3
jaar 1939 eene bijdrage van 500.uit de gemeentekas in
de kosten van de gedurende dit jaar te houden kook- en
naaicursussen voor vrouwen van werkloozen en anderen,
wier inkomen tengevolge van de heerschende economische
omstandigheden belangrijk is gedaald.
In de totale kosten van deze cursussen, welke door de
Commissie op 1.250.worden begroot, zal voor een bedrag
van 750.worden voorzien o.m. door de opbrengst van
cursusgelden, bijdragen van particulieren, instellingen en
vereenigingen, de opbrengst van een collecte en van den
verkoop van goederen.
Waar de Commissie zeer nuttig werk verricht in 1938
was het aantal deelnemers aan de cursussen 76 hooger dan
in 1937 achten wij alleszins termen aanwezig ook de voor
1939 door de Commissie gevraagde bijdrage ad 500.te
ver leen en.
Dit bedrag behoort echter als een maximum-bijdrage te
worden beschouwd, terwijl ook thans weder aan de subsidie-
verleening eenige voorwaarden dienen te worden verbonden
betreffende verantwoording van de uitgaven der Commissie enz.
In verband met het vorenstaande geven wij Uwe Ver
gadering in overweging te besluiten, om door vaststelling
van den overgelegden begrootingsstaat op de begrooting
voor het dienstjaar 1939 een bedrag van 500.te
brengen als subsidie aan de Commissie inzake Huishoudelijke
Voorlichting en Gezinsleiding, ten behoeve van het houden
van cursussen voor huisvrouwen, zulks met bepaling, dat
dit subsidie als een maximum dient te worden beschouwd
en dat, indien eventueel een of meerdere cursussen niet
worden gegeven, het subsidie naar verhouding wordt ver
minderd en onder voorwaarde, dat aan Burgemeester en
Wethouders binnen een maand na het einde der cursussen
1939 een rekening en verantwoording over 1939, zoomede een
verslag betreffende de in dat jaar gehouden cursussen,
worden overgelegd.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 14. Leiden, 12 Januari 1939.
Zooals U zich zult herinneren, is de afslachting van
runderen met de daarmede gepaard gaande verwerking van
vleesch in blik ten behoeve van de Nederlandsche Vee
houderij Centrale, welke in 1934 heeft plaats gehad, voor
Uw Vergadering aanleiding geweest bijzondere slachtkeur-
loonen voor ten behoeve van die Centrale geslachte runderen
vast te stellen, zulks teneinde ook de hier ter stede ge
vestigde vleeschwarenfabrikanten in staat te stellen aan de
uitvoering van dezen Eegeeringsmaatregel deel te nemen.
Thans heeft de Begeering opnieuw besloten op groote
schaal runderen uit de markt te nemen, te doen slachten
en het vleesch in blik te doen verwerken; bovendien zal nu
echter ook een groot aantal overcomplete zgn. baconvarkens
worden geslacht en het vleesch daarvan in blik worden
verwerkt.
Kunnen ten aanzien van de te slachten runderen de
bovenbedoelde, door U in 1934 vastgestelde tarieven weder
toepassing vinden, voor het slachten van de varkens ten
behoeve van de Veehouderij Centrale zouden, bij het ont
breken van een bijzonder tarief, de gewone voor de vleesch
warenfabrikanten geldende tarieven moeten worden toe
gepast. In dat geval zou het echter in verband met den
lagen prijs, die door de Begeering ook nu weder per literblik
is vastgesteld (10,3 cent), voor de alhier gevestigde vleesch
warenfabrikanten niet loonend zijn aan de uitvoering van
dezen Begeeringsmaatregel mede te werken, terwijl dit toch
uit een oogpunt van werkverruiming en mede met het oog
op de financiëele belangen van het slachthuis alle aanbeveling
verdient.
In een en ander heeft de Commissie van Beheer over het
Openbaar Slachthuis dan ook aanleiding gevonden ons voor
te stellen te bevorderen, dat het slacht-keurloon voor een
varken, dat ten behoeve van de Nederlandsche Veehouderij -
Centrale wordt geslacht, wordt vastgesteld op 60 cent,
overeenkomende met het slacht-keurloon, dat door de vleesch
warenfabrikanten per varken, boven de 500 per jaar geslacht,
verschuldigd is.
Aangezien de slachtingen van de hierbedoelde varkens
reeds op 28 November j.l. zijn begonnen, dient het nieuwe
tarief naar de meening der Commissie ook van dien dag af
te gelden.
