GEMEENTE LEIDEN.
57
INGEK09EEW STUKKEN.
N°. 153. Leiden, 12 October 1946.
In de vacature van hoofd der school voor voortgezet
gewoon lager onderwijs, ontstaan door het aan den heer
F. H. 1ST. Bloemink verleend eervol ontslag, zouden wij
door overplaatsing wenschen te voorzien.
Met verwijzing naar het advies van den Inspecteur van
het Lager Onderwijs, geven wij Uwe Vergadering in over
weging den heer J. G. Wilterdink, hoofd van de o. 1. school
aan de Haverstraat, met ingang van een nader door ons
College te bepalen datum, te stellen aan het hoofd van de
openbare school voor voortgezet gewoon lager onderwijs.
Aan den Gemeenteraad Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 154. Leiden, 12 October 1946.
Ter voorziening in de vacature van hoofd der o. 1. school
aan den Zuidsingel B, ontstaan door overplaatsing van het
hoofd dier school, den heer J. Berkenbosch, naar de oplei
dingsschool voor u. 1. o. aan den Maresingel, en in de vacature
van hoofd der o. l.éschool aan de Haverstraat, welke zal
ontstaan, indien Uwe Vergadering zich vereenigt met ons
voorstel tot overplaatsing van het hoofd dier school, den
heer J. G. Wilterdink, naar de openbare school voor voort
gezet gewoon lager onderwijs, bieden wij U, in overeen
stemming met het advies van den Inspecteur van het
Lager Onderwijs, de volgende voordrachten aan:
a. voor hoofd der o. I. school aan den Zuidsingel B
1. J. SLEGTENHORST, onderwijzer aan de o. 1. school
aan den Zuidsingel B, alhier;
2. J. VAN 'T VEEB, hoofd eener o. 1. school te Willems
oord (Steenwijkerwold);
3. A. A. BAARBSE, hoofd eener u. l. school te Oude Tonge.
b. voor hoofd der o.lschool aan de Haverstraat:
1. J. B. VOLKERS, onderwijzer aan de openbare school
voor voortgezet gewoon lager onderwijs, alhier;
2. J. VAN 'T VEER, hoofd eener o. 1. school te Willems
oord (Steenwijkerwold)
3. A. A. BAARDSE, hoofd eener o. 1. school te Oude
Tonge.
Wij verzoeken U thans over te gaan tot benoeming, met
ingang van een nader door ons College te bepalen datum.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 155. Leiden, 12 October 1946.
Ter voorziening in de vacature welke aan de openbare
school voor uitgebreid lager onderwijs ontstond tengevolge
van het aan den onderwijzer J. Dek verleend ontslag,
bieden wij U, onder verwijzing naar de in de Leeskamer
ter inzage gelegde stukken, de volgende voordracht aan:
1°. M. J. v. d. ENDE te Leiden,
2°. J. W. HARTING te Leiden,
3°. P. R. v. d. VELDE te Slochteren.
Wij verzoeken U over te gaan tot benoeming, met ingang
van een door ons College te bepalen datum.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 156, Leiden, 12 October 1946.
Teneinde te komen tot verbetering van het onderwijs aan
de school voor buitengewoon lager onderwijs alhier, acht
het hoofd van die school het een eerste vereischte, dat zoodra
mogelijk in het tekort aan leer- en hulpmiddelen wordt
voorzien.
Inderdaad is de toéstand zoo, dat vrijwel al het materiaal,
hetwelk een goed ingerichte school van dat soort noodig
heeft, ontbreekt.
Naar raming zal voor aanschaffing van een en ander
noodig zijn een bedrag van ƒ3750.
Met het oog op den financieelen toestand der gemeente
zijn wij van meening, dat de aanschaffing moet worden
beperkt tot die artikelen, welke thans en in de naaste
toekomst dringend noodig zijn, waarvan wij het meest
urgente dit jaar en de rest in 1947 zouden willen aanschaffen.
Zulks zal voor 1946 een uitgaaf vergen van 1250.
Met overlegging van het advies der Commissie voor het
Onderwijs, welke zich met dit voorstel kan vereenigen, en
met verwijzing naar de in de Leeskamer ter inzage gelegde
stukken, geven wij U derhalve in overweging:
a. voor de aanschaffing van leer- en hulpmiddelen ten
behoeve van de school voor buitengewoon lager onderwijs
alhier, een extra-crediet van 1250.ten behoeve van den
dienst 1946, beschikbaar te stellen; i
b. behoudens goedkeuring van Gedeputeerde Staten, vast
te stellen den o verge! egden begrootingsstaat No. 6, model E,
tot wijziging van de gemeentebegrooting, dienst 1946.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 157. Leiden, 12 October 1946.
Het is Uwe Vergadering bekend, dat de tuberculose
onrustbarend om zich heengrijpt. De bestrijding van deze
zoo gevreesde ziekte eischt dan ook een verdubbelde waak
zaamheid. Het ligt daarom in ons voornemen om alle
ambtenaren en werklieden in vasten en tijdelijken dienst
en op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht werkzaam
bij de Gemeente, voor zoover zij niet reeds korten tijd
geleden zijn onderzocht, door het Centraal Bureau voor
keuringen op medisch-hygienisch gebied op tuberculose te
doen onderzoeken.
Het onderzoek zal zich over .1000 personen uitstrekken.
De hieraan verbonden kosten zullen 1050.bedragen
welke kunnen worden bestreden uit den post „Onvoorziene
Uitgaven".
Wij stellen U derhalve voor het bedrag van 1050.
beschikbaar te stellen en daartoe het in ontwerp hierbij
overgelegde besluit tot wijziging der begrooting voor het
dienstjaar 1946 vast te stellen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 158. Leiden, 12 October 1946.
Bij Uw besluit van 9 October 1939 werd ons College ge
machtigd tot het doen rooien en, zoo noodig, vernietigen
van aan de gemeente toebehoorende boomen en werd de
macht tot het vervreemden van aan de gemeente toebe
hoorende te rooien of gerooide boomen aan ons College
overgedragen, een en ander o. m. voor den tijd van vijf jaar.
Aangezien vorenbedoelde termijn is afgeloopen, dient thans
een besluit van dezelfde strekking te worden genomen en
wij stellen U mitsdien voor te besluiten:
a. Burgemeester en Wethouders te machtigen tot het doen
rooien en, zoo noodig, vernietigen van aan de gemeente
toebehoorende boomen, welke dood zijn of door een ziekte
zijn aangetast of waarvan de verwijdering om andere redenen
noodzakelijk moet worden geacht, voorzoover zij daartoe
niet reeds uit anderen hoofde bevoegd zijn;
b. met toepassing van artikel 212, eerste lid, van de
Gemeentewet, te bepalen, dat Burgemeester en Wethouders
in den vervolge de in artikel 171 der Gemeentewet bedoelde
macht zullen uitoefenen, voorzoover betreft het vervreemden
van aan de gemeente toebehoorende te rooien of gerooide
boomen
een en ander voor den tijd van vijf jaren en met
bepaling, dat Burgemeester en Wethouders telken jare aan
den Raad mededeeling zullen doen van hetgeen door hen
in het afgeloopen jaar is verricht.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.