74
behoord, heeft de Burgemeester op 27 October 1941 het
volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den Rijks
commissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT
a. dat de voor de gemeentelijke inrichtingen van voor
bereidend hooger- en middelbaar onderwijs vastgestelde
Herfstvacantie onveranderd blijft gehandhaafd;
b. dat de a.s. Kerstvacantie voor de sub a bedoelde onder
wijsinrichtingen zal duren van 20 December 1941 tot en met
9 Januari 1942.
N°. Hl. Leiden, 30 October 1941.
Ter vervulling van de vacature ontstaan door het aan
Dr. W. Stuurman verleend ontslag uit zijn betrekking van
Directeur van het Openbaar Slachthuis, tevens Hoofd van
den Keuringsdienst van Yee en Yleesch, werd door den
Gemeenteraad in zijn Vergadering van 5 Mei 1941 benoemd
de heer L. P. de Vries, keuringsveearts bij het Openbaar
Slachthuis en den Keuringsdienst van Vee en Vleesch.
Aangezien deze echter zijn benoeming niet heeft kunnen
aannemen, zijn alsnog sollicitanten opgeroepen voor de
vervulling van de betrekking.
Van de gegadigden komt het meest voor benoeming in
aanmerking Dr. K. Reitsma, Inspecteur van de Volksge
zondheid, te 's-Gravenhage. Deze heeft gevraagd dadelijk in
het genot van de maximum wedde te worden gesteld, waar
voor in casu alleszins termen aanwezig zijn.
In verband met een en ander heeft de Burgemeester op
30 October 1941 het volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad,
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT:
met ingang van een nader te bepalen datum te benoemen
in vasten dienst tot Directeur van het Openbaar Slachthuis,
tevens Hoofd van den Keuringsdienst van Vee en Vleesch,
Dr. K. Reitsma, thans Inspecteur van de Volksgezondheid
te 's-Gravenhage, op een jaarwedde van 6.432.zijnde
de minimum wedde en 4 periodieke verhoogingen van wedde
bij vervroeging, benevens een toelage ad 912.'s jaars als
Hoofd van den Keuringsdienst van Vee en Vleesch.
N°. 142. Leiden, 30 October 1941.
Met de eigenaren van het particuliere gedeelte van de
Julianastraat en van de daaraan gelegen woningen is over
eenstemming verkregen omtrent de overdracht van dat
straatgedeelte in eigendom en onderhoud aan de gemeente
en omtrent de betaling van bijdragen in de kosten van
verbetering daarvan.
Het betrokken gedeelte van de Julianastraat is, behoudens
een tegeltrottoir langs twee perceelen aan de Westzijde en
een smal klinkerpad langs de huizen aan de Oostzijde,
onverhard. De toestand van het wegdek is slecht. De beoogde
verbetering van het straatgedeelte omvat het aanleggen,
ter weerszijden, van een tegeltrottoir ter breedte van 3 M.,
het bestraten van den rijweg en het verbeteren van de
straatverlichting.
Evenals bij de overname van de Reitzstraat (Ingekomen
Stukken No. 100 van 1940) is overeenstemming bereikt op
dezen voet, dat het straatgedeelte door de eigenaren koste
loos aan de gemeente in eigendom en onderhoud wordt
afgestaan en dat door de eigenaren van de aan de straat
gelegen perceelen in de kosten van verbetering wordt bij
gedragen en wel een bedrag gelijk aan de helft van de
kosten van verbetering.
Deze kosten werden op het tijdstip waarop besloten werd
omtrent de overneming van het straatgedeelte onderhande
lingen met de belanghebbenden te openen, geraamd op
2500.—.
De eigenaar van de perceelen Sectie K Nis. 2501 en 2227
wenscht onder de transactie te begrijpen de overdracht aan
de gemeente van die perceelen, voor zoover gelegen ten
noorden van het bebouwde gedeelte van het perceel No. 2227
en het verlengde daarvan in westelijke richting, tegen een
bedrag van 400.5.per M2.) in welk bedrag de bijdrage
in de kosten van verbetering, welke ten laste van den over
te dragen grond komt, is verdisconteerd.
