BUITENLAND. De Erfgenamen van Judas. BINNENLAND. Gemengd Nieuws. naam mogjelijk was, dat iemand die goed bij zijn positieven is hem maar niet kon betrappen. Daar moest iets op worden gevonden. En de Engelsdhman vond er iets op. Hij nam twee lapjes zeildoek, naaide die vol met scherpe ongure vischhaken en naaide vervolgens in elk van zijn zij zakken een lap met die vischhaken zóó, dat de punten naar beneden zaten. Pro- batum est! Verleden week werd de proef op de som genomen. Weer was het pauze en weer liep onze vriend in koffiekamer of corridor wat op en neer. Juist zal hij een glas bier aan zijn mond brengen, als eensklaps een heftige ruk de helft uit zijn glas gooit en een pijnlijk ge schreeuw den kapitein de zekerheid gaf dat de visch had gebeten en aan den haak zat. 'tWas een visch die niet stom was, zooals de meeste visschen, maar een die geweldig schreeuwde, en door den ka pitein stevig in den kraag werd gepakt. En met een ernstig gehavende hand ging de zakkenroller meer naar 't bu reau. Vooreerst zal de Engelschman van hem wel geen last meer hebben. Maar helaas er zijn meer pickpockets op het oogenblik in Rotterdam, we worden ook in dit opzicht een wereldstad. (R.Nbl.) In de omstreken van He erlén heeft een schandelijke misdaad plaats gehad. Op den Benzenraderweg greep een in dividu een 11-jarig meisje aan, stopte haar ,toen het kind begon te schreeu wen, een zakdoek in den mond en sleepte toen zijn slachtoffer naar een verborgen plek ongeveer 50 meter afstand van den weg en mishandelde daar het kind op gruwelijke wijze. Na deze afschuwelijke misdaad nam het onmensch de vlucht, terwijl het arme kind zich naar huis voortsleepte en daar aan zijn ouders het gruwelstuk onder een vloed van tranen mededeelde. De po litie werd terstond met het geval in ken nis gesteld en doet ijverig onderzoek; tot heden echter zonder resultaat. Ook op den Valkenburgerweg heeft dezer dagen een individu wellicht hetzelfde een aanslag gepleegd op op een minderjarig meisje. De N. Q r. C t. vertelt: De sigarenwinkelier had een nieuw bediendetje gekregen. Een ventje pas van school, met een half-lang broekje aan, een keurig papieren boordje, een kleurig strikje, een keurig gekapte scheiding in zijn haren.... zoo'n echt type van een aankomende bediende, een jon geman die in de sigarenbranche op den duur wel wat kon presteeren, zooals zijn patroon vertelde. Maar, hij moest natuur lijk nog veel leeren. En in het begin kreeg hij dan ook geregeld onderricht, eiken dag weer: „Dit zijn ze van vier licht, en dit is een uitstekende sigaar met Sumatra-dek die kan je voor drie cent verkoopen", zoo onderwees de patroon, „en als er dan een meneer komt dan zeg je maar frisch weertje meneer, of zoo wat....". De jongen bleek heel flink te wezen. En werkelijk presteerde hij al gauw wat in de sigarenbranchede baas had er een heelen steun aan. En zoo gebeurde het, dat er op een morgen een meneer kwam, die door den jongen, die alleen in de zaak was, maar wat goed bediend werd. Zes van de vier astublieft meneer ook rooken meneer?... lekker weertje vandaag meneerastublieft me neer aldus de flinke jongeman. Hij had zijn lessen goed onthouden. Maar terwijl hij nog midden in het opzeggen van zijn lesje is, komt de baas uit de kamer den winkel binnen en be groet zijn klant met een „lekker weertje vandaag meneer Onmiddellijk wordt hij echter in de rede gevallen door zijn bediende, die min of meer geërgerd, zijn patroon toevoegt „dat heb ik al zegd, meneer". Op een bovenwoning in de Pieter Jacobstraat te Amsterdam geraak ten Dinsdagavond omstreeks half 7 de kleeren eener '60-jarige vrouw in brand, terwijl ze bezig was een brandende pe troleumlamp bij te vullen. De ongeluk kige stormde, gehuld in vlammen, naar beneden. Toen ze op straat was geko