GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
99
ISeGKOMEH STITKKES.
N°. 160. Leiden, 14 November 1940.
Ter voorziening in de vacature, welke in onze Commissie
is ontstaan door de ontslagneming van den heer J. G. van
Es, hebben wij de eer Uw Vergadering de volgende aan
beveling aan te bieden:
N°. 1 P. J ASPERSE';
N°. 2 H. M. MARKUSSE.
De Commissie van Toezicht op het
Middelbaar Onderwijs.
W. H. Keesom
Lo. Voorzitter.
J. A. v. d. Stok
Secretaris.
Aan den Gemeenteraad.
N°. 161. Leiden, 20 December 1940.
Ter voorloopige voorziening in de vacature van onder
wijzeres, welke, ten gevolge van het aan Mej. H. E. H.
Meijkamp verleend eervol ontslag, ontstond aan de school
voor buitengewoon lager onderwijs, verbonden aan het gesticht
„Voorgeest", werd door ons College Mej. M. M. Kalamen
tot tijdelijk onderwijzeres aan die school benoemd, zulks
voor den proeftijd, loopende van 1 Mei 1940 tot en met
31 December 1940.
Aangezien deze proeftijd binnenkort 'zal zijn verstreken
en, gelijk U uit de overgelegde stukken kan blijken, tegen
het verleenen van een vaste aanstelling geenerlei bezwaar
bestaat, geven wij Uwe Vergadering, met verwijzing naar
het bij de stukken in de Leeskamer gevoegd advies van
den Inspecteur van het Buitengewoon Lager Onderwijs, in
overweging Mej. M. M. Kalamen, met ingang van een nader
door ons College te bepalen datum, te benoemen tot onder
wijzeres aan de school voor buitengewoon lager onderwijs,
verbonden aan het gesticht „Voorgeest".
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 162. Leiden, 20 December 1940.
Met ingang van respectievelijk 5 en 16 September j. 1.
werden door ons College, voorloopig voor den tijd van drie
maanden, benoemd aan het Gymnasium tot leerares in het
Fransch mej. Dra E. Raphael en tot leeraar in de scheikunde
de heer Drs J. W. Zwartsenberg.
Aangezien het noodig blijkt de werkzaamheid van deze
tijdelijke leerkrachten te doen voortduren, geven wij, met
verwijzing naar de bij de stukken gevoegde adviezen van Cura
toren van het Gymnasium en den Inspecteur der Gymnasia,
in overweging de aanstelling van mej. Dra E. Raphaël
als tijdelijk leerares in het Fransch en de aanstelling van
den heer Drs J. W. Zwartsenberg, als tijdelijk leeraar in
de scheikunde, aan het Gymnasium, tot wederopzeggens,
doch uiterlijk tot het einde van den cursus 19401941, te
verlengen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 163. Leiden, 9 December 1940.
Ten gevolge van het aan den heer J. M. Koolhaas ver
leend eervol ontslag, zal aan de o.l.school aan het Schutters
veld een vacature van onderwijzer ontstaan. Naar onze
meening zou in die vacature kunnen worden voorzien door
overplaatsing van een der reeds in onze gemeente werkzame
leerkrachten.
In verband daarmede en met verwijzing naar het in de
Leeskamer ter inzage gelegd advies van den Inspecteur van
het Lager Onderwijs, geven wij Uwe Vergadering in over
weging Mejuffrouw M. C. Marks, onderwijzeres aan de
opleidingsschool voor u.l.o. aan de Langebrug A, met ingang
van een nader door ons College te bepalen datum, over te
plaatsen naar de o.l.school aan het Schuttersveld.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 164. Leiden, 20 December 1940.
Ten gevolge van de toeneming van het aantal leerlingen
van de opleidingsschool voor Gymnasium en II.B.S. aan
de Kernstraat, kan over het jaar 1941 één vaste leerkracht
meer aan die school verbonden zijn, dan thans het geval is.
Naar onze meening kan daarin worden voorzien door
overplaatsing van een der reeds in onze gemeente werk
zame leerkrachten.
In verband daarmede en met verwijzing naar het in
de Leeskamer ter inzage gelegde advies van den Inspecteur
van het Lager Onderwijs, geven wij Uwe Vergadering in
overweging Mejuffrouw E. E. K. Scholz, onderwijzeres.aan
de opleidingsschool voor u.l.o. aan de Drie Octoberstraat,
met ingang van een nader door ons College te bepalen
datum, over te plaatsen naar de opleidingsschool voor
Gymnasium en II.B.S. aan de Kernstraat.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 165. Leiden, 20 December 1940.
Bij zijn in de Leeskamer ter inzage gelegd schrijven
verzoekt de heer F. C. de Graaf hem eervol ontslag te
verleenen als onderwijzer aan de o.l.-school aan de Paul
Krugerstraat.
Aangezien tegen inwilliging van dat verzoek bij ons
College geen bezwaar bestaat, geven wij Uwe Vergadering
in overweging aan den heer F. C. de Graaf, met ingang van
een nader door ons College te bepalen datum, eervol ont
slag te verleenen uit zijne betrekking van onderwijzer aan
de o.l.-school aan de Paul Krugerstraat.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 166. Leiden, 20 December 1940.
Ingevolge raadsbesluit van 2 December 1935 (Ingek.
Stukken No. 223) werd aan den Hengelaarsbond voor
Leiden en Omstreken voor den tijd van 5 jaren, ingaande
1 Januari 1936, tegen een jaarlijksche pachtsom van ƒ300.
het vischrecht verpacht in de Haarlemmertrekvaart van
Leiden (Trekvaartbrug) tot aan den limietpaal op Halfweg
aan den Delfweg onder de gemeente Noordwijkerhout, en
in de Zijl van de Spanjaardsbrug tot het begin van het
Z weiland.
Bij den verkoop aan het Rijk van het vischrecht op de
Vroonwateren, waartoe de Zijl behoort, (raadsbesluit van
1 Februari 1937Ingek. Stukken No. 10) werd de pacht
som gesplitst, t.w. 225.per jaar voor het vischrecht
in de Zijl, welk bedrag na de overdracht aan het Rijk kwam,
en 75.per jaar voor het vischrecht in de Trekvaart,
welke som de gemeente voortaan ontving.
Nu de pachttermijn van het vischrecht per 31 December
a.s. eindigt, heeft de Hengelaarsbond den wensch te ken
nen gegeven de verpachting van het vischrecht in de Haar
lemmervaart tegen den thans geldenden pachtprijs van
f 75.per jaar te continueeren.
Met de Commissie van Fabricage zijn wij van oordeel,
dat tegen een zoodanige verlenging in verband met de
tijdsomstandigheden voorloopig te beperken tot één jaar
geen bezwaren bestaan.
Onder verwijzing naar de in de Leeskamer ter visie
liggende stukken, geven wij Uw Vergadering alsnu in
overweging het vischrecht in de Haarlemmertrekvaart van
Leiden (Trekvaartbrug) tot aan den limietpaal op Halfweg,
aan den Delfweg onder de gemeente Noordwijkerhout,
wederom te verpachten aan den Hengelaarsbond voor Leiden
en Omstreken en wel voor den tijd van één jaar, ingaande
1 Januari 1941, tegen een jaarlijksche pachtsom van 75.
per jaar en onder de bestaande, m.m. gewijzigde voor
waarden.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.