68
Leiden, sectie P n°. 2445 (ged.), tegen een prijs van/15.
per m2 en onder de mede bij dit besluit behoorende voor
waarden.
N°. 116. Leiden, 8 Juli 1943.
De moeilijkheden bij de aanschaffing van voetbekleeding
hebben in een vrij groot aantal gevallen tot schoolverzuim
geleid.
In verband hiermede hebben de gemeente en de Neder -
landsche Volksdienst, die de taak van de v.m. Yereeniging
voor Schoolkindervoeding en -kleeding waarneemt, een partij
sandalen aangeschaft.
De gemeente verkoopt haar sandalen aan schoolkinderen,
wier ouders of verzorgers de kosten van aanschaffing kunnen
betalen, en wel tegen den kostenden prijs; de Nederlandsche
Volksdienst verstrekt zijn sandalen kosteloos aan andere
schoolkinderen.
Ook de reparatie van sandalen ondervindt, wegens
schaarschte aan materiaal, moeilijkheden. In samenwerking
met den Nederlandschen Volksdienst is daarom een schoen
maker in dienst genomen en materiaal aangeschaft, om
sandalen van schoolkinderen te doen herstellen. De kosten
van herstel door de gemeente zullen nagenoeg geheel in de
gemeentekas terugvloeien, aangezien die kosten in den regel
zullen moeten worden betaald.
Het aandeel van de gemeente in de kosten van aan
schaffing van de sandalen heeft bedragen ƒ640.de
ten laste van de gemeente komende kosten van de reparatie
worden voor dit jaar geraamd op 1390.In totaal is
derhalve een bedrag benoodigd van ƒ2030.
Mitsdien heeft de Burgemeester op 8 Juli 1943 het volgende
besluit genomen:
De BUEGEMEESTEE van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Eijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie
door vaststelling van den bij dit besluit behoorenden staat
No. 20 een bedrag van ƒ2030.op de begrooting, dienst
1943, te brengen ten behoeve van het verstrekken van
sandalen aan en het repareeren van sandalen van school
kinderen.
N°. 117. Leiden, 15 Juli 1943.
Ter voorziening in het onderwijs in het Duitsch aan de
Hoogere Burgerschool met 5 jarigen cursus en de Hoogere
Burgerschool voor Meisjes, heeft de Burgemeester op 15 Juli
1943 het volgende besluit genomen:
De BUEGEMEESTEE van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Eijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
Mevr. Dr. A. Z. van 't Hoff StolkHuisman, voor den
duur van den cursus 19431944 aan te stellen tot tijdelijk
leerares in het Duitsch aan de Hoogere Burgerschool met
5-jarigen cursus en de Hoogere Burgerschool voor Meisjes.
N°. 118. Leiden, 22 Juli 1943.
In de op 20 Augustus a.s. te houden algemeene verga
dering van aandeelhouders van de N.V. Leidsche Duin
water Maatschappij zal o.m. aan de orde worden gesteld
de benoeming van een commissaris wegens periodieke aftre
ding van den heer D. Parmentier. Ingevolge de statuten
van de vennootschap is de aftredende commissaris herkies
baar en heeft de benoeming plaats voor 3 jaren.
Aangezien de heer Parmentier een commissarisplaats ver
vult, die bezet werd door een candidaat, aangewezen door
den Gemeenteraad, heeft de Burgemeester op 22 Juli 1943
het volgende besluit genomen:
De BUEGEMEESTEE van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Eijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941, waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT
den Heer D. Parmentier, te Leiden, aan te wijzen als
candidaat, op wien de stemmen in de aandeelhoudersver
gadering zullen worden uitgebracht voor de benoeming van
een commissaris der N.V. Leidsche Duinwater Maatschappij
in de vacature Parmentier.
N°. 119. Leiden, 22 Juli 1943.
Naar aanleiding van een verzoek van Dr. Ir. P. Persant
Snoep om ontslag als leeraar aan de Hoogere Burgerschool
met 5-jarigen cursus, heeft de Burgemeester op 22 Juli 1943
het volgende besluit genomen:
De BUEGEMEESTEE van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Eijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
Dr. Ir. P. Persant Snoep, met ingang van 1 November 1943
eervol ontslag te verleenen uit zijne betrekking van leeraar
aan de Hoogere Burgerschool met 5-jarigen cursus.
N°. 120. Leiden, 22 Juli 1943.
In het Ambtenarenreglement 1934 worden voor de bere
kening van het aantal vacantiedagen twee Zaterdagen per
kalenderjaar elk als een halve vacantiedag in rekening ge
bracht, terwijl de overige Zaterdagen elk als één vacantie
dag worden gerekend. Het wordt billijk geacht deze bepaling,
die thans niet voorkomt in het Arbeidsovereenkomsten
reglement, ook te doen gelden voor de arbeiders, die op
arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht in dienst van de
gemeente zijn genomen.
Dit overwegende heeft de Burgemeester op 22 Juli 1943
het volgende besluit genomen:
De BUEGEMEESTEE van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Eijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
vast te stellen de volgende verordening:
VERORDENING,
tot wijziging van de verordening van 13 Februari 1939
(iGemeenteblad No. 2), regelende de gevallen, waarin en
de voorwaarden, waaronder, door of vanwege de
gemeente Leiden indienstneming op arbeids
overeenkomst naar burgerlijk recht kan
plaats hebben.
Eenig artikel.
De leden 3 en 4 van artikel 26 van bovengenoemde
verordening worden genummerd 4, resp. 5 en aan dit
artikel wordt een nieuw lid 3 toegevoegd, luidende:
3. Twee Zaterdagen per kalenderjaar worden elk als een
halve vacantiedag in rekening gebracht; de overige Zater
dagen worden elk als één vacantiedag gerekend.