men, werd haar door iemand een deken omgeslagen, waardoor het vuur werd gedoofd. Met brandwonden overdekt is de oude vrouw in bedenkelijken toe stand in het Binnengasthuis opgenomen. Zij is aan de gevolgen overleden. Het s.s. Coomasi van Torca- dos, komende van Madeira, rapporteerde Dinsdagmorgen half 11 uur bij het bin nenkomen van den Nieuwen Waterweg brand in de bunkers of in de lading* Het schip is naar Rotterdam opge- stoomd. Een paar drijvende stoombrandspui- ten zijn uit Rotterdam het schip ter as sistentie tegemoet gegaan. De brand bleek ontstaan in de bun kers. Door het doorbranden van een tus- schenschot is een deel der lading palm- pitten door het vuur vernield. De brand werd gebluscht door de drijvende stoom spuit Dokwerken, onder leiding van den havenmeester den heer A. Sirks. Dorgladheidvande walstoep die met sneeuw bedekt was, is de dienst bode van den landman D. Plas, te Rijp- polder, te water geraakt en verdronken. Vooreen 10 0-jarige. Te Oost en West-Souburg is een feestcommissie vormd ter herdenking op 1 December a.s. van den 100-sten jaardag van de wed. De Rijcke-Bosschaart. Het oude vrouwtje is bet-overgroot moeder. Zij heeft een zoon van 72, een kleindochter van 45, een achter-klein dochter van 22 j. en een achter-achter kleindochter van 16 maanden. Te Lüttich in Duitschland za ten voor een paar dagen zes personen in een herberg te praten over de Stein- heil-zaak. Daarbij waren zij zoo luid- druchtig, dat zij het lokaal moesten ver laten. Buiten werd de woordenwisse ling voortgezet, waarin een voorbijgaan de Belg betrokken werd. Deze zich in gevaar meenend, trok een revolver en schoot een der twistenden, een kleer makersgezel, dood. Een stijfkop. De in 1900 gestor ven afgevaardigde Villiers, de „vader van het Engelsche parlement", is steeds ongehuwd gebleven. Toch was hij eens verloofd en wel met een zeer rijke jonge dame van den besten Engelschen stand, miss Mellish, die op den toen nog jongen parlementair verliefd was. Daags voor de bruiloft verweet zij hem schertsend, dat hij haar slechts nam om haar geld. Villiers haalde diep adem en antwoord de: „Meen je dat? Nu, dan wil ik je bewij zen, dat je me onrecht aandoet, al zal ik er ook door ten gronde gaan]" Daarmee ging hij heen en zijn bruid lachte hartelijk om den tragischen toon en den ernst, waarmee haar bruidegom hare geheel onschuldige opmerking op gevat had. Maar Villiers kwam niet terug. Alles werd gedaan om de zaak weer in orde te brengen, maar alle bemoeiingen stuitten af op Villiers onwil. „Het is onmogelijk!" zeide hij, „zij zal mij nooit gelooven, dat ik haar alleen om haar zelfs wille beminde en beminnen zal, tot ik de oogen sluit. Ik zal haar nooit overtuigen kunnen dat niet haar geld mee in 't spel was." En daarbij bleef het. Beiden, Villiers en zijn bruid, bleven ongehuwd. Hij werkte zich spoedig omhoog en werd beroemd e n zij werd ten slotte een knor rige en vergeten oude jongejuffrouw. Zij stierf een paar maanden vóór Villiers,- dien zij tot erfgenaam van haar meer dan een millioen pond sterling groot ver mogen maakte. Maar ook nu nam de 97-jarige parle mentair er niets van aan,maar vermaak te het geld in zijn geheel aan zijn vader stad Wolverhampton, welke stad hij lan ger dan twee mensdTëTïTêkëns in het par lement vertegenwoordigde. Eent elegram uit Madrid meldt dat er aan de zuidkust van Teneriffe^ nieuwe aardschokken gevoeld zijn, waar- Tweede Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van 25 November. Duitschland. Door groote gevaren worden in onze huidige maatschappij de vrouwen en jon ge meisjes bedreigd, merkt „Het Cen trum" terecht op. En allen die het wel meenen met hun medernenschen, die liefde hebben en ijver tot verbetering der maatschappij, streven 'jer dan ook naar,- deze gevaren