3)e £ddAelve Sou/temt Gratis en zonder eenige prijsver- hooging. 30 Geïllustreerd Zondagsblad, Geïliusteerd ZONDAGSBLAD Ie Jaargang. No. 77. Bureau OUDE SINGEL. 54, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAO, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN. DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt voor Leiden 9 cent per week, ƒ1.10 per kwartaal; bij onze agenten 10 cent per week, 1.30 per kwartaal. Franco per post 1.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 21/» cent. Donderdag December 1909. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regels 0.75, elke regel meer 15 cent; ingezonden mededeelingen van 15 regels 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Kleine AdvertentiSngevraagde betrekkingen, huur en verhuur, koop en verkoop (geenhandels-advertentiên) 1—5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent; aangeboden- betrekkingen 15 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. De krachtige steun dien wij tot heden ondervonden van de Katholieken van Leiden en Om streken, zich uitende in een steeds grooter wordend aantal abonne menten, heeft ons doen besluiten DE LEIDSCHE COURANT te ver beteren en verder uit te breiden. Het Zondagsblad dat bij onze Lezers reeds zoo'n gunstig onthaal ten deel viel, zal namelijk uitgebreid worden tot een in beeld weergevende, alles wat in de afgeloopen week voor bizonders is voorgevallen, bovendien bevattend een uitvoerige Kinderrubriek, een Schaakrubriek, enz. enz. Het is voor een ieder duidelijk, dat dit voor ons belangrijke kosten medebrengt, daarom verwachten en vertrouwen wij ook van onze Lezers dat zij ons daarin eenigszins tegemoet komen. En ieder Lezer of Lezeres kan daartoe een steentje bijdragen, als hij of zij ons Blad bij anderen aan beveelt, daardoor medewerkt ons abonnementental uit te breiden, zoo dat ieder abonné een nieuw abonnement aanbrengt. Bovendien kan men ons steu nen door onze adverteerders te bevoordeelen en aan te bevelen. Te beginnen met VRIJDAG en vervolgens iederen ZATERDAG ontvangen al onze abonné's het belangrijk DE DIRECTIE. Tegen het Bijzonder Onderwijs. De befaamde Bond van Nederlandsche Onderwijzers, in welken het socialis tisch element goed vertegenwoordigd is, zoo al niet bovendrijft, heeft gister en eergister te Leiden vergaderd. De voorzitter van het hoofdbestuur, de heer F. L. O s s e n d o r p, hield bij deze gelegenheid een rede, waaruit het ons niet ondienstig lijkt een en ander te lichten, ofschoon voor wie bekend is met den geest, die in den Bond domineert, en de argumenten, die tegen het bijzon der onderwijs geregeld worden aange voerd en dat weten de leden van den Bond zelf wel het best al heel weinig nieuws te hooren viel. De heer Ossendorp bracht weer pp hef tapijt de oude argumenten van schol en versnippering en onderwijsver- islechtering. De ervaring leert, verkondigde de heer Ossendorp, dat waar het onderwijs onder den invloed der Kerk staat, dit niet zoo hoog mogelijk wordt opgevoerd, doch dat daar den kinderen des volks slechts een minimum van ontwikkeling op den levensweg wordt meegegeven. Wij weten niet uit welke ervaring deze redenaar putwèl, dat de ervaring niet kan leeren, wat spreker beweerde. Steeds heeft 'de Kerk het onderwijs en de ontwikkeling voorgestaan en bje- vorderd. In het tijdperk der middeneeuwen b.v. was het juist de Kerk, die naast eiken tempel een sqli&oj sticlitfe, ep ^n „de kinderen des volks" ontwikkeling bracht. En die „kinderen des volks" brachten 't toen verder en waren niet minder ge lukkig dan in onzen modernen tijd, nu zij door de openb. school niet de doffe onderdanigheid, welke hun op de bij zondere school wordt ingescherpt", zooals