138 VRIJDAG 24 FEBRUARI 1939. Gemeentebegrooting. (Voorzitter.) weken, indien de agenda voor de te houden vergadering geen enkel punt van bespreking van genoegzaam belang zal kunnen vermelden." Aan artikel 26 wordt een tweede lid toegevoegd aldus luidende „In de maand Januari van elk jaar brengen de dienst commissies aan Burgemeester en Wethouders verslag uit van baar werkzaamheden over bet afgeloopen jaar." Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het gewijzigde voorstel van den heer van Eek (No. 4) besloten. De Voorzitter deelt mede, dat de meerderheid van het College afwijzend staat tegenover de motiën van den heer van Eek (Nis. 5 en 6). Spreker stelt namens het College voor het voorstel van den heer Schüller (No. 9), luidende: „De ondergeteekende stelt voor: te besluiten medewerking te verleenen voor den bouw van arbeiderswoningen, mede ter vervanging van krotwoningen door de verschillende ver- eenigingen en de gemeente (ten behoeve van de woning stichting)." in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders om praeadvies. Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van den Voorzitter besloten. De Voorzitter deelt mede, dat de meerderheid van het College afwijzend staat tegenover het voorstel van den heer Schüller (No. 10). Spreker stelt namens het College voor, het voorstel van den heer Schüller (No. 11), luidende: „De ondergeteekende stelt voor: te besluiten het bestuur van de Woningbouwvereeniging „Ons Belang" uit te noodigen tot het indienen van een bouwplan voor i 43 woningen op een terrein gelegen aan de Marnixstraat-van der Duynstraat." in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders om praeadvies. Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van den Voorzitter besloten. De Voorzitter deelt mede, dat de meerderheid van het College afwijzend staat tegenover het voorstel van den heer Schüller (No. 12) en het voorstel van den heer van Weizen (zie bl. 55) en zich kan vereenigen met de gewijzigde motie van den heer Beekenkamp (zie bl. 135). Spreker zegt, dat het College afwijzend staat tegenover de motie-van der Voort, overgenomen door den heer van Eek (zie Memorie van Antwoord blz. 20). Vervolgens is aan de orde de stemming van de verschillende bij de algemeene beschouwingen behandelde voorstellen en moties. Het voorstel van den heer van Eek, No. 3, luidende: „De Raad besluit het advies in te winnen van de Algemeene Ambtenaren- en Werklieden-Commissie over de vraag, of het gewenscht is en zoo ja, op welke wijze, het personeel der gemeente medezeggenschap toe te kennen bij het algemeen beheer der gemeentelijke diensten en bedrijven,", de motie van den heer van Eek (No. 5), luidende: „De Raad spreekt de wenschelijkheid uit, dat voortaan ook in Leiden het houden van optochten met muziek en banieren op Zondagnamiddag als regel zal worden toegestaan.", en de motie van den heer van Eek (No. 6), luidende: „De Raad spreekt als zijn mening uit, dat bij het verhuren van gemeentegebouwen en -zalen geen onderscheid mag worden gemaakt tusschen de ingezetenen van verschillende richting.", worden achtereenvolgens verworpen, elk met 18 tegen 16 stemmen. Tegen stemmen: de heeren van der Tas, Würtz, Bergers, Tepe, Wilbrink, Manders, Wilmer, Beekenkamp, de Reede, Eikerbout, Lombert, van der Laan, Tobé, van Rosmalen, Coster, van der Reijden, van der Kwaak en Knibbe. Vóór stemmen: de heeren van Stralen, Yerweij, Oostveen, Carton, Schüller, van Weizen, Hessing, Key, Groeneveld, van Eek, mevrouw