144
MAANDAG 31 MEI 1948.
Verpachting van de buffetten van de Stadsgehoorzaal; e. a.
(Stolp e.a.)
XXII. Voorstel tot het bij verlenging verpachten van de
buffetten van de Stadsgehoorzaal aan YV. F. van Ingen
Sehenau Jr, te Leiden. (911)
XXIII. Voorstel tot het aanvullen van het raadsbesluit d.d.
22 Maart 19451 inzake het vaststellen van de nieuwe tarieven
voor het huren van de gemeentelijke gymnastieklokalen. (99)
XXIV. Voorstel inzake
a. het verlenen van medewerking aan de door het Rijk
getroffen regeling met betrekking tot het voor 2 jaren
opschorten van de aflossing op aan de gemeente ver
leende Rijksbouwvoorschotten
b. het toepassen van een zelfde regeling, bedoeld sub a,
ten aanzien van door de Gemeente toegekende bouvv-
voorschotten. (109)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming
achtereenvolgens overeenkomstig de voorstellen XXII tot
en met XXIV besloten.
XXV. Voorstel inzake het verlenen van een toeslag aan de
gemeente Nieuwkoop op de contractprijs voor de vuilafvoer
naar die gemeente. (1051)
De heer Stolp kan mede op grond van de rapporten met
dit voorstel aceoord gaan. Het doet echter eigenaardig aan,
dat steeds een dergelijk voorstel achteraf moet worden
gedaan. In de verwachting, dat t.z.t. zal worden voorgesteld
ook over 1948 een bedrag bij te betalen, wordt spreker
versterkt door de brief van de gemeente Nieuwkoop d.d.
14 April 1948, waarin wordt medegedeeld, dat ook over
1948 eén verlies van dezelfde omvang wordt gevreesd.
In bedoelde brief staat ook: „Dit verlies zou tot een mini
mum terug te brengen zijn, als er de zekerheid was, dat de
overeenkomst voor 20 jaar kon worden verlengd. In dit
geval zou binnen de kortst mogelijk tijd tot mechanisatie
van het bedrijf moeten worden overgegaan."
Aangezien in het voorstel op geen enkele wijze op deze
suggestie wordt gereageerd, zou spreker thans gaarne het
oordeel van het College over dit vraagstuk vernemen, daar
het voor Leiden toch wel van betekenis is, jaarlijks een
bedrag van bijna 10.000.— te kunnen besparen.
De heer Jongeleen zegt, dat inderdaad de grote zekerheid
bestaat, dat ook over 1948 iets zal moeten worden bijbetaald.
Het zal echter goed zijn, de rapporten en de balans van
Kuyf's Vuil- en Baggerbedrijf N.V. af te wachten, alvorens
een besluit tot bijbetaling over 1948 te nemen.
Naar aanleiding van de suggestie, in de brief van de
gemeente Nieuwkoop gedaan, kan spreker op het ogenblik
niet meer zeggen dan dat deze zaak thans bij het College
in voorbereiding is.
Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten.
XXY'I. Voorstel inzake het beschikbaarstellen van gelden
voor het aanbrengen van hliksembevciligingsinstallaties aan
enige gebouwen van de gestichten Endegeest e.a. (101)
XXVII. Voorstel tot liet vaststellen van de wijziging van de
begroting, dienst 1945, in verband met een gewijzigde boeking
van de restitutie aan het Rijk van het over 1944 ontvangen
voorschot op de steun uit de tweede afdeling van het ge
meentefonds. (102)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming
■achtereenvolgens overeenkomstig de voorstellen XXVI en
XXVII besloten.
XXVIII. Voorstel tot het wijzigen van de begroting, dienst
1945, in verband met liet afsluiten van die dienst. (86)
De heer Knol vraagt, of alsnog moeite is gedaan het
bedrag van 304.15 (volgnr. 723a) te innen. Het komt
spreker voor, dat dit bedrag in te vorderen is, nu de betrokken
firma solvabel is geworden.
De heer van der Kwaak antwoordt, dat de gemeente het
geld heeft teruggekregen en dus niets meer te vorderen heeft.
Het is aan het Rijk te bepalen, of het wil trachten het bedrag
van de firma terug te krijgen.
Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten.
Goedkeuring rekening, dienst 1945, van liet College
(van Weizen e.a.) van Vrouwenkraammoeders; e.a.
XXIX. Voorstel tot liet goedkeuren van de rekening, dienst
1945, van het College van Vrouwenkraammoeders. (103)
XXX. Voorstel tot het goedkeuren van de begroting, dienst
1948, van het Heilige Geest- of Arme YYrees- en Kinderhuis.
