92
DONDERDAG 19
FEBRUARI 1948.
Gemeentebegroting Algemene beschouwingen,
(van Iterson e.a.)
ment, maar wat zou men denken van twaalf van deze molens
naast elkaar opgesteld? Zouden ook niet de Zijlpoort en de
Morschpoort aan aantrekkelijkheid en aan aesthetica ver
liezen, wanneer ze beide precies gelijk zouden zijn?
Sprekers bedoeling is, meer architecten in te schakelen,
zodat meer complexen tegelijkertijd gereed zouden zijn. Een
complex omvat naar sprekers bedoeling 300 woningen ongeveer,
zoals het complex aan de Zoeterwoudse weg, dat 82 woningen
omvat, en het plan „Leiden-Noord", dat 103 woningen
telt. Door meer architecten aan te stellen bereikt men aller
eerst, dat meerdere architecten worden geïnspireerd, zowel
voor de uitwendige als de inwendige architectuur, het beste
te geven wat zij kunnen, en in de tweede plaats, dat zij hun
beste beentje voor zullen zetten ook om hun projecten zo
spoedig mogelijk te doen uitvoeren, waardoor de weder
opbouw gediend wordt. Daarop komt het aan. Deze kans
mag men zich niet laten ontglippen.
Spreker trekt zijn voorstel met betrekking tot de bouw
van een aantal kleine woningen in, omdat hij nog gegevens
omtrent de toestand in Groningen en Leeuwarden wachtende
is. De thans reeds verkregen inlichtingen zijn evenwel van
dien aard, dat dit intrekken niet betekent, dat spreker later
niet op dit denkbeeld zal terugkomen.
Het stemt spreker dankbaar, dat de gehele Raad, het
College incluis, achter sprekers voorstel betreffende de bouw
door de Gemeente van een betonskelet staat. In de Commissie
van Fabricage is niet medegedeeld (het is spreker althans
niet bekend), dat de Wethouder opdracht tot het ontwerpen
van plannen daarvoor heeft gegeven. Spreker handhaaft
daarom dit voorstelhij is niet van plan hetzelfde te bereiken
als met zijn voorstel, bij de vorige begroting gedaan, omtrent
het aanleggen van een legger der onroerende goederen voor
verzekering, welk voorstel door Burgemeester en Wethouders
is overgenomen, maar tot nu toe niet is uitgevoerd.
De Voorzitter constateert, dat de heer van Iterson zijn
voorstel luidende:
„Burgemeester en Wethouders dienen op korte termijn
een plan in voor de bouw van een aantal kleine woningen, die
voorlopig bestemd worden voor jonggehuwden en die later
bestemd kunnen worden als woningen voor ouden van dagen",
heeft ingetrokken.
De Voorzitter stelt spoedshalve aan de orde een voorstel
tot het aangaan van een onderhandse geldlening bij de Coöpe
ratieve Levensverzekering Maatschappij „Concordia" U.A.
te Utrecht.
Nadat zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming be
sloten is dit voorstel spoedeisend in behandeling te nemen,
wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming besloten
tot het aangaan bij de Coöperatieve Levensverzekering
Maatschappij „Concordia" U.A. te Utrecht van een 3
geldlening van 157.000.met een looptijd van 12 jaar,
waarvan de opbrengst zal strekken tot algehele aflossing
in 1948 van de ingevolge Raadsbesluit van 5 Juli 1937 bij het
Pensioenfonds voor het Europees Personeel in Indië der N. V.
Deli Spoorweg Maatschappij te Amsterdam gesloten 3J
geldlening, oorspronkelijk groot 200.000.
De heer Riedel zegt, dat het hem is opgevallen, dat niet
tegenstaande de grote voortvarendheid van het College zijn
verzoek tot aanstelling van een sociale werkster voor het
gemeentepersoneel niet in welwillende overweging genomen
is, omdat men het ogenblikkelijk nut daarvan niet inziet.
Dit heeft spreker wel enigszins teleurgesteld. Inderdaad zou
aanstelling van zulk een maatschappelijk werkster iets nieuws
zijnwanneer echter op de plaats van de Wethouder een vrouw
zou zitten, zou deze die functie op andere en waarschijnlijk
dieper gaande wijze bezien dan thans het geval is. Ook zou aan
stelling van een vrouwelijke ambtenaar bij het Gemeentelijk
Huisvestingsbureau, die mede zou beslissen over de wijze van
bewoning voortaan in Leiden, zeer gunstige resultaten af
werpen dan zou blijken, dat er in Leiden op dit gebied nog
heel wat te verbeteren valt. Het gaat er bij spreker niet om,
bepaalde gevallen van alle kanten te doen bezien, maar om
tegemoet te komen in de grote ellende, die er op dit gebied
in Leiden geleden wordt. En dan weet de bevolking, die toch
ook kennis neemt van wat in de Raad wordt gezegd, dat die
ellende onder de bevolking van boven af niet zonder meer
wordt geaccepteerd. Hierdoor krijgt men de gelegenheid die
ellende te verminderen. Ook het staatsbedrijf der Posterijen,
Telegrafie en Telefonie heeft maatschappelijke werksters in
dienst. Men kan met een woning-inspectrice veel bereiken,
maar spreker is bevreesd, dat men thans op het Huisvestings
bureau nog veel meer klachten zou krijgen dan tot nu toe.
Dat is negatieve politiek; positieve politiek zou het zijn, een
Gemeentebegroting Algemene beschouwingen.