Braggaar, mevrouw de Cler, de heeren Dubbeldeman, Snel, Jongeleen en Yalentgoed. Gemeentebcgrooting. (Voorzitter.) Over het voorstel van den heer Schüller (No. 10), luidende: „De ondergeteekende stelt voor: een onderzoek te doen instellen naar de woningen, welke krachtens het gestelde in de Woningwet in aanmerking dienen te komen onbewoon baar verklaard te worden, en het resultaat van dit onderzoek in een rapport aan de Raadsleden te doen toekomen.", staken vervolgens de stemmen, aangezien 17 leden zich daarvoor en even zoovele leden zich daartegen verklaren. Vóór stemmen de heeren van Stralen, Verweij, Manders, Oostveen, Carton, Schüller, van Weizen, Hessing, Key, Groeneveld, van Eek, mevrouw Braggaar, mevrouw de Cler, de heeren Dubbeldeman, Snel, Jongeleen en Yalentgoed. Tegen stemmen: de heeren van der Tas, Würtz, Bergers, Tepe, Wilbrink, Wilmer, Beekenkamp, de Reede, Eikerbout, Lombert, van der Laan, Tobé, van Rosmalen, Coster, van der Reijden, van der Kwaak en Knibbe. Het voorstel zal mitsdien in een volgende vergadering andermaal in stemming komen. Het voorstel van den heer Schüller (No. 12), luidende: „De ondergeteekende stelt voor: een onderzoek te doen instellen inzake bezetting van alle woningen in Leiden, met weekhuren beneden de 6. en het resultaat van dit onderzoek in een rapport aan den Raadsleden te doen toekomen." wordt verworpen met 18 tegen 16 stemmen. Tegen stemmen: de heeren van der Tas, Würtz, Bergers, Tepe, Wilbrink, Manders, Wilmer, Beekenkamp, de Reede, Eikerbout, Lombert, van der Laan, Tobé, van Rosmalen, Coster, van der Reijden, van der Kwaak en Knibbe. Vóór stemmen: de heeren van Stralen, Verweij, Oostveen, Carton, Schüller, van Weizen, Hessing, Key, Groeneveld, van Eek, mevrouw Braggaar, mevrouw de Cler, de heeren Dubbeldeman, Snel, Jongeleen en Valentgoed. De motie van den heer van Weizen, luidende: „1. De Raad nodigt het College van Burgemeester en Wethouders uit de Stadsgehoorzaal voor het houden van concerten, cultureele bijeenkomsten, tentoonstellingen, open bare vergaderingen enz. te doen verpachten. 2. In de pachtvoorwaarden geen uitzonderingsbepalingen te doen openemen tegen de C. P. N. wordt verworpen met 33 stemmen tegen 1 stem, die van den heer van Weizen. De gewijzigde motie van den heer Beekenkamp (Zie blz. 135) wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Over de motie van den heer van der Voort, overgenomen door den heer van Eek, luidende: „Ondergetekende stelt voor om in art. 15 onder paragraaf 2 van de Verordening houdende reglement voor de Commis- siën van Advies betreffende de arbeids- en dienstvoorwaarden van het personeel in dienst van de Gemeente Leiden, „twee vereenigingen" te wijzigen in „een vereeniging" en „kunnen" in „kan". staken vervolgens de stemmen, aangezien 17 leden zich daar voor en even zoovele leden zich daartegen verklaren. Vóór stemmen: de heeren Wilmer, Oostveen, Carton, Schüller, van Weizen, Hessing, Key, Groeneveld, van Eek, mevrouw Braggaar, mevrouw de Cler, de heeren Dubbelde man, Snel, Jongeleen, Valentgoed, Tobé en Coster. Tegen stemmen: de heeren van der Tas, Würtz, Bergers, Tepe, Wilbrink, van Stralen, Verweij, Manders, Beekenkamp, de Reede, Eikerbout, Lombert, van der Laan, van Rosmalen, van der Reijden, van der Kwaak en Knibbe. De motie zal mitsdien in een volgende vergadering ander maal in stemming komen. De Voorzitter schorst vervolgens de vergadering tot des avonds te 8 uur.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1939 | | pagina 14