GEMEENTERAAD YAN LEIDEN. 11 INKEKOHEir STUKKEN. N°. 15. Leiden, 30 Januari 1941. Naar aanleiding van een voorstel van den Directeur van den Gemeentelijken Geneeskundigen- en Gezondheidsdienst tot wijziging van liet geneeskundig schooltoezicht en tot het aanbrengen van eenige andere wijzigingen in den dienst, rapporteerde de Commissie voor den Geneeskundigen Dienst ons, dat haars inziens de organisatie van den dienst onbe vredigend moest worden geacht en dat er naar haar meening termen aanwezig waren te onderzoeken, of niet zonder belangrijke vermeerdering van kosten een betere organisatie kon worden verkregen. Het bezwaar van de Commissie tegen de huidige organisatie van den dienst was voornamelijk hierin gelegén, dat onder den Directeur slechts medici werk zaam zijn, die de hun opgedragen werkzaamheden als neven functie naast andere werkzaamheden verrichten, tengevolge waarvan o.m. vervanging van den Directeur bij afwezigheid niet dan gebrekkig kan plaats hebben. Een en ander gaf ons aanleiding de organisatie van den dienst aan een onderzoek te onderwerpen en den Directeur van den Geneeskundigen- en Gezondheidsdienst op te dragen ons ter zake van advies te dienen. De Directeur is, blijkens zijn ter inzage gelegd rapport, van oordeel, dat de huidige organisatie niet in overeenstem ming is met de eischen, welke thans aan den dienst worden gesteld. Ook hij wijst er op, dat, behalve de Directeur, slechts aan den dienst medici verbonden zijn, die hun werk zaamheden bij den dienst als nevenfunctie naast een niet- gemeentelijke hoofdbetrekking vervullen, en dat dit tot ge volg heeft, dat vervanging van den Directeur bij afwezigheid niet bevredigend is te regelen. Verder is hij van oordeel, dat, vermits bedoelde medici uitsluitend met speciale werk zaamheden zijn belast (geneeskundig schooltoezicht, genees kundige armenverzorging, enz.) en derhalve de algemeene werkzaamheden in het belang van de volksgezondheid geheel voor rekening van den Directeur komen, deze met werk zaamheden is overladen tot schade van den dienst. En ten slotte acht hij de bezetting van den dienst met admini stratief personeel te zwak, om de administratie behoorlijk te kunnen verzorgen en om verzuim van personeel wegens ziekte enz. in redelijke mate op te kunnen vangen zonder dat onmiddellijk tijdelijke werkkrachten in dienst behoeven te worden genomen. De Commissie voor den Geneeskundigen Dienst is van oordeel, dat aan deze bezwaren kan worden tegemoet ge komen door aanstelling van een geneeskundig-ambtenaar, aanstelling van een geneeskundige in half-dienstverband en aanstelling van een administratief ambtenaar in den rang van administratief-ambtenaar 3e klasse. Aan den genees kundig-ambtenaar, die de leiding van den dienst moet over nemen bij afwezigheid van den Directeur, wil zij meer in het bijzonder het geneeskundig schooltoezicht, gewijzigd over eenkomstig het nader te bespreken voorstel van de Com missie, opgedragen zien, in verband waarmede de genees kundig-ambtenaar in het bezit zal moeten zijn van het diploma kindergeneeskunde. Ook de controle op ziek ge- meentepersoneel dient den nieuw aan te stellen functionaris te worden opgedragen. Den geneeskundige in half dienst verband kunnen dan verschillende werkzaamheden worden opgedragen ter ontlasting van den Directeur, opdat deze zich meer aan de algemeene leiding van den dienst kan wijden. Ook ons komt het voor, dat thans het tijdstip is aan gebroken, om de formatie van het personeel van den Ge meentelijken Geneeskundigen- en Gezondheidsdienst, welke in verband met den geleidelijken groei van de werkzaamheden van den dienst, min of meer provisorisch aan de omstandig heden is aangepast, een meer definitieven vorm te geven. Met de voorstellen ter zake van de Commissie kunnen wij ons in het algemeen wel vereenigen. Het salaris ad 5.500.tot 6.000.hetwelk de Com missie voor den geneeskundig-ambtenaar voorstelt, past evenwel niet in het raam van de algemeene salarisverordening. Het komt ons beter voor, dat salaris te stellen op dat van een len geneesheer, genoemd in staat E van de Verordening betreffende de wedden van ambtenaren in dienst der ge meente Leiden, hetwelk 5.200.tot 6.200.per jaar bedraagt met vier tweejaarlijksche verhoogingen van 250. een en ander verminderd met de bekende korting van 4 op alle salarissen. Verder lijkt het ons, al achten ook wij meerdere assistentie van den Directeur, speciaal in de tegen woordige tijdsomstandigheden noodig, beter, om den genees kundige, welke de Commissie in half-dienstverband op een salaris van 912.