BUITENLAND. Een verschrikkelijk ledikant. 3> BINNENLAND. Uit Stad en Omgeving. Tweede Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van 4 December. Engeland. Asquith heeft in het Lagerhuis bekend gemaakt,- dat hij den Koning heeft geadvi seerd het parlement zoo spoedig mogelijk te ontbinden en dat het Z. M. heeft be haagd dat advies te aanvaarden. Indien de tegenwoordige regeering aan het bewind mocht blijven, zal de eerste Üdaad van het nieuwe parlement zijn alle tjn de middelenwet voorgeschreven belas tingen opnieuw in te voeren van deze week af en alle geïnde belasting te be krachtigen. Frankrijk. De giftmenger. Het blijkt, <lat de korporaal Faraco, jdie getracht heeft een geheel eskadron te Verdun te vergiftigen, waarschijnlijk jtot dit besluit gekomen is, omdat hij [financiëel volkomen „vastgeloopen" was. Volgens de eerste berichten had hij van een jong soldaat geld geleend, die jhem tevergeefs maande. Deze voorstel ling blijkt wel te euphemistisch te zijn. Hij heeft van het overwicht, dat zijn fang hem gaf, gebruik gemaakt om den pas in dienst gestelden soldaat, zijnl vrijwilligers premie afhandig te maken, pnder voorgeven, dat het geld op de chambrée niet veilig was en hij het zijn vader ter bewaring zou geven. Behalve van dezen soldaat, had hij on geveer van alle manschappen geld ge leend, zoodat hij zich niet meer roeren Icon. In arren moede had hij toen het plan Opgevat, zich van al zijn schuldeischers knet één slag te ontdoen. Japan, Het land der echtscheidingen. Niet de V. S. van Amerika, zooals het jyoor eenigen tijd heette, maar Japan is het land, dat h et grootste aantal echtscheidin gen aan te wijzen heeft. Volgens de ge gevens van "het Keizerlijk Bureau van de Statistiek te Tokio bedroeg het aantal echtscheidingen in het jaar 1908 niet min der dan 61.058 of rond 170 dagelijks. Dat is echter nog iets minder dan in het vori ge jaar,' toen men 65.398 echtscheidingen gen op te teekenen had. Bij een bevol king van nog geen 50 millioen inwoners een zeer aanzienlijk percentage. Italië. Het dagblad „II. Resegone" te Lecce vermeldt in een zijner laatste nummers Imet naam en datum, niet minder dan drie en dertig van de voornaamste las terlijke beschuldigingen, uitgebracht te gen geestelijken en kloosterlingen in Italië gedurende de laatste twaalf maan den. In September 1908 werd de pastoor *(van San Giovanni in Porto door de recht bank vrijgesproken en openlijk in zijn eer hersteld na eene lasterlijke, aantij ging van diefstal en verduistering. Het socialistische blad „II Lavoro" van Ge nua werd veroordeeld door de recht bank wegens valsche beschuldigingen (uitgebracht tegen een priester van San Giovanni in Persiceto. In October van hetzelfde jaar werd het socialistische blad „II Lovoro" te Prato veroordeeld iwegens een laster tegen een priester van Pvato en eenzelfde vonnis werd uitge sproken tegen het socialistische orgaan i,,L' Edera Eridano", wegens laster te gen den pastoor van Vicomoscano. De socialistische „Piacenza Nuova" werd eveneens veroordeeld wegens valsche be schuldigingen tegen den pastoor van Ri- vergaro en in Januari 1909 onderging hetzelfde blad nogmaals een vonnis we gens eerroof van den pastoor van Casal- tnaggiore. In dezelfde maand Januari werd de FEUILLETON. Juist toen de ex-dappere zijn toespraak op teemenden toon had uitgebracht, kwam de koffie binnen, ingeschonken in twee koppen. Mijn oplettende vriend bood mij'eeii van de koppen aan met een beleefde buiging. Ik smachtte van dorst en dronk den kop in één teug ledig. Bijna onmiddellijk daarop werd ik door een duizeling bevangen, en voelde mij vol komen beschonkener dan ooit. De kamer draaide en draaide woest met mij in het rond, de oude soldaat scheen als een zui ger van een stoommachine op en neer te gaan. Ik hoorde niets dan een hevig isuizen in mijn