1000 ts-3» 600 J00 "JSSr 150 aSbs 100rsr 6015 "jsz.'szr
jdoor de bevolking in groote onrust ver
beert. Er hebben zich nieuwe kraters
gevormd. De lavastroom die uit vier ope
ningen gevoed wordt, heeft reeds het
dal van Santiago bij Bilma en Manchas
bereikt; hij had in 48 uur zes K.M.
afgelegdgroote holen zijn door de la
va gevuld. Een andere lavastroom be
dreigt Tanque. Het moet een overwel
digend schouwspel zijn. De bewoners
Santiago kampeeren op den Araffaberg
in de buurt van Buenarut.
Een Weensche jury heeft Za
terdag' een medisch student vrijgespro
ken, hoewel zijn schuld aan het misdrijf
.waarvan men hem beticht had, overtui
gend gebleken was, en hij nog boven-
dien volledig had bekend. De student
had bankbiljetten gefotografeerd en de
ze foto's zoodanig chemisch bewerkt,
dat ze bijna niet van echte biljetten te
'onderscheiden waren. Bovendien had hij
reeds eenige dier valsche biljetten uit
gegeven.
Bij het verhoor bleken echter de vol
gende verzachtende omstandigheden te
bestaan, die ten slotte zijn vrijspraak-
ten gevolge hebben gehad. De student
had namelijk z'n eerste examens schitte-
terend te hebben afgelegd, zijn laatste
examen uitgesteld om zich geheel en al
te kunnen wijden aan de malarialeiders
op een der Donaueilanden bij Weenen.
Tiij ontdekte het bestaan van fde echt-
tropische, dus hoogst gevaarlijke mala
ria, en bleef deze ziekte bekampen lót-
dat zij volkomen geweken was.
Zijn philantropisch werk had echter
zijn laatste hulpmiddelen uitgeput, en
doen hij geen hulp meer kon verkrijgen
tot het voltooien zijner studiën, ging hij
in een vlaag van wanhoop, over tot de
bovengenoemde vervalsching.
Op het bericht van zijn gevangenne
ming gaven zich echter velen der door
:hem verpleegde zieken als getuigen op,
en eenparig prezen ^ij zijn liefdevolle
behandeling en onvermoeiden ijver en
(erkenden dat hij nooit een cent ervoor
had ontvangen.
Met het oog op deze buitengewone
omstandigheden sprak de jury hem met
11 tegen 1 vrij, welk vonnis overal de
grootste voldoening heeft gewekt. Eeni
ge Weener aristocraten hebben tevens
een fonds gevormd waaruit Hosek's stu
diën zullen betaald worden en waardoor
hem tevens de gelegenheid zal gegeven
.worden zijn onderzoekingen der malaria
,te vervolgen.
Drie mijninspecteurs hebben
't Donderdag gewaagd, zich in de bran
dende kolenmijn te Cherry te begeven,
om te onderzoeken hoe het in de ramp
spoedige tweede mijngang was gesteld.
Toen de toegang open werd gemaakt,
rook men lucht van verbrand, menschen-
vleesch, een treurig teeken van hetgeen
daar beneden moest zijn gebeurd, en be
neden hebben de drie onverschrokken on
derzoekers ook een groot aantal doode
arbeiders gezien.
Nader wordt gemeld, dat veertig mijn
werkers, die verleden week Zaterdag bij
de ramp in de St. Paulmijn levend be
graven werden, levend gevonden zijn.
Negen werden reeds naar boven gebracht.
De overlevenden verklaren, dat toen zij
zich het ongeluk bewust werden, zij zich
verschansten. Zij leden ontzettend van den
honger. Men gelooft dat er in de ooste
lijke schacht nog 71 man leven. De wan
hoop der vrouwen, die aan de plaats van
het onheil bijeengedrongen zijn, is ver
anderd in hoop.
Nog meldt men dat Zaterdagmiddag
©m vijf uur acht en zeventig mijnwerkers
gered warm.
