32
Aangezien tegen dezen verkoop voor de gemeente geen
bezwaren bestaan, heeft de Burgemeester op 13 Mei 1943
het volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie
aan G. van der Putten, te Noordwijkerhout, te verkoopen
de op de bij dit besluit behoorende situatieteekening groen
gekleurde strook berm, kadastraal bekend gemeente Noord
wijkerhout, Sectie B No. 1522 (ged.), groot 150 m2, tegen
den prijs van 1,38 per m2 en onder de eveneens bij dit
besluit behoorende voorwaarden.
N°. 78. Leiden, 13 Mei 1943.
Naar aanleiding van het daartoe gedaan verzoek heeft
de Burgemeester, ingevolge artikel 72 en volgende der Lager
Onderwijswet 1920, op 13 Mei 1943 het volgende besluit
genomen
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
a. aan het bestuur van de Vereeniging voor Christelijk
Onderwijs, alhier, medewerking te verleenen tot aanschaffing
van leermiddelen ten behoeve van de school voor gewoon
lager onderwijs aan den Hooge Morschweg 12, in verband
met de toeneming van het aantal leerlingen in de 2e en
4e klasse;
b. behoudens goedkeuring van den Commissaris der
Provincie vast te stellen een begrootingsstaat No. 12, groot
132.teneinde de benoodigde gelden te zijner tijd ter
beschikking van het schoolbestuur te stellen.
N°. 79. Leiden, 13 Mei 1943.
In verband met het voorschrift, opgenomen in het
Koninklijk besluit van 19 November 1900 S. 202 heeft de
Burgemeester op 13 Mei 1943 het volgende besluit genomen
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
aan den Commissaris der provincie, waarnemende de taak
van Gedeputeerde Staten der provincie, over 1942, uit te
brengen het volgende verslag:
„De verstrekking van voeding en kleeding aan school
gaande kinderen geschiedde over de periode van 1 Januari
tot en met 6 Juli door de Vereeniging voor Schoolkinder
voeding en Schoolkinderkleeding, welke vereeniging werd
ontbonden bij beschikking van den Commissaris voor niet-
commercieele vereenigingen en stichtingen, d.d. 24 Juni 1942,
afd. 2 R E T Bts/Reg. 285668 a b/37, bekrachtigd bij besluit
van den Rijkscommissaris, d.d. 2 Juli d.a.v. De werkzaam
heden der vereeniging werden overgenomen door den
Nederlandschen Volksdienst.
De Vereeniging Schoolkindervoeding en Schoolkinder
kleeding ontving aan subsidie uit de gemeentekas een bedrag
van 20.000.voorts ontving zij aan contributiën 154.25
en aan andere ontvangsten 1014.73, in totaal derhalve
21.168,98. Aan voeding gaf zij uit 15385.85, aan kleeding
en schoeisel 2182.58 en aan loonen e.d. 2028.55. Na de
afwikkeling van de zaken der vereeniging resteerde derhalve
een batig saldo van 1572.
In verband met de schaarschte aan stoffen werd later dan
gewoonlijk begonnen met de uitreiking van kleedingstukken.
Aangezien het aantal beschikbare jurkjes zeer gering was,
kon per gezin slechts aan één meisje een jurkje worden
verstrekt. Aan alle jongens kon een bovenbroek en aan
alle jongens en meisjes een paar kousen worden uitgereikt.
In totaal werden verstrekt 665 jongensbroeken, 75 jongens
blouses, 336 jurken en 199 paren schoenen, terwijl in vele
gevallen nog klompen konden worden uitgereikt.
Van 9 Juli af werd de taak van de Vereeniging over
genomen door den Nederlandschen Volksdienst, in verband
waarmede aan die instelling uit de gemeentekas een subsidie
werd verleend van ƒ26152.22. Van dit bedrag werd besteed
aan voedsel 21987.97 en aan uitgaven van allerlei aard,
als loonen e.d. 4164.25.
Zoowel door de Vereeniging voor Schoolkindervoeding en
Schoolkinderkleeding als door den Nederlandschen Volksdienst
werd niet tot aanneming van leerlingen overgegaan dan
nadat de aanvragen daartoe waren onderzocht door den
Gemeentelijken Dienst voor Maatschappelijk Hulpbetoon.
De kinderen, die voedsel ontvingen, bezochten de volgende
scholen
O.l. school aan:
het Schuttersveld
39
de Duivenbodestraat
28
de Haverstraat
63
de Paul Krugerstraat
66
den Zuidsingel A en B
115
de Medusastraat A en B
89
de Boommarkt
57
School voor voortgezet gewoon l.o
42
School voor buitengewoon l.o. aan de
Caeciliastraat
32
Bijz. 1. school aan:.
de Pasteurstraat
92
de Middelstegracht
104
het Plantsoen
42
de Pelikaanstraat
97
de Oude Vest
79
de Krauwelsteeg
23
De kosten van het voedsel, waarvan de porties een ge
middelde grootte hadden van 0,75 liter, beliepen per portie,
met inbegrip van de kosten van bediening, 0,18. Het
voedsel werd geleverd door de Centrale Keuken, aanvankelijk
tegen inlevering door de kinderen van bonnen; later werd
de zoogenaamde bonlooze voeding verstrekt.
De voorwaarden, bedoeld in artikel 10 van het aangehaald
Koninklijk besluit werden behoorlijk nageleefd.
Aan het slot van dit verslag zij aan het Bestuur van de
opgeheven Vereeniging voor Schoolkindervoeding en School
kinderkleeding een woord van bijzondere erkentelijkheid
gebracht voor het belangrijke sociale werk, dat het ge
durende een lange reeks van jaren met groote toewijding
en geheel belangeloos ten bate van het arme Leidsche
schoolkind heeft verricht."
N°. 80. Leiden, 20 Mei 1943.
Bij raadsbesluit van 22 Februari 1937 (Ingek. Stukken
No. 22) werd bij de Stichting „Pensioenfonds der N.V. Stoom
vaart Maatschappij Nederland" te Amsterdam een geld-
leening gesloten van 250.000.tegen een rente van 3|
per jaar.
Naar aanleiding van een desbetreffend verzoek heeft de
Stichting zich bereid verklaard de rente van deze leening
te verlagen tot 3x/g per jaar, ingaande 3 maanden na
accoordbevestiging.
Aangezien deze aanbieding aannemelijk was, heeft de
Burgemeester op 20 Mei 1943 het volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
Aantal kinderen
Aanduiding van de scholen
dat aan de
voeding deelnam