19 VERORDENING, houdende vaststelling van een vermenigvuldigingscijfer voor het tarief van het schoolgeld aan het Gymnasium, de Hoogere Burgerschool met vijfjarigen cursus en de Hoogere Burgerschool voor Meisjes te Leiden. Artikel 1. Het vermenigvuldigingscijfer bedoeld in art. 6, 2e lid van de verordening regelende de heffing en invordering van schoolgeld aan het Gymnasium, de Hoogere Burgerschool met vijfjarigen cursus en de Hoogere Burgerschool voor Meisjes te Leiden wordt vastgesteld op 1,2. Art. 2. Deze verordening is met terugwerkende kracht op 1 Sep tember 1942 in werking getreden. N°. 46. Leiden, 11 Maart 1943. Op 26 November 1942 besloot de Burgemeester om, zoo noodig, gedurende het le kwartaal 1943 kasgeldleeningen aan te gaan tot een maximaal bedrag van 2.500.000, Met het oog op de gedurende het 2e kwartaal 1943 aan de gemeentekas te stellen eischen is het gewenscht, dat ook gedurende dat kwartaal tot opneming van kasgelden kan worden overgegaan. In verband met de bij besluit van den Burgemeester op 24 December 1942 (Ingek. Stukken No. 183) gesloten 3 ondershandsche geldleeningen tot een totaal bedrag van 1.000.000,kan echter het maximaal bedrag, dat de kasschuld gedurende het 2e kwartaal 1943 zal mogen be- loopen, worden gesteld op 1.500.000, Mitsdien heeft de Burgemeester op 11 Maart 1943 het volgende besluit genomen: De BURGEMEESTER van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No.' 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie gedurende het 2e kwartaal 1943, zoo noodig, kasgeldleeningen aan te gaan tot zoodanig bedrag, dat op geen enkel tijdstip in dat kwartaal, de kasschuld, met inbegrip van het in rekening-courant bij de N.Y. Bank voor Nederlandsche Gemeenten op te nemen bedrag, de som van 1.500.000, te boven gaat en verder onder de voorwaarden als door hem zullen worden gesteld. N°. 47. Leiden, 11 Maart 1943. Volgens het laatste lid van art. 27 van de algemeene bedrijfsverordening moeten de retributies terzake van het gebruik van gemeentegrond voor hoofdgasbuizen en hoofd kabels door de Stedelijke Lichtfabrieken worden betaald in de maand April van elk jaar over het voorafgaande jaar. Het verdient echter aanbeveling het tijdstip van betaling aldus te wijzigen, dat de eerste helft wordt gestort op 30 Juni en de tweede helft op 31 December van het dienstjaar. Aangezien de vaststelling van het tijdstip van de betaling een zaak van uitvoering van de algemeene bedrijfsverorde ning is, die bij den Burgemeester, waarnemende de taak van Burgemeester en Wethouders berust, behoeft de ver ordening daaromtrent geen bepaling in te houden, doch kan worden volstaan met het doen vervallen van bedoelde alinea van art. 27 van de verordening. In verband hiermede heeft de Burgemeester op 11 Maart 1943 het volgende besluit genomen: De BURGEMEESTER van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris van het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie vast te stellen de volgende verordening: VERORDENING, houdende wijziging van de verordening van 2 Juli 1934 (Gemeenteblad No. 19) op het beheer van de bedrijven der gemeente Leiden, laatstelijk gewijzigd bij verorde ning van 22 October 1942 (Gemeenteblad No. 32). Artikel I. De laatste alinea van art. 27 vervalt. Artikel II. Deze verordening treedt in werking op 15 Maart 1943. N°. 48. Leiden, 11 Maart 1943. De plaatselijke groep Technische Noodhulp Leiden heeft aan de gemeente een subsidie van 700.a 800.ge vraagd in de kosten van aanschaffing van een lucht- compressor, pneumatische hamers en slangen. Deze materialen, waarvan de kosten worden geraamd op 3,500.in totaal, zijn dringend noodig voor eventueele reddings actie voor Leiden en omgeving. Vermits onze gemeente voor circa 40% het actieterrein van bovengenoemde groep vormt, is de toekenning van een subsidie van f 750. alleszins billijk te achten. Mitsdien heeft de Burgemeester op 11 Maart 1943 het volgende besluit genomen: De BURGEMEESTER van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commissaris der Provincie vast te stellen den begrootingsstaat No. 8, dienst 1943, groot 750.in verband met de toekenning van een subsidie tot dit bedrag aan de groep Leiden der Technische Nood hulp voor de aanschaffing van een luchtcompressor, pneumatische hamers en slangen. N°. 49. Leiden, 19 Maart 1943. Het perceel Breestraat No. 117 en de parterre-ruimte en den zolder van het aangrenzend perceel Breestraat No. 119 zijn vrijgekomen door de verplaatsing van het distributie kantoor. Als gegadigde voor deze gebouwen heeft zich aan gemeld de stichting „Nederlandsche Onderwijs Film", die er haar technischen dienst in wenscht onder te brengen. De stichting is bereid de huur aan te gaan van 16 Maart 1943 tot 1 Mei 1944 en vervolgens van jaar tot jaar uiterlijk tot 1 Mei 1954, tegen den aannemelijken huurprijs van 3000.per jaar. Aangezien adressante zich voorts kan vereenigen met de voor de verhuring van dergelijke ge bouwen gebruikelijke voorwaarden heeft de Burgemeester op 19 Maart 1943 het volgende besluit genomen: De BURGEMEESTER van LEIDEN; Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening; BESLUIT: behoudens goedkeuring van den Commmissaris der Provincie het perceel Breestraat No. 117 en de parterre-ruimte en den zolder van het perceel Breestraat No. 119 te ver huren aan de Stichting „Nederlandsche Onderwijs Film", gevestigd te 's-Gravenhage, van 16 Maart 1943 tot en met 30 April 1944 tegen een jaarlijksche huursom van 3000. met dien verstande, dat de huur telkens voor den tijd van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1943 | | pagina 13