MAANDAG 3 FEBRUARI 1941. 7 Rondvraag. (Rraggaar e.a.) Bovendien verzoekt spreekster, meer eensluidende gegevens omtrent de uitreiking der distributiekaarten te verstrekken; zoo is eerst medegedeeld, dat men voor het verkrijgen van een vetkaart zijn belastingbiljet moest meenemen, maar later werd medegedeeld, dat een loonbewijs voldoende was; ook is medegedeeld, dat men een formulier moest halen op het distributiekantoor, hetgeen later niet meer noodig bleek te zijn. Daardoor zijn deze menschen dikwijls verkeerd inge licht, hetgeen tot groote moeilijkheden aanleiding gaf. Laat men dit in het vervolg voorkomen. De heer Lombert onderschrijft het betoog van mevrouw Braggaar. Spreker heeft zelf twee uren lang op den Ouden Rijn in de koude moeten staan wachten. Er zijn toch voldoende werklooze personen, die voor dit werk geschikt zijn en die hierbij aangesteld kunnen worden. Het is spreker ook een raadsel waarom men het aantal lokalen heeft ingekrompen; zooals de regeling eerst was, was ze goed. De heer Groeneveld vestigt de aandacht van het College op het gevaar, dat tijdens de duisternis wordt veroorzaakt door de sneeuw, die men op hoopen heeft geveegd, welke niet Rondvraag. (Groeneveld e.a.) alleen op de rijwegen en de voetpaden, maar zelfs ook op de oversteekplaatsen liggen. Spreker dringt er bij het College op aan bij invallenden dooi deze hoopen sneeuw onmiddellijk te doen verwijderen, omdat zij anders nog weken lang blijven liggen. De Voorzitter zegt, dat het College zijn aandacht aan deze zaak zal schenken. Intusschen heeft spreker nog kortgeleden de mededeeling gekregen, dat Leiden in vergelijking met andere steden op menschen van buiten een gunstigen indruk heeft gemaakt wat betreft het opruimen van de sneeuw. De heer Key had hetzelfde willen zeggen als de heer Groene veld thans heeft opgemerkt en beveelt daarom den Reinigings dienst het gebruik van pekel aan. Bij lichte vorst is de sneeuw bij gebruik van pekel gemakkelijk op te ruimen. Met het los hakken van de sneeuw, gelijk thans op den Rijnsburgerweg is geschied, vordert men slechts zeer langzaam; het opruimen gaat sneller, als men pekel gebruikt. Niemand meer het woord verlangende, sluit de Voorzitter de vergadering. Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1941 | | pagina 7