ooien en een akelig ge voel van machteloosheid, van verstands verbijstering, maakte zich van mij mees ter. Ik stond op en hield mij aan de ta-' fel vast, om niet te vallen; ik stotterde dat ik mij onwel voeide: zóó onwel, dat ik geen kans zag om naar huis te gaan. „Mijn waarde vriend", antwoordde de Oude soldaat, en zelfs zijn stem scheen mij op en neer te gaan, terwijl hij sprak; ^mijn waarde yri§n,d4 het zou krankzin- pasioor van San Giacomo di Quistello aangeklaagd wegens misdrijf tegen de zeden maar door het gerecht werd op schitterende wijze zijn onschuld vast* gesteld. Twee priesters van Treviglo die vatschelijk beschuldigd waren van bedrog werden zonder schuld bevonden. Een priester te Cannetello werd beschuldigt van verduistering van gelden bestemd voor de slachtoffers der aardbevingen in het Zuiden van Italië; maar dooi de rechterlijke macht werd klaar en dui delijk aan het licht gebracht dat hij het slachtoffer was van lasteraars. Het blad ,,Provincia di Treviso", dat voor het gerecht geroepen werd wegens verregaanden laster tegen (den pastoor van Ponto d'Asolo, weid veroordeeld tot openlijke herroeping van \al zijn valsche beschuldigingen en tot 'betaling van alle kosten van het proces. De „Roma" van Napels die van het socialistische blad „La Luce" van Caserta een afschuwelijk las- terbericht overnam betreffende den Secre taris van den Kardinaal-Aartsbisschop van Napels,- moest voor het gerecht een zwaar vonnis tegen zich hooien uitspreken. En zoo gaat deze onverkwikkelijke lijst door met haar reeks van veroordeelingen, uitgesproken over socialistische bladenII Lavoro, L' Edera Eridano, La Luce, II nostro Mulo, Pantaleone, La Versilia Nuo- va, La Spinta, Le Lotte Nuove, L' Eco del Popoio, Romagna Socialista, Provin- cia di Mantova, enz. In Maart 1908 drukte het genoemde orgaan „II Resegone" een andere lijst af van 72 soortgelijke gevallen, die slechts een klein gedeelte vormden van de schan delijke lastercampagneaangevangen door de vrijmetselaars en socialisten in den zomer van het jaar 1907. Eenige maanden later, in September, gaf II. Re segone nogmaals een zorgvuldig gede tailleerde lijst van dertig nieuwe lasterge- vallen in de maanden van Maart tot Sep tember 1908,- zijnde meerendeels beschul digingen van onzedelijken aard. Zoo hebben wij dus in 2i/2 jaar niet minder dan 135 gevallen van publieken eereroof, gepleegd op leden van de gees telijkheid van beide geslachten in Italië, en afwisselend tusschen gewonen dief stal en de schandelijkste misdrijven tegen de zeden. Op deze wijze wordt het ongelukkige Italië door een troep gewetenloozen be werkt, en voorbereid op het lot van het ongelukkige Frankrijk, op een bitteren oorlog tegen den godsdienst en tegen allen, die dezen vertegenwoordigen. Het portret van Koningin en Prinses. Van welingelichte zijde meldt men ons dat de fotografiën van H. M. de Koningin "en van de Kroonprinses, zijn genomen door de lectrice van H. M., terwijl zij zijn uitgewerkt door de firma Guy de Coral, hoffoto-handel te Amsterdam en Den Haag. Deze firma is dus niet zelve op het Loo ontboden, om de foto's te nemen, zooals onlangs onjuist in bijna alle bla den is gemeld. Voor Amerika zijn bij deze firma tach tig'duizend van deze foto's besteld. Wel een bewijs hoe populair H. M. onze geliefde Koningin in dat werelddeel is. (Utr. Ct.) De vraag naar de nieuwe portretten van de Koningin en Prinses Juliana over treft verre de gereed gemaakte oplage. Blijkbaar hebben de uitgevers er niet op gerekend, dat deze portretten bij het volk zouden inslaan en hebben ook de winke liers daarvan geen besef gehad, daar zij anders wel meer zouden besteld hebben. Er wordt nu dag en nacht gewerkt om aan de navraag te voldoen, maar het pu bliek is niet bij te houden. Reeds zijn er portretten door vreemdelingen van par ticulieren