GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
107
I9fGEKOMEN XTIKKKX.
N°. 155. Leiden, 31 Augustus 1939.
Ingevolge het bepaalde bij art. 5 van de verordening van
19 Januari 1911, houdende reglement op het beheer en
bestuur van het krankzinnigengesticht „Endegeest", de
afdeeling voor jeugdige idioten „Voorgeest" en het
Sanatorium voor zenuwlijders „Rhijngeest", bieden wij Uwe
Vergadering, ter vervulling van de vacatures, die in de
Commissie van Beheer over die inrichtingen zullen ontstaan
door de periodieke aftreding als raadslid van de heeren
Th. B. J. Wilmer, Jac. Wilbrink, Mevr. J. C. de Clerde
Bruijn en den heer F. Eikerbout, na raadpleging van de
Commissie, de volgende aanbeveling aan:
VacatureTh. B. J. Wilmer:
1°. Th. B. J. WILMER,
2°. Th. M. W. BERGERS.
VacatureJac. Wilbrink
1°. Mr. P. J. IDENBURG,
2°. D. VAN DER KWAAK.
VacatureJ. G. de Clerde Bruijn:
1°. Mevr. J. C. DE CLER—DE BRUIJN,
2°. Mevr. C. P. BRAGGAAR—DE DOES.
VacatureF. Fikerbout
1°. F. ELKERBOUT,
2°. Mr. C. BEEKENKAMP.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 156. Leiden, 31 Augustus 1939.
Wegens periodieke aftreding als raadslid in September a.s.
van de heeren D. v. d. Kwaak, A. Carton en H. L. J.
Tobé, ontstaan in den Raad van Beheer van de Sportstichting,
waarin deze heeren als leden van den Gemeenteraadzitting
hadden, drie vacatures.
Ter vervulling van de openvallende plaatsen bieden wij
Uwe Vergadering, na raadpleging van den Raad van Beheer,
de volgende aanbevelingen aan:
A. Vacature-D. van der Kwaak:
1. D. VAN DER KWAAK,
2. A. VAN ROSMALEN.
B. Vacature-ACarton:
1. H. OOSTVEEN,
2. A. J. JONGELEEN.
O. Vacature-H. L. J. Tobé:
1. H. L. J. TOBÉ,
2. A. VAN DIJK.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 157. Leiden, 31 Augustus 1939.
Ten behoeve van de beoogde verbreeding van de Pelikaan
straat, tusschen den Oude Rijn en de Haarlemmerstraat,
behoeft de gemeente nog de beschikking over de perceelen
Oude Rijn nis. 134 en 136. Met de eigenaresse van eerst
genoemd pand, Mevr. de Wed. J. du Pon is overeenstemming
verkregen over den aankoop van haar pand voor een som
van ƒ5000.welke koopsom, ook naar het oordeel van
de Commissie van Fabricage, aannemelijk kan worden geacht.
De gevoerde onderhandelingen met den heer F. Brongers,
den eigenaar van het andere woonhuis, Oude Rijn 136,
hebben echter niet tot een accoord geleid, zoodat te zijnen
aanzien onteigening zal moeten plaats hebben. Waar het
hier een voorgenomen verbetering van een straat betreft,
kan de onteigening geschieden volgens de vereenvoudigde
procedure vervat in titel Ila der Onteigeningswet.
Onder verwijzing naar de in de Leeskamer ter visie liggende
stukken geven wij Uwe Vergadering, in overeenstemming
met het advies van de Commissie van Fabricage, mitsdien
in overweging te besluiten:
a. tot aankoop van Mevr. de Wed. J. du Pon van het
perceel Oude Rijn no. 134, kadastraal bekend gemeente
Leiden, Sectie H no. 705, groot 45 M2, voor de som van
5000.—
b. ten behoeve van den sub a genoemden aankoop vast
te stellen den overgelegden begrootingsstaat, model D,
dienst 1939, groot, met inbegrip van de op den aankoop
vallende kosten, 5200.
c. ten aanzien van het perceel Oude Rijn no. 136,
kadastraal bekend gemeente Leiden Sectie H no. 706,
groot 52 M2, de onteigening ten name van de gemeente
Leiden op den voet van de Onteigeningswet te bevorderen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.
