42 Zie de verhooging van volgn. 42 der ont vangsten met 696.85. Volgn. 349. Kosten ter zake van het verleenen van een kindertoeslag aan gemeente-ambtenaren en -werklieden72.45 De uitgaven ter zake, geraamd op 104.- bedragen 176.45. Zie de toelichting bij volgn. 271. Volgn. 349a, Gratificatiën aan gemeente ambtenaren bij gelegenheid van de vervulling van kun 25-jarigen of 40-jarigen diensttijd nieuw volgnummer)6.50 Zie de toelichting bij volgn. 291». Volgn. 351a. Uitkeeringen als bedoeld bij art. 91 van het ambtenarenreglement 1934 nieuw volgnummer)166.67 De uitkeering, ingevolge bovengenoemd ar tikel, aan een gewezen technisch ambtenaar van het bureau gemeentewerken vereischte, berekend naar 1.000.per jaar, over de maanden November en December 1936 eene uitgaaf van 166.67. Volgn. 371a. Rente-uitkeering aan de Hol- landsche Klectrische Spoorweg-Maatschappij, verschuldigd ingevolge de overeenkomst inzake de Zijlpoortsbrug (nieuw volgnummer) 900, De restitutie in verband met de opheffing van de Haarlemmermeerlijnen van de in gevolge de overeenkomst van 1913 aan de gemeente uitbetaalde som van 20.000.is geschied per 1 Januari 1937. Over 1936 moest derhalve alsnog berekend naar 4eene rentevergoeding van 900. worden uitgekeerd. Volgn. 375a. Gratificatiën aan gemeente ambtenaren bij gelegenheid van de vervulling van hun 25-jarigen of 40-jarigen diensttijd 50. Zie de toelichting bij volgn. 291a. Volgn. 382. Kosten ter zake van het verleenen van een kindertoeslag aan gemeente-ambtenaren en -werklieden1.553.65 De kosten, geraamd op 5.252.be dragen 6.805.65. Zie de toelichting bij volgn. 271. Volgn. 389. Erfpachten, grondrenten enz. 3.69 De uitgaven, geraamd op 10.bedragen 13.69. Volgn. 390. Brandverzekering8.39 De kosten, geraamd op 995.bedragen 1.003.39. Volgn. 404. Toelagen en bijdragen tot op leiding van onderwijzers881.47 De uitgaven overtreffen de beschikbaar ge stelde som van 16.150.met 881.47. Volgn. 414. Teruggaaf van schoolgelden 145.49 Van de voor „openbaar lager onderwijs" ontvangen schoolgelden moet een bedrag van 145.49 worden gerestitueerd; de post was voor „memorie" uitgetrokken. Volgn. 421. Kosten ter zake van het verleenen van een kindertoeslag aan gemeente-ambtenaren en -werklieden165.36 De kosten, geraamd op 104.bedragen 269.36. Zie de toelichting bij volgn. 271. Volgn. 422. Andere uitgaven ter verzekering van den goeden gang van het onderwijs 1.141.65 De kosten in verband met de vervulling van verschillende vacatures bij het openbaar gewoon lager onderwijs vereischten over 1936 eene uitgaaf van 874.32. Voorts had de uitreiking aan leerlingen van lagere scholen van foto-reproducties van Prinses Juliana en Prins Bernhard, bij ge legenheid van hunne verloving, alsmede die van verkeersdiploma's en speldjes buitenge wone uitgaven van resp. 414.96 en 52.37 tengevolge. De totaal-uitgaven bedragen 1.341.65, d.i. 1.141.65 meer dan de uitgetrokken som van 200.—. Volgn. 423. Rente van geldleeningen ten laste van Hoofdstuk VIII 2 komende537.37 De totaal-uitgaven ter zake bedroegen over 1936 832.546.93, d.i. 10.006.93 meer dan de uitgetrokken som van 822.540. Van de, ingevolge Raadsbesluit van 7 Sep tember 1936 (Ingek. Stukken No. 154) ge sloten 4geldleening, groot 750.000. en van de, ingevolge Raadsbesluit van 12 Oc tober 1936 (Ingek. Stukken No. 183) gesloten 4 geldleening, groot 500.000.moest de eerste rentebetaling geschieden vanaf den datum van opneming tot ultimo December 1936, hetgeen over 1936 eene hoogere rente uitgaaf van in totaal 10.006.93 tengevolge had, welk bedrag over een viertal hoofd stukken moet worden verdeeld. In verband hiermede bedraagt de uitgaaf op volgn. 