de heer Ossendorp het uit drukte worden opgevoed, maar nu zij onderricht ontvangen door middel van de „neutrale" openbare school, die on der hare mannen telde gezag-afbrekende onderwijzers als Edelman en Traanberg! Over het onding „neutraliteit" in de school zullen we niet veel zeggen. Gesteld de onmogelijkheid, dat deze zou kunnen bestaan, dan nog moet er van het instituut der openbare school een verder fel ijken invloed uitgaan, om dat velen der openbare onderwijzers zich niet neutraal houden 'fruiten de school. Of zou men zoo naïef zijn te meen en, dat de invloed van den onderwijzer op de leerlingen zich bepaalt slechts tot binnen de schoolmuren? De handel en wandel van den onder wijzer, diens gedragingen, diens optre den, diens uitgesproken meeningen bui ten de school hebben, althans kun nen een machtigen invloed hebben, op het ontvankelijk gemoed der leerlingen. En wanneer men dan ziet, hoe open bare onderwijzers openlijk optreden als vurige propagandisten voor het socia lisme bijv. de nu ontslagen onder wijzer Ossewaarde te Krabbendijke en de mede ontslagen heer Hegeraat te Nijmegen dan kan de vrees niet on gewettigd worden genoemd, dat er bij de hedendaagsche vroeg-rijpe jeugd, stemming wordt gewekt voor zaken, waarvan de leerlingen naar de eigen meening van jjen heer Ossendorp geen tittel of jota verstand hebben. Ten slotte willen we nog wijzen op het sprekend feit, dat de voorzitter van den Bond van Ned. Onderwijzers hulde bracht aanFerrer! De nagedachtenis van dezen anarchist, die hoofdoorzaak was van revolutionaire troebelen en moordaanslagen, zouden de Nederlandsche Onderwijzers van den Bond naar de uitspraak van den heer Ossendorp het beste eeren door „steeds voor oogen te houden, wat een clericale regeering ter handhaving van haar macht durft doen, steeds indach tig te zijn, dat neutraal onderwijs, zooal-s zij dat bedoelen, alleen in staat is het peil der volksontwikkeling te verhoo- gen". Neutraal onderwijs, zooals iif dat be doelen 1 Jawel. Maar bij een huldebetooging, uit den mond van den voorzitter van den Bond, als die aan Ferrer, zullen hoe langer hoe meer ouders gevonden worden, die van die „neutrale" onderwijzers niet meer moeten hebben. En zoo moet het pok ^ijn. BUITENLAND. De hoofdtaak van het Kabinet. Dr. Nolens schrijft over dit onder werp in de „N. Venl. Courant": De hoofdpunten der regeeringstaak, zegt hij, die met elkaar in verband staan zijn de invaliditeits-verzekering, en ta riefsherziening. Deze beide vorderen niet alleen de aanhoudende, maar ook de zeer bijzon dere zorg van het geheele Kabinet. Boven alle andere wettelijke voorzie ningen vorderen zij de voorkeur. Ook boven grondwetsherziening eai kiesrechthervorming. „Eisch yan het oogenblik is, met de wetgeving voortgang te makeneisch voor de toekomst is, op grondwetsher ziening voorbereid te zijn", schreef de Regeering in de Memorie van Antwoord. En uit het Regeeringsantwoord bleek, dat in de eerste plaats gedacht .wordt aan de Sociale Wetgeving. ïn die sociale wetgeving is op dit oogenblik de kern: de invaliditeitsver zekering. En met deze staat in onafscheidelijk financieel en economisch verband: de tar i e f sherzi enin g. Financieel voor zoover de Staat er .geld voor beschikbaar moet hebben. Economisch voor zoover de bedrijVei^ werkgevers en werknemers, de lasten moeten dragen. Wat in hoofdzaak van dit Kabinet op dat terrein verwacht wordt, moet ko men uit het departement van Landbouw en uit dat van Financiën. M!l 'w ligt het ZKjVMtcftH"*. J J België. Het diplomatieke corps bij koning Albert. Bij de ontvangst der diplomaten op het paleis te Brussel, hield Z.Exc. de apos tolische nuncius, de volgende toespraak tot den koning: Sire, Daar