Voortdurend komen er nieu
we guitenstreken uit van het viertal Ber-
lijnsche oplichters, dat zich in de toga's
der heeren van het gerecht stak en later
deurwaarder!je ging spelen. Een booze
poets bakten ze een ouden heer, dien
zij in Unter den Linden tegen het lijf
liepen. Zij gingen om hem dansen, uit
bundige vreugde veinzende, en vertel
den hem dat zij zoo juist op de renbaan
een groote winst hadden gemaakt. Zij
wilden het nu eens er goed van nemen
en de oude heer moest medezij had
den afgesproken, dat de eerste persoon,
dien zij ontmoetten en die een prettig
gezicht had, mede zou profiteeren van
het verkregen buitenkansje. De meneer
liet zich door de joviale klanten inpak
ken. Men ging een zeer voorname restau
ratie in en weldra zat men voor een rij
ken maaltijd. Ieder van het viertal at en
dronk met onbeschrijfelijken lustde
oude heer kon, om zijn maag niet al te
hard meedoentoen hij wat doezelig
werd, wisten de vier uilenspiegels zich
onder eenig voorwendsel successievelijk
te verwijderen en de oude heer werd
weldra weer volkomen wakker, toen de
hellner hem mededeelde, dat de reke
ning honderd mark bedroeg.
In het Posensche dorpje Bo-
guslawiec bleef het Vrijdagochtend stel
en doodsch op een hoeve, die het gezin
van den landbouwer Waschilewski be
woonde. Een buurman ging op het erf
kijken en deed de deur open. Toen hij
de deur van de huiskamer opende, zag hij
overal bloedplassen en lijken liggen en
ook e en bijl, waarmede het misdrijf blijk
baar gepleegd was. De wachtmeester van
de gendarmerie werd ijlings gehaald en
nu ontdekte men, dat in het geheel acht
menschen vermoord waren: de man, de
vrouw, de vader van de vrouw en vijf
kinderen. Zaterdag ontbood de justitie
ijlings twee politiehonden met een speur
der uit Graudenz. De eene politiehond
werd vastgehouden, de andere liep da
delijk het veld in, maar verloor het spoor
weer, daar het veld pas was omgeploegd.
Bij een ploeg, met welken een van de
twee broeders Soltysiak, zwagers van
den vermoorden boer, gewerkt had, vond
de hond het spoor terug, en daarna liep
hij op een van de Soltysiaks toe. De ande
re Soltysiak was in de naburige stad
Pleschen. Beiden zijn als de vermoedelij
ke moordenaars van hun eigen vader,
hun zwager, hun zuster en vijf neefjes
en nichtjes in hechtenis genomen.
Men had dadelijk gemeend, dat de
moordenaars goede bekenden waren ge
weest, omdat geen van de buren den
bandrekel hadden hooren aanslaan. De
twee broers Soltysiak hadden tegen hun
vader en hun zwager een proces gevoerd
en verforen. Uit wraak daarover hebben
zij het geheele gezin in zijn slaap verrast
en omgebracht De kinderen, die van
4 tot 14 jaar oud waren, moeten de boos
wichten eerst met de bijl bewusteloos
geslagen en daarna het hoofd afgehou
wen hebben.
Ongeveer veertien dagen ge-
leden, zoo wordt uit Breslau aan de „Lo-
kal-Anzeiger" bericht, ontvingen baron
v. Rotschild te Weenen en tie „Rothschild-
sche Güterdirektion" te Beneschau, een
brief uit Boven-Silezië, waarin de baron
werd bedreigd met den dood, wanneer
hij niet 25000 Mk. aan een sociaakdemo-
cratischen leider te Rybuik, wiens naam
in het schrijven genoemd werd, zou zen
den. Uit een ingesteld onderzoek bleek,
dat de man, die in den brief als de ont
vanger werd aangewezen, niets met de
zaak te maken had.
