155 f of ƒ104.- f Art. 8. Het schoolgeld wordt met de helft verhoogd, indien het wordt berekend naar de omstandigheden van slechts één ouder, zoo deze, hetzij van den anderen ouder, hetzij ingevolge art. 344a B. W., een bijdrage ontvangt in de kosten van onderhoud en opvoeding van den leerling, met dien verstande evenwel, dat het totaal verschuldigd bedrag 359.niet te boven gaat. Art. 9. 1. Voor na 16 Juni 1938 tot één der in art. 1 genoemde inrichtingen van onderwijs toegelaten leerlingen, die, na reeds eenmaal als leerling aan dezelfde of aan een overeen komstige Bijks-, gemeentelijke- of bijzondere school niet tot een hoogere klasse te zijn bevorderd, andermaal niet tot een hoogere klasse worden bevorderd of voor de tweede maal het onderwijs in de hoogste klasse volgen, is anderhalf maal het schoolgeld verschuldigd, met dien verstande, dat het totaal verschuldigd bedrag 359.niet te boven gaat. Dit verhoogde schoolgeld is uitsluitend verschuldigd voor het schooljaar of de schooljaren, waarin de leerling niet voor de eerste maal het onderwijs in de klasse, waarin hij geplaatst is, volgt; te dezen wordt met de klasse, waarin de leerling geplaatst is, gelijkgesteld de overeenkomstige klasse eener overeenkomstige Bijks-, gemeentelijke- of bijzondere school. 2. Voor de toepassing van het eerste lid van dit artikel worden leerlingen, die, na voorwaardelijk tot een hoogere klasse te zijn bevorderd, worden teruggesteld, voor den duur van het geheele schooljaar, waarin zij werden teruggesteld, als niet bevorderd aangemerkt. 3. In bijzondere gevallen kunnen Burgemeester en Wet houders bepalen, dat het eerste lid van dit artikel niet wordt toegepast. Art. 10. 1. De leerlingen, door of voor wie geen schoolgeld is ver schuldigd en van wie het gemiddelde der cijfers, waarop zij toegelaten of bevorderd zijn, 7 of meer bedraagt in die vakken, waarvoor volgens het schoolprogramma boeken en leermiddelen noodig zijn, ontvangen desgewenscht van gemeentewege in bruikleen de benoodigde boeken en leer middelen, met uitzondering van kleeding en schoeisel voor lichamelijke oefening. 2. De leerlingen, door of voor wie 31.02 of minder school geld verschuldigd is en van wie het gemiddelde der cijfers, waarop zij toegelaten of bevorderd zijn, 7 of meer bedraagt in die vakken, waarvoor volgens het schoolprogramma boeken en leermiddelen noodig zijn, ontvangen desgewenscht van gemeentewege in bruikleen de benoodigde boeken, echter niet de leermiddelen (woordenboeken, atlassen, teeken behoeften, cahiers). 3. Ingeval bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven, kunnen aan leerlingen, door of voor wie geen school geld verschuldigd is, leermiddelen en boeken en aan leer lingen, door of voor wie 31.02 of minder schoolgeld is ver schuldigd, uitsluitend boeken voor gemeente-rekening in bruikleen worden verstrekt indien het gemiddeld cijfer, bovenbedoeld, beneden 7 ligt. Art. 11. 1. Het heffingsjaar valt samen met het schooljaar. 2. De schoolgeldkwartalen worden gerekend aan te vangen op 1 September, 1 December, 1 Maart en 1 Juni. Art. 12. Voor leerlingen, die in den loop van een schooljaar worden toegelaten, is het schoolgeld verschuldigd van den aanvang van de kalendermaand af, waarin zij zijn toegelaten. Art. 13. Het schoolgeld bedraagt voor een kwartaal 1/4 gedeelte en voor een kalendermaand 1/12 gedeelte van hetgeen over het volle schooljaar verschuldigd is. s Art. 14. 