50 peil kan worden gebracht en gehandhaafd, als ingeval van een ramp of stoornis in de productie, welke een centrale kan treffen, de stroomvoorziening in het betrokken gebied niet behoeft te stagneren. De samenwerking, nodig om het voor dit doel aangelegde of nog aan te leggen landelijke koppelnet het meest nuttige effect te doen sorteren, wordt thans met de oprichting van de genoemde naamloze vennootschap (S.E.P.) beoogd. Het behoeft o.i. geen betoog, dat deze samenwerking de voorkeur verdient boven een bij het uitblijven daarvan van hoger hand opgelegde coördinatie, waarbij de zelfstandigheid van de afzonderlijke productie-centra naar alle waarschijnlijk heid op veel ingrijpender wijze zou worden aangetast. Thans zullen de deelnemers in de nieuw op te richten vennootschap, als hoedanig, naast het E.Z.H., de provinciën met eigen productie-centra of de desbetreffende provinciale bedrijven en de gemeente Amsterdam zullen optreden, geheel zelf standig met de productie en distributie in hun verzorgings gebied blijven belast, slechts met dien verstande, dat, onder toezicht van de S.E.P., de nodige energie, voorzover deze niet in het eigen productie-centrum kan of zal worden opge bracht, door middel van onderlinge overeenkomsten zal worden uitgewisseld. In verband met het voorgaande is het, voor wat de mede werking van het E.Z.H. betreft, nodig gebleken ten behoëve van de aan dit bedrijf deelnemende gemeenten enige bijzon dere voorzieningen te treffen. Indien nameüjk de vertegen woordiging van het E.Z.H. in de organen van de S.E.P. op de voet van de thans voor de vertegenwoordiging van het E.Z.H. bestaande regeling zou moeten geschieden, zouden noch de directies van de betrokken gemeentelijke bedrijven, noch de in de Eaad van Commissarissen van het E.Z.H. zitting hebbende leden van de desbetreffende gemeente besturen op de besluitvorming in deze organen rechtstreekse invloed kunnen uitoefenen. Bovendien brengt het betrokken zijn van de belangen van meerdere gemeenten bij de gestie van het E.Z.H. in deze organen, de wenselijkheid met zich mede afwisselend nu gene dan deze gemeente tot het uit oefenen van deze invloed in de gelegenheid te stellen, zulks afhankelijk van de mate, waarin de belangen van een of meer dezer gemeenten meer in het bijzonder worden geraakt. Met het oog hierop verdient het aanbeveling artikel 11 van de statuten van het E.Z.H. aldus aan te vullen, dat de directie der vennootschap bij haar vertegenwoordiging van deze in de vergaderingen, waar de vennootschap hetzij als aandeelhoudster, hetzij als commissaris optreedt, wordt vergezeld van ten hoogste drie door de Eaad van Commissa rissen aangewezen personen, wier machtiging de directie behoeft voor aldaar te verrichten handelingen of te nemen besluiten. Voorts dient, in verband met de in de statuten van de S.E.P. voorziene mogelijkheid van besluitvorming langs schriftelijke weg, eveneens het optreden van de directie van het E.Z.H. aan een machtiging te worden gebonden. De mogelijkheid hiertoe biedt een aanvulling van artikel 14 van de statuten van het E.Z.H., krachtens welke mede het verlenen van schriftelijke toestemming voor enig besluit van de aandeelhouders of de commissarissen van een lichaam, waarin de vennootschap als zodanig optreedt, afhankelijk zal zijn van de voorgaande machtiging van de Eaad van Commissarissen van de vennootschap. Op deze wijze zal met de belangen van de bij het E.Z.H. betrokken gemeenten bij de behandeling van zaken, de S.E.P. betreffende, voldoende rekening worden gehouden. De medewerking van Uw Vergadering bij het treffen van deze voorzieningen is nodig ingevolge Uw besluit van 16 Juni 1941 (Ingekomen Stukken no. 77), waarbij de uitoefening van de rechten der gemeente als aandeelhoudster der N.V. Electriciteitsbedrijf Zuid-Holland aan ons college werd opgedragen, met dien verstande, dat o.m. voor de mede werking der gemeente tot wijziging van de statuten dier vennootschap een nader, daartoe strekkend besluit van Uw Vergadering is vereist. In overeenstemming met het advies van de Commissie voor de Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit en met verwijzing naar de in de Leeskamer ter inzage liggende stukken, geven wij mitsdien Uw Vergadering in overweging te besluiten de boven bedoelde medewerking der gemeente te verlenen tot wijziging van de statuten der N.V. Electri citeitsbedrijf Zuid-Holland, waardoor, behoudens eventueel naar het oordeel van ons college wenselijk of noodzakelijk gebleken wijzigingen van niet principiële aard, a. aan artikel 11 een tweede lid wordt toegevoegd, luidende: Bij de vertegenwoordiging der vennootschap in vergade ringen, waar deze, hetzij als aandeelhoudster, hetzij als commissaris optreedt, wordt de directie vergezeld van ten hoogste drie door de Eaad van Commissarissen aangewezen personen, wier machtiging zij behoeft voor aldaar te verrichten handelingen of te nemen besluiten; b. artikel 14 wordt aangevuld als volgt: 19. het verlenen van schriftelijke toestemming voor enig besluit van de aandeelhouders of de commissarissen van een lichaam, waarin de vennootschap als zodanig optreedt. Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 56. Leiden, 15 Maart 1948. Met het oog op het innemen van ligplaats door beurt schippers werd in de verordening, houdende aanwijzingen van de dagen, uren en plaatsen voor het houden van de verschillende markten en van veilingen van fruit bepaald, dat de algemene (Zaterdagse) dagmarkt op de Nieuwe Bijn, tussen de Karnemelksbrug en de Yisbrug, aanvangt om 13 uur. Deze kade wordt niet meer door beurtschippers gebezigd, waarom de algemene markt aldaar, evenals op de overige daarvoor aangewezen wegen, om 7 uur v.m. kan aanvangen. Van de gelegenheid tot het houden van een algemene markt op het gedeelte der Yan der Werffstraat tussen de Jan Vossensteeg en de Paradijssteeg, wordt sedert vele jaren geen gebruik meer gemaakt. Het moet uitgesloten worden geacht, dat aldaar een markt tot ontwikkeling komt. Wij achten het wenselijk de in de aanhef genoemde verordening met deze omstandigheden in overeenstemming te brengen. De in verband hiermede nodige wijziging van het opschrift van artikel 2 sub VIII van de verordening, regelende de heffing en de invordering van een belasting onder de naam van „Marktgeld" te Leiden, zal Uw Vergadering te zijner tijd worden voorgesteld. In overeenstemming met het gevoelen van de Commissie voor de Markt- en Havendienst geven wij Uw Vergadering, met verwijzing naar de in de leeskamer ter inzage liggende stukken, mitsdien in overweging over te gaan tot vast stelling van de volgende verordening: VERORDENING, tot wijziging van cle verordening van 24 October 1938 (Gemeente blad No. 16), houdende aanwijzing van de dagen, uren en plaatsen voor Tiet houden van de verschillende markten en van veilingen van fruit. Artikel I. In artikel 1 sub 9° vervallen de woorden: „van 13 uur af, ook op" en de komma daarvoor. Art. II. Het gestelde in artikel 1 sub 10° vervalt. Art. III. De markten, in artikel 1 genummerd met 11° en 12°, worden genummerd resp. met 10° en 11°. Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 57. Leiden, 15 Maart 1948. Ingevolge artikel 8 van de verordening regelende de heffing van een gemeentelijk vergunningsrecht voor de verkoop van sterke drank in het klein, ontvangt de schatter van de huurwaarde van de vergunningslocaliteiten voor de berekening van het vergunningsrecht voor elke schatting 1.50. Deze beloning is onder de huidige tijdsomstandigheden niet meer voldoende te achten. Een beloning van 3.per schatting komt ons thans gewettigd voor. Wij geven U derhalve in overweging over te gaan tot het vaststellen van de volgende verordening: VERORDENING, houdende wijziging van de verordening van 15 Augustus 1932 (Gemeenteblad no. 19), regelende de heffing van een gemeen telijk vergunningsrecht voor den verkoop van sterken drank in het klein, bedoeld in artikel 23, le lid, der Drankwet (Staatsblad 1931 no. 476), in de gemeente Leiden, gewijzigd bij ver ordening van 23 December 1935 (Gemeenteblad no. 39). Artikel I. In artikel 8 van bovengenoemde verordening wordt in plaats van „ƒ1.50" gelezen: ƒ3. K.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1948 | | pagina 6