te leeren kennen en te doen kennen «n er zoovelen 'mogelijk voor te bewaren. Zoo had de vorige week te Leipzig een Duitsch nationaal congres plaats van ver- ;eenigingen, die den handel in blanke sla- Vinnen trachten tegen te gaan, een groote officieele bijeenkomst, waar een vertegen woordiger der Duitsche keizerin was, en afgevaardigden der regeeringen en po- litie-autoriteiten. In zijn openingsrede herinnerde de voorzitter er aan, dat nu tien jaren gele den de quaestie van den meisjeshandel yoor 't eerst in 't openbaar besproken was en wees hij er op, met hoeveel ernst de Breslauer Katholiekendag het vraag stuk der onzedelijkheid en prostitutie on der de oogen had gezien. Uit het verslag van den secretaris bleek dat het in het laatstverloopen jaar gelukt was, 32 handelaars aan de justitie over ie leveren, verder werden een aantal in formaties verstrekt en 14 meisjes terug gevoerd naar het ouderlijk huis. Maar het blijft zeer moeilijk het kwaad te stuitentalloos zijn de Duitsche meis jes die in het buitenland als kellnerinnen werkzaam zijn en voor een groot deel zijn dezen daar nu aan de prostitutie overgeleverd. Ook tegen de pornografie, oorzaak van zooveler val, is het Comité werkzaam ge weest, terwijl het stations werk een zeer gewichtige tak van den arbeid der ver- 'eeniging blijft. Het zal noodig zijn controle uit te oefe nen op de dienstbodenbureaux en ar beidsbeurzen: een zwarte lijst zal dan van de verkeerde kunnen worden aangelegd en gepubliceerd. Een groote rede werd gehouden door idr. Pfeiffer over het theater-vraagstuk. [Want. er bestaat helaas een nauw verband tusschen de wereld van het tooneel en die der prostitutie: door de eerste loopt yaak de weg tot het land van zedelijke ellende. Met cijfers toonde hij aan, dat de meeste actrices door de zeer lage ga ges bij hooge kosten van costumes enz.^ Wel „verplicht" zijn zich bijverdiensten te verschaffen en dan hun toevlucht nemen ;tot een rijken beschermer of vriend. Ook omgekeerd worden vaak door „kunstbe schermers" aan tooneeldirecties vriendin nen aanbevolen, vrouwen die volstrekt geen talent hebben, maar die men niet weigeren kan, aan te nemen. Tn Amerika is een officieel onderzoek ingesteld naar den omvang der prostitu tie, en daaruit is gebleken, dat jaarlijks ongeveer 15,000 meisjes uit Europa naar Amerika worden gevoerd. Dit geschiedt door e en groot syndicaat, dat overal zijn agenten en filialen heeft en ook reizigers naar Europa liitzendt om de slachtoffers te zoeken. Maar de meeste meisjes worden in de havens gevangen, onder haar, die vreemd en alleen in Amerika aankomen, liadat de ouders op de een of andere wijze, zijn misleid. Ze meenen, dat hun dochter een mooie betrekking heeft ge vonden en vernemen vaak nooit meer 'jets van haar, doordat schaamte haar weerhoudt, de waarheid te schrijven. Italië. Eerherstel. In de „Matin" komt het volgende be richt voor: „Men zal zich nog wel herinneren hoe verschillende Italiaansche bladen in 1907 FEUILLETON. 46) Aan hetgeen zij aan Coelio beloofd had, hield zij zich ondanks haar afkeer; ;elken dag nam zij een deel van den drank. Zij ontving het uit de handen yan haat vriend met hetzelfde lachen en dan bestudeerde de jongeling het ge laat van jongejuffrouw Font-Joubert. Helaas! de wangen van Marie-Ange- 'lina werden al bleeker en bleeker. Haar slaap werd verstoord door droo- hien. Maloeuvre was zeer voorkomend je gens haar; hij deed zijn bestom het haar aangenaam te maken. Geschenken van waarde werden haar aangebodenzij dankte zonder lachen en vroeg somber: Mag ik Cyrillus bezoeken, voordat jk sterf? Maloeuvre ontstak dan in hevige toorn, hij beschuldigde haar, dat het verstand haar ontbrak; hij verzekerde dat de ner- veuse staat van Cyrillus dat niet toeliet, tnaar hij haar op den