49 minder betaalt dan een gebruiker, die een lokaal slechts één uur op een avond huurt. De exploitatiekosten toch zijn uiteraard naar verhouding voor de gemeente bij een verhuring voor slechts één uur hoger dan bij een gebruik van de lokalen gedurende meer uren per avond. Een dergelijke regeling bestaat ook in andere gemeenten. Het nieuwe tarief zou o.i. kunnen ingaan op 1 April 1948. Met verwijzing naar de in de Leeskamer ter inzage liggende stukken geven wij TJw Vergadering, in overeenstemming met het advies van de Commissie van Fabricage, in over weging om, met intrekking van Uw besluit van 17 October 1918, behoudens goedkeuring van Gedeputeerde Staten, met ingang van 1 April 1948: A. vast te stellen het volgende tarief, betreffende de ver huring van de gemeentelijke gymnastieklokalen: I. grote lokalen: Pieterskerkgracht le uur 55.per wek. lesuur per jaar H.B.S. met 5 j. c. [2e ƒ45.— Gymnasium 3e en volgende uren 35.per wek. lesuur per jaar; II. overige (kleinere) lokalen: le uur 45.per wek. lesuur per jaar 2e 35. 3e en volgende uren 25.per wek. les uur per jaar; B. ons College te machtigen de gemeentelijke gymnas tieklokalen tegen het onder A aangegeven tarief te verhuren. Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 52. Leiden, 15 Maart 1948. In Uw Vergadering van 22 December 1947 (Ingek. Stukken N° 223) werd besloten, om zo nodig gedurende het 1ste kwar taal 1948 kasgeldleningen aan te gaan tot een maximum bedrag van 2.500.000. Met het oog op de gedurende het 2de kwartaal 1948 aan de gemeentekas te stellen eisen is het nodig, dat ook in dat kwartaal tot opneming van kasgelden kan worden overgegaan. De kaspositie van de gemeente is momenteel van die aard, dat verwacht mag worden, dat voor het 2de kwartaal 1948 eveneens met een maximum bedrag van 2.500.000.voor kasgeldleningen zal kunnen worden volstaan. Wij geven Uw Vergadering in overweging, behoudens goedkeuring van Gedeputeerde Staten, te besluiten gedurende het 2de kwartaal 1948, zo nodig kasgeldleningen aan te gaan tot zodanig bedrag, dat op geen enkel tijdstip in dat kwartaal de kasschuld, met inbegrip van het in rekening-courant bij de N.V. Bank voor Nederlandsche Gemeenten op te nemen bedrag, de som van 2.500.000.te boven gaat, onder de voorwaarden als door ons College zullen worden gesteld, met dien verstande, dat de voorgeschreven maximum rente normen worden in acht genomen en verder dat geen hogere provisie dan berekend naar 1/8 per jaar zal worden betaald. Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 53. Leiden, 15 Maart 1948. De gemeente heeft van het Bankierskantoor Staal Co N.V. te 's-Gravenhage een aanbieding ontvangen voor een 12-jarige geldlening van 352.500.tegen een rente van 2f bij parikoers. De opbrengst van de lening kan worden bestemd tot algehele aflossing van het schuldrestant na aftrek van de normale jaarlijkse aflossing in 1948 van een nog 12 jaren lopende 3| geldlening; over conversie van deze lening kon met de betrokken geldgever geen overeenstemming worden bereikt. Aangezien de oorspronkelijke looptijd van de af te lossen lening 17 jaren bedroeg, is de rente van 2f in over eenstemming met het door de Ministers van Binnenlandse Zaken en Financiën laatst vastgestelde renteschema voor geldleningen van lagere publiekrechtelijke üchamen, terwijl ook wat de verdere voorwaarden betreft de aanbieding van genoemd bankierskantoor aanvaardbaar is. Voorts zijn onderhandelingen gevoerd met de N.V. Maat schappij voor Gemeente-Crediet te Amsterdam inzake rente verlaging van de bij raadsbesluit van 20 Maart 1939 bij deze Maatschappij gesloten 3 geldlening van ƒ1.800.000..