Zaterdag was de onderwijzer Strachetta
uit Ludgersthal, op weg naar Schillers-
dorf, waar baron Rotschild op jacht was,
toen een in livrei gekleede jongeman hem
verzocht een brief persoonlijk aan baron
Rothschild ier hand te willen stellen. De
onderwijzer verklaarde zich daartoe be
reid. Onder weg echter ontplofte de brief
met een hevigen knal en Strachetta werd
ernstig gewond.
Men vermoedt nu, dat er tusschen de
zen aanslag op baron Rotschild en de po
ging tot afpersing verband bestaat.
Slim. M. d. R. en zijn vrouw te
Benschop (ptov. Utrecht) moesten een
dagje op reis naar familie. Maar waar
het geld zoo lang te laten, je hoorde iede-
ren dag van inbraak en diefstal. Lieten
ze het geld in de kast achter slot lig
gen, dan was je er nog lang niet zeker
van. Vrouwlief had echter een idéé: als
we het geld eens in de kachel stopten,
daar zal zeker geen enkele inbreker hei
zoeken. De man, vol bewondering voor
de grenzelooze slimheid zijner betere
helft, volgde haar raad op, waarna het
echtpaar gerust op reis trok. Des avonds
terugkomend, vonden zij het knapjes kil
in de huiskamer, zoodat de vrouw be
sloot maar gauw de kachel aan te maken.
Maar nauw knapte het vuur lustig of....
een luide gil. Daar lagen de duiten en-
der de vlammen. Onmiddellijk werd het
vuur uit de kachel geschept en gelukkig
het geld, hoewel reeds aanzienlijk ge
schonden, weergevonden. Echter de bank
te Utrecht heelt er nieuw geld voor in
de plaats gegeven, zoodat de 's morgens
slimme doch 's avonds domme vrouw
toch geen schade leed.
Een onverwachte erfenis. Een
eenvoudige boerenfamilie viel dezer da
gen een groote erfenis ten deel. De fa
milie, Hale genaamd, houdt in de nabij
heid van Ballina een kleine boerderij.
Onder haar voorvaders telt zij ook een
man, dien de lust naar avonturen aanzette,
in het jaar 1830 naar Mexico te verhui
zen, waar hij zich door zijn ijzersterken
wil, zijn energie en zijn onverschrokken
heid een aanzienlijk vermogen verwierf.
Toen de Mexicaansche regeering zich
in het jaar 1844 in financieele moeilijk
heden bevond, leende de Ier Hale haar
anderhalf millioen dollar, die hem ech
ter niet terugbetaald werden, zoodat de
schukl mei den interest nu tot circa 5 mil
lioen aangegroeid is. De Mexicaansche
regeering wenscht nu eindelijk de schuld
te vereffenen, en liet de familie Hale,
die de eenige rechthebbende is, weten,
dat het geld binnen eenige weken aan
de Mexicaansche legatie te Londen kan
afgehaald worden.
Op aanstichting van senator
Garin is tegen bijna alle beambten van
de commissie van onlvangsten van het
Moskousche financieele beheer, te zamen
66 personen die sedert 1904 in dienst
zijn, een gerechtelijke vervolging ingesteld.
Kunst en Wetenschappen.
Concert Mevr. Marchant-Rambonnet.
Het is gisterenavond geen succes ge
weest voor de concertgeefster. Een wei
nig menschen en kille leegte, dat gezicht
Van a 1 die onbezette plaatsen. En we
moeten het dadelijk zeggen, de zangeres
vermocht niet dit alles om ons heen te
doen vergeten. Wat een stemmateriaal
is hier aanwezig! Een goed ontwikkelde
klankvolle stem. Echter niet in den zin
van ontwikkeling die wij* ons denken,
alleen door studie verkregen. Deze zan
geres mist totaal wat men zelfs bij menig
midelmatig ontwikkelde zangeres vaak
vindt: de macht om de stem te beheer-
schen en het gebruik te leiden in die ba
nen, welke voor zangeres en publiek
eenige resultaten leveren.