dag, dat zij haar 'eerste wandeling- maakte, nfcar het Ly ceum zou leiden. Het is go,edt. antwoordde zij, Dat een campagne hebben gevoerd tegen de paters Salesianen en voornamelijk tegen hun klooster te Varazze. Op de verklaringen van een kind had men bovengenoemde paters zonder blik ken of blozen beschuldigd van ongepaste handelingen. ï,Ook de „Matin" had op gezag van zijn correspondenten deze beschuldigingen, die i n 't bijzonder tegen den professor in de Fransche taal en den rector van 't college gericht waren,- overgenomen. j„Het onderzoek heeft echter uitge maakt,- dat de paters Salesianen volko men onschuldig zijn en het de lastertong was,- die dergelijke geruchten de wereld in zond. De autoriteiten zijn tusschen- beide gekomen om een eind te maken aan die lasterlijke praatjes en verschil lende bladen hebben erkend, dat zij een fout begingen met dergelijk nieuws de wereld in te zenden. j,De „Matin" is verheugd, dat zij het resultaat van het onderzoek kan mee- deelen,- waardoor de paters Salesianen in eere hersteld zijn." Oostenrijk. De vergiftigde officieren. De minister van oorlog heeft een be looning van tweeduizend kronen beloofd voor bewijzen in de vergiftigingszaak welke kunnen voeren tot het vinden van den dader. Alle onderzoekingen hebben tot nu toe tot negatieve resultaten ge leid. Na eerst een valsch spoor gevolgd te hebben, zoekt men nu weer als den dader een officier, die bij de laatste be vorderingen in November, de officie ren, die zulk een giftpakje ontvingen wa ren allen, zooals men weet, pas bevor derd, voorbij gegaan zou zijn en daar over zeer ontstemd was. Intusschen hebben ook een viertal of ficieren, die in de provincies dienden, me degedeeld, dat ze eveneens zoo een ge heimzinnig pakje met giftpillen ontvan gen hadden. Een van hen kreeg het op een avond^ toen hij juist een diner gaf. Hij dacht, dat het een pretje was en wilde enkelen gasten zoo'n pilletje laten slik ken. Gelukkig kwam er echter wat tus- schenbeiden waardoor zijn voornemens voorkomen werden. ,Tot nu toe is het bekend, dat 16 of ficieren de gevaarlijke pillen ontvingen. Thans schijnt de politie weer een nieuw spoor te hebben ontdekt. Een vrouwe lijke postbeambte herinnerde zich den 14en een persoon te hebben gezien, die acht brieven aanbood, welke niet in de bus konden. Zij verwees hem naar de be treffende afdeeling en een bediende bij de post had nog gevraagd wat dat voor merkwaardige brieven waren, die alle ge richt waren aan officieren van den ge- neralen staf. De man herhaalde, dat de brieven moeilijk in de bus konden en ver wijderde zich. De beambte herkent de haar getoonde enveloppes beslist als de haar door den onbekende aangeboden brieven. Zij gaf ook een nauwkeurige beschrijving van dezen persoon. Nader wordt gemeld dat de politie het jonge mensch ontdekt heeft dat de beken de brieven met de vergiftigde pillen, ge adresseerd aan stafofficieren op den post deed. Hij kreeg vier kroon fooi en kon van dén verzender een vrij nauwkeurig signalement opgeven. Koninklijke besluiten. Benoemd tot commandeur in de orde van Oranje-Nassau, mr. J. van Heu- kelom, president der Arrondissements- Rechtbank te Rotterdam. Aan mr. J. van .Heukelom is op zijn verzoek, met ingang van 1 Januari 1190, eervol ontslag verleend uit zijne betrekking van president der Arrondis- sements-Rechtbank te Rotterdam, onder dankbetuiging voor de door hem in rech terlijke betrekkingen bewezen diensten. Benoemd zijn bij de Arrondisse- ments-Rechtbank te Rotterdam, met in gang van 1 Januari 1910, tot president mr. J. H. van Meurs, thans vice-pre sident van gemeld college, en tot vice- president mr. F. M. C. E. Koksma, thans jechter in gemeld college. is alweer een offer aan God te brengen, ik zal het volbrengen. Op een avond legde zij