het diplomatieke korps de eer heeft voor de eerste amal in de tegen woordigheid van Uwe Majesteit te wor den toegelaten, dient het natuurlijk op wellend woord, dat van mijne lippen klinkt, om Hem, in mijnen naam en in naam mijner collega's, te zeggen hoezeer wij deelnemen in de vreugde, welke he den door België trilt bij de troonsbe klimming van Uwe Majesteit. Door het bestijgen van dien luisterrij ken troon, waaraan de wijsheid van ko ning Leopold II zooveel glans en groot heid wist te schenken, gevestigd door de deugden en de wilskracht van een volk, dat weet te werken en te willen, wordt Uwe Majesteit meteen verheerlijkt. De hooge persoonlijke begaafdheden van Uwe Majesteit, de adel van zijn ka rakter, de grootheid van zijn geest, al die gaven welke zijne onderdanen door hun algemeen, geestdriftig onthaal, bewezen hebben te kennen en te waardeeren, zijn zoovele waarborgen dat België al wat het van zijn koning verwacht, ten volle zal zien verwezenlijken. Heden wordt Uwe Majesteit door alle volkeren toegejuicht en ik ben overtuigd dat ik de gedachten van mijn collega's trouw weergeef door Hem de meest op rechte wenschen aan te bieden, opdat God hem een langen en glorierijke re geering gunne, waardig aan een groot en goed koning. Mevrouw. Sta ons toe dat wij ons aansluiten bij de betooging der eerbiedige en diepge voelde genegenheid, die Uwe Majesteit over 't geheele land is ten deel gevallen en in Uw Doorluchtigen Persoon groe ten de koningin, de gade en de moeder, die zoo waardig deelneemt in de vreug den en de plichten van haar koninklijken gemaal, mét, door hare hooge deugden, machtig bij te dragen tot het geluk van België. Daarop antwoordde Z. M. de koning aldus Monseigneur, Excellenties, Van al de mij toegezonden wenschen zijn er, in mijne oogen, weinig, welke meer waarde hebben dan deze, waarvan Uwe Excellentie de tolk is. De bewijzen van toegenegenheid, over vloedig door de vreemde staten aan de koninklijke familie van België geschon ken, zijn voor haar een steun en een troost geweest; de koningin en ik waren er bijzonder gevoelig voor. De wen schen, welke Uwe Excellentie wel heeft willen uitdrukken voor den voorspoed van België gedurende mijne regeering, heb ben ons hart getroffen. Zij beantwoorden aan het verlangen dat de natie, mijn staats beheer en ik zelf koesteren om de vriend schappelijke betrekkingen te zien hand haven welke ons aan al de hier verte genwoordigende mogendheden verbin den. In vrede zijn werkzaam leven voort zetten en geacht worden door de andere volkeren, dit is de vurigste wensch van België. Ik verzoek u, monseigneur, ex cellenties,- daarvan de verzekering aan u,we regeering te willen geven. Frankrijk. De Apachen. Het gevecht in de straten van Nan- terre schijnt de politie nu toch wakker ge schud te hebben. Ten minste, zij is on afgebroken in de weer, om de apachen op te jagen en zoo mogelijk onschadelijk te maken. Maandagavond hebben een commissaris met twaalf agenten en een speurhond jacht gemaakt op een berucht individu, Nonor bijgenaamd, die voor den aanvoerder wordt gehouden van de ben de. Tevergeefs werden echter eenige kroe gen en befaamde hotels afgezocht; de vogel was blijkbaar gevlogen. Hoe brutaal echter deze straatroovers optreden, blijkt wel uit het volgende: Een inspecteur der recherche wandel de met een vriend om een uur 's mid* dags in een der voorsteden, en werd her kend door een bende van twaalf manne rs ££achen* Zjj ïMêfl hem aanop het geluid van zijn revolver schoten kwamen eenige politieagenten en een soldaat ter hulp, waarop een geregeld gevecht ontstond. Hoewel zij twee der aanvallers wist te grijpen, moest de poli tie toch wijken voor de overmacht De inspecteur en