opgekocht tegen den dubbelen prijs. Hofbericht. Maandagmorgen begeeft Z. K. H. Prins Hendrik zich naar Nijkerk, waar hij, uit- genoodigd door Jhr. Van Weede, zal deel- nigheid zijn, als gij in uw toestand naar huis gingt, gij zoudt stellig uw geld kwijt raken, gij zoudt bestolen en waar schijnlijk vermoord worden. Ik blijf hier slapen; doe gij dat ook; ze hebben uit stekende bedden hier; bestel er een, slaap de uitwerking van den wijn weg en ga morgen in veiligheid met uw winst naar huis, morgen, op klaarlichten dag!" Ik was mij nog slechts twee zaken be wust: vooreerst dat ik mijn zakdoek waarin ik het geld had gebonden, niet moest loslaten en ten tweede dat ik on middellijk ergens moest gaan liggen om heerlijk te kunnen slapen. Ik bewilligde dus i n zijn voorstel van het bed, nam den arm aan, dien de oude soldaat mij aan bood, en droeg mijn geld in de hand, welke ik vrij hield. Voorafgegaan door den croupier, liepen wij eenige gangen door, een trap op en een slaapkamer in die voor mij bestemd was. De ex-dap pere schudde mij hartelijk de hand, stelde mij voor den volgenden ochtend samen te ontbijten, en verliet mij, gevolgd door den croupier. Ik liep naar de waschtafel, dronk wat van het water dat er in de kan was, schonk het overige in de kom, dompel de er mijn gezicht in, en ging toen op een stoel zitten oin tot bedaren te ko men. Weldra voelde ik mij beter. Het verscliij y,a,n dg ben^wde atinoslegr jin nemen aan een jacht op het landgoed Salantin. Dinsdag en Woensdag houdt het Gor- telsche jachtgezelschap jachten in de om geving van Apeldoorn. Ook daaraan za! de Prins deelnemen, die Dinsdagavond met de andere deelnemers zal dineeren in het hotel Keizerskroon op Het Loo. Koninklijke besluiten. Aan H. W.- Sannes is .op zijn ver zoek met ingarig van 1 Januari 1910, eer vol ontslag vej-leend uit zijn betrekking van notaris te Hoorn. Voor het tijdvak van 1 Januari tot en met 31 Aug. 1910 is benoemd tot leer- aar aan de R. H. B. S. te Utrecht S. Engers te Venlo. Voor den tijd van vijf jaren, gerekend van 11 November is benoemd bij het per soneel van den Geneeskundigen dienst der landmacht tot reserve-officier van ge zondheid der 2e klasse, de. heer J. A. Duffels, arts. Aan Mr. Dr. H. H. Boas is op zijn* verzoek, met ingang van 4 Dec. eervol ontslag verleend als adjunct-commies bij het Departement van Landbouw, Nijver heid en Handel. Bij beschikking van den Minister van Marine zijn de navolgende plaatsin gen, enz. gelast: de luitenant ter zee der 2e kl. bij de Kon. Marine-Reserve C. W. Koendeiink, en adelborst der le kl. bij de reserve H. Vos, beide dienende aan boord va» Hr. Ms. Reinier Claeszen resp. 20 Dec. en 1 Januari 1910 van hun ne plaatsing ontheven; luitenant ter zee der 2e kl. bij die reserve B. W. Braun 20 December geplaatst aan boord van Hr. Ms. Monitor R«u. Claeszen; adelborsten der le kl. bij die reserve J. G. Dekker en W. Rauwerda 3 Januari 1910 geplaatst resp. aan boord van Hr. Ms. monitor Rei nier Claeszen en instructieschip Atjeh. Kiesrechtmotie. Gelijk men weet, heeft de heer Goe man Borgesius een motie aangekondigd waarin zou worden aangedrongen op spoedige Grondwetsherziening met name met het oog op het kiesrecht. „De Standaard" betoogt hiertegenover in een driestar, dat het Kabinet zich nu eenmaal voor 'ri generale herziening heeft uitgesproken, dat de verzekeringswetten voorgaan, invaiiditeits- en ziekteverzeke ring bovenaan, benevens de daarbij bej hooiende financiëele ontwerpen en de herziening der Ongevallenwet, waarop de verdere uitbreiding dezer verzekering wacht. Zoo ,-,Iost dan1 ook de Grondwetskwes tie zich op in een kwestie van tijd", zegt „De Standaard". En dus lijkt het blad, „een motie als men in 't zin had, geen proeve van-goed beleid. De Kamer moet de leiding niet overnemen; de lei ding moet blijvèn aan het Kabinet". „De Tijd" is het hiermede eens. „Dwingen laat zich op die wijs geen Re geering, die na rijp overleg en zooveel mogelijk in overeenstemming met de de siderata der rechtsche partijen, de vaste lijnen van hare politiek bij zich zelf heeft vastgesteld en naar buiten reeds van hare inzichten deed blijken", zegt het blad. Verbod van absinth. Ook de Eerste Kamer heeft het wets ontwerp tot verbod van invoer en ver vaardiging van absinth zonder hoofde lijk stemming aangenomen. 