zich neder om niet meer op le staan. Miss Emily wilde bij haar waken. "Ma rie-Angelina vereztte zich er tegen en liet alleen toe dat de leerares den nacht in de aangrenzende kamer doorbracht. Zij verzocht haar het venster open te laten. Miss Emily,- ik zal u morgen bij mij laten waken... Ga morgenochtend, als de kerk geopend is, naar den pastoor en vraag hem of hij hier komt, als de Mis geëindigd is. Men hoorde zacht kloppen op de deur, De leerares opende de deur. Het is Coelio, zeide zij. Coelio trad binnen, gevolgd door den kamerknecht, die het kopje droeg. Marie-Angelina, zeide hij, gij hebt uw drank vergeten. De jongeling nam het kopje met twee handen vast, bracht het bij de lippen van Marie-Angelina, maar toen hij haar af keer zag, trok hij het terug en bracht het langzaam aan zijn mond. Op hetzelfde oogenblik werd de deur geopend en Maloeuvre trad binnen. Zie, zeide Coelio tot Marie-Ange lina, ik heb het tot den bodem leeg ge dronken. Maloeuvre Jew,am naderbij en zonder Aan den officier van gezondheid der le klasse dr. C. W;. Broers van het personeel van den geneeskundigen dienst der landmacht, is op het door hem ge daan verzoek een eervol ontslag uit den militairen dienst verleend; die officier van gezondheid is, in ver band met de verplichting, jngevolge het tweede lid van art. 9 der wet van 2 Aug. 1880 (Staatsblad no. 145) op hem rusten de, benoemd tot reserve-officier van ge zondheid der^lste klasse bij de land macht, als bedeeld in art. 1 punt lo. der wet van het ireservepersoneel der land macht 1905 Te rekenen van 1 November is aan den heer A. S. Talma, Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, op zijn verzoek eervol ontslag verleend als lid en voorzitter van de Staatscommissie van enquête omtrent het Tramwegpersoneel, onder dankbetuiging voor de in die hoe danigheid bewezen diensten en benoemd tot voorzitter van genoemde Staatscom missie tot lid dier commissie, de heer jhr. mr. S. Laman Trip. Met algemeene stemmen heeft de Utrechtsche Winkeliersvereeniging be sloten het adres van het comité tot af schaffing van de kermis te steunen. Gevolgen van het voetbal spel. De schóolvoetbalcommissie van den Ned. Voetbalbond heeft in haar laat ste vergadering haar voornemen te ken nen gegeven een uitgebreid onderzoek in te stellen naar de bezwaren, die vol gens sommige beoordeelaars van dit spel daaraan kleven, meer speciaal wat betreft zijn nadeeligen invloed op het welslagen in de maatschappij van hen, die zich op jeugdigen leeftijd aan dit spel wijden. Te Winters w ij k heeft de po litie drie inbrekers op heeterdaad be trapt. Het waren een conducteur en 2 remmers der Duitsche Spoorwegmaat schappij, die bij Wormgoor aan den klei nen parallelweg ^door middel van een valschen sleutel waren binnen gekomen. Herhaaldelijk waren winkelwaren ver mist: twee dagen te voren nog 150 eie ren en 30 pond koffie Aan den Steenfabriek „Den Durk" te Velp (bij Arnhem) hadden gisternacht twee kribarbeiders, de ge broeders S., in een ijzeren aak zich ter ruste begeven, na eerst een kacheltje op gestookt te hebben. Des ochtends werd de oudste wakker en gevoelde zich ongesteld. Hij opende een luik, en nu bleek dat het roefje vol kolendamp stond; iijn broeder lag reeds bewusteloos. Terstond werd een geneesheer geroe pen, die er in slaagde den bewustelooze weer bij te brengendeze is echter nog ernstig ongesteld. Eenige dagen geleden ont ving de politie te Tiel uit Rotterdam 'n telegraphisch bericht van den koopman K., dat hij vermoedelijk in een koffie huis te Tiel een portefeuille met onge veer f400 had laten liggen. Terstond werd nu van die vermissing melding] gemaakt en een goede belooning voor te rugbezorging toegezegd, dat het vermis te reeds is teruggevonden, en wel... ach ter het ledikant in K.'s