GEMEENTE LEIDEN.
89
INGEKOMEN STUKKEN.
N°. 182. Leiden, 21 October 1943.
Ten behoeve van de uitgaven voor pensionneering, wacht
gelden en verzekering tegen ongevallen en invaliditeit van
gemeente-ambtenaren en werklieden, alsmede wegens premiën
ingevolge de Ziektewet en de Kinderbijslagwet werd op de
begrooting 1942 een bedrag van ƒ724.632.geraamd. Met
inbegrip van de voor de gemeente voortvloeiende kosten
uit het besluit op de Vereveningsheffing en het Zieken -
fondsenbesluit hebben de uitgaven in totaal ƒ765.908.29
bedragen, zoodat zij de terzake uitgetrokken som met
ƒ41.276.29 overtreffen.
De ontvangsten, in totaal geraamd op 446.126.hebben
bedragen ƒ491.815.34 of ƒ45.689.34 meer.
De meerdere uitgaven voor pensionneering enz. worden
mede veroorzaakt door de hoogere bijdragen der gemeente
voor eigen- en weduwen- en weezenpensioen tengevolge van
de algemeene salarisherziening. Hiertegenover staat uiteraard
ook een hoogere terugontvangst terzake van verhaal van
pensioensbijdragen.
De hoogere ontvangst is verder voor een belangrijk deel
het gevolg van het besluit van den Burgemeester, om van
de bedrijven de volle kosten van de door de gemeente voor
ambtenaren en werklieden van die bedrijven betaalde pen
sioenen terug te vorderenop de begrooting voor 1942 was
een terugontvangst van 3/4 gedeelte geraamd.
Aangezien het „voorschot van den kapitaaldienst ten
behoeve van de financiering van de ten laste van de gemeente
komende pensioenen (eigen pensioenen), voortvloeiende uit
de verordening op de pensionneering van de gemeente
ambtenaren, juncto art. 58 der Pensioenwet 1922", voor
1942 op 43.106.geraamd, 39.555.33, d. i. 3.550.67
minder bedraagt, moet volgn. 230 der ontvangsten met
3.550.67 worden verlaagd.
Vervolgens moet volgn. 231 der ontvangsten „Opbrengst
van maatregelen tot versterking van de inkomsten en ver
laging van de uitgaven" met 9.000.worden verlaagd,
aangezien de mindere uitgaaf in verband met de halveering
van de premie voor het Gemeentelijk Ongevallenfonds, waar
voor op volgn. 231 9.000.was uitgetrokken, op de
betrekkelijke posten tot uiting is gekomen.
Uit een en ander blijkt, dat de kosten van pensionneering
enz. tenslotte 3.550.67+/9.000.ƒ12.550.67 (lagere over-
boekingsposten) 4.413.05 (voordeelig verschil tusschen
hoogere ontvangsten ad 45.689.34 en hoogere uitgaven
ad 41.276.29) 8.137.62 meer hebben bedragen dan
terzake op de diverse volgnummers (uitgezonderd dus het
bedrag van 45.000.op onvoorziene uitgaven) geraamd was.
Ingevolge de begrootingsvoorschriften moeten de boven
staande kosten, alsmede de daartegenover staande ont
vangsten, nadat zij op de daarvoor bestemde verzamelposten
zijn gebracht, over de verschillende hoofdstukken en para
grafen der begrooting worden verdeeld.
In verband hiermede wordt hieronder een overzicht ge
geven van de voor pensionneering en verzekering op de
verschillende verzamelposten geraamde en uitgegeven of
ontvangen bedragen met vermelding of de uitgaven meer
of minder hebben bedragen dan geraamd was.
Bovendien zijn aan het slot van den begrootingsstaat,
model D, de bij de verschillende verzamelposten behoorende
verdeelingsstaten opgenomen, waarin de op de diverse hoofd
stukken en paragrafen der gemeentebegrooting terzake
gedane uitgaven en ontvangsten zijn aangegeven.
Uitgaven.
Volgn. 274. Verzekering tegen
ongevallen en invaliditeit.
De uitgaven, geraamd op
8.500.bedragen 7.487.99.