100 per week! In het zittingsverslag der Tweede Ka mer van 2 December j.l., over het hoofd stuk Justitie voor het jaar 1910, komt eene mededeeling voor van zoo groot ge wicht en zoo verontrustend, dat 't plicht schijnt haar, opzettelijk, onder de alge- meene aandacht te brengen. De oud-minister van justitie, Loeff namelijk, verklaart, dat „toen hij Minister was, een hoog geplaatst rechterlijk ambtenaar uit „Amsterdam bij hem kwam aandrin gen op uitbreiding der politie, orn aat er zooveel zaken onvervolgd „bleven waarvan de daders niet be kend waren. Die ambtenaar gaf de speelzaal met de koele lucht van het vertrek waarin ik mij bevondde ver kwikkende verandering daarvan voor mijn oogen, ook nu ik in plaats van het flikke rende gaslicht slechts het flauwe licht had eener enkele kaars, dat alles waar deerde i k nog meer dan de herstellende uitwerking van bet frissche water. De duizeling verdween en ik begon mij weer e enigszins een redelijk wezen te gevoelen. Mijn eerste gedachte was aan het gevaar van den geheelen nacht in zulk een speelhuis door te brengen; mijn tweede aan het nog grooter gevaar van er uit te willen ontkomen, na'dat alles ge: sloten was, en, met een groote som geld bij mij 's nachts alleen door de straten van Parijs te loopen. Ik had op mijne rei zen wel i n erger verblijven geslopen dan dit: ik besloot dus mijn deur te sluiten, te baricadeeren en mijn lot af te wach ten tot den volgenden morgen. Zoo waarborgde ik mij tegen mogelijk verraad, keek onder mijn ledikant, schoof een daaronder staande kist voor de deur, onderzocht de sluiting van het venster en trok, eindelijk voldaan over al mijn voorzorgen, mijn bovenkleeren uit, zette de dunne kaars in den haard, waarin nog eenig asch lag, en ging te bed, met mijn zakdoek vol geld onder mijn kussen. Ik yoeld£ spoedig, jjjiejt slechts d,at ik „hem daarvan een -statistiek over de „laatste 6 maanden, waaruit bleek, „dat het aantal dier feiten, die niet „bereikt konden worden, omdat de „daders onbekend bleven, 100 per „week bedroeg of 5000 per jaar. En „daaronder zijn zeer gewichtige tei- „ten. Amsterdam staat immers bo venaan wat möorden en diefstallen „betreft." Geeft men zich rekenschap van hetgeen hier, door een .uitjerst bevoegd en des kundig man, in het openbaar, van zijne verantwoordelijkheid ten volle bewust, wordt verklaard? Of is men geneigd het niet, misschien wel, er over heen te lezen 100 strafbare feiten, waaronder zeer gewichtige, per week, of 5000 per jaar, kunnen niet berecht worden, blijven dus onvervolgdontdat de daders onbekend bleven. Dat wil zeggen lo. Voor het aangewezen deel heeft de misdaad in Amsterdam vrij spel. 2o. Voor het aangewezen deel blijft het rechtsgevoel, dat onrecht gekeerd wil zien, geschokt. 3o. Voor het aangewezen deel is Am sterdam, feitelijk, onbeschermd. 