74
aangevuld, o.a. in verband met de hoogere kosten van
kantoorbehoeften (drukwerk), het witten van trottoirbanden,
uitbreiding van het autopark, aanschaffingen van verschil
lenden aard, enz.
Daarentegen kan volgn. 30 „Ontvangsten terzake van de
Luchtbescherming te dezer stede" met ƒ11.760.worden
verhoogd, omdat als gevolg van een gewijzigde gedragslijn,
het Eijk vanaf 25 Januari 1943 ook restitueert kosten als
huur, inrichting en onderhoud van gebouwen, huur en
gebruik van auto's, bureau- en schrijfbehoeften enz.
Met het voordeelig verschil tusschen de verhooging der
ontvangsten en uitgaven ad 4.360.11.760.7.400.
kan volgn. 823 „Onvoorziene Uitgaven" worden verhoogd.
De Burgemeester heeft alsnu op 19 Augustus 1943 het
volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
N°. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie
vast te stellen den begrootingsstaat N°. 26, model D, ter
nadere regeling van de kosten van de luchtbescherming te
dezer stede over het jaar 1943.
N°. 137. Leiden, 19 Augustus 1943.
Teneinde de leden van het personeel der Gemeente speciaal
wordt hier gedacht aan ambtenaren/werklieden van den
Dienst der Gemeentewerken zoo noodig te kunnen
inschakelen bij de Brandweer, dient in het Ambtenaren
reglement 1934 den ambtenaar/werkman de verplichting te
worden opgelegd arbeid te verrichten bij de Brandweer,
indien hij daartoe door den Burgemeester wordt aangewezen.
Arbeid, buiten de gewone diensturen bij de Brandweer
verricht, ware als overwerk te beschouwen. Het is verder
billijk de premieregeling, die voor de ambtenaren van de
Brandweer geldt, ook hier van toepassing te doen verklaren.
Het bovenstaande overwegende, heeft de Burgemeester op
19 Augustus 1943 het volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
vast te stellen de volgende verordening:
VERORDENING,
tot wijziging van de verordening van 4 September 1934 (Gemeente
blad No. 30), houdende regeling van den rechtstoestand
van de ambtenaren en werklieden in dienst der Gemeente
Leiden, laatstelijk gewijzigd bij verordening van
17 Juli 1939 (Gemeenteblad No. 11).
Aktikel I.
Aan artikel 18 van bovengenoemde verordening wordt een
nieuw vijfde lid toegevoegd, luidende:
„5. De ambtenaaDwerkman is voorts verplicht, indien
hij daartoe door den Burgemeester wordt aangewezen, arbeid
te verrichten bij de Brandweer. Gedurende den tijd, waarin
hij bij de Brandweer arbeid verricht, staat hij onder de be
velen van den Commandant van de Brandweer."
Abt. II.
In artikel 34 worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1°. wordt de punt aan het slot van het eerste lid ver
vangen door een komma-punt en wordt aan dit lid een
nieuwe zinsnede toegevoegd, luidende:
„c. de arbeid waartoe hij krachtens het bepaalde in
artikel 18, vijfde lid, is aangewezen, ook buiten zijn gewonen
diensttijd te verrichten, indien en voor zoover hem zulks
door of namens den Commandant van de Brandweer wordt
opgedragen."
2°. wordt in het tweede lid tusschen en „bedoelde"
ingevoegd: „en c".
Art. III.
Na artikel 70 wordt een nieuw artikel 70a ingevoegd,
luidende
„Art. 70a.
1. Aan den ambtenaar/werkman, die krachtens artikel 18,
lid 5, arbeid verricht bij de Brandweer, kan bij betoonden
voldoenden ijver door den Commandant van de Brandweer,
bij wijze van tijdelijke toelage, een premie worden toegekend.
2. De premie bedraagt
a. 1.voor het blusschen van een brand, waarbij
gebruik is gemaakt van zoogenaamde kleine middelen;
b. ƒ1.50 resp. ƒ2.voor het blusschen van een brand,
waarbij gebruik is gemaakt van één straal, resp. van
méér stralen.
3. In bijzondere gevallen, wanneer daartoe naar het
oordeel van den Burgemeester, den Commandant van de
Brandweer gehoord, aanleiding bestaat, kan door den Burge
meester een hoogere premie worden toegekend, met dien
verstande echter, dat zij niet meer dan vijf gulden bedraagt.
4. De uitbetaling van de premies geschiedt zooveel mogelijk
aan het einde van de week, waarin de brand(en), voor
welks (welker) blusscliing zij zijn toegekend, heeft (hebben)
plaats gehad."
Art. IV.
Deze verordening treedt in werking op den dag, volgende
op dien, waarop zij is vastgesteld.
N°. 138. Leiden, 21 Augustus 1943.
Aangezien ook in den cursus 1943/1944 de werkzaamheid
van na te noemen tijdelijke leerkrachten aan de gemeentelijke
hoogere burgerscholen noodig is, heeft de Burgemeester op
21 Augustus 1943 het volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
voor den duur van den cursus 1943/1944 te benoemen aan:
a. de Hoogere Burgerschool voor Meisjes tot tijdelijk
leeraar(ares) in het Fransch Mejuffrouw Dra. A. E. Oosterlee,
in de Staatswetenschappen Mejuffrouw Mr. M. E. Blok, in het
Nederlandsch Mevr. Dra. T. KlijnhoutMoerman, in de
handelswetenschappen Th. A. van Westerhoven en in de
natuurkunde Drs. J. B. Ubbink;
b. de Hoogere Burgerschool met 5 jarigen cursus, tot
tijdelijk leeraar in het Nederlandsch Dr. E. W. Schallenberg,
in de Staatswetenschappen Mr. C. de Ru, in de wiskunde
Drs. J. H. Yoort en in aardrijkskunde J. Visser.
N°. 139. Leiden, 26 Augustus 1943.
Aangezien ook in den cursus 19431944 de werkzaamheid
van Mejuffrouw Dra j. m. s'Jacob als tijdelijk leerares in
het Nederlandsch aan het Gymnasium noodig is, heeft de
Burgemeester op 26 Augustus 1943 het volgende besluit
genomen
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordeuing;
BESLUIT:
Mejuffrouw I)ra j. m. s'Jacob voor den duur van den
cursus 19431944 te benoemen tot tijdelijk leerares in het
Nederlandsch aan het Gymnasium.
N°. 141. Leiden, 26 Augustus 1943.
Op 14 Augustus j.l. eindigde de verhuring van de drie
voetbalhelden in den Stadspolder achter de Lucas van
Leydenstraat en de Bakker Korffstraat.
Het zuidelijke terrein was ingevolge het besluit van
12 Maait 1942 (Ingek. Stukken No. 26) tot dien datum
verhuurd aan de voetbalvereeniging „Fides Pacta", thans
de Leidsishe Voetbal- en Athletiekvereeniging „de Stalen
Band", tegen ƒ175.per jaar. Het middelste veld was
verhuurd aan de voetbalvereeniging „Arbeid, Ontspanning,
Vrijheid" te Leiden, ook tegen dien prijs ingevolge besluit