De eigenaar van de perceelen Sectie K Nis 4342 en 4343
is bereid bij de met hem aan te gane transactie een ruiling
met de gemeente aan te gaan, waarbij hij aan de gemeente
in eigendom afstaat een gedeelte van eerstgenoemd perceel
en laatstgenoemd perceel geheel, ter gezamenlijke grootte
van 87 M2., zoomede den halven noordelijken bouwmuur
van het perceel Anna Paulownastraat No. 43 en de gemeente
aan hem in eigendom afstaat twee gedeelten van het perceel
Sectie N No. 1102, ter gezamenlijke grootte van 70 M2.,
een en ander zonder toebetaling. Door deze grondruiling
wordt een behoorlijke afronding van bouwterrein van de
gemeente en van bedoelden eigenaar verkregen. In de ruiling
is verdisconteerd de door den eigenaar verschuldigde bijdrage
in de kosten van straatverbetering.
Beide regelingen kunnen voor de gemeente aannemelijk
worden geacht.
Het onderhoud van het straatgedeelte kan slechts met
toepassing van art. 20 van de Wegenwet ten laste van de
gemeente worden gebracht.
In verband met een en ander heeft de Burgemeester op
30 October 1941 het volgende besluit genomen:
De BURGEMEESTER van LEIDEN;
Op grond van artikel 3 van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied
No. 152/1941 waarnemende de taak van den Gemeenteraad
en gelet op artikel 28, eerste lid, dier verordening;
BESLUIT
behoudens goedkeuring van den Commissaris der provincie
1°. het onderhoud van het gedeelte Julianastraat, kad.
bekend gemeente Leiden, Sectie K Nis. 2237, 4330, 4331
en 2963, met toepassing van art. 20 van de Wegenwet,
ten laste van de gemeente te brengen;
2°. van J. Brandt aan te koopen een gedeelte van de per
ceelen kad. bekend Sectie K nis. 2501 en 2227 (op de bij
dit besluit behoorende teekening met roode kleur aangeduid)
voor den prijs van ƒ400.en met J. de Lange een grond-
ruiling zonder toebetaling aan te gaan, .waarbij door dezen
aan de gemeente in eigendom wordt afgestaan de op de bij
dit besluit behoorende teekening met roode kleur aangegeven
gedeelten grond, kad. bekend Sectie K Nis. 4342 (ged.) en
4343, zoomede den halven bouwmuur van het perceel Anna
Paulownastraat no. 43 en waarbij door de gemeente aan
J. de Lange wordt afgestaan de op de bij dit besluit be
hoorende teekening met groene kleur aangegeven gedeelten
grond kad. bekend Sectie N no. 1102 (ged.), zullende de
aan J. de Lange over te dragen strook grond aan de door
te trekken Julianastraat t. z. t. door de gemeente bouwrijp
worden gemaakt en de betrokken slootgedeelten door de
gemeente worden gedempt;
3°. het sub 1° bedoelde gedeelte van de Julianastraat
kosteloos in eigendom bij de gemeente over te nemen,
nadat door elk der eigenaren der perceelen 2227, 2228,
2229, 2230, 2231, 2232, 2233, 2234, 2235, 2236, 4332,
3243, 3244, 3245, 3246, 3247, 3248, 3249, 3250, 3251,
3252, 3253, 3254 en 2815 is betaald een bedrag, berekend
op een basis van ƒ1,65 per M2. straatoppervlakte, ter
breedte van elk perceel en over de halve straatbreedte,
met dien verstande, dat geen bijdrage wordt berekend t. a. v.
het straatgedeelte, gelegen vóór het van J. Brandt aan te
koopen gedeelte grond, bedoeld sub 2°. en t. a. v. het straat
gedeelte kad. bekend Sectie K No. 4330, gelegen vóór het
perceel No. 4342 en dat de bijdrage voor den eigenaar van
het perceel 2815 wordt berekend over 14 M2.
N°. 143. Leiden, 30 October 1941.
Op 29 Juli 1940 (Ingek. Stukken No. 102) besloot de
Gemeenteraad aan degenen, die het gas en de electriciteit
volgens een der vastrecht-tarieven betrekken, over het tijd
vak Juli 1940 tot en met Juni 1941 een waarborg te geven,
dat de door hen verschuldigde gemiddelde eenheidsprijs
over dat jaar niet zou stijgen boven den prijs van het alge-