110 MAANDAG 23 DECEMBER 1946. Ingekomen Stukken; e.a. (A. van Dijk e.a.) De heer A. van Dijk verklaart, dit inderdaad te hebben bedoeld. Wordt besloten het verlof te verleenen en de interpellatie te doen houden na behandeling van de agenda. De Voorzitter stelt alsnu tegelijkertijd aan de orde de agendapunten 4, 4a tot en met 4c, 5 en 6. De heer A. van Dijk wenscht in een vergadering met ge sloten deuren enkele vragen te stellen met betrekking tot een dezer benoemingen. Ook de heer Vos wenscht in een vergadering met gesloten deuren een van de benoemingen te bespreken. De heer Robbers vraagt, of het te doen gebruikelijk is om, gelijk bij agendapunt 6 is geschied, een voordracht samen te stellen zonder de betrokken commissie daarin te kennen. De heer Menken antwoordt, dat, naar hem bekend is, alleen de voordrachten van nieuw te benoemeu personen de commissie passeeren. Het gaat in dezen om de voortzetting van den bestaanden toestand. De heer Robbers kan zich met dezen gang van zaken niet vereenigen, daar hij als lid der commissie mede de verant woordelijkheid voor deze benoeming zal dragen, hetgeen hij niet wenscht te doen, nu er met betrekking tot deze voor dracht eenige geruchten loopen. Spreker verzoekt daarom het College agendapunt 6 aan te houden tot een volgende vergadering, opdat eerst de com missie kan worden gehoord. De heer Menken verklaart, dat tegen de aanhouding geen bezwaar bestaat. De heer Vos wenscht daarover enkele opmerkingen te maken in een vergadering met gesloten deuren. De Voorzitter doet de deuren sluiten. Na eenigen tijd wordt de openbare vergadering hervat. (De heeren Woudstra, Knuttel, Kortmann en Perquin waren inmiddels ter vergadering gekomen.) Alsnu wordt tot de benoemingen overgegaan. IV. Benoeming van een tijdelijk leeraar in het Ncderlandsch en de Geschiedenis aan het Gymnasium. (186) De Voorzitter verzoekt den heeren Frohwein, Piena en Kortmann en mevrouw Vijlbrief het stembureau te vormen. Wordt benoemd met algemeene (35) stemmen dr J. J. Malt, alsnog te rekenen met ingang van 1 September 1946, tot wederopzeggens, doch uiterlijk tot het einde van den cursus 1946/1947, met dien verstande, dat zijn werkzaamheden zullen eindigen op den datum van indiensttreding van den in vasten dienst benoemden leeraar. IVa. Benoeming van een leerares in de lichamelijke oefening aan de II.B.S. met 5-jarigen cursus. (206) Wordt benoemd met 34 stemmen mejuffrouw F. A. Nawijn, zulks met ingang van een nader door Burgemeester en Wethouders te bepalen datum; mejuffrouw M. G. M. Vermeulen verkreeg 1 stem. IVb. Benoeming van een onderwijzeres in de lichamelijke oefening bij het uitgebreid lager onderwijs. (206) Wordt benoemd met algemeene (35) stemmen mejuffrouw F. A. Naivijn, zulks met ingang van een nader door Burge meester en Wethouders te bepalen datum. IVc. Benoeming van een onderwijzer in de lichamelijke oefening bij het uitgebreid lager onderwijs. (207) Wordt benoemd met 34 stemmen W. P. Leenen, zulks met ingang van een nader door Burgemeester en Wethouders te bepalen datum; 1 stem was van onwaarde. Benoeming hoofd bewaarschool; e.a. (Voorzitter e.a.) V. Benoeming van een hoofd van de bewaarschool aan het Elisabethshof. (187) Wordt benoemd met algemeene (35) stemmen mejuffrouw D. van Minnen, zulks met ingang van een nader door Burge meester en Wethouders te bepalen datum. VI. Benoeming van vier stadsgcneeshecren. (188) Dit agendapunt wordt aangehouden tot een volgende vergadering. De Voorzitter dankt de leden van het stembureau voor de genomen moeite. VII. Voorstel