En wat ontbreekt haar dan wel? We
misten van het begin tot het einde de zoo
noodig zuivere intonatie: bij de minste
uitzetting der stem, zweefden de tonen en
zelfs in de eenvoudigste passages. Ons
lijkt het toe, dat hier de slechte adem-
verzorging de groote factor is; wat ook
bij de uitspraak die slecht verzorgd is,
vooral naar voren dringt, getuige de tel
kens kort afgebroken slot woorden, waar
dit geen zin heeft Over het geheele op
treden ligt zoo iets gewoons, zoo iets
onbeholpen, dat we vele jonge dames
kennen in onze omgeving, die hoewel
geen concertzangeres, ons meer ge
not gaven bij het luisteren naar hun zang.
Mij dunkt dat waar nog zooveel ontbreekt
aan 'tgeen men van iemand, die voor 't
publiek tegen hooge entree optreedt, mag
verwachten, deze zangeres gerust de mu-
ziektasch mag opnemen en eens een paar
jaar gaan studeeren onder degelijke lei
ding.
Hoeveel beter kwam hier het groote
talent tegen uit, van de pianobegeleider,
de nog jeugdige Willem Andriessen. Wat
een grootsche verwachtingen geeft hij.
Hoe warm speelt hij de D dur Sonate
van Mozart. Hoe diep is hij ingedrongen
in het wezen van den grooten componist
en met welke schoone uitdrukking volgt
hij Mozart voet voor voet langs den zoo
moeilijken weg dien hijjsaanduidt.
Een openbaring waren ook de „Va
riations Symphoniques" van Schuman.
De beide werken voor piano-solo door
dezen jeugdigen man vertolkt wierpen
het volle licht op zijn groot talent.
De warmte in voordracht, het resolute
in aanslag, de fijnheid der zangdeelen,
het diep doordringen in het wezen der
compositie verrad-en den kunstenaar en de
rijpheid van zijn talent.
Als begeleider is hij zeker en volg
zaam en dit laatste werd veel van hem
vereischt Andriessen is een jonge man
die zeker een schitterende toekomst te
gemoet gaat en eens een eereplaats zal
innemen onder de Nederlandsche pia
nisten.
Het publiek was zeer dankbaar voor
het genotene en riep hem door warm
applaus tot driemaal terug. S.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Zeer uitvoerig behandelde de Minister
de beginselen van zijn kabinet. Erken
nende dat het begrip christelijke rechts
beginselen een niet volkomen goede uit
drukking is voor wat er bedoeld wordt,
wees spr. op de ontzettende moeilijkheid
om een goede en juiste omschrijving te
geven van een zaak van zulk een diepte
en hoogte, lengte en breedte als 't hier
geldt. Overigens is het vragen naar den
bekenden weg en spreker heeft reeds
in 1908 herhaaldelijk het standpunt in
deze doen uitkomen, gelijk ook reeds
herhaaldelijk is gebleken dat niet de
ethische, doch de juridische zijde over
wicht heeft in het begrip christelijke
rechtsbeginselen. En dat deze reeds op
verschillend gebied toepassing hebben
gevonden, betoogde spreker met een
beroep op hetgeen is neergelegd b.v. in
het wetsontwerp betreffende het vader
schap.
De Minister betoogde verder dat
krachtens den eisch der christelijke
rechtsbeginselen men elkander in de neu
trale Zóne behoort te ontmoeten en te
trachten de verschillende maatschappelij
ke belangen met elkander te verzoenen
en zich te kanten tegen de sociaal-demo
craten die de klassen niet tot verzoening
brengt. De Overheid moet het tot elkan
der brengen der maatschappelijke belan
gen steunen.
Enkele speciale punten behandelende
verklaarde de Minister dat de Regeering
sympathiek gezind is den wensch van
den heer Kujper naar stichting van Cen
trale internationale bureaux in de omge
ving van het vredespaleis.