(het salaris van een schoolarts) wil aangesteld zien, voorloopig nog niet in de vaste personeels formatie op te nemen, doch de noodige assistentie aan den dienst te verbinden door in dienstneming van personeel op arbeidsovereenkomst. Voorkomen wordt dan, dat weder een nieuwe als nevenfunctie uit te oefenen betrekking bij den dienst wordt in het leven geroepen, tegen welke neven functies de Commissie, gelijk uit het vorenstaande blijkt, juist ernstige bezwaren heeft, terwijl tevens de gelegenheid wordt verkregen af te wachten, of de tegenwoordige buiten gewone omstandigheden zich zullen consolideeren, dan wel zich zoodanig zullen wijzigen, dat aan dat personeel geen behoefte meer bestaat of zoodanig zullen ontwikkelen, dat wellicht een tweede voZ-ambtenaar in dienst moet worden genomen. De rang, waarin de aan te stellen administratieve kracht zal worden ingedeeld, ware aan ons oordeel over te laten. Wij kunnen dan t.z.t. nagaan, welke indeeling met het oog op de eischen, welke aan den te benoemen ambtenaar moeten worden gesteld, in aanmerking komt. Als gevolg van de aanstelling van den geneeskundig ambtenaar, die met het geneeskundig schooltoezicht zal worden belast en wien mede de controle op ziek gemeente- personeel zal worden opgedragen, zal de betrekking van schoolarts, waaraan een bezoldiging verbonden is van 912. per jaar, kunnen vervallen en zullen de stadsgeneesheeren van de controle op ziek gemeentepersoneel kunnen worden ontheven. In verband met dit laatste dient de vaste be zoldiging van de vier stadsgeneesheeren, bedoeld bij art. 31 van de verordening, betreffende de geneeskundige armen verzorging en den werkkring en de bezoldiging van de Stads geneesheeren te Leiden, bedragende 432.per jaar, tot de helft te worden teruggebracht. Tegenover de vermeerdering van uitgaven wegens het salaris van den geneeskundig ambtenaar van 4.992.tot 5.952.per jaar, staat der halve een vermindering van uitgaven van het salaris van de vier schoolartsen, bedragende in totaal 3.648.en de ver laging van het vaste salaris der stadsgeneesheeren, met in totaal 864.te zamen 4.512.Tegenover de belooning van de geneeskundige hulp op arbeidsovereenkomst, welke belooning op 1.000.per jaar te stellen is, zal, althans zoolang de huidige tijdsomstandigheden voortduren, een ver mindering van uitgaven komen te staan van 500.per jaar, vermits dit personeel verschillende werkzaamheden kan over nemen, welke thans aan tijdelijke krachten zijn opgedragen. De wijziging van de personeelsformatie zal derhalve voor wat het medische personeel betreft, in totaal een grootere jaar- lijksche uitgave vorderen van 1.000.tot 1.950. De hiervoren vermelde, door de Commissie voorgestelde, wijziging van het geneeskundig schooltoezicht betreft een uitbreiding van het bestaande schoolspreekuur tot weder instelling waarvan door Uwe Vergadering in haar zitting van 21 Februari 1936 werd besloten en waarop slechts de leer lingen van de derde klasse der lagere scholen worden onder zocht tot het onderzoek ook van de leerlingen van de eerste en zesde klasse. Deze uitbreiding wordt noodig geoordeeld, omdat de inspectie der kinderen op de scholen een onvoldoende inzicht geeft in den gezondheidstoestand der kinderen en tal van lichte afwijkingen niet worden ontdekt. Het onderzoek van de leerlingen der eerste, derde en zesde klasse zal in dit opzicht naar de meening van de Commissie een belangrijke verbetering brengen, omdat bij het onderzoek van de leer lingen der eerste klasse kan worden vastgesteld, hoe de gezondheidstoestand van de kinderen is, als zij op de school komen en te zwakke of zieke kinderen kunnen worden afge wezen, terwijl bij het onderzoek van de leerlingen der zesde klasse kan worden nagegaan, welken invloed de school op den gezondheidstoestand heeft uitgeoefend en tevens aan wijzingen kunnen worden gegeven voor de beroepskeuze. De Commissie acht het gewenscht het bezoeken van het schoolspreekuur verplicht te stellen. Het is toch gebleken, dat onder de kinderen, die het spreekuur niet bezoeken, zich een groot aantal kinderen van minder welgestelden bevindt. Deze kinderen hebben het onderzoek echter het meest van noode. Weliswaar is het niet de bedoeling ook het onderzoek verplicht te stellen, doch verwacht wordt, dat, indien het verschijnen op het schoolspreekuur verplicht gesteld is, het onderzoek in de meeste gevallen wel zal plaats hebben. De ouders echter, die bezwaren tegen het onderzoek hebben, dienen aan den met het geneeskundig schooltoezicht belasten ambtenaar een verklaring van den huisarts over te leggen, waaruit blijkt, dat deze het kind tevoren heeft onderzocht en gezond bevonden. De verandering in het geneeskundig schooltoezicht, overeen komstig het voorstel van de Commissie, met welk voorstel wij ons kunnen vereenigen, maakt het vaststellen van een nieuwe verordening op dat toezicht noodig. Het ontwerp

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1941 | | pagina 1