(Riedel e.a.)
vrouw aan te stellen bij het Gemeentelijk Huisvestingsbureau
daardoor kan men trachten in de gezinnen, die dit nodig
hebben dit zijn er meer dan men denkt verbeteringen
aan te brengen en de bewoners op een zekere wijze te leiden.
Blijkens de mededelingen van de Voorzitter was de qualiteit
van de nieuwe verwarmingsketels in „Endegeest" zeer slecht.
Spreker verzoekt om, wanneer deze onverkwikkelijke zaak
achter de rug is, de Raadsleden inzage te geven van het
daarop betrekking hebbende dossier.
Wat betreft de politieke situatie, niet alleen in Leiden,
maar ook in groter verband, in deze Raad wordt de behoefte
om zich te uiten over de grote politieke en economische
vraagstukken botgevierd. Spreker kan zich dat wel voor
stellen, al bewondert hij het niet altijd.
De heer D. J. van Dijk heeft zich bereid verklaard, de
heer Knuttel op een andere plaats van antwoord te dienen
op een van diens opmerkingen. Daartoe bestaat de gelegenheid
in de bovenpolitieke braintrust, die voortgekomen is uit de
Nederlandse Volksbeweging en waarin o.a. zitting hebben
de heren Pompe, Keulemans, Bavinck en Banning. Spreker
zou het op prijs stellen, indien men elkaar op dit forum zou
kunnen ontmoeten, waar de grote Europese vraagstukken in
verzoenende en aangename geest kunnen worden behandeld
en de politiek als zodanig niet dadelijk naar buiten wordt
gebracht, maar onder elkaar wordt besproken.
Met betrekking tot de geleide economie spreekt men veel
langs elkaar heen. De heer Vos heeft met de term „huidige
economische dictatuur" onjuist gekenschetst, hetgeen helaas
in deze tijd moet gebeuren, waarbij natuurlijk fouten worden
gemaakt, maar waarbij men ook kan zeggen, dat, indien het
anders was, Nederland er zeker niet beter aan toe zou zijn.
Men is vaak met de kleine bril op zo kortzichtig, dat men
in de eerste plaats de fouten in de economie van zijn land
meent te zien en niet ziet de geweldige worsteling en de kansen
ten goede, die daarbij worden gebruikt, terwijl dikwijls
buitenlanders, die de zaak op een afstand bekijken en daar
door beter kunnen beoordelen, vol waardering zijn. Een
figuur als Minister Lieftinck, op wie men niet altijd ten
onrechte in ons eigen land, waar men veel met zijn besluiten
te maken heeft, veel critiek heeft, wordt in het buitenland
als een groot man beschouwd.
De heer Goslings is in grote lijnen tevreden met het ant
woord van het College. De Wethouder heeft de verschijning
binnenkort van een uitvoerige publicatie toegezegd, die
spoedig in overweging genomen zou kunnen worden. Welis
waar heeft de Wethouder ook gezegd, dat er financiële
bezwaren zijn, maar gelukkig wees de Wethouder daarbij
op het feit, dat elke goed aangepakt medisch saneringsplan
„preventief" opgezet, altijd economisch nut en economisch
voordeel gebracht heeft. Nu is tijdens deze debatten in de
Raad gezegdmen moet de tering naar de nering zettendat
is zeer juist, maar hier moet men ook letten op het spreek
woord de cost gaet voor de baet uit. Het maakt verschil,
of men geld geeft voor zaken, die alleen maar nuttig zijn,
dan wel voor zaken, die direct nut hebben en die de volks
kracht versterken. Spreker is het eens met de Wethouder
van Financiën, dat men niet alleen naar een sluitende be
groting moet zien, maar ook naar de vraag, welke uitgaven
met het oog op de toekomst noodzakelijk zullen zijn. De
aanstelling van de ene arts of van de twee artsen, die spreker
vraagt, zal maar een kleine uitgave vorderen; het zal nog
enige tijd kosten, voordat de nieuwe organisatie, de coördi
natie van al deze medische diensten in werking zal treden;
men moet rustig afwachten totdat dit over enige jaren
mogelijk zal blijken. Gedurende de eerste jaren heeft men
alleen de onkosten, verbonden aan de aanstelling van die
artsen. Spreker neemt aan, dat de Wethouder dit zal aan
pakken, zodra dit mogelijk is.
Het doet spreker genoegen, dat de Wethouder het met
spreker eens is, dat de taak van de wijkverpleging niet meer
is gelegen in de verzorging van de stadsarmen en dat er
misschien reeds dit jaar samenwerking zal zijn tussen de
Gemeentelijke Geneeskundige- en Gezondheidsdienst en de
wijkverplegingen. Men moet hierbij ook het particulier
initiatief zoveel mogelijk steunen en stimuleren. De heer
Vos was over het particulier initiatief zeer tevreden, maar
in dit opzicht verschillen de standpunten van de heer Vos
en van spreker altijd nog enigszins. Volgens de heer Vos
moeten de Overheidsinstanties alleen in het allernoodzake
lijkste geval ingrijpen, maar dit geldt naar sprekers mening
op dit gebied niet. Trouwens, wat verstaat men hier onder
„in het allernoodzakelijkste geval"? Het bestuur van deze
wijkverplegingen is vaak in handen van leken, die uit sociale
overwegingen vaak hun krachten aan dit werk geven, maar
die toch niet altijd het meeste inzicht hebben wat betreft