Het denkbeeld van den heer Hugen-
holbz om verbetering te brengen in
slechte landbouwtoestanden in het Noor
den, door kwijtschelding door den eige
naar, van de pacht aan pachters die niet
betalen kunnen, beval de Minister dien
pachters warm aan. Principieel heeft de
Regeering geen bezwaar tegen steun aan
particuliere vereenigihgen d ieondersteu-
ning beoogen van werkeloozen, indien
die steun dan ook inderdaad aan de}
werkloozen te goede komt. Ten aanzien
van den aandrang van den heer Hugen-
holtz om tot dwingend recht te maken
de bepalingen van het Burgerlijk wet
boek omtrent schadeloosstelling van
den huurder van landerijen, verklaarde
de Minister dat de Staatscommissie van
den landbouw daaromtrent eerst nog van
haar gevoelens moet doen blijken. Een
wetsontwerp is in overweging waarbij
van inenting zullen kunnen worden vrij
gesteld kinderen wier geneesheer de vac
cinatie schadelijk acht voor het gestel.
Drooglegging der Zuiderzee eischt
nog te zeer studie om zich hier omtrent
nader uit te latenevenzeer het zede-
vraagst., waartoe de reg. nog veelzijdige
voorlichting zal behoeven. Met aandrang
naar beperking van den ambtseed stemt
de Regeering in, maar vooral op rechts
gebied, waar de beëedigde getuigenver
klaring bijna uitsluitend richtsnoer voor
't rechterlijk oordeel is, kan zij niet ge
mist.
Ondubbelzinnig en duidelijk staan de
voornemens der Regeering in de troon
rede: financieele voorziening, sociale
hervorming kustverdedigingenkele
hervormingen in zake onderwijs en
grondwetsherziening. Is dat geen Re-
geeringsprogram ,dan wanhoopt de Mi
nister er ooit een te maken.
Bij de begrooting is de grootst moge
lijke zuinigheid betracht. Mocht het nu
nog mogelijk zijn een millioen te bezui-
n»gen> gelijk dr. Kuyper aannam, dan
zal dit spr. verheugen. Gaarne zou de Re
geering leniging bieden in den financiee-
len nood der gemeentenhij heeft Am
sterdam niet vergeten gelijk wel eens
wordt beweerd. Maar de soc.-democraten
drijven de gemeente-uitgaven op en daar
mee de belastingen. In Amsterdam wil
de men zelfs de inkomstenbelasting op
voeren tot een maximum, na progressie
tot 8i/2 procent Spr. gevoelt voor een
ruimere uitkeering van het Rijk, maar
daartegen bestaan vele bezwaren bij an
deren en het zal dus wel niet te verwe
zenlijken zijn. Het wetsontwerp tot ver
ruiming van het belastinggebied der ge
meenten zal gelegenheid bieden tot na
der overleg met de regeering, ook over
de vraag of de uitkeering kan worden
verhoogd. Maar het wetsontwerp ligt er
nog, men heeft er niet aan gewerkt. De
Regeering kan in deze omstandigheden
niets doen voordat het sectie-onderzoek
»er over is afgeloopen.
Met alle kracht bespoedigt de Regee
ring de indiening der sociale verzeke-
ringsontwerpen. Wat kan zij meer dóen
De klachten van verschillende algevaar
digden over traagheid zijn dan ook ver
bijsterend. De invaliditeitsverzekering is
een der moeilijkste onderwerpen, het Ka
binet wenscht die tot stand te brengen,
maar het zal tijd vorderen het in het
Staatsblad te brengen. Hoe innig ook
de Regeering de totstandkoming begeert
men kan niet over de toekomst disponee-
ren. Men kan slechts zijn best doen.
