126 transport De post werd in de begroting geraamd op: a. steunverlening 151.250. b. gemeentelijke werkverruiming c. wachtgeldrege lingen 718.270.39 563.612.47 6.400.- 12.500.- 170.150.— De post kan mitsdien verhoogd worden met een totaal bedrag van 548.120.39 Volgn. 198a. Terugontvangst van instellingen van te veel genoten subsidie in de hosten van wachtgeldregelingen voor arbeiders in particuliere bedrijven nieuw volgnummer) De van bedrijven terug te vorderen gelden wegens te veel genoten subsidie in wachtgeld regelingen bedragen over 1944 23.274.69, waarvoor een nieuwe post aan de begroting wordt toegevoegd; zie ook de toelichting bij volgn. 723. Volgn. 200. Tegemoetkoming van het Rijk in de kosten van controle op werklozen De tegemoetkoming van het Rijk in deze kosten bedraagt 50 De kosten belopen voor 1944 11.960.60; zie de volgnis 699 en 721a. De tegemoetkoming bedraagt dus 5.980.30, terwijl hiervoor geraamd werd 5.976. Volgn. 203a. Terugstorting van een gedeelte van de subsidie ten behoeve van de kosten van administratie van de B-steun nieuw volgnummer) Van de aan de Commissie voor het jaar 1944 toegekende subsidie van 1.200.is een bedrag van 109.63 als overschot in de gemeentekas teruggestort. Volgn. 209. Ontvangsten ter zake van voorschot ten op lonen aan gezinnen van in Duitsland en in Frankrijk tewerkgestelde arbeiders, alsmede voor aankoop van bedrijfskleding, schoeisel enz. gewijzigde omschrijving) In 1944 is ter zake van deze voorschotten van de arbeiders zelf ingevorderd Van het Rijk is ontvangen, ter zake van aan het Gewestelijk Arbeidsbureau overgedragen vor deringen te dier zake, voorzover verstrekt vóór 1 Mei 1941, 84 van deze vorderingen ad 41.500.09 is Voorts is nog van het Rijk ont vangen voor reiskosten 26.936.27 34.860.07 4.50 Totaal 61.800.84 Volgn. 210. Bijdrage van het dienstjaar 1945 wegens bij het sluiten van het dienstjaar 1944, nog te innen bedragen ter zake van voorschotten op lonen aan gezinnen van in Duitsland en in Frankrijk tewerkgestelde arbeiders, alsmede van voorschotten voor aankoop van bedrijfskleding, schoeisel enz. nieuw volgnummer) Overeenkomstig het medege deelde bij volgn. 728 waren de uit staande vorderingen te dier zake op 1 Januari 1944177.657.04 terwijl in 1944 voorschotten werden verstrekt tot een totaal bedrag van Totaal 30.067.58 207.724.62 Blijkens het mede gedeelde hiervoor onder volgn. 209 werd in 1944 ter zake van deze voorschot ten afgewikkeld: a. van de arbeiders ingevorderde bedra gen b voor aan het Rijk overgedragen vorderingen 26.936.27 41.500.09 23.274.69 4.30 109.63 61.800.84 30.562.99 transport 68.436.36 207.724.62 679.364.92 c. van het Rijk ontvangen reisgeld 4.50 68.440.86 Het totaal van de op 1 Januari 1945 uitstaande vorderingen be loopt aldus139.283.76 Ha een nauwkeurige toetsing van elk dezer uitstaande vorderingen, moet worden aange nomen, dat slechts een bedrag van totaal 30.562.99 nog invorderbaar zal zijn, zodat een bedrag van 108.720.77 als oninvorder- baar zal moeten worden afgeschreven. In verband hiermede is bovenstaande post mitsdien op het bedrag van ƒ30.562.99 uit getrokken. Volgn. 218. 190 opcenten op de hoofdsom der grondbelasting op de gebouwde eigendommen Volgens de eindafrekening be treffende de 80 opcenten op de hoofdsom der grondbelasting over het belastingjaar 1943, beloopt de totale uitkering ter zake van deze 80 opcenten een bedrag van 182.599.06 In de gemeenterekening 1943 is hiervan verantwoord180.000. 2.599.06 De slotuitkering over dat belas tingjaar bedraagt mitsdien 2.599.06 Onderdeel b van bovengenoemde post, be trekking hebbende op het dienstjaar 1943, welke „memorie" werd geraamd, kan mitsdien alsnog tot een bedrag van 2.599.06 worden uitgetrokken. Volgn. 219. 110 opcenten op de hoofdsom der grondbelasting op de ongebouwde eigendommen Onder verwijzing naar het medegedeelde hier boven onder volgn. 218, kan onderdeel b van deze post worden geraamd op 59.09. Het totaal bedrag van de 20 opcenten over het dienstjaar 1943 bedroeg n.l. ƒ1.459.09, waarvan in de gemeenterekening 1943 1.400. is verantwoord, zodat resteert 59.09. Volgn. 220a. Uitkering van het Rijk wegens opcenten op de winstbelasting In 1944 werd te dier zake alsnog een bedrag van 7.633.89 ontvangen, waarvoor een nieuwe post is ingesteld. 59.09 7.633.89 transporteren 68.436.36 207.724.62 679.364.92 Verhoging der ontvangsten 689.656.96 Daartegenover moeten de volgende ontvangst- posten worden verlaagd. Volgn. 199. Terugontvangst van het Rijk van de kosten van het gratis beschikbaarstellen van ge standaardiseerde melk aan kinderen van ondersteunde werklozen 4.725.28 Aangezien de werkelijke kosten van deze verstrekking 5.174.72 hebben bedragen, dient deze post, welke op 9.900.is geraamd, metf 4.725.28 te worden verlaagd. Volgn. 204. Spaargelden van werklozen, kleine boeren, kleine tuinbouwers en kleine zelfstandigen (A.-groep) ingevolge de spaarrege ling voor de B. steun563. Het totaal bedrag van de spaar gelden over 1944 (werklozen) be draagt slechts 167.zodat de post, geraamd op 730.met 563.dient te worden verlaagd. Volgn. 205. Subsidie van het Rijk Departement van Sociale Zaken) in de door de gemeente ver leende bijslagen op de spaargelden, ingevolge de B steun658.30 De bijslag op de spaargelden bedraagt over 1944 in totaal slechts 211.70, terwijl hiervoor geraamd werd een bedrag van 870.De post wordt mitsdien verminderd met 658.30. transporteren 5.946.58 689.656.96

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1947 | | pagina 20