Onder mededeeling, dat zoowel de Commissie van Financiën
als ook ons College zich met dit voorstel kan vereenigen,
geven wij, met verwijzing naar de in de Leeskamer ter visie
gelegde stukken, Uw Vergadering alsnu in overweging over
te gaan tot vaststelling van de navolgende verordening:
V E 11 O It E N 1 X G,
houdende wijziging van de verordening van 4 December 1933
Gemeenteblad 1934 No. 10), regelende de heffing van
belastingen voor het gebruik van het Openbaar Slacht
huis, laatstelijk gewijzigd bij verordening van
22'November 1937.
Artikel I.
In art. 2 van bovengenoemde verordening wordt sub II Li
onder B na het bepaalde onder b toegevoegd:
„c. voor een varken0.60."
Art. II.
Deze verordening wordt geacht in werking te zijn getreden
op 28 November 1938.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 15. Leiden, 12 Januari 1939.
In den loop van het vorige jaar richtte de heer
M. Hopman Sr., te 's-Gravenhage, een verzoek tot ons
College om ten behoeve van den bouw van een blok flat
woningen aan hem een perceel grond aan den Wassenaarschen
weg te verkoopen. Aanvankelijk had deze aanvrage betrekking
op het oostelijke gedeelte van het terrein, aan de zijde van
den Biijnsburgerweg gelegen, ter grootte van 3000 M2.
De naar aanleiding hiervan met den heer Hopman gevoerde
besprekingen hebben tengevolge gehad, dat deze zijn plannen
wijzigde en nader, in plaats van genoemd terreingedeelte,
den daaraan aansluitenden, verderop gelegen grond te koop
vroeg, teneinde daarop drie blokken flatwoningen te stichten.
Hiermede werd derhalve aan de gemeente de gelegenheid
geboden, om met uitzondering van het gedeelte aan de
zijde van den Bijnsburgerweg, het bouwterrein in zijn geheel
van de hand te doen. Gegadigde is bereid voor het te ver
koopen perceel, dat een diepte van U 58 M. en een opper
vlakte van i 11.700 M2. heeft, een koopsom van 72.000.
te betalen, welke prijs zoowel ons College als de Commissie
van Fabricage, gelet ook op de groote diepte, aannemelijk
voorkomt.
De voorgenomen wijze van bebouwing ontmoet bij de
Commissie van Fabricage en ons College evenmin eenige
bedenking, omdat deze grond wegens zijn oppervlakte en
door zijn ligging aan een toekomstigen breeden toegangsweg
naar de stad, met aan de achterzijde het ruime Ziekenhuis
terrein, zich in het bijzonder leent voor flatbouw, zooals die
blijkens de stukken is ontworpen. Gok uit aesthetisch of
architectonisch oogpunt bestaat tegen den bouw ter plaatse
van flatwoningen geen bezwaar.
Volgens het uitbreidingsplan is de grond echter bestemd
voor villabouw, zoodat, om buiten twijfel te stellen, dat
flatbouw aldaar wettehjk mogehjk is, het uitbreidingsplan
dient te worden gewijzigd in dien zin, dat de onderhavige
grond alsnog wordt aangewezen voor flatbouw, terwijl
adressant de transactie uiteraard slechts kan aangaan onder
voorbehoud, dat deze wijziging van het uitbreidingsplan
rechtskracht verkrijgt.
Ter voldoening aan de wettelijke bepalingen zal, met het
oog op den geboden spoed in deze, het ontwerp van deze
wijziging van het uitbreidingsplan dezer dagen reeds voor
een ieder ter visie worden nedergelegd, terwijl een voorstel tot
vaststelling van de herziening zoodra mogelijk aan Uwe
Vergadering zal worden aangeboden. Volgens de overgelegde
kaart beoogt dit ontwerp om den te verkoopen grond te
bestemmen voor open flatbouw met maximum 12 woningen
in 3 woonlagen onder één kap, een goothoogte van voor-
en achtergevel van 10,50 M. en een kap over de geheele
bouwdiepte met een dakhelling van 30°. Het oostelijk gelegen,
niet in den verkoop begrepen terrein, blijft mitsdien voor
villabouw gereserveerd.
Aangezien de transactie voorts niet slechts van belang is
voor de exploitatie van het Grondbedrijf, maar ook voor de
verruiming van de werkgelegenheid, geven wij Uwe Ver
gadering, onder verwijzing voor verdere bijzonderheden naar
de in de Leeskamer ter visie gelegde stukken, alsnu in over
weging aan M. Hopman Sr., te 's-Gravenhage, tegen den
prijs van 72.000.in totaal te verkoopen het op de kaart II
in roode kleur aangegeven perceel bouwgrond aan den
Wassenaarschen weg, groot 11.700 M2., kadastraal bekend
gemeente Leiden Sectie P nis. 929, 932 en 1574, alle ge
deeltelijk, zulks onder voorbehoud, dat rechtskracht verkrijgt
een wijziging van het thans geldende uitbreidingsplan in
dier voege, dat de te verkoopen grond wordt bestemd voor