Voorspellen is vermetelOp het verband
met het armwezen, dat bij invaliditeits
verzekering aanwezig is, kan spr. niet
ingaan. Nu moet óf de invaliditeitsverze
kering óf het kiesrecht vooropgesteld
worden. De Regeering koos het eerste
en daarvan kan men haar geen grief
maken van haar houding in zake grond
wetsherziening. Bovendien wees de Uit
slag der verkiezingen in die richting.
Noode heeft het ministerie generaal
Sabron zien vertrekken uit zijn midden
om gezondheidsredenen. Maar generaal
Cool zal den arbeid in den geest zijns
voorgangers voortzetten en daarmee zoo
veel mogelijk spoed maken.
Op onderwijsgebied zal veel gedaan
moeten worden, wanneer het rapport der
ineenschakelingscommissie verschenen
zal zijn. Spr. heeft in de openingsrede
dier commissie geen enkel verwijt willen
maken over het feit dat haar rapport
nog niet verschenen is.
Spr. neemt niet aan dat behalve de
socialisten een partij de prioriteit van
kiesrechtherziening boven sociale wet
geving toekomt. De Regeering kan geen
termijn vaststellen voor de indiening der
ontwerpen in zake grondwetswijziging.
De Minister heeft zoo iets juist afge
keurd in het vorig Kabinet.
Is kiesrechtherziening op dit oogen-
blik rijp? In 1905 stond men nog pas
voor een blanco grondwetsartikel. Wa
re het liberaal Kabinet aan het bewind
gebleven, zoo zou men nu een blanco
artikel gekregen hebben, maar dan eerst
zou men tot wijziging van het kiesrecht
kunnen overgaan.
De arbeid der vorige commissie in
zake grondwetsherziening was beperkt
en niet voldoende als voorbereiding yoor
een wetsontwerp. Het is beter wat later
uit te varen en in behouden haven te
kernen. Thans is het oogenblik nog niet
gunstig. Zoo bestaat er nog onzekerheid
of het Unie-rapport inzake bijz. onderwijs
uitvoerbaar is met onze constitutie. Nog
andere punten zijn er: justitie, recht van
amendement Twzedc Kamer snellere le
gislatieve werkwijze enz.
Dit Kabinet is het eerste dat de feies-
rechthervorming op haar program heeft
gesteld. Spr. begrijpt niet hoe door een'
motie waarbij de Kamer uitspreekt, dat
uitsluitend in zake kiesrecht grondwets
herziening moet plaats vinden, de spoed
bevorderd zou kunnen worden. Niet mo
ties doch samenwerking is noodig.
Had de Regeering gemeend een ander
als gouverneur-generaal te kunnen aan
wijzen, zoo zou zij ongetwijfeld den heer
Idenburg gaarne als minister hebben be
houden, maar dat ging niet.
Thans de vragen over hét Kuyper-in-
cident. In dit geval is er gezegd
kunnen de ministers de verantwoording|
niet vreezen voor hunnen ambtsvoor
ganger. Dit is dus een speciaal geval.
In hoeverre kunnen de ministers zich
nu aantrekken de persoonlijke critiek te
gen dien ambtsvoorganger geoefend.
Men kan toch niet zonder iemands op
dracht zijn verantwoordelijkheid over
nemen. Het was niet gepast de Regeej
ring daarin te mengen.
De Kamer intusschen had aiets ge
vraagd: de leden der Kamer waren hef
die informaties vroegen. Bij interpllaties
machtigt toch volgens. Buys dë
Kamer den interpellant om vragen te
doen. Ten volle is spr. dus gerechiigld
te zeggen dat hij geen recht der Kamer
schond. Er bestaat geen vaste regel dat
men nooit inlichtingen zou kunnen ge
ven over de daden van een ambtsvoor
ganger, maar om het te doen moeten;
er goede redenen zijn, bijv. zoo de Kamer
een beslissing heeft te nemen, wat hier
het geval niet is. Het betreft een geïso
leerde zaak sommige vragen waren op
zettelijk zóó gesteld, dat elk antwoord
een appreciatie zou inhouden, ja, dat
een afkeurend oordeel gesuggereerd
werd. Welke minister zal over een abso
luut onbewezen feit zijn oordeel ge
ven?
