MAANDAG 5 SEPTEMBER 193b. 191 Benoeming verschillende Commissieleden. (Voorzitter e.a.) II. Benoeming van vier leden van de Commissie van Finaneiën (aftredend: de H.H. M. II. de Beede, H. Lombert, P. L. Hessing en P. van der Tas). Op voorstel van den Voorzitter wordt zonder beraad slaging of hoofdelijke stemming besloten twee stembureaux te vormen, stembureau I voor de benoemingen, vermeld onder de punten 2 tot en met 10, en stembureau II voor de benoemingen, vermeld onder de punten 11 tot en met 17. De Voorzitter verzoekt den heeren Goslinga, Valentgoed, Lombert en van der Kwaak het eerste en den heeren Scliüller, Manders, Würtz en van der Tas het tweede stem bureau te vormen. De heer Beekenkamp zegt, dat men hem gevraagd heeft, wie namens de anti-revolutionnaire fractie zou worden aan gewezen in de vacature-Goslinga. Spreker wijst er echter op, dat de heer Goslinga nog steeds niet zijn ontslag als lid van dezen Baad heeft genomen. De heer Goslinga is voor nemens tot half November in Leiden te blijven, zoodat er op het oogenblik geen vacature bestaat. De heer Goslinga stelt er prijs op in de commissies, waarin hij zitting had, te worden herbenoemd. Worden benoemd: de heeren M. H. de Reede en H. Lombert, ieder met 25 stemmen en de heeren P. L. Hessing en P. van der Tas, ieder met algemeene (26) stemmen; de heer D. van der Kwaak verkreeg 1 stem. De heeren de Eeede, Lombert en van der Tas verklaren de benoeming aan te nemen. III. Benoeming van vier leden van de Commissie van Fabricage (aftredend: de II.H. J. H. Schiiller, J. H. A. Manders, Mr. C. Beekenkamp en J. Wilbrink). Worden benoemd: de heeren J. H. Schiiller en J. H. A. Manders, ieder met algemeene (26) stemmen en de heeren Mr. G. Beekenkamp en J. Wilbrink met 25 stemmen; de heeren D. van der Kwaak en P. van der Tas verkregen ieder 1 stem. De heeren Schiiller, Manders, Beekenkamp en Wilbrink verklaren de benoeming aan te nemen. IV. Benoeming van vier leden van de Commissie voor het Openbaar Slachthuis (aftredend: de H.H. Th. M. W. Bergers, J. A. van der Heijden, M. Dubbeldeman en F. Eikerhout). De heer van Eek wil een opmerking maken over de benoeming van de leden der Commissie voor het Slacht huis en zegt, dat de heer Dubbeldeman niet in staat is geregeld de vergaderingen van deze commissie bij te wonen en verzocht heeft hem in deze vacature niet opnieuw te benoemen, daar hij het lidmaatschap van deze commissie zeer moeilijk aanvaarden kan. Spreker beveelt voor deze vacature den heer Jongeleen aan. Worden benoemd: de heeren Th. M. W. Bergers, J. A. van der ReijdenF. Eikerbout en A. J. Jongeleen, ieder met algemeene (26) stemmen. De heeren Bergers, van der Eeijden, Eikerbout en Jongeleen verklaren de benoeming aan te nemen. V. Benoeming van twee leden van de Commissie voor den Markt- en Havendienst (aftredend: de H.H. J. J. Valentgoed en J. Wilbrink). Worden benoemd: de heer J. J. Valentgoed met algemeene (26) stemmen; en de heer J. Wilbrink met 24 stemmen; de heer J. A. van der Eeijden verkreeg 1 stem. De heeren Valentgoed en Wilbrink verklaren de benoe ming aan te nemen. VI. Benoeming van drie leden van de Commissie voor de Huishoudelijke verordeningen en uit dezen van den Voor zitter (aftredendde H.H. Mr. D. A. van Eek, J. H. A. Manders en Mr. C. Beekenkamp). Worden benoemd: