 5 D f 5 (Deutsches Wo- 37' T f 5 h g 3 che/ischach). Eindstelling. Eene, den 1 Oct. '09 in Café Bauer te Berlijn gespeelde partij tusschen GREGORY en TEICHMANN leidde tot volgend fraai slot' 22 P g 2 23 c 3 24 Tf2 25 Td f 1 0-0-0 L c 7 h 6 g f6: f5 Th f8 Td 7 Tg 7 T g 4 Tg 5 Oplossingen over 14 dagen. Spaansche Partij gespeeld in het viermeestertournooi, Caté t ^Colosseum Berlijn 23 November 1909. Von Bardeleben. Spielmann. Wit Zwart r 2 P f 3 P c 6 1 e4 e 5 3 Lb 5 f5 i Al i '?V V', A 26 P f4 Op 26 P h 4 kon volgen 26e 3 27 T f 3 f4 28 g f 4 D e 4 f 29 Kcl T f4: 30 Te 3: Tf 1f 31 D f 1De 3 f 32 Kc2 De4f met voordeel voor Zwart. 26 L f 4 27 T f 4T f g 8 1 P e 5 2 D e 5De 5 Indien zwart hier L f 6 speelt, dan schijnt wit met 3. De 4 in het voordeel te komen bijv. 3...Pc3 4Pe6: L e 45 P c.7 Pb 1 6 Te4: Pd 2: 7Tb4: Tc 8 8 La6of4. P b 6 5 P c 6 enz. 3 T e 5 Lf6 4 P e 6: Op 4 T e 4 r volgt Pc 7 I, indien 4 T d 5:! dan T d 5 5Lc6! T d 4: 6 La 8: Lg 5! 7 f4 L f4: 8 L f4 T f 4 1 (Het verlok kelijke T d 1 f 9 K f 2 T b 1faalt op 10Le5 f611 Le4 9 Pd 2 T d 41 10 P f 3 T d 1 f llKf2 T b 1 en zwart wint. 4 5 T e 6 6 T b 6 7 Tb 5: geeft op. f e 6: P c 7 P b 5: L e 4 KROONPRINS LEOPOLD, hertog uan Brabant, de oudste zoon uan koning filbert uan België en uermoedelijke troonopuolger Vervolg van paginal i. Zwarte wolken bedekten den nachtelijken hemel. De bijna ondoordringbare duisternis werd nu en dan onderbroken door blik semflitsen, die het nade rend onweder vooraf gingen. Reeds vielen regendruppels en weldra plaste de regen neer. Het was een kwade nacht voor de spoorbe ambten. Vooral de ma chinisten en baanwach ters waren niet te benij den. De storm rukte hun de pet van het hoofd en sloeg hun den kouden regen in het gelaat. Nicodemus, dien de woorden van Leonard tot nadenken hadden gebracht, had den ge- heelen middag buiten rondgezworven. Even was hij tegen den avond in huis gegaan, maar wijl zijn vrouw en dochter nog zwijgend daar zaten en op zijn woorden weinig of geen bleef ook buiten toen het antwoord gaven, ging hij weer naar buiten en onweer losbrak. Ondanks storm en regen stond hij op zijn post als de trouwe wachter. In dezen vreeselijken onweersnacht was dubbele voorzichtigheid noodig. Wat kon er bij zulk een duisternis en met zulk een zwaren regen en storm niet gebeurenNooit nog had Nicodemus zulke angstige voorgevoelens gehad. De bommeltrein zou spoedig komen. Hij moest op een zijspoor gebracht worden tot de sneltrein, die van den anderen kant kwam, voorbij was. Nico demus greep de stang om den 'wissel over te halen, maar op dat oogenblik legde zich een zware hand op zijn arm, hij werd hij den kraag gevat en ach terover tegen den grond gerukt. Het was een vermomde gestalte, die hem van achteren had overvallen. Nicodemus zocht met de kracht der vertwijfeling zich los te rukken. Was de wissel niet overgehaald, dan zou de sneltrein op den bommeltrein loopen, was hij gedeeltelijk overgehaald dan zou de bommeltrein derailleeren en die was elk oogenblik te verwachten. Een ontzettende ramp was dus vermoedelijk te duchten. Nicodemus slaakte een schellen angstkreet. Daar er echter niemand in de nabijheid was, verloor zich deze schreeuw in het geloei