4o. Voor meer dan het aangewezen deel is Amsterdam eene oefenschool ter hanteering der misdaad. Immers, het: „onbekend blijven" werkt als premie en aansporing. «H." In verband met de vele wijzigingen in de arbeidswet heeft de Commissaris van politie te Delft aan belanghebben den aldaar een uittreksel van de be langrijkste bepalingen doen toekomen. Het zou aanbeveling verdienen, dit voorbeeld elders te volgen. LEIDEN, 4 December. Bij Beschikking van den Minister van Oorlog i s de levering van gerookt- en pekelspek ten dienste van de soldaten- menages van de korpsen alhier in garni zoen toegewezen aan de firma J. J. Ta verne alhier. Op Maandag 6 Dec. a.s. zal het lijk van den in het Militair Invalidenhuis over leden invalide Kophoven met militaire eer worden ter aarde besteld om half negen. Hiertoe zal een detachement van het 4e Regiment Infanterie onder bevel van een officier, worden aangewezen. Van 13 tot 16 December a.s. zal bij de firma Burgersdijk en Niermans „Templum Salomonis" een zeer belang rijke boekverkooping plaats hebbeno. a. zullen verkocht worden de boekerijen van dr. L. Verlinden, te 's Bosch, dr. J. van Nes, te Noord wijk, dr. W. F. Koppe- schaar, oud-directeur der H. B. S. te 's Gravenhagedr. E. van der Ven, na tuurkundige, te Haarlem en F. A. H. Modderman, ingenieur bij de Rijkscom missie voor graadmetingen en waterpas sing. De catalogus die ongeveer 2300 nummers bevat, vermeldt vele standaard werken, zeldzame h andboeken, seriën van wetenschappelijke tijdschriften, en ver schillende curiosa over geschiedenis der geneeskunde, geneeskundige literatuur der 16e en 18e eeuw, anatomie, physio- Jogie, darwinisme, chirurgie, obstetrie, gynaecologie, oog- en oorheelkunde, psy chiatrie, interne ziekten, huidziekten, bo tanie, geologie, enz., benevens een groote collectie medische instrumenten. In Maart 1910 zullen door haar ook onder den hamer worden gebracht, de boeken van wijlen prof. Boneval Faure, die van Jhr. Schorer, vice-president van de rechtbank te Middelburg en die van wij len dr. J. J. Doesburgh, te Zwolle. HOOGMADE. In. het notarieel archief van Hoogmade uit het begin der 18de eeuw is een aardig briefje aanwezig, dat aangeeft het loon der dienstboden in dat tijdperk. Het briefje was van ^,baas" Frans IJs- brandsz. Doesburg, weduwnaar van Kniertie Leenders (dochter) Zwetsloot deze woonde op de tweede hofstede van niet slapen kon, maar dat ik zelfs mijn oogen niet kon dichthouden. Iedere ze nuw in mijn lichaam trilde, al mijne zin tuigen schenen bovennatuurlijk scherp te zijn. Ik woelde, nam allerlei houdingen aan, zocht telkens de koelste hoekjes van het ledikant, niets hielp! Nu eens stak ik mijn armen onder de dekens, dan weer haalde ik ze er onder vandaan het eene oogenblik strekte ik mijne bee- nen zoo recht uit als ik konen een oogenblik later haalde ik ze zoo dicht bij mijn kin als mogelijk wasnu eens schudde ik mijn kussen, keerde het om, klopte het plat en ging stil op mijn rug liggen ,en dan weer vouwde ik het, woedend, dubbel, zette het overeind te gen den rug van het ledikant en be proefde een zittende houding. Alles te vergeefsik kreunde van ergernis en begreep dat ik een slapeloozen nacht tegemoetging. Wat zou ik doenik had geen boek bij mijen toch begreep ik dat ik, indien ik geen afleiding voor mijn geest zocht, in een toestand verkeerde om mij alle mogelijke gruweldaden door het hoofd te halen, mijn hersens te kwellen met alle mogelijke en onmogelijke teekenen van gevaar, kortom dat ik den nacht io alle mogelijke variatiën van zenuwachti- gen anget zou doorbrengen. Ik richjte mij oj), l^ide oj> mijn die- af de „suijdsijdervaart," thans in de term van d e Hoogmadenaars te sprekenj naast Piet van 't ent. Het briefje van „baas" Doesburg luid de: ,-,De dienstbode competeren ijder een ;,jaar huyr verschenen 1ste Mejyte dezes ,-,jaers 1718, nemente (namelijk) de knegt „Pieter Dircke 87 gulden en 3 stuyvers,- ,,'d eerste meijt Marijtie 90 gulden, de „tweede meijt Geertie 66 gulden, aent „kleijne meijsie 7 gulden." De woning van „baas" Doesburg wordt thans bewoond door de wed. Hil- lenaar. Het gebouw dagteekent uit het begin der 16de eeuw,- daarin is nog aan wezig, de groote schoorsteen met kroon lijst voor de blauw porceleinen borden,- alsmede de ijzeren vuurplaat, eiken wen teltrap, kinderbalkjes enz. enz. Kortom een interieur zoo