zienlijke verlichting voor de aangesloten gemeente-besturen én voor het plaatselijk overleg aldaar kon betekenen en met terdaad ook heeft betekend. Deze samenwerking werd voor wat Leiden betrof in het jaar 1936 ingevolge het besluit van Uw Vergadering van 7 December 1936 (I. 8. 1936, no. 219) verbroken, waarbij als hoofdmotief de destijds uitdrukkelijk aan de orde gestelde bezuiniging heeft gegolden. Nadien is verschillende malen uit Uw Vergadering en van de zijde van de personeelsorganisa ties aandrang uitgeoefend om weder tot aansluiting bij de gemeenschappelijke regeling te geraken, zonder dat dit tot op heden het geval heeft kunnen zijn. Intussen heeft de gemeenschappelijke regeling een ont wikkeling doorlopen, welke de betekenis daarvan en de waarde, welke daaraan in gemeentelijke kring meer en meer is ge hecht, duidelijk in het licht heeft gesteld. Niet alleen heeft dit zijn uitdrukking gevonden in een openstelling der gemeen schappelijke regeling ook voor de gemeenten met minder dan 40.000 inwoners, doch ook in de aansluiting van verscheidene grote en grootste gemeenten in het land. Deze ontwikkeling is niet slechts te danken aan de resultaten, welke het vrucht bare gemeenschappelijk gevoerde overleg met de personeels organisaties heeft opgeleverd, doch tevens aan de betekenis, welke moet worden toegekend aan het nauwe en bevredigende contact, dat door het Centraal Orgaan met de bij de gemeente lijke personeelsaangelegenheden betrokken Rijksinstanties kon worden gelegd. Met het oog op dit laatste kan b.v. worden gewezen op de waardevolle bemoeiingen, welke het Centraal Orgaan heeft gehad in verband met de moeilijkheden, die door de gemeen ten bij de invoering der verschillende tijdelijke salaris-her zieningen moesten worden overwonnen. Meer dan incidentele betekenis echter moet bovendien worden gehecht aan de perspectieven, welke in de gemeentelijke samenwerking door middel van de gemeenschappelijke regeling zijn gelegen, nu ten aanzien van dringende vraagpunten, zoals die betreffende de medezeggenschap, de salariëring en de unificatie der rechtspositieregelingen, de centraliserende tendensen, welke zich ook op deze gebieden ongetwijfeld zullen laten gelden, in het groeiende gezag der gemeenschappelijke regeling een juiste tegenhanger zullen vinden, indien de gemeenten in het besef, dat hier een gezamenlijk optreden is geboden, ook gezamenlijk haar constructief aandeel in de totstandkoming van de ook harerzijds voor wenselijk gehouden herzieningen zullen willen dragen. Met betrekking tot het in deze gemeente anderzijds naar voren gebrachte bezwaar, dat de niet rechtstreeks in het Centraal Orgaan vertegenwoordigde gemeenten aan de voorbereiding van ontwerp-regelingen niet voldoende deel zouden hebben, merken wij op, dat het Centraal Orgaan reeds in de afgelopen jaren aan dit bezwaar is tegemoet gekomen door toepassing van groepsgewijs gevoerd gemeen telijk vooroverleg, zodat alle aangesloten gemeentebesturen omtrent de in het centraal overleg aan de orde te stellen onderwerpen hun inzichten en verlangens kenbaar kunnen maken. Dit stelsel zal ook in de toekomst worden gevolgd. Dat tegenover de hierboven geschetste zakelijke en ideële voordelen van een aansluiting bij de gemeenschappeüjke regeling de daaraan verbonden kosten, welke voor de aan sluiting zelve voor deze gemeente een bedrag van 120. per jaar bedragen, geen rol van betekenis kunnen spelen, staat voor ons buiten twijfel. In overeenstemming met het gevoelen van de Commissie voor de Personeelsaangelegenheden geven wij Uw Vergade ring, met verwijzing naar de in de Leeskamer ter inzage liggende stukken, mitsdien in overweging te besluiten tot toetreding tot de gemeenschappeüjke regeling betreffende de behandeling van gemeenteüjke personeelsaangelegenheden. Aan de Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1947 | | pagina 2