der elementen. En reeds kwamen de lichten van den bommeltrein in het gezicht en nader den snel het gevaarlijke punt, reeds klonk de fluit der locomotief nog een seconde en alles was verloren Als een bliksemstraal schoot het Nicodemus door het hoofd, dat de ver momde misdadiger Leonard en de aanval een werk der wraak was. Ja, ook Nicodemus moest de schuld worden van een spoorwegongeluk op zijn post, en zoo zijn karig stuk brood verhezen! Opnieuw trachtte hij den booswicht van zich af te schudden, maar deze gaf hem een slag in het gezicht, dat hij bijna het bewustzijn .verloor. Den aan valler zag hij opspringen en vluchten. De lichten der locomotief waren vlak bij, maar de trein schoof ongehinderd op het zijspoor. Op het laatste oogen blik was de wissel overgehaald en de ontzettende ramp afgeweerd. En nu zag hij aan wien hij zijn redding en die van den trein en van zoovele men- schenlevens te danken had Bij den wissel stönd Reinhard nog: deze was het, die den wissel had overgehaald en nu naar hem toesnelde om hem te helpen. Ook Magdalena kwam uit het baanwachtershuis aangeloopen en met hun beiden hielpen zij den baanwachter opstaan. Deze wankelde en kort slechts met den steun der beide jongelieden zijn huis bereiken om daar half on machtig neer te zinken. Den volgenden dag zaten Nicodemus en Reinhard in de kamer van het wachthuis over het geval van den vorigen avond te spreken. De eerste had zich weer zoo wat hersteld van den doorgestanen schrik en angst. Magdalena echter, die bij haar vader stond, zag er bleek en afgemat uit en scheen toch in de oogen van Reinhard nog schooner te zijn: althans hij kon zijn blikken bijna niet afwenden van het bekoorlijke meisje, dat nu ook veel vriendelijker tegen hem was dan vroeger. En geen wonder. Aan zijn tegenwoordigheid van geest immers was het te danken dat haar vader niet diep ongelukkig gewor den was Ware hij haar vader niet te hulp gekomen, dan zou er een ramp gevolgd zijn, waarvan de gevolgen niet te overzien waren. Hij had echter in de schaduw van de remise staande, de gestalte voorbij zien sluipen, zonder dat deze hem bemerkt had. Spoedig daarop hoorde hij den angstkreet van den baanwachter en ijlde, zoo snel hij kon ter hulp. Den toestand met éen oogslag overziende, deed hij wat het eerst noodig was: hij haalde den wissel over. Toen de nachtelijke aanvaller zag dat er een helper kwam, liet hij zijn slachtoffer los en zocht zijn heil in de vlucht. Nicodemus kreeg spoedig daarop een post als baanopzichter en Reinhard werd in zijn plaats wisselwachter. Nu mocht hij ook hopen, het vurig verlangde doel bij de dochter van den baanwachter te bereiken. Wel moest hij nog wat geduld oefenen tot de tijd Magdalena's droefheid had doen_ slijten en verdwijnen, maar intusschep zocht hij zich de gunst barer moeder te verwerven, wat hem naar men zegt, vrij spoedig gelukte. En hij bracht het nog verder ook EEN ZILVEREN JUBILÉ: EINDE. De heer W- Klauer, die op Nieuw jaarsdag zijn 25-jarige ambtsoer- uulling herdenkt als gemeente- Secretaris te Blokker. Ook in uerschillende andere functiën is de heer Klauer met groote toewijding werkzaam.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1909 | | pagina 6