- Deze onderhandlingen hebben tot overeenstemming geleid, en wel in die zin, dat ingaande 1 Juli 1948 de rente van deze lening, overeenkomstig het door de Ministers van Binnen landse Zaken en Financiën vastgestelde renteschema in verband met de resterende looptijd van 31 jaar, wordt verminderd tot de z.g. gestaffelde rente van 3/3 n.l. gedurende de eerste 10 jaren 3 en gedurende de verdere looptijd 3£ Ook de bij deze renteverlaging door de Maatschappij gestelde voorwaarden inzake extra-aflossing, n.l. de z.g. front- voorwaarden, zijn aannemelijk. De Commissie van Financiën kan zich met een en ander verenigen. Wij geven Uw Vergadering, met verwijzing naar de in de Leeskamer ter inzage gelegde stukken, in overweging te besluiten, behoudens goedkeuring van Gedeputeerde Staten: a. gebruik te maken van de aanbieding van het Bankiers kantoor Staal Co. N.V. te 's-Gravenhage voor een 2| geldlening van 352.500.met een looptijd van 12 jaar, tot algehele aflossing van het schuldrestant na aftrek van de normale jaarlijkse aflossing in 1948 van de inge volge besluit van de Burgemeester d.d. 10 Juni 1943 gesloten 32* geldlening, oorspronkelijk groot 500.000. b. met de N.V. Maatschappij voor Gemeente-Crediet te Amsterdam een overeenkomst aan te gaan tot wijziging van de krachtens raadsbesluit van 20 Maart 1939, bij akte van 27 April 1939 aangegane overeenkomst inzake de ver strekking aan de gemeente van een geldlening, oorspronkelijk groot 1.800.000.in die zin, dat de rente met ingang van 1 Juli 1948 wordt verlaagd van 3J tot 3 gedurende de eerste 10 jaren en gedurende de verdere looptijd 3\% per jaar zal bedragen, en voorts onder de bepalingen, mede in de bereidverklaring omschreven. Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 54. Leiden, 15 Maart 1948. Op 1 December 1947 besloot Uw Vergadering tot het aan gaan van stroomleveringsovereenkomsten met de gemeenten Alkemade, Leiderdorp, Noordwijkerhout en Warmond en tot het aangaan van een overeenkomst tot levering van gas met laatstgenoemde gemeente, zulks overeenkomstig ons voorstel van 24 November 1947 (Ingekomen Stukken No. 203). In dit voorstel hebben wij de redenen uiteengezet voor het sluiten van overeenkomsten, berustend op het beginsel van gelijkheid van prijzen tussen de gemeente Leiden en de groep van gemeenten, waarin het gas en de stroom recht streeks aan de aangeslotenen wordt geleverd. Nu ook met de gemeente Valkenburg overeenkomsten voor de levering van gas en electriciteit, berustend op hetzelfde beginsel en onder gelijkluidende voorwaarden, moeten worden aangegaan, menen wij naar dat voorstel te mogen verwijzen. Wij geven U derhalve, in overeenstemming met het advies van Commissarissen der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit, in overweging te besluiten tot het aangaan van een stroomleveringsovereenkomst, alsmede van een overeen komst tot de levering van gas met de gemeente Valkenburg, overeenkomstig de hierbij overgelegde ontwerpen. Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden, N°. 55. Leiden, 15 Maart 1948. Zoals Uw vergadering bekend is, neemt deze gemeente, ingevolge het besluit van de Gemeenteraad van 3 Februari 1941 (Ingekomen Stukken 1941, no. 13) als aandeelhoudster deel aan de N.V. Electriciteitsbedrijf Zuid-Holland. Aan deze vennootschap, die, als exploitante van het koppelnet tussen de Zuid-Hollandse productiebedrijven, ten aanzien van de electriciteitsvoorziening in deze provincie een coördi nerende functie vervult, is thans haar medewerking verzocht bij de oprichting van de N.V. Samenwerkende Electriciteits- Productiebedrijven. Met betrekking tot de oprichting van deze laatstgenoemde vennootschap brengen wij het volgende onder Uw aandacht. Beeds lang wordt de behoefte gevoeld een zodanige landelijke electriciteitsvoorziening te waarborgen, dat zowel met betrekking tot het verzorgings gebied van de afzonderlijke productie-centra de productie op het voor dat gebied vereiste

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1948 | | pagina 5