108
minderjarigen bij een kapper een behandeling tot verkrijging
van een blijvende haargolf te doen ondergaan of toe te laten,
dat zij een dergelijke behandeling ondergaan.
2. Het is den kappers verboden minderjarigen beneden
den leeftijd van 15 jaren een behandeling tot verkrijging van
een blijvende haargolf te doen ondergaan.
3. De kappers zijn verplicht zich van den leeftijd van lien,
die de in de vorige leden bedoelde behandeling wenschen te
ondergaan, te overtuigen door inzage te vorderen van het
persoonsbewijs.
Artikel 2.
Overtreding van het bepaalde in deze verordening wordt
gestraft met hechtenis van ten hoogste een maand of geld
boete van ten hoogste driehonderd gulden.
Artikel 3.
Met het opsporen van overtredingen, van het bepaalde in
deze verordening zijn, behalve de in art. 141 van het Wetboek
van Strafvordering bedoelde en de bij art. 1 van het besluit
van de Secretarissen-Generaal van de Departementen van
Justitie en Binnenlandsche Zaken van 20 October 1942,
betreffende uitbreiding van de bevoegdheden van de Politie,
aangewezen personen, belast de Directeur en de overige
medische en de verplegende ambtenaren van den Gemeente
lijken Geneeskundigen- en Gezondheidsdienst.
II. deze verordening onmiddellijk te doen afkondigen.
N°. 198. Leiden, 9 December 1943.
Bij besluit van den Burgemeester van 3 Juli 1942 (Ingek.
Stukken no. 101) is het vischrecht in de Haarlemmertrekvaart
van Leiden tot aan den limietpaal „Halfweg" onder Noord-
wijkerhout voor 1942 verpacht aan den beroepsvisscher
C. D. Zandvliet, alhier, tegen een pachtsom van ƒ200.
Ingevolge art. 7 van het Eerste Uitvoeringsbesluit, be-
hoorende bij het Pachtbesluit Vischrecht 1941, werd, aan
gezien de pachtovereenkomst goedgekeurd is door den
Secretaris-Generaal van het Departement van Landbouw en
Visscherij, dit vischrecht ook voor 1943 bij besluit van den
Burgemeester van 17 December 1942 (Ingek. Stukken
no. 177) aan genoemden Zandvliet verpacht.
Volgens bovenomschreven bepaling dient de pachtovereen
komst ook voor 1944 op den bestaanden voet te worden
verlengd. De Burgemeester heeft mitsdien op 9 December
1943 het volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie
het vischrecht in de Haarlemmertrekvaart van Leiden
(Trekvaartbrug) tot den limietpaal „Halfweg" onder de
gemeente Noordwijkerhout, waaronder begrepen het zuidelijk
deel van het Poelmeer tot de Molensloot, wederom aan
C. D. Zandvliet, te Leiden, te verpachten gedurende het jaar
1944 voor 200.en onder de bestaande voorwaarden.
N°. 199. Leiden, 16 December 1943.
Naar aanleiding van een verzoek van Dr. Ir. J. J. Valkenburg
om ontslag als leeraar in de Scheikunde aan de Hoogere
Burgerschool met 5 jarigen cursus, heeft de Burgemeester
op 16 December 1943 het volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
Dr. Ir. J. J. Valkenburg, met ingang van 1 Januari 1944,
eervol ontslag te verleenen uit zijn betrekking van leeraar
in de Scheikunde aan de Hoogere Burgerschool met
5 jarigen cursus.
N°. 200. Leiden, 16 December 1943.
Naar aanleiding van een schrijven van den Secretaris-
Generaal van het Departement van Opvoeding, Wetenschap
en Kuituurbescherming inzake verlenging van de Kerst-
vacantie van de inrichtingen van voorbereidend hooger-
en middelbaar onderwijs, heeft de Burgemeester op 16
December 1943 het volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
dat de aanstaande Kerstvacantie voor de gemeentelijke
inrichtingen van voorbereidend hooger- en middelbaar
onderwijs zal duren -van 16 December 1943 (na afloop van
de lessen) tot en met 6 Januari 1944.
N°. 201. Leiden, 16 December 1943.
De drie voetbalvelden in den Stadspolder achter de Lucas
van Ley denstraat en de Bakker Korf f straat worden nog
van gemeentewege geëxploiteerd. Zij zijn overeenkomstig
het besluit van den Burgemeester van 26 Augustus 1943
(Ingek. Stukken no. 140) aan voetbalvereenigingen verhuurd.
Het is evenwel gewenscht, dat het beheer en de exploitatie
van de sportterreinen zooveel mogelijk gecentraliseerd worden
bij de Sportstichting en dat mitsdien ook deze voetbalvelden
bij de Sportstichting worden ingebracht.
De Burgemeester heeft daarom op 16 December 1943 het
volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT
behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie
de drie voetbalvelden in den Stadspolder achter de Lucas
van Leydenstraat en de Bakker Korffstraat met ingang van
1 Januari 1944 in te brengen bij de Sportstichting.
N°. 202. Leiden, 16 December 1943.
De af deeling Leiden van de Nederlandsche Yereeniging
voor Luchtbescherming heeft over 1944 een subsidie ver
zocht van 9.000.Over 1943 werd aan deze vereeniging
een subsidie van 6.710.toegekend. Weliswaar werd dit
subsidie bij besluit van 11 November 1943 (Ingek. Stukken
no. 187) verhoogd met 1.175.doch die verhooging was
noodzakelijk in verband met extra werkzaamheden, welke
in het afgeloopen jaar door de afdeeling werden verricht.
De verhooging van de aangevraagde gelden is hoofd
zakelijk toe te schrijven aan de stijging van den post salarissen,
o. m. tengevolge van de indienstneming van een gas-instruc-
teur, van den post sociale lasten en van den post bureau-
onkosten.
Uit de overgelegde gegevens is gebleken, dat het subsidie
voor een richtige uitvoering van de werkzaamheden van de
vereeniging noodig is.
Mitsdien heeft de Burgemeester op 16 December 1943 het
volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
aan de afdeeling Leiden van de Nederlandsche Vereeniging
voor Luchtbescherming voor het jaar 1944 een subsidie toe
te kennen van 9.000.