Er was niet de geringste aanlekiing
om van de Regeering gerusttelling te
vragen voor de "toekomst, men wilde
slechts steunpunten erlangen voor de be
schuldiging tegen dr. Kuyper.
Hadde de Kamer gevraag~d naar het
motief der riddering van den h^er Leh-
mann, dan zou spr. de Koningin mach-
tiging gevraagd hebben het motief over
te leggen.
Daarna komt aan het woord mr.
Kolkman, minister van financiën.
De minister zegt, dat hij zooveel doen
lijk heeft geschrapt, maar zelf toch van
de begrootingscijfers is geschrokken.
Er is nu eenmaal in sommige zaken
een achterstand in te halen, zoo bijv. op
het gebied van het Hooger Onderwijs,
van publieke werken. Over bezuiniging
op militair gebied moet men toch niet
zooveel spreken. Spr. wijst in dit ver
band op hetgeen het verkiezingsmani
fest der Liberale Unie ten deze in 1905
aan de kiezers beloofde en hoe weinig
is er van terechtgekomen! Spr. maakt
hiervan geen grief aan het vorige Kabi
net, maar dan roepe men dok niet al
tijd, zooals de heer Patijn deed, om be
zuiniging op deze uitgaven. Wat er méé*
gevraagd wordt, is grootendeels het ge
volg van de bestaande organisatie en
aangenomen wetten. Spr. kan toch zijn
ambtgenoot van Marine de gelden niet
weigeren, die hij noodzakelijk acht voor
onze defensiehij volgde trouwens het
voorbeeld van zijn liberale voorgangers.
Men verwijt bijv. de Minister van Land
bouw, die heusch niet op een paar dub
beltjes ziet, dat hij zoo karig is. tn
dan verwijt men den redenaar, dat de
uitgaven toenemen!
Het is niet juist, dat de Minister de
schrale beurzen wil belasten, evenmin als
hij ooit gezegd heeft, 8 millioen uit de
inkomsten- en successiebelasting te wil
len halen. Spr. komt op tegen de onder
scheiding in directe en indirecte belas
tingen een zuivere definitie van beide
is niet te geven. Men vergete niet, dat
zij, die door directe belastingen getroffens
worden, ook in de indirecte bijdragen.
Spr. gevoelt veer voor het beginsel be
lasting naar draagkracht; dit zal ook'
blijken uit zijn inkomstenbelasting. Die
het meest heeft, zal ook het meest be
lasting betalen. Maar er zijn grenzen,
die men niet overschrijden mag.
Hij heeft bezwaar tegen belasting op
de goederen in de doode hand, wijl het
hier grootendeels liefdadigheidsinstel
lingen en instellingen van openbaar nut
geldt en zonderde de Minister deze uit,
dan bleef er haast niets over. Spr. wil
overwegen bij de successiebelasting re
kening te houden met het vermogen, dat
degeen, die erft, reeds bezat. Van de
verhooging van den gedistilleerd-accijns
verwacht die Minister wel eenige ver
mindering en deze zal spr. verheugen,
omdat zij de welvaart en het geluk varf
het volk ten goede komt. Maar daaront
is het ook noodig, den suiker-accijns nog
niet te verlagen. Het overschot van den
gedistilleerd-accijns blijft in de toekomst
echter voor de verlaging van den suiker-»
accijns bestemd.
Alle betalende abonné's op dit blad zija volgens de bepalingen, vermeld op de uit te reiken polissen, tegen ongelukken verzekerd voor
De uitkeering dezer bedragen is gewaarborgd door de Nederlandsche ONuuVALLEN-Veriekeiing-Maatschappij „FATUM" te 's-Giavenüage, Buitenhof 5.