(Zie den verdeelingsstaat be
hoorende bij volgn. 274).
1.012.01
Volgn. 275. Premiën ingevolge
de Ziektewet
De uitgaven, geraamd op
5.715.bedragen 7.025.38.
(Zie den verdeelingsstaat be
hoorende bij volgn. 275).
Volgn. 275a. Premiën ingevolge
het besluit op de Vereveningsheffing
Bovengenoemd besluit, waar
voor nog geen gelden waren uit
getrokken, vereischte over 1942
een uitgaaf van 9.012.15.
(Zie den verdeelingsstaat be
hoorende bij volgn. 275a).
Volgn. 276. Premiën ingevolge
de Kinderbijslagwet
De uitgaven, geraamd op
4.415.bedragen 3.769.33.
(Zie den verdeelingsstaat be
hoorende bij volgn. 276).
Volgn. 276a. Premiën ingevolge
het Ziekenfondsenbesluit
Bovengenoemd besluit, waar
voor nog geen gelden waren uit
getrokken, vereischte een uitgaaf
van 16.429.61.
(Zie den verdeelingsstaat be
hoorende bij volgn. 276a).
Volgn. 277. Wachtgelden
De uitgaven, geraamd op
ƒ63.884.bedragen 61.016.19.
(Zie den verdeelingsstaat be
hoorende bij volgn. 277).
Volgn. 278. Pensioenen
De uitgaven, geraamd op
ƒ258.343.—bedragen 254.076.28.
(Zie den verdeelingsstaat be
hoorende bij volgn. 278).
Volgn. 279. Bijdragen voor eigen
en weduwen- en weezenpensioen
ingevolge art. 36 der Pensioenwet
1922
De uitgaven, geraamd op
380.070.hebben bedragen
403.442.65.
Zie omtrent deze hoogere uit
gaaf het hierboven medegedeelde.
(Zie den verdeelingsstaat be
hoorende bij volgn. 279).
Volgn. 280. Bijdragen voor
inkoop van diensttijd voor pensioen
ingevolge de art. 41, 42a en 135
der Pensioenwet 1922
De uitgaven, geraamd op
2.505.bedragen 2.695.27.
(Zie den verdeelingsstaat be
hoorende bij volgn. 280).
Volgn. 281. Overige uitgaven ter
zake van de pensionneering van
ambtenaren
De uitgaven, geraamd op
1.200.bedragen 953.44.
(Zie den verdeelingsstaat be
hoorende bij volgn. 281).
1.310.38
9.012.15
16.429.61
23.372.65
190.27
50.315.06
Ontvangsten.
Volgn. 11. Verhaal van premiën
ingevolge de Ziektewet59.40
De ontvangst, geraamd op
1.605.bedraagt 1.664.40.
(Zie den verdeelingsstaat be
hoorende bij volgn. 11).
Volgn. 11a. Verhaal ingevolge
het Ziekenfondsbesluit3.664.54
Het verhaal, dat nog niet op de
begrooting was geregeld, bedraagt
3.664.54.
(Zie den verdeelingsstaat be
hoorende bij volgn. 11a).
Volgn. 12. Verhaal van bijdragen
voor eigen- en weduwen- en weezen
pensioen ingevolge de artt. 42 en
137 der Pensioenwet 1922 4.467.95
De ontvangst, geraamd op
645.67
2.867.81
4.266.72
246.56
9.038.77
Bij de beoordeeling van de hoogere uitgaaf moet evenwel
in aanmerking worden genomen, dat ter bestrijding van de
over 1942 ten laste van de gemeente en de bedrijven
komende kosten ingevolge het besluit op de Verevenings
heffing en het Ziekenfondsenbesluit, waarvoor nog geen
afzonderlijke posten werden uitgetrokken, op het volg
nummer „Onvoorziene Uitgaven" een bedrag van 45.000.
werd gereserveerd; de terzake door de bedrijven gedane
uitgaven loopen intusschen niet over de gemeenterekening,
doch komen uiteraard tot uiting in de saldi der bedrijfs-
rekeningen.
Meer.
Minder.
Meer.
Meer.
Minder.
Minder.