1. Wanneer blijkt, dat ten onrechte een aanslag is achter wege gebleven of vernietigd, of tot een te laag bedrag is opgelegd, wordt het te weinig geheven schoolgeld nage vorderd, zoolang niet sedert den aanvang van het schooljaar drie jaren zijn verstreken. 2. Onjuiste aanslagen kunnen ambtshalve worden ver nietigd of verminderd. Art. 15. 1. De schoolgeldplichtigen worden voor het door hen ver schuldigde schoolgeld op kohieren gebracht. 2. Ten behoeve van het opmaken van de in het eerste lid van dit artikel bedoelde kohieren, alsmede ten behoeve van de verdere uitvoering van deze verordening, verstrekken de hoofden van de in art. 1 genoemde inrichtingen van onder wijs, alle door of namens Burgemeester en Wethouders ge vraagde inlichtingen. Art. 16. De Gemeente-Ontvanger zendt binnen een maand na de ontvangst van een kohier, aan ieder aangeslagene een gedag- teekend aanslagbiljet, waarvan het model wordt vastgesteld door Burgemeester en Wethouders. Art. 17. 1. Het schoolgeld is bij vooruitbetaling verschuldigd voor ieder kwartaal. 2. De aangeslagene kan niettemin het bedrag van het schoolgeld vóór de vervaldagen in eens of in meerdere ter mijnen voldoen. 3. Indien bij de ontvangst van het aanslagbiljet reeds Bij een gemengde hoofdsom van: 2.— 7> 4.— 7) 6. 7) 8. 77 10.— V 12.— V 14.— n 16.— 7 18.— 7) 20.— 7! 22.- V 24.— T» 26.- V 28.- 71 30.- 7) 32.— 7! 34.— V 36.— V 38.- 7) 40.- 42.— V 44.— V 46.— 7 48.— V 50- V 52.— V 54.— 7) 56.- V 58.- V 60.— n 62.- 7> 64.— 7) 66.- V 68.— V 70.— V 72.— 7> 74.- 7) 76.— 71 78.— V 80.— V 82.— V 84.- V 86.— V 88.— V 90.— V 92.— 7) 94.— V 96.— 7) 98.— 77 100.— f 102.— B 106.- - B B 108.- ,110.- -B b 112.- B 114.— -t/m„124. b 126.- - B B 136.— B 138.- - B B 148.- Per leerling, indien het aantal schoolgaande kinderen in het gezin bedraagt: één of geen twee 150.— of meer f 5.50 7.70 9.90 11.88 13.86 15.84 17.82 19.58 21.34 b 23.10 24.86 26.40 it 27.94 b 29.48 31.02 y) d^a5b 34.10 35.64 b 37.18 38.72 40.26 41.80 b 43.34 44.88 b 46.42 47.96 49.50 50 82 b 52.14 53.46 b 54.78 56.10 b 57.42 b 58.74 60.06 61.38 62.70 b 64.02 65.34 66 66 67.98 69.30 70.62 b 71.94 73.26 b 74.58 75.90 b 77.22 b 78.54 79.86 b 81.18 83.82 86.46 89.10 95.70 102.30 108.90 benevens f 6.60 elk 4.40 6.38 8.36 b 10.12 11.88 b 13.42 14.96 16.50 b 18.04 19.58 b 21.12 22.66 b 24.20 b 25.74 27.28 28.83 30.36 31.68 b 33.- 34.32 35.64 36.96 38.28 39.60 b 40 92 b 42.24 43.56 44.88 46.20 l 47.30 48.40 49.50 50.60 b 51.70 52.80 B 53.90 b 55.- n 56.10 b 57.20 58.30 59.40 60.50 61.60 62.70 63.80 64.90 b 66- 67.10 68.20 69.30 70.40 72.60 b 74.80 77.- 82.94 88.88 94.82 benevens f 5.94 veelvoud van drie 3.52 5.28 7.04 8.80 10.34 11.88 13.42 14.96 16.50 17.82 19.14 20.46 21.78 23.10 24.42 25.74 27.06 28.38 29.70 31.02 32.34 33.66 34.98 36.30 37.40 38.50 39.60 41.58 43.56 45.54 47.52 49.50 51.48 52.36 54.34 56.32 58.30 60.28 vier of meer 3.30 5.06 6.82 8.36 9.90 11.44 12.98 14.52 16.06 17.60 19.14 20.46 21.78 23.10 24.42 25 74 27.06 28.38 29.70 31.02 32.34 33.66 34.98 36.30 37.40 38.50 39.60 41.58 43.56 45.54 47.52 49.50 51.48 52.36 54.34 56.32 58.30 60.28 62.26 62.26 64.24 64.24 66.22 66.22 68.20 68.20 73.70 73.70 79.20 79.20 84.70 84.70 benevens benevens f 5.50 f 5.50 f 12.— waarmede de gemengde hoofdsom f 150.te boven gaat, met dien verstande, dat het schoolgeld niet meer bedraagt dan f 359.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1938 | | pagina 9