zijn vriend werden gevaarlijk mishandeld, terwijl twee agen- tne werden gewond. Italië. Een herdenking. De verjaardag van de ramp van Mes sina en Reggio is door geheel Italië op plechtige wijze herdacht. De bladen wijden lange artikelen aan de catastrophe; in verschillende steden zijn bijzondere missen gecelebreerd voor de slachtoffers. Te Reggio hangen de vlaggen 'half stok de winkels zijn gesloten. De bevol king heeft zich in plechtigen optocht voorafgegaan door de overheid, depu taties van verschillende vereenigingen en de met krip omfloerste vlag naar het kerkhof begeven, om een krans op het graf der slachtoffers te leggen. D e„Tribuna" geeft een overzicht van hetgeen voor de verwoeste steden is ge daan. Het bestuur der spoorwegen leverde tot Juni voor 35 mïllioen lire materi aal uit de magazijnen waaronder 9000 barakken. In het geheel zijn 30.000 ba rakken ter beschikking gesteld, waarvan er 4000 reeds zijn opgeslagen. Deze loodsen bedekken een oppervlakte van 4 millioen vierk. Meter. Vijftig kilome ter straat is aangelegdvernielde wa terleidingen in Messina en Reggio zijn vernieuwd. Spanje. De Watersnood. Uit de particuliere berichten welke nu langzamerhand loskomen, blijkt, dat de watersnood ontzaglijke schade heeft aan gericht. Het schouwspel is vreeselijk, zoowel te Salamanca, Zamora als te Burgos, Valencia enz. In de beide Asturiën is het platteland een ruïne van huizen, brug gen, halfingestorte fabrieken en weg- geslagaen wegen en spoordijken. Te Zamora zijn meer £an 5000 stuks vee verdronken de meeste huizen in de dor pen zijn onbewoonbaar geworden. Onder de plaatsen, welke het meest geleden hebben behoort Benavente, waar het water zoo snel steeg, dat de inwo ners ternauwernood het lijf konden red den het laaggelegen gedeelte van het dorpje is geheel verdwenen Een aan tal herders en landlieden, die in de hoo rnen vluchtten, zijn van koude en honger bezweken. Te Vecilla bleef alleen de kerk over eind. Bovendien is overal het zaad uit de akkers meegesleurd door het yvater zoodat hongersnood gevreesd wordt. De overheid spant alle krachten in om de van alles beroofde bevolking te hulp te komen en in de eerste plaats te voor zien van voedsel en kleeren. Engeland. Een teekenaar aan de werk te Ports mouth, Knowlden geheeten, zal terecht staan beschuldigd van diefstal van den ontvanger van het draadlooze telegraaf- apparaat aan boord van het torpedo- opleidingsschip „Vernon" en van tach tig plannen, enz. waarvan het bezit de resultaten van den geheelen arbeid ter volmaking van de draadlooze telegra- phische inrichtingen van de Britsche ma* rine zou doen kennen. Knolwden, die zich ïn hechtenis be vindt, wordt echter niet beschuldigd aan anderen eenige mededeeling omtrent den inhoud van de gestolen stukken te heb ben gedaan. Rusland. Overbevolking der gevangenissen. Aan de „Lokal Anzeiger" wordt uit [Moscou geseind: Ten gevolge van de zeer talrijke arrestaties, die plaats gehad hebben onder het personeel der politie te Moscou wegens wangedrag en verduis- ternig van gelden, zijn alle gevangenissen geheel gevuld. De voornaamste wachtpost van Krem lin zal nu worden ingericht om er een ge deelte van de beschuldigden in verze- ^ejdé Jiêw^ring tg brengen^ Ojader dezen behoort ook kolonel Giers, een der po litieautoriteiten van Moscou. Finland's strijd om recht. Van de hand van professor dr. Wi, van der Vlugt te Leiden bevat de „Frankf. Ztg." een opstel over den strijd om het recht van Finland, die thans weder wordt gestreden. De hoogleeraar verde digt daarin de stelling, dat die strijd niet is een binnenlandsche aangelegenheid van Rusland, waarmede het buitenland zich niet heeft te bemoeien. De bewering dat dit wel zoo is, wordt