inzake het overplaatsen van een tweetal onderwijzeressen aan openbare lagere scholen. (UW) Wordt zondei beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. VIII. Voorstel tot het beschikbaar stellen van gelden ten behoeve van de aanschaffing van een draaibank voor de II.B.S. met 5*jarigen cursus. (180) De heer Aalders vindt de aanschaffing Van een draaibank voor een H.B.S. met 5-j. c. al te gek. Voor het verrichten van reparaties en het vervaardigen van nieuwe toestellen kan men zich wenden tot de ambachtsschool en de wereld bekende school voor instrumentmakers, die gaarne aan de verlangens van de H.B.S. zullen voldoen. In het Ingekomen Stuk zijn de bedragen van de jaarlijksche afschrijving op de draaibank en het arbeidsloon niet vermeld. Spreker vermoedt, dat het bezit van de draaibank vrij wat duurder zal blijken te zijn dan het College het voorstelt. Bovendien acht spreker het meer gewenscht, dat deze draaibank wordt toegewezen aan een van de vele bedrijven, waar men op het oogenblik om een draaibank zit te springen. De heer Stolp heeft tegen het aanschaffen van deze draai bank geen bezwaar, indien het economisch verantwoord is. In verband met de mededeeling, dat de vorige draaibank door de Duitsche weermacht is gestolen en de mededeeling in Ingekomen Stuk No. 191, dat de gaslantaarns in de Morsch- straat door handelingen van den bezetter zijn verloren gegaan, vraagt spreker, of het mogelijk is aan den Raad over te leggen een staat, vermeldende alle schade, welke de gemeente door handelingen van den bezetter heeft geleden, en de wijze, waarop daarvoor eventueel vergoeding kan worden ontvangen. De heer van Scliaik verklaart, dat het aanschaffen van de draaibank, die een zeer gewenscht, zoo niet noodzakelijk onderdeel van de uitrusting der H.B.S. is, economisch ver antwoord is, omdat de amanuensis daardoor in staat zal zijn verschillende werkzaamheden, waarvoor hij geen afzonderlijke belooning ontvangt, in het belang van het onderwijs en tot instandhouding van het instrumentarium te verrichten. De functie van den amanuensis zal door deze werkzaamheden van veel meer beteekenis voor de school worden. Op het oogenblik worden reparaties door anderen en met veel vertraging verricht, waardoor het onderwijs wordt gestag neerd. Waar de vorige draaibank door de Duitsche weermacht is gestolen en de andere H.B.S.-en er ook een bezitten, acht spreker het alleszins billijk, dat tot de aanschaffing wordt overgegaan. De prijs van 2.800.wijst er reeds op, dat het een vrij kleine, niet volledig uitgeruste draaibank is; zij is echter voor het doel geschikt en kan van de school voor instrumentmakers, die haar niet meer gebruikt, worden overgenomen. De aanschaffing is financieel verantwoord, vooral nu de amanuensis daardoor in staat zal zijn ook nieuwe instrumenten voor het onderwijs te vervaardigen. De vraag, of een bedrijf de draaibank meer noodig heeft dan de H.B.S., kan men verschillend beoordeelenmen vergete echter niet, dat ook het onderwijs niet onbelangrijk is. De heer van der Kwaak herinnert den Raad er aan, dat de Regeering onlangs een wetsontwerp, houdende regeling van de vergoeding der schade, welke aan publiekrechtelijke lichamen is toegebracht, heeft ingediend. Eenigen tijd geleden is van gemeentewege aan het Rijksbureau voor den Weder opbouw een opgave van alle schade, welke de gemeente door of ten gevolge van handelingen van den bezetter heeft geleden, verstrekt. Hieruit zou kunnen blijken, dat op de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1946 | | pagina 2