(103)
XXXI. Voorstel inzake het met intrekking van het raads
besluit d.d. 24 November 1947, model E, no. 29, tot wijziging
van de gemeentebegroting 1947 verlenen van een hoger
gemeentelijk subsidie voor het jaar 1947 aan de Leidse Politie
Sportvereniging. (104)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming
achtereenvolgens overeenkomstig de voorstellen XXIX tot
en met XXXI besloten.
XXXII. Y'oorstcl tot het wijzigen van de verordening op de
heffing van een belasting op toneelvertoningen en andere
vermakelijkheden. (103)
Aan de algemene beschouwingen nemen deel de heren
van Weizen en van der Kwaak.
De heer van Weizen verheugt er zich over, dat na het
nader overleg tussen het College en het bestuur van de
Nederlandse Bioscoopbond naar aanleiding van de tegen
de oorspronkelijk aangenomen verordening ingebrachte be
zwaren het College tot het inzicht is gekomen, dat herziening
van deze tarieven noodzakelijk was. Is het voorgestelde
tarief nu geheel in overleg met en met goedkeuring van het
bestuur van de Nederlandse Bioscoop Bond (N.B.B.) tot
stand gekomen? Maar zelfs wanneer dat het geval zou zijn,
bestaan tegen dit tarief toch enkele bezwaren. Spreker vreest,
dat ondanks het verminderen van het tarief van 45 tot 40%
de opbrengst van de vermakelij khedenbelasting zal dalen,
tengevolge van achteruitgang van het bezoek aan de bios
copen. Op de duur zal men echter met een sterke teruggang
in het bioscoopbezoek hebben rekening te houden. De critiek
en de bezwaren, door sprekers fractie tegen de oorspronkelijk
voorgestelde verhoging van de vermakelijkhedenbelasting
naar voren gebracht, zijn gebleken volkomen in overeen
stemming te zijn, niet alleen met de zienswijze van de direct
belanghebbenden, n.l. de eigenaren en exploitanten van
bioscopen, maar ook met hetgeen in de practijk als gevolg
van deze verhoging van tarieven heeft plaats gehad. Hieruit
kan de conclusie worden getrokken, dat men ook in de toe
komst met deze bezwaren ernstig rekening zal moeten houden.
De heer van der Kwaak zegt, dat in de tweede bespreking
van spreker met de exploitanten van bioscopen te Leiden
en met het hoofdbestuur van de Nederlandse Bioscoop Bond,
welke bespreking heeft plaats gevonden nog vóór de be
handeling van het oorspronkelijke voorstel in de Raad, de
belangen van de verschillende partijen tamelijk uiteen bleken
te lopen. Hadden de exploitanten van de bioscopen het
bezwaar, dat zij nu opperen, onmiddellijk naar voren gebracht,
dan was het College onmiddellijk bereid geweest daarmede
rekening te houden, doch het bestuur van de Nederlandse
Bioscoop Bond heeft deze bezwaren pas naar voren gebracht
toen de oorspronkelijke verordening reeds was vastgesteld.
Het bezwaar van de Nederlandse Bioscoop Bond was hierin
gelegen, dat er geen mogelijkheid was tot toepassing van
een tarief van 35 door 500 m film, behandelende onder
werpen van wetenschap, kunst, handel en nijverheid, te
doen vertonen. Wanneer de heer van Weizen, zich op de
borst slaande, zegt het reeds bij de behandeling van de
oorspronkelijke verordening naar voren te hebben gebracht,
blijkt hij meer koningsgezind dan de koning zelf te zijn,
want zo was de zaak niet, noch hij, noch de betrokkenen
hebben bij eerste lezing over deze kwestie gerept. Indien
de heer van Welzen het nu wil opnemen voor de bioscoop
exploitanten, moet hij ook een onderzoek naar hun inkomen
instellenuit anderen hoofde was spreker op de hoogte
van wat in de bioscopen wordt verdiend en daarom begrijpt
hij niet, waarom de heer van Welzen op verdere verlaging
van het percentage aandringt.
De heer van Welzen wil zich niet op de borst slaan, wanneer
het gaat over de wijze, waarop zijn fractie haar bezwaren
tegen de tariefsverhoging in het midden heeft gebracht.
Het ligt ook niet in de bedoeling van sprekers fractie, zich
zelf een goedkeuring uit te reiken voor de verdediging van
de belangen der bioscoop-exploitanten.
Het ging in deze om een andere zaak, die in een breder
verband moet worden gesteld en bezien.