de heeren Mr. D. A. van Eek, J. H. A. Manders en Mr. G. Beekenkamp, allen met algemeene (26) stemmen, terwijl de heer van Eek, eveneens met alge meene (26) stemmen tot Voorzitter wordt benoemd. Benoeming verschillende Commissieleden. (Voorzitter.) De heeren van Eek, Manders en Beekenkamp verklaren de benoemingen aan te nemen. VII. Benoeming van twee leden van de Commissie voor de Strafverordeningen (aftredend: de H.H. Mr. D. A. van Eek en Mr. C. Beekenkamp). Worden benoemd: de heer Mr. D. A. van Eek met alge meene (26) stemmen; de heer Mr. G. Beekenkamp met 25 stemmen. De heeren van Eek en Beekenkamp verklaren de be noeming aan te nemen. VIII. Benoeming van vijf leden van de Commissie voor het Onderwijs (aftredendde H.II. Th. B. J. Wilmer, T. Groenc- veld, M. H. de Beede, T. S. Goslinga en Dr. M. Keij). Worden benoemd: de heer Th. B. J. Wilmer met 25 stemmen, de heer T. Groeneveld met algemeene (26) stem men; de heer MH. de Reede met 25 stemmen; de heeren T. S. Goslinga en Br. M. Keij, ieder met algemeene (26) stemmen. De heer W. van der Laan verkreeg 1 stem. De heeren Groeneveld, de Eeede en Goslinga verklaren de benoeming aan te nemen. IX. Benoeming van vier leden van de Commissie voor de Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit (aftredend: de H.H. Mr. D. A. van Eek, E. J. Coster, T. S. Goslinga en J. Wilbrink). Worden benoemd: de heeren Mr. D. A. van Eek, E. J. Coster en T. S. Goslinga, ieder met algemeene (26) stemmen; de heer J. Wilbrink met 25 stemmen; de heer M. H. de Eeede verkreeg 1 stem. De heeren van Eek, Coster, Goslinga en Wilbrink ver klaren de benoeming aan te nemen. X. Benoeming van een lid van de Commissie van Beheer over de gestichten „Endegeest", „Voorgeest" en „Rliijngeest" (aftredend: de Heer Th. B. J. Wilmer). (135) Wordt benoemd de heer Th. B. J. Wilmer met 25 stem men; de heer Th. M. W. Bergers verkreeg 1 stem. Aan de stemming betreffende de benoemingen, vermeld onder de punten 2 tot en met 10 werd door één lid niet deelgenomen. XI. Benoeming van vier leden van de Commissie voor den Geneeskundigen- en Gezondheidsdienst (aftredend: de H.H. A. van Rosmalen, H. L. J. Tobé, A. J. Jongeleen en T. S. Goslinga). Worden benoemd: de heeren A. van Rosmalen, H. L, J. Tobé, A. J. Jongeleen en T. S. Goslinga, ieder met algemeene (27) stemmen. De heeren van Eosmalen, Tobé, Jongeleen en Goslinga verklaren de benoeming aan te nemen. XII. Benoeming van twee leden van de Commissie voor het Oud-Archief, uit de leden van den Raad (aftredend: de H.H. M. H. de Reede en J. II. A. Manders). Worden benoemd: de heer M. H. de Reede met 26 stemmen; de heer A. van Eosmalen verkreeg 1 stem; de heer J. H. A. Manders met algemeene (27) stemmen. De heeren de Eeede en Manders verklaren de benoeming aan te nemen. XIII. Benoeming van twee leden van de Commissie voor het Oud-Archief, buiten de leden van den Raad (aftredend: de H.H. W. J. J. C. Bijleveld en Mr. W. van Iterson). (136) Worden benoemd: de heeren W. J. J. G. Bijleveld en Mr. W. van Iterson, ieder met algemeene (27) stemmen. XIV. Benoeming van drie leden van de Commissie voor het Stedelijk Museum „de Lakenhal" (aftredend: de H.H. Prof. Dr. L. Knappert, J. H. A. Manders en Prof. Dr. W. Martin). (134)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1938 | | pagina 3