vooropgezet door de Russische bureaucraten en hun aan hang, voornamelijk om zich daardoor aan elke verantwoording wegens hun Finsche politiek te onttrekken; maar die bewe ging is niet vol te houden. Doch al ware het een interne aangelegenheid van Rus land, dan toch zou de buitenwereld, de onpartijdige toeschouwer, het volste recht hebben zijn meening daarover te zeggen den vader, die zijn zwakken zoon mishan delt, bij den rechter aan te klagen staat eiken buurman vrij, ook al heeft hij niet het recht het huis van den schuldige te betreden, en de mishandeling te voor komen. Maar er is nog een tweede gewichtige overweging: de vraag of de regeling der Finsche quaestie een zuiver binnen- landsch Russische is, vormt juist het rechtspunt, het geschilpunt tusschen de Finnen en de Russische tchinowniks. Zoo de buitenlandsche pers zich daardoor liet overhalen, om zich er niet mede te be moeien, zou zij zich feitelijk plaatsen aan de zijde der partij die de macht, maar niet het recht heeft. En daarom wil de hoogleeraar, na zijn pleidooi in „Onze Eeuw", en zijn fran- sche brochure ook in een duitsch blad protesteeren tegen de onrechtmatige daad^ die Rusland thans weder wil begaan, ge lijk hij het ook voor tien jaren deed, toen de eerste rechtsschennis in Rusland plaatfj had. Breedvoerig zet dan de hoogleeraar het geheele feiten-materiaal uiteen. De voor waarden, in 1809 voor het beheer van Finland vastgesteld, de erkenning daarvan door Alexander I, Nikolaas I, Alexander II en Alexander III; de eedsaflegging van Nikolaas II op de Finsche grond wet, en de plotselinge schending van dien eed in 1899, de eerste aanslag op den rech ten en vrijheden, die Rusland onder vier Tsaren had geëerbiedigd. Nadat de professor herinnerd heeft aan de nobele houding van het Finsche volk bij die rechtsschennis van de zijde van den Russische Tsaar, wijst hij op de merk waardige verandering, die tengevolge van den oorlog in Mandsjoerije en de daarop gevolgde revolutionnaire beweging in Rusland, in de zienswijze van de Russi sche regeerders plaats greep. De oude toestanden werden hersteld, de rechten zelfs aanmerkelijk uitgebreid. Maar nauwelijks was de rust in Rus land hersteld en kon de autocratie weder het hoofd opheffen, of de onderdrukking begon opnieuw. Een reeks onwettige maatregelen werden ingevoerd, en in Mei 1908 wierp Stolypin het masker af, en kondigde hij een tweeden staatsgreep aan,- toen hij het russische nationaliteitsgevoel tegen het kleine Finland in 't geweer riep. De hoogleeraar bespreekt alle maatrege len, die sedert genomen zijn, om het recht van Finland op eigen bestuur te beper ken In een tweede artikel zal de Leidsche hoogleeraar de verdediging dier Russi sche maatregelen door Stolypin aan eqai nader onderzoek onderwerpen. De Russische „Börsenzeitung" deelt mede, dat op last van een Duitsche recht bank beslag is gelegd op Russische staatsdeposito's bij de firma Mendelssohn te Berlijn. Tijdens den laatsten oorlog had Rusland nl. op naam van den Duischer Heilfeld het stoomschip „Anhalt", dat met ammunitie naar Wladiwostok zou wor den gezonden, gecharterd, daarna het schip aangekocht en Heilfeld schriftelijk aan aanzienlijke som toegezegd, wanneer hij de gevaarlijke reis met goed gevolg zou volbrengen. Toen de vrede van Ports mouth werd gesloten, was de „Anhalt"' op haar weg naar Wladiwostok niet ver der dan Kiautsjau gekomen. De Russi sche regeering weigerde daarom later de uitbetaling der beloofde som, ofschoon geen enkele bepaling in de gesloten over eenkomst haar daartoe het recht gaf. Intusschen was de Russische consul te KiAutsjAU «t in geslaagd oa de sen si

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1909 | | pagina 1