rijk dat een oudheid kundige er met genot een bezoek brengt; Daarbij "had het gebouw nog een goed bewaarde middeleeuwsche voorgevel, de photo daarvan prijkte dezen zomer op de oudheidkundige tentoonstelling te Al phen en wordt bewaard in het stedelijk! archief der s tad Leiden. Als een curiosum kan van dien gevel gemeld worden, dat boven den fraai uit- gewerkten benedendorpel der deur, één steen was uitgemetseld, blijkbaar dat bij den bouw op die steen een beeldje is geplaatst. En die steen was ondanks het ragen en zuiveren van spinnen en rag door „Marijtie en Geertie" en zooveel andere boerendeerns, a! die eeuwen onbe schadigd gebleven. Jammer, dat die gevel niet is gerestau reerd, het zou tot een sieraad gestrekt hebben voor Hoogmade, doch in plaats van dat, werd een paar jaar geleden die schoone arbeid onzer vaderen meedoo- genloos gesloopt, de oude toegang ge dicht, en er een nietszeggend modern ge veltje voor in de plaats gesteld. Het is te hopen, dat er wat meer ge voel voor het schoone uït de oudheid komt en wat ons voorgeslacht heeft nage laten niet zoo geminacht wordt, immers dat kan niet getuigen van smaak en histori- schen zin. Er zijn hier nog een paar ge bouwen uit de 17de eeuw en wenschelijk is, dat die door een kundige hand tot hun recht komen en niet zooals thans worden verminkt door er 'n houten portaal tegen te plaatsen. LEIMUIDEN. In den Wassenaarscheu Polder (Vriesekoop) bleek een vierroe- denhooiberg niet tegen den wind be stand. De hooiberg woei omver en de inhoud werd verspreid. Hij behoorde aan den landbouwer W. Roest Kzn. TER AAR. Voor eenige weken maak ten wij melding van de stichting der so ciëteit „Amicitia" in het café van der Laan te Langeraar. Thans wordt getracht naast deze nog een tweede soos op te richten in ï,'t Wapen van Ter Aar". Door den kastelein werden een zestigtal uitnoodi- gingen verzonden tot eene vergadering op Woensdag 1 December. Omdat de op komst niet talrijk genoeg was, kon ech ter van de stichting niets komen. Over het algemeen schijnt men te Langeraar meer te gevoelen voor kaartclubjes in huiselijken kring, wat naar onze beschei den meening pleit voor de inwoners onzer gemeente. WOU BRUGGE. De raad dezer ge meente vergadert op Woensdag 8 Decem ber a.s., des voorm. 10 uur. Punten van behandeling: 1. Mededeelingen. 2. Benoeming brugwachter voor onbe-' paalden tijd. 3. Schoolgaan van kinderen uit deze gemeente te Roelofarendsveen. 4. Verplichten aankoop inschrijving grootboek. 5. Hetgeen verder ter tafel zal worden gebracht. Kerknieuws. Een Prinses die den sluier aanneemt, Prinses Marie Adelaïda van Bourbon,- dochter van wijlen den hertog van Parma is in het klooster der Benedictinessen op het eiland Wight (Engeland) getreden, boogen keek de kamer rond, die aan genaam door de maan verlicht werd om te zien of er geen schilderijen of ornamenten in waren, welke ik duide lijk zou kunnen onderscheiden. Terwijl mijne oogen de vier muren langs zwier ven, dacht ik aan dat aardige boekje Le- maitre, „Voyage autour de ma cham- bre." Ik besloot den Franschen schrijver natevolgen, en afleiding en bezigheid ge noeg te zoeken om de verveling van mijn nachtwaken te verminderen. Ik begon1 bij mijzelf den inventaris optemaken van ieder meubelstuk dat ik zien kon, en te beproeven welke denkbeelden zelfs een stoel, een tafel, of een waschtafel, bij mij konden opwekken, door tot hun eersten oorsprong terug te gaan. Ik merkte dat het mij in den zenuw- achtigen toestand van mijn geest veel ge makkelijker viel een inventaris op te ma ken dan na te denken over den oorsprong dér dingen, en moest weldra de hoop op geven van het voetspoor van Lemaitre te volgen, en zelfs van te denken. Ik keek! naar de verschillende voorwerpen in het vertrek meer niet, (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1909 | | pagina 5