GEMEENTE LEIDEN.
85
INGEKOMEN HTÜEKEN.
N°. 170. Leiden, 7 October 1943.
Naar aanleiding -van een circulaire van den Secretaris -
Generaal van het Departement van Opvoeding, Wetenschap
en Kuituurbescherming, waarbij deze in overweging geeft
voor het Gymnasium en de Gemeentelijke Hoogere Burger
scholen omtrent den aanvangsdatum van het cursusjaar
dezelfde regeling vast te stellen als voor de Rijks Hoogere
Burgerscholen is getroffen, heeft de Burgemeester op
7 October 1943 het volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied,
No. 152/1941, waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
dat het cursusjaar 1943/1944 voor het Gymnasium, de
Hoogere Burgerschool met 5-jarigen cursus en de Hoogere
Burgerschool voor Meisjes het tijdvak van 16 Augustus 1943
tot en met 15 Augustus 1944 zal omvatten.
N°. 171. Leiden, 7 October 1943.
Het Bestuur van het gesticht „de Voorzienigheid", alhier,
heeft op grond van het bepaalde in artikel 84 der Lager
Onderwijswet 1920 toekenning van een vergoeding verzocht
voor de aanschaffing van leer- en hulpmiddelen ten behoeve
van het 7e en 8e leerjaar van de school voor gewoon lager
onderwijs aan de Krauwelsteeg 8. Door den Secretaris-
Generaal van het Departement van Opvoeding, Wetenschap
en Kultuurbeseherming werd verklaard, dat de oprichting
van een school voor voortgezet gewoon lager onderwijs
niet mogelijk is; aan het Bestuur werd toegestaan, dit
onderwijs te doen geven aan zijn school voor gewoon lager
onderwijs aan de Krauwelsteeg 8. Aangezien de aanvraag
voldoet aan de bij de wet gestelde eischen en met de voor
genomen aanschaffing de normale eischen, aan het geven
van voortgezet gewoon lager onderwijs in het 7e en 8e leer
jaar van deze meisjesschool te stellen, niet zullen worden
overschreden, heeft de Burgemeester op 7 October 1943 het
volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied,
No. 152/1941, waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
aan het Bestuur van het gesticht „de Voorzienigheid" te
Leiden, een vergoeding toe te kennen, als bedoeld in artikel 84
der Lager Onderwijswet 1920, voor de aanschaffing van leer-
en hulpmiddelen ten behoeve van het 7e en 8e leerjaar van
zijn school voor gewoon lager onderwijs aan de Krauwel
steeg 8.
N° 172. Leiden, 7 October 1943.
De Commissaris dezer provincie is voornemens eenige
gedeelten van den Slagh- of Grooten en Kleinen Stadspolder
in verband met daarin plaats gehad hebbenden en in de
toekomst te verwachten stadsuitleg te ontpolderen. Bij het
besluit daartoe zal worden bepaald, dat over de te ont
polderen gebieden, voorzoover deze belastbaar zijn, een
laatste (gekapitaliseerde) omslag van 170.per ha wordt
geheven.
De oppervlakte van de te ontpolderen gebieden bedraagt
in totaal 39 ha. Van ruim 21 ha komt de laatste omslag
ten laste van deze gemeente en uit dien hoofde zal naar
raming verschuldigd zijn een bedrag van 3.688.08. Van
dit bedrag is ongeveer 2.043.01 verhaalbaar op gemeente
bedrijven en woningbouwvereenigingen, zoodat rechtstreeks
ten laste van de gemeente blijft een bedrag van 1.645.07.
Voordat tot de ontpoldering kan worden besloten, dient
met betrekking tot de bemaling en afwatering van de te
ontpolderen gebieden, welke voorloopig nog op den polder
zullen blijven loozen, een overeenkomst met den polder te
worden aangegaan.
Op grond van een en ander heeft de Burgemeester op
7 October 1943 het volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
a. met den Slagh- of Grooten en Kleinen Stadspolder,
in verband met de ontpoldering van het gedeelte van dien
polder, hetwelk op de bij dit besluit behoorende kaart is
aangegeven, een overeenkomst aan te gaan ter zake van
de bemaling van in de ontpoldering begrepen doch voors
hands op den polder uitwaterende gronden overeenkomstig
het bij dit besluit behoorende concept;
b. behoudens goedkeuring van den Commissaris der Pro
vincie vast te stellen staat No. 32, model D, tot wijziging
van de gemeentebegrooting, dienst 1943, groot ƒ3.688.08,
ten behoeve van de betaling van den laatsten (gekapita-
liseerden) omslag aan den Slagh- of Grooten en Kleinen
Stadspolder over de, bij totstandkoming van de onder a
bedoelde gedeeltelijke ontpoldering, aan den polder te ont;
trekken gronden, van welke de laatste omslag ten laste van
de gemeente komt.
N°. 173. Leiden, 14 October 1943.
Aangezien aan de school voor voortgezet gewoon lager
onderwijs een voor Rijksvergoeding in aanmerking komende
vaste leerkracht meer verbonden kan zijn dan thans het
geval is, heeft de Burgemeester op 14 October 1943 het
volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied,
No. 152/1941, waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening en zich
vereenigende met het advies van den Inspecteur van het
Lager Onderwijs;
BESLUIT:
J. W. Harting te Leiden, met ingang van een nader te
bepalen datum, te benoemen tot onderwijzer aan de school
voor voortgezet gewoon lager onderwijs alhier.
N°. 174. Leiden, 14 October 1943.
Teneinde te voorzien in een tweetal vacatures aan de
o. 1. scholen, heeft de Burgemeester op 14 October 1943
het volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied,
N°. 152/1941, waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening en zich
vereenigende met het advies van den Inspecteur van het
Lager Onderwijs;
BESLUIT:
met ingang van een nader te bepalen datum te benoemen
tot onderwijzer aan:
a. de opleidingsschool voor u. 1. o aan de Langebrug A,
J. Valkhof te 's Gravenhage;
b. de o. 1. school aan de Medusastraat B, H. Kors te
Leiden.