423 24.192.37, d.i. 537.37 meer dan de uitgetrokken som van 23.655. Volgn. 425. Belooning der onderwijzers 56.72 De kosten van bezoldiging van de onder wijzers bij het openbaar vervolgonderwijs be dragen 2.058.72, een bedrag van 2.002. was uitgetrokken. Volgn. 431. Bezoldiging van de vakonder wijzers997.92 De uitgaven ter zake, geraamd op 4.140. bedragen 5.137.92, d.i. 997.92 meer. De aanstelling van een vakonderwijzeres in de wiskunde aan de Meisjesschool voor U.L.O., in verband met het overlijden van een onder wijzeres van bijstand aan die school, die de bevoegdheid had onderwijs in dat vak te geven, heeft de overschrijding van dezen post veroorzaakt. Volgn. 432. Toelagen en bijdragen tot op leiding van onderwijzers (U.L.O.)1.026.60 De uitgaven ter zake hebben bedragen ƒ1.126.60; een bedrag van ƒ100.was uit getrokken. De oorzaak van deze overschrijding is de vervanging .van boventallige leerkrachten door kweekelingen met akte. Volgn. 442. Teruggave van schoolgelden 70.05 Yan de voor „openbaar uitgebreid lager onderwijs" ontvangen schoolgelden moet een bedrag van 70.05 worden gerestitueerd; de post was voor „memorie" uitgetrokken. Volgn. 450. Andere uitgaven ter verzekering van den goeden gang van het onderwijs216.50 De uitgaven, geraamd op 50.—, hebben bedragen 266.50. De kosten van het bezoeken van sollicitanten naar vacante betrekkingen bij het openbaar uitgebreid lager onderwijs, alsmede van ge plaatste advertentiën hebben de overschrij ding van dezen post veroorzaakt. Volgn. 462a. Betaling wegens over een vorigen dienst te veel genoten vergoeding van het Rijk ingevolge artikel 71 der Lager Onderwijswet 1920 (nieuw volgnummer)239.87 Over 1935 moest een bedrag van 239.87 worden gerestitueerd. Volgn. 478. Verdere uitgaven ter zake van het openbaar voorbereidende lager onderwijs 43.65 De kosten ter voorziening in de vacature van hoofd eener openbare bewaarschool ver eischten een uitgaaf van 43.65. De post was voor „memorie" uitgetrokken. Volgn. 485. Uitkeering aan gemeenten inge volge art. 86 der Lager Onderwijswet 1.719.46 De in het kalenderjaar 3 936 vastgestelde, aan andere gemeenten te betalen uitkeeringen over de jaren 1933 t/m. 1935 ter zake van de stichting en verbouwing van scholen voor bijzonder gewoon lager onderwijs, die door kinderen uit deze gemeente worden bezocht, vereischten op den dienst 1936 een uitgaaf van ƒ5.319.46; de post was op ƒ3.600.uit getrokken. Volgn. 488. Vergoeding aan schoolbesturen als bedoeld in art. 101, negende lid, der Lager Onder wijswet 1920 3.984.33 Het voorschot op de bovenbedoelde ver goeding voor vakonderwijzers over 1936 werd bij Raadsbesluit van 10 Februari 1936 (Ingek. Stukken No. 19) vastgesteld op in totaal 9.930.—. Vervolgens werd, ingevolge Raadsbesluit van 22 Juni 1936 (Ingek. Stukken No. 99) ter zake over 1933 alsnog uitgekeerd 2.665.23 en, ingevolge Raadsbesluit van 7 December 1936 (Ingek. Stukken No. 24) over 1934 alsnog 1.389.10. In totaal werd derhalve ten laste van 1936

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1937 | | pagina 8