12 Indien derhalve het geneeskundig schooltoezicht zoodanig zou zijn, dat het zoowel voor de leerlingen van de lagere scholen als voor de leerlingen van de bewaarscholen aan de daaraan te stellen eischen voldeed, zou de geheele jeugd tot aan het verlaten van de lagere school in dit opzicht behoorlijk verzorgd zijn. Zooals hierboven is uiteengezet kan dit echter van het geneeskundig schooltoezicht thans niet worden gezegd. Door aanstelling van een tweeden schoolarts vol-ambtenaar en nog een tweetal schoolverpleegsters zal het toezicht even wel in zoodanige mate kunnen worden verbeterd, dat dit bevredigend kan worden genoemd, hoewel ook dan nog het aantal leerlingen, dat aan de zorg van één arts toegewezen wordt, meer zal bedragen dan volgens vorenvermelde norm wenschelijk is. Uitbreiding van het personeel van het geneeskundig school toezicht op dezen voet bij den aanvang van het nieuwe schooljaar in September a.s. en de daaraan gepaard gaande uitbreiding van de outillage van dien dienst vordert voor het loopende jaar een uitgave van 7.643,Het hierin begrepen bedrag ad 3.000,voor instrumenten en in richting van lokalen kan over vijf jaren, te beginnen met 1943, worden verdeeld. Ten laste van het loopende jaar (Onvoor ziene Uitgaven) komt dan per saldo een bedrag van 5.243, Op grond van het besluit van de Secretarissen-Generaal van de Departementen van Sociale Zaken en Binnenlandsche Zaken van 27 Mei 1942 betreffende de organisatie van school artsendiensten zal t.z.t. vergoeding van een derde gedeelte van de kosten van de uitbreiding aan het Rijk kunnen worden gevraagd. Mitsdien heeft de Burgemeester op 18 Februari 1943 het volgende besluit genomen: De BURGEMEESTER van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BES LUIT behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie door vaststelling van den bij dit besluit behoorenden begroo- tingsstaat, model D No. 6, een bedrag van ƒ7.643,op de begrooting voor 1943 te brengen ten behoeve van de uit breiding van het personeel en de outillage van het genees kundig schooltoezicht, met ingang van 1 September 1943. N°. 37. Leiden, 25 Februari 1943. Aangezien het als gevolg van de toeneming van het aantal leerlingen noodig is dat aan de school voor voort gezet gewoon lager onderwijs één onderwijzer meer wordt verbonden dan thans het geval is, heeft de Burgemeester op 25 Februari 1943 het volgende besluit genomen: De BURGEMEESTER van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: den onderwijzer C. J. Nonnekes, met ingang van 1 Maart 1943, over te plaatsen van de o. 1. school aan de Medusa straat B naar de school voor voortgezet gewoon lager onderwijs. N°. 38. Leiden, 25 Februari 1943. Naar aanleiding van een verzoek van den Secretaris- Generaal van het Departement van Opvoeding, Wetenschap en Kuituurbescherming inzake de zomervacantie van de inrichtingen van voorbereidend hooger- en middelbaar onder wijs, heeft de Burgemeester op 25 Februari 1943 het volgende besluit genomen De BURGEMEESTER van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de Verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: dat de a.s. zomervacantie voor het Gymnasium en de beide Gemeentelijke Hoogere Burgerscholen zal duren van 3 Juli a.s. (na afloop van de lessen) tot en met 23 Augustus d. a. v. N°. 39. Leiden, 25 Februari 1943. Door de besturen van de in deze gemeente gevestigde bijzondere lagere scholen werden aanvragen ingediend ter bekoming van een voorschot op de vergoeding in de kosten van instandhouding van hunne scholen, alsmede van een voorschot op de vergoeding in de kosten van vakonderwijzers bedoeld in de artikelen 103 en lOl&is van de Lager Onder wijswet 1920. Het eerstbedoelde voorschot moet worden berekend met inachtneming van het gemiddeld getal leer lingen dier scholen over het afgeloopen jaar en naar een bedrag dat voor het loopende jaar voor de openbare scholen beschikbaar werd gesteld ter bestrijding van de kosten, bedoeld in artikel 55 onder e tot en met h en o van de Lager Onderwijswet 1920, alsmede van die van instand houding. Dit bedrag werd bij besluit van den Burgemeester, d.d. 14 Januari j.l., voor 1943 per leerling van het open baar gewoon lager-, van het voortgezet gewoon lager- en van het uitgebreid lager onderwijs, bepaald op onder scheidenlijk 11,45, 16,84 en 17,15. Het voorschot op de vergoeding wegens belooning van vakonderwijzers wordt berekend naar het jaarlijks vast te stellen gemiddeld bedrag, dat in het voorafgaand kalender jaar per leerling van de openbare lagere scholen aan be looning voor vakonderwijzers werd uitgegeven. Dit bedrag beliep, volgens de hierbij gevoegde berekening, over het jaar 1942 per leerling van het gewoon lager onderwijs 2,72, per/leerling van het voortgezet gewoon lager onderwijs 5,35 en per leerling van het uitgebreid lager onderwijs 14,13. "Op grond van een-en ander heeft de Burgemeeeter op 25 Februari 1943 het volgende besluit genomen: De BURGEMEESTER van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: I. het gemiddeld bedrag, dat in 1942 per leerling van de openbare scholen onderscheidenlijk voor gewoon lager onder wijs, voortgezet gewoon lager onderwijs en uitgebreid lager onderwijs werd uitgegeven aan belooning van vakonder wijzers, vast te stellen op respectievelijk 2,72, 5,35 en 14,13; II. als voorschot op de exploitatievergoeding en de ver goeding voor vakonderwijzers over het jaar 1943 te ver strekken aan: a. het bestuur van het Gesticht de Voorzienigheid te Leiden, voor de school voor: gewoon lager onderwijs (le t/m. 6e leerjaar) aan: de Krauwelsteeg 8 2686,93 638,29 het Levendaal 54 2614,42 621,07 5301,35 1259,36 voortgezet gewoon lager onderwijs (7e en 8e leerjaar) aan: de Krauwelsteeg 8 404,16 128,40 het Levendaal 54 404,16 128,40 uitgebreid lager onderwijs aan: het Levendaal 561629,25 1342,35 b. het bestuur van de Inrichting van Liefdadigheid voor R.K. te Leiden, voor de school voor: gewoon lager onderwijs (le t/m. 6e leerjaar) aan: 9 i

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1943 | | pagina 6