GEMEENTE LEIDEN.
55
I\^CIiOni:\ STUKKEN.
N°. 149. Leiden, 5 October 1946.
Tegen inwilliging van het verzoek van Prof. Mr. E. P.
Cleveringa om ontslag als Curator van het Gymnasium,
alhier, bestaat bij ons College geen bezwaar.
Met verwijzing naar het in de Leeskamer ter inzage
gelegde advies van Curatoren van het Gymnasium, geven
wij Uwe Vergadering mitsdien in overweging aan Prof. Mr.
E. P. Cleveringa eervol ontslag te verleenen als Curator
van het Gymnasium, met dankzegging voor de vele en
belangrijke diensten als zoodanig aan de gemeente bewezen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 150. Leiden, 5 October 1946.
Aangezien aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes een
voorziening moet worden getroffen met betrekking tot het
onderwijs in de Nederlandsche taal, bevelen wij U, met
verwijzing naar de bij de stukken gevoegde adviezen van
de Commissie van Toezicht op- en den Inspecteur van het
Middelbaar Onderwijs, ter benoeming tot leerares in het
Nederlandsch aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes,
met ingang van een nader door ons College te bepalen
datum, aan:
Mej. E. D. van Maren, leerares aan het gemeentelijk
lyceum te Eindhoven.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
f°* 151. Leiden, 5 October 1946.
Ten aanzien van de samenstelling van de Commissie
voor het Stedelijk Museum „De Lakenhal" is het ons
wenschelijk voorgekomen het aantal door Burgemeester en
Wethouders uit hun midden aan te wijzen leden met één
uit te breiden.
In het afgeloopen jaar is n.l. gebleken, dat het Museum
van veel beteekenis kan zijn voor het onderwijs en de
volksontwikkeling in onze gemeente en het ligt in het
voornemen ook in de toekomst te bevorderen, dat de ver
zamelingen, welke het herbergt, en de gelegenheid voor
tentoonstellingen welke het biedt, zooveel mogelijk mede
dienstbaar worden gemaakt aan de verheffing van het
cultureele peil der bevolking in het algemeen en de ont
wikkeling van de schoolgaande jeugd in het bijzonder.
Daarom zouden wij naast den Burgemeester, dien wij als
Voorzitter der Commissie voor het Museum hebben aan
gewezen, in die Gommissie willen zien opgenomen den
Wethouder, die speciaal met de zaken van onderwijs en
volksontwikkeling is belast. Deze zou tevens als plaats
vervangend voorzitter der commissie kunnen optreden.
Zulks zal met een geringe wijziging der desbetreffende
verordening thans mogelijk zijn zonder het aantal leden
der Commissie uit te breiden, aangezien een der leden
Ir. H. A. van Oerle, zijn ontslag als zoodanig heeft genomen.
In overeenstemming met het gevoelen van de commissie
mogen wij Uw Vergadering mitsdien voorstellen de volgende
verordening vast te stellen
VERORDENING
houdende wijziging van de verordening op het Stedelijk Museum
„De LakenhaV te Leiden (Gemeenteblad 1946 No. 4); zooals
deze verordening laatstelijk is gewijzigd.
Eenig Artikel.
In het eerste lid van artikel 4 wordt na den tweeden zin
het volgende ingevoegd: Burgemeester en Wethouders
kunnen bovendien het lid van hun College, dat in het
bijzonder belast is met de zaken betreffende het onderwijs
en de volksontwikkeling, als lid, tevens plaatsvervangend
voorzitter der commissie, aanwijzen.
Ann den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
^°- 152. Leiden, 5 October 1916.
In zijn vergadering van 2 September j.l. besloot de tijdelijke
Gemeenteraad een bedrag van ƒ2800.beschikbaar te
stellen ten behoeve van den bouw van een schaftlokaal op
het baggerstalenterrein aan de Zijl.
Bij den uitslag van de aanbesteding is de raming te laag
gebleken; de bouw zal, bij gunning aan den laagsten
inschrijver, een bedrag van 1000.— meer vorderen.
In verband hiermede geven wij Uwe Vergadering in over
weging het ten behoeve van den bouw van een schaft
lokaal op het baggerstalenterrein aan de Zijl bij besluit
van den tijdelijken Gemeenteraad d.d. 2 September j.l.
beschikbaar gestelde bedrag ad ƒ2800.—behoudens goed
keuring van Gedeputeerde Staten, te verhoogen met 1000.
en daartoe vast te stellen het hierbij overgelegde ontwerp
besluit tot wijziging van de gemeentebegrooting, dienst 1946.
Het bedrag van 3800.kan over 10 jaren worden ver
deeld en ten laste worden gebracht van de exploitatie
rekening van den Gemeentelijken Eeinigings- en Ontsmet-
tingsdienst.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.