eigen slaapka mer. De kapitein van een der Hull- booten heeft de gewoonte, als hij te Rotterdam is, een of andere plaats van vermaak, variété, schouwburg, concert zaal of zoo te bezoeken. Nooit slaat hij over, maar nog nooit ook heeft hij zoo danige plaats kunnen verlaten hij miste een sigarenkoker, dan een zak doek, dan weer iets anders. Als hij iets in zijn zijzakken deed, was hij e rzeker van, dat het op de eene of andere manier zou verdwijnen. En bijna zeker dat dit zou geschieden in de pauze. Maar die zekerheid en bijna-zekerheid waren lang niet zoo erg als de onzekerheid wie de dader was en hoe 't toch in 's hemels een woord te zeggen, rukte hij het kop je uit de handen van zijn zoon en wierp het op dén vloer. Wees kalm, zeide Coelio, Marie- Angelina heeft gedronken O, zeide Maloeuvre, dat had ik niet gedacht. Wat dan vroeg .Coelio. Niets, niets. Zij heeft gedronken en zonder twijfel zal zij beter worden. Veel beter, zeide Marie-Angelin'a, ik zal morgen niet meer lijden.... sinds Coelio mij den drank aanbiedt, neem ik hem aan.... het zal niet aan mij liggen als ik niet genees. Maloeuvre greep met geweld de hand van zijn zoon. Kom, zeide hij, kom. Hij groette Marie-Angelina en ging weg. Coelio had zich juist te bed begeven toen Maloeuvre in zijn kamer trad. Ik heb zeer weinig hoop op Marie- Angelina, zeide hij. Is haar toestand dan zoo hopeloos? Ik weet het niet, ik wil het niet ge loovenHeeft zij den drank van avond opgedronken Coelio wilde niet liegen, maar toch niet de geheele waarheid zeggen. Zij heeft den drank altijd door mij ontvajioer- en toen oü kwaaint had ik het kopje vast, waaruit zij gedronken had.... Maloeuvre scheen verlicht. Goed! zeide hij, goed! Goeden avond, Coelio. Miss Emily rolde op verlangen van de zieke, haar "bed in de slaapkamer vatj Marie-Angelina. Het was een prachtige Julinacht. Aan den hemel schitterden de sterren. Marie-Angelina sluimerde. Zij hoorde niet het geruisch der hoo rnen, zij bemerkte ook niet de schaduw, die plotseling in haar kanier viel, maar ontwaakte bij het geluid van een zachte stem Kleine meesteres! zeide de stem, kleine meesteres.... ik heb u willen te rugzienik ben binnengekomen als een dief Zij lachte bij het licht van de maan, dat het gelaat van Pampy bestraalde. Hij zag de verwoestingen, die het ver driet in dit gestel had aangericht. Hij kuste haar teedere handen, hij raakte het voorhoofd aan, waarover zweetdroppels rolden, hij sidderde, boog zich over Ma rie-Angelina en fluisterde aan het oor van het kind: Hebt gij vertrouwen in den armen zwarte? Gij hebt mij toch het leven gered? Toen vertelde hii met za,chte stem dat hij Cyrillus gezien had, en dat haar broe der hem gevraagd had over de muren te klimmen. Maar wie heeft u hierheen geleid?; vroeg Marie-Angelina. Wie? de goede hond, Morse. Hebt gij hem teruggevonden? Later zult gij wel hooren hoe....gij zult Pampy, Gyrillus en Morse terug vinden en zij zullen weenen van vreugde als zij u terugzien. Dank u, Pampy, breng aan Cyrillus mijn laatste groetenIk heb u altijd hoog geacht, mijn dierbare Pampy, de goede God zal u beloonen voor de liefde waarmee gij de kinderen bemind hebt. Marie-Angelina streek haar hand over het hoofd van den zwarte alsof zij hem zegende. Pampy liet een traan op haar hand vallen, toen klom hij uit het raam,' liet zich glijden, kwam weer goed op den grond terecht, bereikte den muur en was weer in het vrije veld. Toen zij 's morgens wakker werd, zeide zij tot miss Emily: Gij weet, wat gij beloofd hebt...^ Emily gaf aan den wensch van het kind gevolg en vertrok. Een half uur later trad de priester binnen. De zieke richtte zich op in haaf bed, vreugde straalde uit haar oogen* (Wordt vervolgd),

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1909 | | pagina 5